DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
No. 247.
Honderd ©n vijftiend© Jaargang
1918
mm
DONDERDAG
28 OCTOBER.
V ergadering
Gemeenteraad van Alkmaar,
FEUILLETON.
Oeze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk f 1,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Prijs der gewone advertentiën
Per regel f0,10. Bij groote contracten rabat. Oroote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Onder Suggestie.
Telefoonnummer 3.
op Woensdag 22 October 1913, 's n.m.1 uur.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
ALKMAAR brengen ter algemeens kennis dat in
het Gemeenteblad' van Alkmaar, No. 419, is opgeno
men het besluit van d'en Raad dier gemeente van 15
October 1.1., waarbij is vastgesteld eene
wijziging der verordening op het benoe
men en ontslaan van sommige gemeente
ambtenaren en bedienden.
Welke verordening, heden afgekondigd', gedurende
drie maanden ter gemeente-secretarie ter lezing is
neder,gelegd en aldaar tegen betaling van 0.05 in
afdruk is verkrijgbaar gesteld.
Alkmaar, 21 October 1913.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
van den
Voorzitter de heer G. Ripping.
Secretaris de heer O. D. Douath.
Tegenwoordig 17 leden. Afwezig d'e heeren Glin-
derman en de Groot.
De notulen der vorige vergadering worden goedge
keurd.
Aan de vergadering wordt medegedeeld, dat ia in
gekomen:
a. een adres d.d. 12 October 1.1. van het bestuur der
Vereeniging voor volkshuisvesting „Alkmaar,"
houdende bericht, dat het aanbod van grond, ge
daan bij raadsbesluit van 18 Juni 1.1,, no. 14, goed
gekeurd bij besluit van de Gedeputeerde Staten
d.d. 16 Juli 1.1., no. 22, door .de genoemd© vereeni
ging wordt aanvaard;
Voor kennisgeving aangenomen.
b. een adres d.d. 12 October 1.1., van dezelfde Veree
niging, houdend© het verzoek eene som van
75000 te harer beschikking te stellen voor den
bouw van 40 arbeiderswoningen;
Gesteld in handen' van B. en W. om bericht en
raad.
o. een adres d.d. 20 October 1.1. van G. van den
Berg, tolgaarder, houdende het verzoek zijn loon
te willen verhoogen;
Alsvoren.
d. een adres d.d. 21 October 1.1. van E. Mak c.s., hou
dende het verzoek om een paal vóór de Zander-
sloot te doen verwijderen.
Gesteld in handen van B. en W. ter afdoening.
e. id. van de bewoners tusschen Ritsevoort en Baam-
straat om het pad' voor hunne woningen te verbet
teren.
Gesteld in handen van B. en W. om bericht en
raad,
f. kennisgeving van mevrouw Snellende Lange
houdende bericht van aanneming van har© benoe
ming tot regentes van, het Weeshui®.
Voor kennisgeving aangenomen.
BEGROOTING VAN HET BURGERLIJK ARM
BESTUUR, DIENST 1914.
De uitgaven van het Burgerlijk Armbestuur wor
den voor het jaar 1914 geraamd op 27597.88°, de
ontvangsten op 3297.88°, zoodat een subsidie uit de
gemeentekas noodig is van 24300; voor 1913 was
hiervoor geraamd 26000.
De uitgaven wegens bedoeling in geld en brood
worden, evenals voor 1912 en 1913, geraamd op
Roman naar het Duits,ch van
C. CROME SOHWIENING.
37i o
De chef vau het politie-bureau luisterde met de
grootste aandacht naar het verslag van den commis
saris. „Ik keur natuurlijk alles goed' wat udoet,
mijnheer van Rinschoten; maar ik geloof dat u zelf
ook weinig hoop hebt de gestolen sieraden terug te
zullen vinden; dat moet u mij zeker toegeven 1"
„Ik heb nog al eens de aandacht gevestigd op on
zen sterksten bondgenoot, namelijk op „Zijn Majes
teit het Toeval 1" antwoordde de commissaris. „Die
speelt een gewichtige rol' in het leven van een mis
dadiger zoowel als zijn vervolging. Maar toch ben ik
bang, dat wij den buit zelf als verloren moeten be
schouwen, al gelukt het ons de roovera op te spo
ren."
