DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Raleigh Rijwielen, STIKKEL, OLIJ&TEN ZELDAM, No*l64 Honderd en vijftiende Jaargang. 1918 VRIJDAG 18 JULI. FEUILLETON. Deze Courant wordt eiken avondbehalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk f 1, Afzonderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën Per regel f0,10. Bij groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. Telefoonnummer 3. BINNENLAND. Ie klas Engelsch rijwiel, .<ÉK* ALKMAARSCHE COURANT POSTKANTOOR TE Lijst van de aan dit kantoor ter post bezorgde brie ven en briefkaarten, welke wegens onbekendheid van de geadresseerden niet zijn kunnen worden uitgereikt. Ie helft der maand Juli 1912. Brieven. Officieel Orgaan, Amsterdam. J. van der Plas, Hardingsveld. Mej. T. Pool, Kolhorn. K. E. Numan, Hilversum. Briefkaarten. Mej. Seiter, Amsterdam. Mevr. Janssen, Hilversum. Mej. M. Dekker, Zaandam. Buitenland. Mej. R. de la Haye, Aachen. Miss Edwarts, Birmingham. P. de Vries, Westphalen. ATjKMA'AR, 18 Juli. Het vurige verlangen, om voordeel te trekken uit den wanhopigen toestand van Bulgarije heeft Turkije er toe gebracht op te rukken naar het bij den Londensclie vrede reeds afgestane gebied van Thracië. Turkije wil zijn voornemen doorzetten en de mogendheden zullen dit Turkije, na hetgeen er voorgevallen is, moeilijk kunnen verbieden. Het voornemen is natuurlijk de zoo roemvol ver dedigde vesting Adrianopel' te heroveren. Het heet maar het bericht kan voorbarig zijn dat de Bul garen de stad reeds hebben ontruimd, zoodat- de 60.000 Turken zonder slag of stoot hopen binnen te trekken. Dat de stad Turksch zal worden en blijven is echter moeielijk aan te nemen. Het schijnt de Turksche regeering er vooral om te doen te zijn, ze ker moreel succes te behalen bij de Turken in het Eu- ropeesch en het Aziatisch gebied. De Turksche be trouwbaarheid komt hierdoor wel in een eigenaardig licht: op het oogenblik, waarop Turkije tegenover Servië en Griekenland den vrede van Londen be krachtigt, doet het tegenover de Bulgaren alsof die vrede niet bestaat! Sir Edward Grey heeft eenige dagen geleden, in het Lagerhuis verklaard, dat wanneer de Turken de vastgestelde grenzen niet respecteerden, de reeds be staande complicaties daardoor zouden worden ver meerderd. Dit geval doet zich thans voor. Niemand zal den Turken het recht bestrijden, wanneer ze zich sterk genoeg voelen, om de Bulgaren zonder oorlogs verklaring die blijkbaar geheel uit de mode is opnieuw te bevechten en hun ontevredenheid over de oplossing, welke Europa gebracht heeft, kan men zich heel goed verklaren. Maar, terwijl Turkije zich in de moeielijke omstandigheden tot Europa heeft ge wend om uitkomst, bekommert bet zich tlians noch om Europa's rust, noch om Europa's belangen. De groote mogendheden trachten thans aan den oorlog' zoo spoedig mogelijk een eind te maken. Zij worden als wilde beesten, die bloed! ruiken bij het vechten der Balkanstaten hoe langer hoe onrus tiger. Gisteren werd gemeld, dat Rusland mobili- door L. G. MOBERLY. Naar het Engelsch. 24) _0_ „Dan weiger ik u te zeggen waar de bewuste dame woont,antwoordde zij flink, „en ik zal trachten een anderen dokter te vinden. Maar ach! doe als 't u blieft wat! zij' vraagt." Er kwam een glimlach op Eergusson's ernstig' ge zicht. „De heele zaak bevalt me niet", zei hij, „ik houd1 er niet van een eed te doen zonder te weten waar het voor noodig is, en wie weet of ik mijn handen niet in een wespennest steek." „Ik geloof nooit, dat die dame iets zou kunnen doen wat het daglicht niet kan zien", riep Christine met vuur, „dat is ondenkbaar." „Zij heeft een warme advocaat in u gevondenu is geen vriendin van haar?" „Ik heb haar nooit gezien. Ik logeer hier in de buurt van Graystone. Ik ben kinderjuffrouw bij het dochtertje van Lady Cicely Redesdale, het is totaal bij toeval dat wij' vandaag het