DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Straker Squire,
No. 172.
Honderd en vijftiende Jaargang.
1913
MAANDAG
28 JULI
Gemeentelijke
Burgeravondschool
Inschrijving van Leerlingen
FEUILLETON.
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk f 1,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Prijs der gewone advertentiën
Per regel 0,10. Bij groote contracten rabat. Greote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Avondschool voor Hand
werkslieden,
Gemeente-rekening.
Telefoonnummer 3.
BINNENLAND.
Firma SUKKEL, OLIJ sn TEN ZELDAM.
„Kennemer Autogarage", - Telet. 14«,
ALK HAAR.
BEGRAFENIS GENERAAL BERGANSIUS.
ALKMAARSCH
COURANT.
met daaraan verbonden
ieder met 2-jarigen cursus
te ALKMAAR.
aan bovengenoemde inrichtingen voor den cursus
1913/1914 zal plaats hebben op Donderdag 14 Au
gustus voor leerlingen van den vorigen cursus en op
Vrijdag 15 Augustus voor hen, die de school voor
het eerst wensehen te bezoeken, telkens des avonds
van 7—9 uren, in het gebouw der Burgeravondschool
aan den Bergerweg.
Zij, die een bewijs kunnen overleggen van met
vrucht het, lager onderwijs aan «een openbare of bij
zondere school genoten te hébben, worden van het
vereischte toelatingsexamen vrijgesteld.
Het schoolgeld bedraagt J 5 per leerling, 2.50
voor wien dit te bezwarend! is en geheel vrij voor" lien,
die geen schoolgeld betalen kunnen, ter beoordeeling
van Burgemeester en Wethouders. Voor zoover er
plaatsruimte is; kunnen oud-leerlingen, die aan het
einde van den vorigen cursus het diploma ontvingen,
en leerlingen uit omliggende gemeenten de laat-
sten tegen het hoogste schoolgeld worden aangeno
men.
Tevens wordt nog medegedeeld, dat zij die meer
dan tweemaal in de maand zonder noodhaak d'e lessen
verzuimen, van de inrichtingen kunnen worden ver
wijderd.
Ouders en voogden gelieven hiervan goede nota te
nemen.
De Directeur,
H. VAN! DEiR HELI.
Burgemeester en Wethouders der gemeente ALK
MAAR brengen ter algemeene kennis dat de REKE
NING DIER GEMEENTE, DIENST 1912. van he
den ai op de secretarie der gemeente voor een ieder
ter inzage is nedergelegd en in afschrift tegen beta
ling der kosten verkrijgbaar gesteld.
Alkmaar, 25 Juli 1913.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennis, dat zij 'bij, besluit van
heden onder voorwaarden vergunning hebben ver
leend aan:
lo. Iv. BES SE, aldaar, tot het oprichten van een
bewaarplaats voor beenderen in het perceel Spoor
straat, wijk E No. 64;
2o. II. J. B. PEET, aldaar,, tot het oprichten van
t vv ee electromotoren elk van 2 P. K. ter vervanging
van den bestaanden gasmotor van 3 P. K. in het "per
ceel Fnidsen, wijk O. No. 119.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secreta ris.
Alkmaar, 25 Juli 1913.
WEER NAAR DEN BALKAN.
Dr. Koppeschaar, te Soesterberg, die reeds vijf
maanden als leider der ambulance te Montenegro
doorbracht, is door de Servische regeering aange
zocht te Belgrado te komen. Hij gaat heden op reis.
DE KABINETSCRISIS.
Naar de E. Crt. ter oore is gekomen zal a.s. Woens
dagavond te s-Gravenhage een bijeenkomst gehouden
worden van de Kamerleden aangesloten bij de Con
centratiepartijen. Vooraf zullen de Kamerclubs der
verschillende fracties afzonderlijk vergaderen.
Btet B. K. orgaan ,,De Tijd1" spreekt zich uit
voor een zakenkabinet. Een eencentratiekabinet zou,
zegt het blad, in waarheid zijn een socialistisch kabi
net, de liberale ministers zouden zijn zetbazen van
het socialisme. Een dergelijk ministerie zou een zeer
kort bestaan hebben, daarvoor staat het Nederland-
sche volkskarakter het blad borg.
„De vraag is eenvoudig, of men zich van de linker
zijde zou willen verstaan met rechts.
Wij voor ons gelooven, hoewel wij daaromtrent al
leen kunnen spreken voor ons zeiven, dat, werd van
links een ernstige stap in die richting gedaan, men
bij de rechterzijde niet tevergeefs zou aankloppen.