Op dat oogenblik trad ©en agent met ,een telegram
binnen en reikte het zijn chef over.
„Het Toeval!" zeide dleze lachend, terwijl hij' het
telegram openbrak. „Daar moet men toch niet te
vast op re.1" Hij sprak den volzin niet uit, mav
sprong met een luiden uitroep van verbazing van
zijn stoel. „Dat is meer dan toeval", zeide hij ern
stig, terwijl h'ijl het telegram aan van Rinschoten
gaf. „Dat is de hand der Voorzienigheid. De siera
den zijn gevonden hij een stervende!" Met grooter
haast dan betamelijk was in tegenwoordigheid van
een ondergeschikte, rukte van Rinschoten hem het
papier uit de hand. Het telegram kwam van het
bureau van politie in Leiden en behelsde deze woor
den: „Gestolen sieraden onbeschadigd gevonden
tusschen de kleederen van een bij het spoorwegonge
luk doodielijk gewonden man. Verzoeke instructies."
„Telegrafeer dat u met den eersten trein in Lei
den zult wezenriep de chef van het politie-bureau
20000, en eveneens zijn gelijk aan de raming vooi
1913 gebleven de uitgaven voor granen en kosten der
bakkerij,verpleging ziekenhuis, belastingen en ad-
ministratiën, onderscheidenlijk uitgetrokken op
1100, 2100, 50 en 450.
Verhoogd zijn de posten: kkeding en gereedschap
met 25, omdat eenige kinderen ten laste van het
Burgerlijk Armbestuur gebracht zijn; onvoorziene
uitgaven met 36.20; daarentegen zijn verlaagd de
posten turf en arbeidsloon met 25 en besteding in
gestichten met 200.
Hoewel de commissie van oordeel is, dat het in
werking treden van art. 369 der Invaliditeitswet in
begin December aanstaande, wel eenigen invloed zal
hebben op het voor bedeeling benoodigde bedrag,
heeft zij geen bezwaar tegen de voorgedragen cijfers,
weshalve zij den Raad voorstelt de begrooting goed
te keuren.
De heer Boel ma na ter Spil'l vraagt of
die laatste toevoeging wel noodig is; het Burgerlijk
Armbestuur weet dat toch wel.
De heer de Lang© zegt, dat dit wel het geval
kan zijn, doch men heeft gemeend, dlat het goed is
er de aandacht op te vestigen, omdat er £n die begreo-
ting niet van wordlt gesproken.
De voorzitter zegt: Baat het niet, het schaadt
niet, dat de toevoeging blijft staan.
De begrooting wordt goedgekeurd.
BEGRlOO'TXNG VAN DE STADS-APOTHEEK,
DIENST 1914.
De commissie tot de belastingzaken enz. stelt den
raad voor te besluiten de begrooting van de Stads
apotheek voor het jaar 1914 in ontvang en uitgaaf
vast te stellen op 7475, met toekenning van eene
toelage uit de gemeentekas van 5900.
Goedgekeurd.
BEGROO'TINIG BURGEE1WEEISHUTS,
DIENST 1914.
Da -commissi© tot die belastingzaken enz. stelt den
raad voor te besluiten;
lo. da begroeting voor het Burgerweeshuis voor
het jaar 1914 vast ta stellen in ontvang en uitgaaf
op een bedrag van 8975.
2ow het bedrag d'er schadeloosstelling voor verple
ging van niet tot het huis behoor,endie weezen voor
h'et jaar 1914 ta bepalen op 205 per wees.
In dia beigrooting is o.m. opgenomen een verhoo
ging van den huur voor het gymnasium, welke huur
op 1000 wordt gesteld.