buis van de schoone vrouw passeerden." „Daar komt de auto", zeide Fergusson toen hij de wielen op bet. grint hoorde knarsen; „ik zal u meene men, zoover mogelijk tenminste, als u mij zegt waar ik heen moet. Ik zal mijn knecht maar niet meene men, om geen gevaar te loopen dat de plaats van mijn bestemming bekend wordt. En ik zal de vereischte belofte doen. Bedenk ik doe het bepaald tegen mijn zin, maar het is een geval waar leven en dood van afhangt, zooals u zegt, daarom kan ik het niet weigeren. Kom de geheimen van uw schoone vrouw zullen volkomen veilig bij mij zijn." Zoo goed mogelijk gaf Christine een nauwkeurige beschrijving van het eenzam* huis in de vallei, waar seert, vandaag gaat hetzelfde gerucht ten opzichte van Hongarije. De Bulgaren willen den vrede wel al zal het voor hen een zéér zure appel zijn, waar ze doorheen hebben te bijten. Tsaar Alexander heeft aan den koning van Roeme nië een in vriendelijke bewoordingen vervat telegram gericht met het doel het oprukken van Roemeensche troepen in Bulgarije tegen te houden en het begin van de onderhandelingen tot bijlegging van het con flict mogelijk te maken. Roemenië wil wel, maar het zal één eisch stellen: dat Bulgarije tegelijkertijd ook met Servië' en Grie kenland vrede sluit. Het vredesverdrag ligt eigenlijk reeds ter teekening gereed te Uskjub, waar immers de Grieksche minister-president' Yenizelos en zijn Ser vische collega Patsjitsj de voorwaarden gesteld heb ben. Yan alle kanten wordt Bulgarije aangeraden een afgevaardigde te zenden om te beraadslagen met deze beide premiers. Maar de voorwaarden zijn zoo hard! Zóó hard, dat de keizer van Griekenland verklaard! heeft het onwaarschijnlijk te achten, dat Bulgarije deze voor waarden zou aannemen, terwijl hij tevens er den na druk oplegde, dat men niets op die voorwaarden zou laten afdingen. Veel zullen de groote mogendheden zeker niet doen om de eischen verlaagd te krijgen. Zij hebben geen reden voor den een of voor den ander op te treden, hun belang is liet slechts, dat de oorlog zoo spoedig mogelijk eindigt. Naar alle waarschijnlijkheid zal dus Bulgarije af stand hebben te doen van het met zoo zware offers veroverde gebied en nog wel ten bate van de aanvan kelijk zwakkere bondgenooten. Tenzij.... die bondgenooten het onder elkaar ook weer oneens worden en Bulgarije ze een voor een onderbanden neemt. Een derden Balkan-oorlog dus? Op den Balkan is immers alles mogelijk! DE1 TARIEFWET. Men weet, dat De Standaard (Dr. A. Kuyper) nu het bij de verkiezingen met het Tarief ten tweede ma le is misgegaan voor de rechter partijen, dit deel van het program overboord beeft' gezet. De Standaard! begint school' te maken. In „Van onzen Tijd" (R.K.) geeft de hoogleeraar Struycken beschouwingen over de crisis, en over de taak, die de rechterzijde als oppo sitie zal hebben. De heer Struycken dringt er thans op aan, dat de. rechterzijde nu verder liet gezinshoofden-kiesrecht als wensch prijs geven zal, en daarvoor het algemeen kies recht in de plaats stellen. Prof. Struycken was steeds voorstander van algemeen kiesrecht. Maar nu geeft de hoogleeraar ook aan het Tarief zijn afscheid Voor het overige is evenwel liet concrete Vraag stuk, of het ten onzent thans van goede handelspoli tiek zoude getuigen, beschermende rechten in te voe ren, wil men liever, de bestaande te verhoogen, een der moeilijkste en ingewikkelste vraagstukken, zoodat zij de zonderlinge opdracht ontvangen had en toen Fergusson haar had afgezet op e,enigen afstand' van de hoeve waar zij logeerde, spoedde hij zich over de heide, het steile pad af, waar het ponywagentje nog kort geleden was ingereden. „Ik heb nooit geweten d'at daar nog een huis was", dacht hij toen hij steed's vérder het laantje inreed, „een ongezellig oord." De korte Decemberdag- spoedde ten einde. Geen zonnestraal drong meer door tot de zen weg, aan