DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Algemeens Ledenvergadering Ho» 250 Honderd en vijftiende jaargang. 1918. MAANDAG 27 OCTOBER. Alkmaarsche Huishoud- en Industrieschool. FEUILLETON. Yrijdag 31 October 1913, Onder Suggestie. op BINNENLAND. Ingezetenen der gemeente, die in aanmerking wen- schen te komen voor de vervulling der betrekking van assistent-waagineester op eene jaarlijksche bezoldiging van f 250, om uitfluitend dienst te doen gedurende de Vrijdagsche kaasmarkt, worden uitge- noodigd hunne stukken (adres op zegel) in te zenden aan het Gemeentebestuur vóór 3 November a.s. HINDERWET. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alk maar brengen ter algemeene kennis, dat heden op de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het aan hen ingediende verzoek met bijlagen van A. LEEGWA TER rijwielhersteller aldaar, om vergunning tot het oprichten van een moffeloven en een veldsmidse in het perceel Hoogstraat, Wijk B, No. 1. Bezwaren tegen deze oprichting kunnen worden in gediend ten raadhuize dezer gemeente, mondeling op Maandag 10 November e.k., 's voormiddags te elf uur en schriftelijk vóór of op dien tijd. Gedurende drie dagen vóór gemelden dag kan de verzoeker en hij, die bezwaren heeft ingebracht, op de secretarie dezer gemeente van de terzake ingekomen schrif turen kennis nemen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. RIPPING, Voorzitter. DONATH, Secretaris. Alkmaar, 27 October 1918. 'h namiddag» 3 uur. 1. Notulen. 2. Begrooting voor 1914. 8. Benoeming van de Financieels Commissie. 4. Benoeming van een nieuw bestuurslid in de plaats van den Heer J. A. HUISKEN. 5. Rondvraag. 6. Sluiting. C. M. EITS—NEIJENHUIJS, Secretaresse. 27 October; Het gebeurt niet dikwijls, dat er voor een buiten- iandsch politiek weekoverzicht zooveel stof te behan delen is, al® er vandaag valt te overziten. Elk rijk leeft wel iets, d!at die vermelding waard is. In Duitscblandl heeft de Kroonprins, die ie politiek van den verantwoordelijken kanselier' in take de Brumsiwijksche troonopvolging had afge keurd, wijl hij' die besliste verklaring van prins Eïnst August, zijn zwager, eischte, dat deze afstand zou doen van alle rechten op den troon van Hannover, bakzeil gehaald en zich na een onderhoud met zijn Keizerlijken vad'er, dat niet al te vriendschappelijk moet zijn geweest, verklaard' vóór het beleid der re geering. Na de oplossing van deze onaangename politieke familie-aangelegenheid is Keizer Wilhelm welgemoed naar Konopisjt gegaan om daar met den Oosten- rij k s e h e n troom-opvoïger Frans Ferdinand' te ja gen, terwijl hij1 gisteren op Schönbrunn den grijzen keizer Frans Jozef heeft bezocht die bladen verze keren, dat de bedde monarchen elkaar op buitenge woon hartelijke wijze hebben begroet en elkaar heb ben omhelsd alsofde ltezer(es) vuile dit zelf maar aan. Roman naar het Duitsch van C. CROME SOHWIENING. 40) o— Van Kinschoten klemde zijn hand om de leuning van den stoel, die naast het bed stond. Zijn gezicht zag vaalbleek, Alles woedde en krioelde in zijn hoofd. Het bleeke, jonge meisje, dat daar zoo' aandoenlijk schoon voor hern Tag in een toestand waarvan hij zich geen rekenschap kon geven, het meisje, dlat zóer van nabij' betrokken was in een misdaad zij was het kind' van zijn vaders zuster, zijn eigen nichtjel Met de ijzeren wilskracht, die de man door zijn vak over zich zelf verkregen had, drong hij de aandoening terug, die hem haast belette te spreken. „U noemdle Potter, dié zich zelf ook professor Fergus noemde, uw oom. Was d'at d'e broer van .uw vader?" Ademloos van spanning wachtte hij' haar antwoord af. „Het is wel zoo - hij1 heeft mij opgevoed hij was ernstig en streng; maar naast het zachte gezicht van die vrouw die mij: in haar armen hield zie ik nog een ander gezicht ik kan niet meer zien het wordt d'onker om mij: heen," zeidie Lizzie met nauw hoorbare stem. „Maak er voor vandaag een einde aan," sprak de dokter zachtjes. „Nog één ding. Zou u het verband om haar vinger willen losmaken, als 't u blieft?" „Het is een gewone snede door een scherp voor werp veroorzaakt." „Ik moet het zien!" Schouderophalend voldeed1 de dokter aan zijn ver langen. „Kijk maar, de randen beginnen zich reeds te sluiten." Dit bezoek is ook een familie-aangelegenheid, wel ke ongetwijfeld evenzeer een politiek tintje heeft. Het boterde den laatsten tijd niet al te best tusscben de beide bondlgenooten aan Donau en Spree, uiteen- loopende belangen en wenschen inzake de Balkanaan gelegenheden leidde tot verschil van inzicht, dat wel eenige verwijdering scheen tengevolge te hebben. Men was er in Duitschland weinig op 'belust om zich