De voorzitter merkt op, dat het Bestuur van
het Weeshuis gerekend heeft op een meerdere huur
voor het Gymnasium, welke gesteld wordt op 1000.
Als de Raad deze begrooting goedkeurt, dan be
sluit men dus tevens tot verho>oging van den huur en
daarmede moet op de gemeente-begroeting rekening
worden gehouden.
De heer Dorbeck zegt, dat de ver'hooging nog
al belangrijk is en merkt op, dat er al eens geklaagd
is over gebrek aan ruimte voor het Gymnasium.
De voorzitter stemt dat toe, doch iu den laat-
sten tijd heeft men di'e klachten niet gehoord. Latei-
kan hierop terug worden gekomen.
De begrooting wordt daarop goedgekeurd.
BEGROPTING GEMEENTE-SLACHTHUIS
DIENST 1914.
De commissie tot de belastingzaken enz. stelt den
raad voor te besluiten bovengenoemde rekening goed
te keuren in ontvang tot een bedrag van 325.983.11°
en in uitgaaf van 235.708.80°, afzoo met ©en batig
in de hoogste mate opgewonden. „Ik zdf za'1 per
soonlijk het bericht aan den minister overbrengen.
Het vertrek van den Radjja van Mataram moet wor
den uitgesteld totdat u met de sieraden terug is. Zoo
de man bij uw aankomst nog in l'aven is, dan tracht
u hem natuurlijk eerst te verhooren. Is hij dood,
dan vraagt u onmiddellijk een extra locomotief aan
en rijdt daarmee en met de sieraden naar den Haag
terug, wanneer er ten minste niét dadelijk een trein
Vertrekt! Vooruit! mijnheer van Rinschoten, eerst
de schat en dan met ijver de misdadiger® achterna;
het wrekend Noordlot heeft ons waarschijnlijk den
gewichtigste reeds in handen geleverd."
Een half uur later zat de afgematte commissaris
in den trein naar Leiden. Zou hij den zwaargewonde
nog in leven vinden? Zou de duisternis waarin de
ring met de slang was gehuld, optrekken?
Hij reed in de eerste p'laats naar 't politie-bureau,
maakte zich daar bekend eu nam tegen quitantie den
lederen zak met sieraden in ontvangst. Toen ver-
zo,cht, hij om een beambte die hem kon bijstaan en
procesverbaal opmaken in geval de gewonde in staat
mocht zijn in verhoor genomen te worden en einde
lijk begaf hij zich in groote spanning naar het zie
kenhuis, waar men de gewonden naar toe gebracht
had.
„Eet loopt af met hem", fluisterde de dokter ter
wijl hij hem naar het bed) van Wapstra bracht, die
rochelende ademhaalde. „Het is een wonder d'at hij
nog leeft; zijn borstkas is ingedrukt en zijn beide
beenen zijn tot de knie toe vernield. Wij zijn niet
tot een operatie overgegaan; hij is reed® stervende."
„Is er iets aan te doen om hem nog even tot be
zinning te brengen?" vroeg van Rinschoten, terwijl
hij den stervende strak aanzag.
„Zoo aanstonds zal er een einde zijn aan zijn lij-
den", antwoordde de dokter.
„Er staat hier meer op het spel dan het verdorven
leven waar een einde aan komt. Een enkel woord
van den stervende kan een daad ophelderen, waaraan
de Regeering ontzettend veel gelegen is. In naam
der wet moet ik u verzoeken dokter, alle middelen
ialci'o van 9U.274.31, aU eersten post van ontvang
re brengen op de rekening voor 1913.
De overgelegde exploitatierekening wijst een winst
aan van 96023.69, de resultatenrekening een winst
van 32.487.97°.
Goedgekeurd,
er de aandacht op te vestigen.
BELASTING OP OPENBARE VER
MAKELIJKHEDEN.
Dit punt werd in de vorige zitting aangehouden.