De overw egingen van algemeen nationaal belang
zouden zich ook zeker bij onze politieke vrienden en
bondgenooten doeii gelden.
Op den voorgrond zou echter moeten staan, dat
men zich van liberale zijde geheel los maakte van
het bondgenootschap der socialisten en van do
eischen van het socialistisch program."
NATIONALE KIEZERSBONI) IN NEDERLAND.
Naar „De hakkel verneemt zal de Nationale Bond
van Protestantsche Kiezers in Nederland binnenkort
worden gereorganiseerd tot den Nationalen Kiezers-
bond in Nederland. Aan de hoofdbeginselen van den
ouden Bond zal worden vastgehouden. Eén nieuw
beginselprogram is ontworpen en zal spoedig aan de
goedkeuring van een algemeene ledenvergadering on-
derworpen worden. Het doel van den Bond is in
het ontwerp als volgt omschreven:
a,. de middelen te beramen om langs dén weg eener
zuivere nationale politiek het algemeen overwegend
protestantsch karakter van ons volk getrouw te be
waren en de, onder Gods zegen en onder de leiding-
dei 1 rinsen van Oranje, met hun goed' en bloed ge
kochte vrijheid van godsdienst en geweten tegenover
cléncalisme en heerschzuchtig materialisme, van
welken aard ook, te handhaven.
b. De belangen en historische rechten der Neder-
landsch-Hervormde Kerk, welke nog altijd de Vader-
landsclie^ v olkskerk mag- worden genoemd', met in
achtneming- van de door andere gezindten verkregen
rechten met kracht voor te staan.
e, Het onderwijs aan de kinderen van ons volk
gegeven, zoomede het meer wetenschappelijk en vak
onderwijs, op een hooger geestelijk en maatschappe
lijk peil te brengen, niet door wijziging van maar
m verband met, de bestaande wetgeving.
d. De politiek van regeering- en wetgeving in zul-
ke banen te leiden, dat stands bestuur en wetgeving"
niet telkens opnieuw van een toevallige meerderheid'
in de volksvertegenwoordiging afhangen, docli in een
uniforme bedding- worden geleid.
e- nationaal' gevoel en onze saam hoerigheid
als Nederlanders te verheffen en te versterken.
1. Met kracht' ijveren niet alleen voor vrijheid
van godsdienst en geweten, maar ook van handel en
nijverheid, zoomede van geheel ons economisch be
staan, en niet minder op een voortdurende verheffing-
van het staatkundig-, maatschappelijk-, geestelijk
en godsdienstig leven van ons volk in al zijn schakee-
r in gen en geledingen.
g. Onze nationale veer- en weerkracht in elk op
zicht zoo hoog mogelijk op te voeren en de individu-
eele geestelijke en economische spankracht door on
derwijs en opvoeding, door plichts- en verantwoorde
lijkheidsgevoel, maar niet minder ook door verhdo-
ging van het algemeen arbeidspeil ten bate der ge
meenschap blijvend te verheffen.
h. Onze plaats als Koloniale Mogendheid t.e hand
haven en mede te werken aan de geestelijke en econo
mische verheffing van geheel de "bevolking van Oost
en West-Tndië, ook van den inlander.
Verder wordt vooropgesteld' dat de Bond niet is
een kerkelijke partij en dat de Bond is voor evenre
dige vertegenwoordiging en tegen alle protectionis
me hetzij' direct of indirect, voor algemeenen per
soonlijken dienstplicht en tegen hen die het vader
land niet voldoende zouden willen beschermen.
Voorts wenscht dé Bond onze koloniën te brengen
in beteren staat van verweer, zoomede onderwijs,
geestelijk leven en cultuur daar eveneens te bevorde
ren, ook door middel der christelijke zending, echter
op zulk een wijze, dat de zoogenaamde „gedwongen
kerstening" welke de laatste jaren in Indië wordt
toegepast, als zijnde schadelijk voor gebied, bevol-
king- en bestuur, volkomen komt te vervallen.
Gemengd nieuws.
KARDINAAL VAN ROSSUM.
Zaterdagmorgen omstreeks halftWaalf is kardinaal
an Rossum te Zwolle aangekomen. Duizenden
menschen waren bij het station. De deken Van Ba
len heette den kardinaal hartelijk welkom in zijn
vaderstad. De dagen, die u in ons midden wi'lt door-
bi engen, zoo zeide de deken, zullen u overtuigen,
hoezeer geheel Zwolle u eerbiedigt.