beide zijden met hooge hoornen beplant, „Wat ter wereld kan iemand' bewogen hebben, hier een huis te zetten in dit sombere dal, wanneer men overal waar de zon schijnt bouwen kan." Zoo peinsde Fergusson terwijl de duisternis rondom hem steeds toenam, en het sombere oord! hem drukte als 'n nacht merrie. Het pad was steil en ongebaand, hij was ge noodzaakt heel langzaam te rijden en de snel toene mende duisternis verzwaarde d'en tocht. Het was daarom een verlichting' voor hem toen hij' rechts een hoogen steenen muur ontdekte en boven den muur uit een schoorsteen zag uitsteken, waar rook uit kwam. „Hier is het vermoedelijk", mompelde hij, terwijl hij den wagen liet stilhouden voor een deur in den muur; „maar hoe kom ik in dit verblijf, dat er als een gevan genis uitziet?" Hij was uitgestapt en stond op den weg; eerst keek hij naar de gesloten groene poort, toen naar den drei genden muur en eindelijk naar het steile pad, waar hij afgekomen was een weg', die in de duisternis geleek op een langen tunnel. Nu het geluid van zijn machine had opgehouden, was de stilte, die rondom hem heerschte, huivering wekkend'; eenige woorden uit een lijkdienst kwamen hem steeds in de gedachten. „Het graf en de poort der doods. Het graf en de poort des doods." Met geweld trachtte hij die onaangename gewaar wordingen van zich af te schudden. Hij meende op te merken, dat het laantje bijna uit was daar waar hij zich bevond' en uitliep op een met gras begroeid voet pad, het dichte bosch inhet huis zelf met de muren die er omheen stonden was zoo dicht door hoornen het ons altijd heeft verwonderd, dat. „the man in the street" daarover, vooral aan de zijde der vrijhandela ren, zoo gevestigde overtuiging bezit. Nu evenwel de regeering en de Kamermeerderheid niet in staat zijn geweest, daartegenover van een krachtige over tuiging harerzijds blijk te geven, door ervoor te zor gen, dat gedurende haar zevenjarig bewind hare denk beelden tot werkelijkheid werden; nu men anderzijds door allerlei gepaste en ongepaste middelen de volks- meening tegen de tarief wetgeving heeft weten op te winden, nu is de beschermende handelspolitiek ten on zent minder populair dan ooit te voren, en zoude het afgezien van de vraag naar hare deugden tak- tisch dwaasheid zijn, ze in den eerstvolgenden verkie zingsstrijd opnieuw op den voorgrond te plaatsen. De, rechterzijde zal hebben aan te zien, of het der linker zijde kan gelukken, langs anderen weg dan door ta- riefverhooging de middelen te vinden tot bestrijding der kosten van de sociale wetgeving. Slaagt deze daarin niet, dan kan de rechterzijde opnieuw overwe gen, of zij niet verplicht zal zijn, die middelen door eene technische herziening onzer tariefwetgeving, ge paard aan eene geringe verhooging', uitsluitend met fiscale bedoeling, te vinden. De vraag: „vrijhandel of bescherming" behoort evenwel uit den eerstvolgen den verkiezingsstrijd te worden geweerd. DE NA-VERKIEZING IN AMSTERDAM III. Voor de naverkiezing voor de Tweede Kamer in district III (vacature ontstaan door het bedanken van den heer Troelstra)i werden gisteren ten Amster- damschen stadhuize officieel candidaat gesteld de heeren: P. Otto L.), H. Polak (S. D. A. P.), P. J. Beijmer (R. K.), D. Wijnkoop (S. D. P.). De stemming heeft plaats op Donderdag 24 Juli, de herstemming-, indien noodig, op Donderdag' 31 Juli. DIRECTEUR GO'UV. BEtDPJJVEN! NED.