Ingekomen zijn de volgende amendementen:
Van Burgemeester en Wethouders:
In ar.t. 5 der heffingsverordening achter het sub b.
vermelde te doen volgen de woorden: uitgezonderd
schouwburgtenten, paardenspellen en bioscopen.
Van den, heer Verkerk:
Art. 5 der heffingsverordiening als volgt te lezen:
Van belasting zijn vrijgesteld alle openbare verma
kelijkheden:
a. door vereenigingen en uitsluitend ondernomen
of gegeven ter' bevordering van kunst, wetenschap,
volksontwikkeling en volkswelvaart, voor zoover
daarbij geen winst wcrdtl beoogd of gemaakt anders
dan ten 'bate van de vereeniging of eeaig weldadig
doel';
b. gegeven gedurende da kermis in lokalen of ten
ten, waarvoor markt- of staangeld is betaald; uitge
zonderd schouwburgtenten, paardenspellen en bios
copen;
c. gehouden wordende vóór 7 uur 's namiddags en
uitsluitend toegankelijk voor kinderen en geleiders,
mits de middelsom der toegangsprijzen per persoon
oen bedrag van 2-5 cent niet te boven gaat.
Van den heer Udo;
De Verordening op da invordering aan te vullen
met eene bepaling van den volgenden inhoud:
HÜ dia de belasting betaalde of zijn gemachtigde
kan binnen dlrie maanden na de betaling teruggaaf
vragen bijl het college van Burgemeester en Wethou
ders. 'Tegen de beschikking van Burgemeester en
Wethouders kan hiji bij' den Raad in beroep komen
binnen dertig dagen, nadat deze hem ie medegedeeld.
De heer Boelmans ter Spill wil vooraf nog
even terugkomen op hetgeen in de vorige zitting is
gezegd betreffende de aanhaling in het rapport van
dien gemeente-controleur, dat de Burgemeester het
recht zou hebben 'bij' wanbetaling de zaal' te sluiten
en waarbij werd aangehaald een arrest van den Hoo-
gen Raad. De heer' U'do heeft dat nagezien en be
vonden, dat dit onjuist was. Nu wil spreker' deh
heer controleur in deze verdedigen. De controleur
heeft het nagezien in een werk van den heer La'ke-
man en daar staat het werkelijk in.
'Gaarne 'brengt spreker den heer1 Udo hulde, da't hij
de zaak heeft onderzocht, doch merkt op, dat de heer
Udo toch niet geheel juist heeft gelezen; Het arrest
betreft deze kwestie eigenlijk niet. In het Weekblad
van het Techti komt deze kwestie voor, doch niet van
10 Oct., dat moest 16 Oct. zijn. De heer Lake-
man is dus op meer punten niet geheel juist, doch
zooals spreker zei, dit arrest betreft eigenlijk deze
zaak niet.
In „d'e Gemeentestem" wordt echter door den re
dacteur op een desbetreffende vraag, geantwoord,
dat bij wanbetaling de Burgemeester het recht heeft
een zaal te sluiten en „de Gemeentestem" heeft in
deze toch ook wel eenig gezag.
De heer U d o is den heer Boelmans ter Spill
dankbaar voor de hulde, en wil de opmerking inzake
het juist lezen gaarne ter harte nemen. Hij staat er
echter paf van, dat hij zoo geheel verkeerd zou heb
ben gelezen. Het geheele arrest van den Hoogen
Raad heeft spreker niet gelezen, doch de conclusie
wel, en die is, meent hij, juist. Te zijner verdedi
ging zegt spreker ook nog, dat de secretaris dezer
gemeente het met hem eens was, dat de opvatting
van den controleur onjuist was. Spreker zou echter
gaarne van den heer Boeimans ter Spill het betref
fende arrest eens inzien,.
Na inzage van de bescheiden verklaart de heer
Ud'o zich ten ©enenmale te hebben vergist.