De kardinaal antwoordde, dat het hem een vreugde
was, «enigen tijd te kunnen doorbrengen in de stad
zijner geboorte, waaraan voor hem zoovele schoone
herinneringen verbonden zijn.
s Middags bracht de kardinaal een bezoek aan en
kele familieleden te Zwolle en ook zocht Z. Em. op
den kuiper Janssen, den pleegvader van den weesjon
gen van Rossum.
's Avonds werd! den kardinaal een ovatie gebracht
door tal van corporaties.
EEN LIMBURG SCHE CANDi DATENLIJ ST.
nJn de gemeente Heer, zoo schrijft men aan De
Tijd, deed zich dezer dagen liet geval voor, dat een
der candidaten voor den gemeenteraad overleed, vóór
de stemming plaats had.
Dus moest, overeenkomstig de gemeentewet, eene
nieuwe verkiezing worden uitgeschreven.
In Heer bestaan twee partijen, die elkaar fel besto
ken. En zoo gebeurde het, dat de partij der minder
heid in den raad, ditimaal dé meerderheid tracht te
verkrijgen. Een wethouder van de meerderheid moet
aftreden, en daarom werd door de minderheid' een
candidatenlijst ingediend voor diens zoon, om zoo
doende de kiezers op een dwaalspoor te brengen. De
minderheid beroept zich op het feit, dat de tegen
woordige meerderheid, vroeger minderheid, destijds
naast den aftredenden wethouder der meerderheid,
een candidaat stelde, met gelijken naam; deze candi-
daat was bovendien voor korten tijd failliet ver
klaard.
«le auto van de cüic van Engeland,
Bij de op 16 Mei j.l. op de Brooklyn-Baan gehou
den raceskwam deze auto wederom eerste aan.
Importeurs voor geheel Nederland
De nieuwe verkiezing is inmiddels uitgeschreven,
en de candi datenlij sten zijn ingediend, waarop weer
tal van personen prijken, die buiten hun weten zijn
gecandideerd. De lijst ziet er als volgt uit. Met den
aftredénden wethouder Hegtermans der meerderheid
zijn tevens gecandideerd! d'iens beide zonen, van 22 en
21 jaren oud; tegen den nieuwen candidaat der meer
derheid, H. H. A. van Hommerich, pater Van Hom-
merich van het opvoedingsgesticht, en tegen den can
didaat ,1. H. Smeets der meerderheid werd gesteld de
candidaat J. M. Smeets, een man van 22 jaren oud.
Do onlangs overledene heette eveneens Smeets.
Zaterdag is op de R. K. begraafplaats te 's-Graven
hage ter aarde besteld het stoffelijk overschot van
luitenant-generaal Bergansius, oud-minister van oor
log.
óordat het lijk ten sterfhuize uitgedragen werd,
werd des ochtends in! d'e kerk van dén H. Jacobus
een Mis van Requiem opgedragen door den zoon van
den ontslapene, pastoor Bergansius, uit Ovezande,
bijgestaan door rector Beukers uit Voorschoten als
sub-diaken en kapelaan Van Beek van Den Haag als
I staf.
Het koor voerdé de Mis van Requiem van den
priester-componist Lorenzo Perosi uit.
l)e dienst werd bijgewoond door de vertegenwoor
digers van de Koningin en de Koningin-Moedér, ad
judant i.b.d. generaal-majoor baron Van Voorst tot
Voorst, en kamerheer jhr. Van Tets, door luitenant-
generaal Dumonceau, chef van Hr. Ms. Militaire
Huis, en door jhr. Van de Poll, opperschenker.
Op de R. K. begraafplaats werd de lijkstoet opge
wacht door de ministers Talma, Colijn, Kolkman en
De Waal Malefijt, de oud-ministers Gooi en Staal,
verschillende Eerste- en Tweede-Kamerleden, vele
dienende en gepensionneerdé opper- en hoofdofficie
ren, den commissaris der Koningin in Zuid-Holland,
den plaatselijken commandant, terwijl da oud-minis
ter Loeff in een der rijtuigen in den stoet was geze
ten.
Op de begraafplaats speelde de Koninklijke Mili
taire Kapel Chopin's Treurmarsch.
Pastooi Bergansius verzocht den vertegenwoordi
gers der Koninginnen en van den Prins dén dank dei-
familie over te brengen en dankte voorts de aanwe
zigen voor de groote belangstelling.
EEN STUDIEREIS.
Ie 's-Gravenhage is aangekomen de lieer Julio
Llanos, directeur-generaal van landbouw der provin
cie Buenos-Ayres, den voornaamsten staat der Argen-
tijnsche republiek, hoofdredacteur van het te Buenos-
Ayres verschijnende blad La Nacion, en oud-presi-
dent der Kamer van afgevaardigden te Buenos-Ayres.
door L. G. MOBERLY.