-INDIë. Den dir. der Staatsmijnen, den hoofding R. de Kat, te Heerlen, is ter vervanging van den heer Wencken- bach aangeboden de betrekking van directeur der gouvernementsbedrijven in Nederlandseh-Indië. Het aanbod is door den lieer De Kat aanvaard, zoo dat bij nog in den loop van dezen zomer naar Indië zal vertrekken. KARDINAAL VAN POSSUM. Gisteren werd d'oor den kardinaal een bezoek ge bracht aan Roosendaal en Breda. Op de reis van Roosendaal naar Breda werd' een bezoek gebracht aan het Retraitenhuis te Seppe. Ook Tilburg zal be zocht worden. Gemengd nieuws. DE 900ste WAGON AARDBEIEN. Gistermiddag is de 900ste wagon aardbeien in dit seizoen verladen door de tuindersvereeniging' „Kenne- merland," bestemd voor Carel Necke, Berlijn. Dit getal is vóór deze nog nooit bereikt, schrijft het Hbld. Het station sper soneel' had den wagon met groen, vlaggen en een pakkend opschrift voorzien, terwijl vóór vertrek de traditioneele kiek werd ge maakt. Dank zij het koele weder blijft de verzending nog steeds plaats hebben; gisteren vertrokken zelfs nog 30 wagons en het laat zich aanzien dat dit getal heden nog wordt overschreden. Veel wordt thans in vaten verzonden naar de Conservenf abri eken, dlaar de vraag voor gebruik verscli minder wordt. De prijzen zijn in verband hiermede de laatste dagen dan ook zeer da lend, heden werd slechts 1315 per 100 K. G. be- omringd, dat zij elkaar schier aanraakten en het huis bijna geheel insloten. „Wat een geschikte plaats voor een misdaad voor een onnoemelijk aantal misdaden", dacht Fer gusson huiverend toen hij1 zijn best deed' iets te vin den om zijn tegenwoordigheid bekend te maken aan de bewoners van het huis. Maar er was geen bel en ook geen klopper en nadat hij tevergeefs getracht had' d'e aandacht: te trekken door op de deur te bonzen, gaf hij het op en wandelde langzaam den muur langs, om een anderen ingang te zoeken. Een smal paadje met gras begroeid' en blijk baar zelden gebruikt, liep vlak onder den muur langs, maar Fergusson zocht tevergeefs een plaats waar hij zou kunnen binnendringen, behalve een vervallen ijze ren hekje, verroest van ouderdom en versperd door struiken en lang gras. Het was d'uidfelijk, dat het hekje, in jaren niet open geweest was en dat het door de bewoners van het huis niet als ingang beschouwd v erd. Fergusson keek door de tralies maar het was zoo donker en het gras zoo hoog' en zoo dik, dat hij niets zien kon, dan een zeer verwaarloosden tuin. Hij ver beeldde zich echter in de verte stemmen te hooren en riep daarom met luide stem: „Is er ook gelegenheid binnen te komen? Ik ben de dokter. Geen antwoord. Doodsche stilte, alleen afge broken door het harde dichtslaan van een deur in huis. Toen de echo van dit geluid' was weggestorven, scheen de stilte nog drukkender dan te voren en toen Fergusson voortliep langs d'e muren kwam hij einde lijk weer terug bij d'e groene poort. Hij' had1 veel lust in zijn auto te stappen en terug te rijden. Maar de herinnering aan het jonge meisje dat. in de spreekkamer voor hem gestaan had en hem had aangezien met. haar ernstige oogen en zoo smeekend tot hem had gesproken, noopte hem nog 'n vernieuw de poging te doen om toegang te verkrijgen tot het ontoegankelijke huis. Hij bonsde met beide handen zoo hard hij kon op de groene deur, zoodat het geluidl weergalmde in de die pe stilte. „Kennemer Au toga rage", Telef. 14S. ALKMAAR. steed. De tuinders kunnen echter tevreden., wezen, rij hebben veel, meerderen zelfs zeer veel geoogst. IIERSTEMMTNGEN GEME'ENT ER AAI >SV E K - KIE'ZINGEN. De Raad van Amsterdam was tot nog toe samenge steld uit 16 Liberalen, 5 Vr ijz.-Deinocr a ten, 12 Soci aal-Democraten, 5 Anti-Revolutionnairen, 4-,R.-Ka tholieken en 3 Ohr.-Historischen. De samenstelling is na de gisteren gehouden her stemming geworden: 16 Liberalen, 5 Vrijz.-Democra- ten, 15 Sociaal-Democraten, 4 Anti-Revolutionnairen. 3 R.-Katholieken en 2 Olir.-Historischen. De gemeenteraad van Zaandam bestond uit 5 liberalen, 2 vrijz.-dem., 3 anti-rev., 2 katholieken en 1 soc.-dem. Thans is de Raad als volgt samengesteld: 2 lib., 2 vrijz.-dem., 4 anti-rev., 1 katholiek en 10 soc.- dem.; alzoo 4 vrijz., 5 kerkdijken en 10 soc.