De voorzitter deelt voorts mede, d'at B. en W.
inzake deze verordeningen alleen dit standpunt het
meest juiste achten, dat men geen enkdie vereeni
ging vrijlaat en d'us den eisch van de koninklijke
goedkeuring laat vervallen. De belasting is heusch'
niet zoo bezwaarlijk voor dia vereenigingen. Voorts
zal worden vrijgesteld! de uitvoering waarvan de
helft van da bruto, ontvangst bestemd' is voor 'n lief
dadig doel.
Da heer Verkerk verwijst naar zijn amende
menten en zegt dat hij met B. en W. in deze niet kan
meegaan. Den vorigen keer heCft spreker betoogd
allen of geen, nu zal' hij' zijne verdediging anders
moeten inrichten, ook waar B. en W. thans eerst
met hunne wijziging gekomen zijn. Spr. wijst er op,
dat hij voorstelt vrij te stellen alle uitvoeringen die
kunst, volkso&twikkeling enz. bedoelen. Dat geldt
hier vooral de vereenigingen van de arbeiders; voor
die is d'e belasting te betwaarlijk en zal' zij het ver-
.©enigingsleven drukken» Spr. wijst in dit verband
op de 1 Mei betooging. Een dergelijke bijeenkomst
alsook andere zullen door de verhoogde entree als ge
volg der belasting veel mindor wordemt bezocht.
Voorts zegt spreker, dat de 'bepaling, dat een uit
voering met een liefdadig doel zal worden vrijgesteld
indien de helft der bruto-ontvangst voor dlat doel
wordt afgedragen, te bezwaarlijk is. Stel, dat een
vereeniging een bruto-ontvangst heeft van 100,
dan moet zij 50 afdragen en waar de 'kosten meer
dan 50 bodragen d'us een' bedrag uit hare kas bij
passen om van de belasting vrij te komen.
Ten slotte zegt spreker, dat het hem die vorige
maal verheugde, dat de heer Udo aan zijn zijdie stond,
waar het betrof een door B. en W, voorgestelde be
paling, dat bijl wanbetaling die Burgemeester het
recht zou hebben die zaal te «luiten. Het spijt hem
thans te vernemen, dat de heer Udo verkeerd had
gelezen, doch het doet helm genoegen, dat B. en W.
dit amendement hebben laten vervallen.
De vóoorzitter heeft hij de berekening van den
heer Verkerk gedacht aan het rekensommetje in de
„Groene Amsterdammer, waarbij werd uitgerekend,
dat een onderwijzer niet werkte, terwijl daartegen
over een ander berekende, dat hij meer uren per jaar
werkt dan er in een jaar zijn. De Voorzitter rekent
dan ook voor dlat de rekening niet juist is en men
kan de kleine belasting betalen, die daarvoor
noodig is en dat aftrekken van het overblijvende be
drag.
Verder zegt spreker, dat indien pren ingaat op het
geen de heer Verkerk voorstelt, men allerlei voor
stellingen kan brengen onder die welke kunst, volks
ontwikkeling enz. beoogen, daar zouden ook bios
coopvoorstellingen onder kunnen vallen.
De heer Udo bestrijdt dit. Een bioscoopvoorstel
ling is in het algemeen een vermakelijkheid; alleen,
wanneer er bepaalde films worden vertoond, kan zij
gerekend worden als een vertooning die kunst of
ontwikkeling beoogt.
De voorzitter zegt, dat indien men alle ver
eenigingen vrij laat, men allerlei vereenigingen zal
j krijgen, dan zullen ook b i o s c op e- ondernemer s zich
vereenigen, om vrijgesteld te worden.
aan te wenden die in staat zouden zijn den stervende
nog een oogenblik het bewustzijn terug te doeu krij
gen."
De dokter trok zwijgend de schouders op, en nam
een fleschje dat met een glazen stopje gesloten was.
Eir verspreidde zich dadelijk toen hij het had open
gedaan een zeer scherpe lucht in d'e kamer. Hij
deed1 enkele druppels op een lepel en goot ze op de
gloeiende lippen van den stervende.