Naar het Engelsch.
32) _0_
Christine bloosde, gedeeltelijk door de woorden van
lol die zij hoorde, maar ook omdat zij voor haar ver-
eling gezicht zag- van een man, een gezicht
vol diepe rimpels van smart, met een onrustigen blik
m de g-njze oogen. En met die herinnering kwam te
vens het onstuimig verlangen in haar op dat het haar
gegeven mocht zijn, dien man rust te geven, den man
die de neef was van Lady Cicely en wiens naam zij
niet eens kende. Zij werd opgeschrikt uit haar
vreemden gedachtenloop door een zachte stem.
„Ik kan nnj met begrijpen, hoe uw gezicht en uw
stem mq zoo wonderlijk bekend voorkwamen, en toch
verzekert u dat wij elkaar nooit eerder ontmoet heli-
ben
„Wij hebben elkaar nooit ontmoet," antwoordde
Christine met groote beslistheid „Ik -zou u nooit
vergeten als ik u ooit gezien had, ach!" ging zij voort
met een echt meisjesachtig gebaar, „zou u mij niet
een naam van u willen opgeven om later aan u te
blijven denken niet een naam die dien u liever
niet zeggen wilt/' voegde zij er haastig bij toen zij
een angstigen blik in haar oogen waarnam, „maar
een naam dien ik kan onthoud-en om aan u te' den
ken."
„Noem mij maar Margaret in uw gedachten,"
luidde het. antwoord, „dat is een van mijn namen,
noem mij zoo maar."
„Maar dat lijkt -Christine aarzelde weder
dat lijkt zoo onbescheiden om u bij een vóórnaam te
noemen. U
„Ja, dat weet ik wel. Ik ben oud genoeg om uw
moeder te zijn," de donkere oogen zagen het verstan
dige gezichtje aan, „en het leven dat achter mij ligt
maakt, dat ik mij! voel als iemand van duizend jaar in
plaats van apht-en-dertig. Maar toch, er ïs nog een
jeugdig plekje in mijn hart een heel' jong- plekje,
waai ik nog- precies kan voelen als een jong- meisje;
en ik zou het heel prettig vinden als u mij Margaret
wou noemen."
„Margaret, herhaalde Christine zachtjes, „ik ben
J dat u zoo'n mooien naam heeft. Ilij schijnt bij
uw mooie gezicht te hooren." Zij sprak óp een droo-
mengen toon en zij wist nauwelijks wat zij zei, maar
toen het geluid' van haar eigen stem in haar ooreri
doordrong-, kreeg zij een vuurroo'de kleur en er kwam
een dieptreurige uitdrukking in haai- oogen.
„O, ik vraag u vergiffenis," riep zij uit, „ik dacht
hardop, dat was heel onbeleefd van mij. Maar weet
u, van het eerste oogenblik af aan dat ik u gezien
heb, heb ik u de „schoone dame" genoemd. U ziet
dus dat ik geen naam liad om u te geven."
„Dat was heel aardig- van u." Margaret glimlach
te en streelde het krullende haar van het jonge meis
je. „Eenmaal, lang, heel lang- geleden, toen ik jong
was, toen was ik werkelijk mooi; het is geen ij dol
heid als ik dat zeg. Ik was bepaald een mooi meisje.
Maar het leven en alles wat het leven mij gebracht
heeft heeft" 1
„De levensomstandigheden hebben u nog- mooier
gemaakt, viel Christine haar vol vuur in de rede,
„er is droefheid gekomen op uw gezicht, maar ze
heeft er de schoonheid! niet aan ontnomen, integen
deel." Margaret glimlachte weder en ook over het
gezicht van het jonge meisje vloog een glimlachje.
Margaret boog zich tot haar over en riep uit:
„Het is onbegrijpelijk, maar vooral als u glimlacht
komt mij uw gezicht zoo bijzonder bekend voor. Die
manier van glimlachen herinnert mij aan een ander
gezicht dat ik gezien heb, ik kan mij niet bedenken
waar dat en wie het was. En uw stem herinnert mij
ook aan de stem van een ander, een heldere stem met
een rustigen klank. Kan ik soms iemand gekend heb
ben die familie van u was?"
„Ik zou niet denken dat u ooit een familielid van
mij gezien he'bt. Mijn naam is Moore, wij zijn altijd
heel arm geweest en woonden in een d'orp in De
vonshire, volstrekt niet aan de route. Ik heb zelf
nooit iemand van de familie gezien en ik weet zelfs
den naam niet van mijn moeder. Ik denk dat haar
familie heel onaardig tegen haar geweest is; want
zij noemde haar naam nooit."