-dem. De Raad is dus om, de sociaal-democraten hebben de meerderheid. HUNEBEDDEN. Onder leiding' van dr. Holwerda van Leiden zijn, le zen we in de N. R. Ct., thans de opgravingen begon nen van het groote hunebed nabij de Schimmeresch te Einmea op kosten van de Nederlandsche Anthropolo- gische Vereeniging, wier leden Woensdag 23 dezer de ze plaats der oudheid zullen bezoeken. Dr. Holwerda staan terzijde een opzichter en twee rijksarbeiders; het terrein is afgezet met draad tot verzekering van een rustig onderzoek. Het graven is in het midden van den „grafkelder" begonnen; het onderzoek zal ongeveer 2 weken duren. Er kan nog niets omtrent, het onderzoek worden medegedeeld, ook omdat nog niet met zekerheid kan worden gezegd of men hier te doen heeft met een grafkelder dan wel met een histo rische plek, waaraan in de oudheid een of andere bij zondere bestemming gegeven werd. Een halve eeuw geleden nog waren de reusachtige steenen bijna ge heel bedolven onder aarde en struikgewas. De regeering heeft later om deze merkwaardige plek wandelpaden gelegd, men vindt e,r hooge hoornen, zoodat het geheel er als een kerkhof uitziet. Men is juist hier met het onderzoek begonnen, om dat er meer kans bestaat iets belangrijks te vinden dan bij de gewone hunebedden en tevens wijl hier nog nimmer een nauwkeurig onderzoek is geschied. Wel zijn in den omtrek van Emmen in den bodem nu en dan belangrijke overblijfselen uit de oudheid gevon den. Zoo werd tusschen de Wolfsbergen en de Den nen een kerkhof ontdekt, dat als bezaaid was met ur nen. Ook kon men in den omtrek van Emmen tal van grootere en kleinere hunebedden vinden. Gm den z.g. dikken steen te Noordbarge, die thans ook rijks-eigendom is, hebben tal van kleinere steenen ge legen, die men ook heeft laten springen. EEN INSIGNE VOOR SLECHTl HOORENDEN. Vanwege den Bond van Sleclithoorenden wordt een insigne in omloop gebracht, dat door slecht hooren- „Zij moeten allemaal doof zijn of dood indien zij nu nog niet komen", riep hij grimmig uit, terwijl liij een oogenblik rustte om bij adem te komen; en toen er nog steeds geen antwoord kwam, begon hij opnieuw te kloppen en te slaan totdat hij eindelijk het geluid van een voetstap hoorde en een vrouwenstem hem toe riep van de binnenzijde der poort: „Wie is daar?" „De dokter dr. Fergusson", antwoordde hij onge.- duldig; daarop hoorde hij een sleutel knarsen in het slot, grendels werden weggeschoven en de deur open gedaan. Er stond een vrouw, Fergusson hield haar voor een dienstbode, zij ging een weinig op zij, alsof zij hem uitnoodigde binnen te komen. „Men heeft mij gevraagd hier te komen", zei hij. „Is er iemand' ziek? Ben ik hier noodig?" „Ja, mijnheer", antwoordde de vrouw rustig. „Wilt u binnenkomen? Het spijt, mij dat. ik u heb laten wachten, maar ik kon niet weg." Zij sprak zacht, haar stem trilde. Fergusson be merkte, dat zij beefde over al haar leden. „Kom binnen gauw, mijnheer", riep zij. „Ik hen bang dat er iets zal gebeuren kom gauw!" Al spre kende deed' zij de poort op slot. en schoof er de gren dels voor; en toen, zonder verder een woord te spre ken, ging zij hem voor langs een bestraat pad, door een verwilderden tuin, naar 'n wit steenen huis; door dé openstaande deur viel een stroom van licht, op het ongemaaide grasveld. „Ilier heen mijnheer", zei zij toen zij binnentrad en een groote hall doorging, „hierheen, haast u!" Toen zij dit laatste woord' uitsprak, werd' de stilte verbro ken door een gil, de kreet van een vrouw, een vrouw in doodsangst; en de vrouw die Hem had) opengedaan, werd plotseling doodsbleek en vloog vooruit. Zij lie pen een gang door, die op de hall uitkwam; zelfs in zijn haast merkte Fergusson op hoe zacht en dik hel kleed was onder zijn voeten en hoe zwaar de gordijnen die voor de ramen hingen; hij merkte ook, dat na dien oenen luiden gil er diepe stilte in huis heerschte een stilte, even somber en akelig als huiten op de» weg langs het huis, Wordt vervolgd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1913 | | pagina 1