Deze zuchtte; zijn* gelaat vertrok krampachtig en
hij sloeg de oogen op. Met straikken, vragendien blik
zag hij de beide personen aan. „Potter!" sprak hij
rochelend en zijn oogen vielen weer dicht. Opnieuw
schudde hij krampachtig, het was of een rilling over
zijn lichaam liep.
„Gauw dokter nog eens!" riep van Rinschoten in
koortsachtige opgewondenheid'; maar d'eze schudde
het hoofd, terwijl 'hij zich tot den lijder overboog.
„Geen menschelijke macht is in staat-hem levend
te maken", zeid'a hij, zich oprichtende. „Indien de
man eten misdadiger geweest is, dit oogenblik heeft
hem ontrukt aan de aardsche gerechtigheid en voor
een hoogeren Rechter gebracht. De man is dood,
commissaris."
„Potter?" herhaalde deze. „Was dat zijn eigen
naam? Was het die van een ander? Wie kan het we
ten? Heeft u alles bij elkaar wat op den doode ge
vonden is?" voegde hij er bij tot den agent.
„Hier is het."
„Ik leg er beslag op," verklaarde van Rinschoten.
„Zorg, dat er dadelijk een photografie van het lijk
genomen wordt en zijn signalement opgemaakt in
zooverre dat nog mogelijk is. Met d'e begrafenis
moet gewacht worden totdat daartoe verlof is afge
komen uit dien Haag."
Doodinoe begaf hij zioh naar het station, hij kon
zich haast niet- langer staande houden. Daar hij
slechts tien minuten op den sneltrein behoefde te
wachten en een extra locomotief toch pas na den
trein zou mogen vertrekken, zoo besloot hij met den
trein te gaan. Van die minuten maakte hij gebruik
om iet» te eten en te drinken. Hij wachtte met het
nazien der portefeuille, die men den doode had afge
nomen, totdat hij in de coupé zat.
Hij vond een pas, afgegeven aan den agent Soes-
mans, een kleine som aan Hollandsch papieren geld
en een briefje, waarin een platte grond' met een paar
potloodstrepen geteekend was. Koortsachtig zocht
hij de zakjes van d© portefeuille verder d'oox of hij
iets vinden kon, dat tot aanwijzing kon dienen van
den genoemden Potter, dien de stervende genoemd
had. Maar hij vond! niets.
Van Rinschoten vond' tot zijn groote verbazing niet
alleen den assistent-resident van Lombok op het bu
reau van den chef d'er'politie, maar ook den minister
van Koloniën. Men had den extra-trein, waarmee de
Rad'ja van Mataram naar de boot zou gebracht wor
den, zoo lang laten] wachten.
„Er ontbreekt niets aan," zeide de commissaris, die
totaal uitgeput was.
„Heeft u nog iets kunnen' ontdekken?"
„De man op wien men de sieraden gevonden heeft,
was stervende. Slechts één naam hebben zijn lippen
nog uitgesproken, den naam Potter."
De chef van het bureau legde zijn hand op van
Rinschotens arm.
„Blijf nog even", zeide hij terwijl h'ij zich tot zijn
Excellentie wendde, die met den assistent-resident
op het punt was van vertrekken, „ik wou u nog gaar
ne even spreken."
Hij begeleidde de heeren tot onder aan d'e trap en
keerde ijlings naar zijn werkkamer terug.
„Dien naam! Noem dien naam nog eens!"
„Potter meen ik duidelijk verstaan te hebben. Dö
politie-beambte dien ik had' meegenomen en de doc
tor hebben ook Potter verstaan."
De chef drukte op een electrisch kno-pje op zijn
schrijfbureau. „Is Vanderem daar? Ik laat hem
verzoeken hier te komen met het bericht over het
meisje dat vanmorgen in het ziekenhuis gebracht is."
Eenige oogenblikken later kwam een bejaarde poli
tie-beambte met een papier in de hand de kamer bin
nen.
fWaaedit!