„N u, t is misschien een heel toevallige gelijkenis,
maar ik zal niet rusten voordat ik mij herinner wie
de persoon is aan wie u mij' denken doet. Is dat de
dokter?" vroeg zij plotseling en haar luchthartige
toon van zooeven veranderde weder in een toon van
grooten angst. „Wat komt hij mij medéd'eelen
De opgewektheid, die een oogenblik uit haar oogen
had gestraald, verdween en er was niets dan angstige
nieuwsgierigheid in de oogen die ze opsloeg- tot Dr.
I Fergusson toen deze de kamer binnentrad.
„Heeft hij u toegestaan hem geheel en al te onder
zoeken?" vroeg zij.
„Ja, geheel en al." Fergusson sprak zacht maar
ernstig en toen hij. het bed was genaderd-, begreep
Christine dadelijk dat hij aarzelde te spreken, daar
het een droevige tijding was die hij had mede te dee-
len.
„Zeg het mij Margaret sprak hijgend; zij sloeg
de oogen niet. at van het verstandige gezicht dat op
haar neerzag; de droefheid van de schoone vrouw
trof hem tot in het. diepst van zijn teeder hart. Smart
veroorzaken- aan een vrouw en dan nog wel aan zulk
een teere vrouw, lichamelijk niet in staat het leed te
dragen, was iets vreesélijks voor hem, het was hem
haast niet mogelijk. En toch was hij te eerlijk en te
sterk van aard om de waarheid te verzwijgen, -wan
neer die gezegd moest worden, en hij verzweeg die
dan ook niet.
„Ik vrees dat het geen goede tijding is die ik u
brengen moet," zeide hij. „Het herstel van den pa
tiënt dien ik zooeven bezocht héb, is slechts tijdelijk.
Ik geloof dat ik volkomen oprecht met u moet spre
ken; welnu, er is geen hoop op zijn volkomen her
stel."
Margaret, uitte een doffen smartkreet, vreeselijk
om aan te hoore», dacht Chmtiae. Maar haar stem
was onnatuurlijk kalm toen zij zei:
i r, u dat hij een ongeneeslijke ziekte-heeft'?
Zeg mij de volle waarheid."
„Ja, bepaald ongeneeslijk en ver zeer ver
gevorderd. Ik kan hem iets geven om zijn lijden to
verlichten maar het zou niet goed zijn u hoop te
geven op herstel. Er bestaat niet de minste hoop."
I oen de dokter zweeg heerschte er een zonderling
drukkende stilte in de kamer, die eenige minuten
duurde. Christine stond' bij de kachel, maar 't was
of zij zag hoe de bedroefde vrouw al haar krachten
verzamelde om aan dezen slag het hoofd te bieden.
I let jonge meisje keek -even naar het bleeke gezicht
en de diepe oogen, maar zij wendde de oogen af,
want zij voelde dat het niet goed' was een ander 'le
vend wezem een blik te doen slaan in de gefolterde
ziel, die uit die oogen sprak. Margaret zelf was de
eerste die het stilzwijgen verbrak.
„Zal het lang duren?" vroeg zij.
„IK denk liet niet. antwoordde Fergusson ernstig,
„maar in een geval als dit hangt alles- af van het
temperament van den zieke, van zijn omgeving, zijn
geestestoestand, angst of vqrdriet of groote inspan -
hing zou liet verloop der ziekte kunnen verhaasten."
De blanke handen, die al dien tijd zoo rustig op de
dekens gelegen hadden, klemden zich samen en er
was opnieuw een hartstochtelijke toon in haar stem,
toen Margaret zei
„En die geestestoestand is juist iets waar ik niets
aan kan doen, ik kan hem niet beletten zijn gedach
ten in te spannen."
„IT moet, bedenken dat ik u alleen de opinie mede
deel van één persoon mijn eigen meening," ant
woordde Fergusson vriendelijk. „Wil ik een collega
uit Londen meebrengen
„Neen neen! de angstige blik dien hij reeds in
haar oogen had opgemerkt, viel hem weer op, „neen
er mag niemand anders komen, niemand anders mag
jiem zien. Zooals het nu is zijn de gevaren" zij
zweeg plotseling en voleindigde den zin minder ge
agiteerd dan te voren „ik héb volkomen genoeg
aan uw oordeel Dr.'Fergusson," zeide zij, „ik wou er
liever geen anderen dokter bij hebben en u zult
mijn wenseh eerbiedigen en zwijgen omtrent allés
wat u hier in huis hebt gezien, nietwaar?"
i' -s. IWordt verrnlgd).