ter wille van Oostenrijk in'npolitiekBalkan-avontuur te wagen' en 'twas in de Duitsche landen een heele opluchting, toen men vernam, dat Servië voer het Oostenrijksch dreigement was gezwicht en zijn troe pen uit het nieti-Servische gebied teruggeroepen had. Het bezoek nu geeft te kennen, dat ondanks alles de Duitsch-Oostenrijksche betrekkingen uitstekend gebleken zijn- De Fransche bladen hadden het erg druk over de radicale partij, die een crisis doormaakt. De ze partij is numeriek de sterkste in de republiek, doch haar invloed is daaraan niet geëvenredi'gd, zij heeft weinig te zeggen in de regeering en de leiden de politici zijn niet uit haar gelederen voortgekomen. De partij1 heeft zich gehouden buiten de politiek, welke thans is verpersoonlijkt in de figuur van den president, den heer Poincaré, eten politiek van „de eendracht van het land" en van nationale bevredi ging. De partij is bijeengekomen te Pau en' daar is een motie aangenomen, welke gericht was tegen den pre sident der republiek, tegen diens popul'airitedt, tegen diens persoon. Den volgenden dag werd de motie te midden van hevig kabaal ingetrokken, maar het feit, bewijst, dat het er in den boezem der eertijds zoo machtige partij' vreemd uitziet. In Engeland heeft de minister-president, de heer Asquith, nog eens een krachtig pleidooi gehou den voor die zelfrageering aan Ierland. De regeering zou zich niet bang 'laten maken door de oproerige beweging van Ulster, maar de wet doorvoeren, gelijk hij beloofd had, al was hij bereid bemiddelingsvoor stellen in overweging te nemen. Om twee redenen werd een vergelijk d'ocr den minister-president wen- echelij'k geacht: voor het welzijuJ van Ierland in de toekomst en als blijvende en stevige grondslag, waar op voortdurend gebouwd kan warden, zonder gevaar van partijtwisten. Overigens betoogde hij, dat de land^politiek van minister Lloyd George de volle instemming van het geheeie kabinet heeft. Het zijn wel meer ingrijpende wijzigingen, welke voorgesteld worden om de pach ters te beschermen, den stroom landverhuizers naar het eigen land te lteid'en, d'esni landarbeiders behoor lijke levensvoorwaarden te verschaffen en het be staande jachtrecht, dat leidt tot verwaarde ozing van land en bewoners, te hervormen. De regeering praat niet over de misstanden, zij' pakt aan en zijl durft te komen met maatregelen, welke wel zeer ingrijpen in het eigendomsrecht, maar welke noodig zijn in een land, waar het eigendomsrecht zoo zeer verouderd is en tot zulke uitwassen leidt als dit in Engeland het geval is'. Koningsgezindten hebben deze week in Portu gal weer eens een poging de hoeveelste? ge- daan, om de republiek ten val te brengen. En even als hare voorgangsters is ook deze poging mislukt. Toch geeft het te denken, dat telkens maar weer ge tracht wordt om aan het repubUkeinsche bewind een einde te maken, een bewind, dat tot dusverre er niet in geslaagd is, d'e verwachtingen te vervullen, welke zijn 'komst heeft opgewekt. Wanneer er eens een an- „Kan de wond ontstaan zijn door het snijden van glas?" „Dat is heel best mogelijk." „Dan verzoek ik u vriendelijk dokter, mij op uw kamer nog eenige vragen te willen beantwoorden." „Gaarne." Lizzie scheen ingeslapen te zijn. Een rustig, vreed zaam lachje speelde om haar fijnen, bleeken mond. Precies een kind d'at ingeslapen is in da armen van haar moeder. „Ik moet u iets mededeelen," zeida d'e commissaris in de kamer van d'en dokter gekomen. Dit zonderlin ge meisje is in een misdaad' betrokken, waarvan ik met de opsporing belast bent" De geneesheer schuddte het hoofd. „Zij: kan ook tegen haar wil, zelfs buiten haar we ten, gedwongen zijn geweest er aan deel' te nemen." „Hoe kan d'at?" riep van Kinschoten. „De toestand waarin zij' op 't oogenblik verkeert heeft miji haar beter leeren kennen. Wanneer' die Botter, zooals u hem noemt of professor Fergus over een genoegzame dosis magnetische kracht kan be schikken, dan kan zij zeer goed door zijn' wil tot een d'aad zijn gedwongen, waarvan zij hoegenaamd nietB weet." „Zijn zulke gevallen id d'e wetenschappelijke we reld' bekend?" „Ja zeker. Suggestie bestaat, het ingieten van zijn wil in den geest van een ander, d'aar is geen twijfel aan. En d'at dit meisje, wier l'ot iemand' meer dan gewoon ter harte gaat, voor suggestiaven invloed' vat baar is, kan men aan haar geheelen toestand' zien." „Beschouwt u haar toestand al's gevaarlijk?" »Ik geloof, dut zij uiterst zwak is, zoowel lichame lijk als geestelijk. Er hebben zich nog geen kentee- kenem geopenbaard! van een bijzondere ziekte, maar het gebeurt somtijds, dat zulke persoontjes uitgaan als een nachtkaarsje. Zij, heeft iets vreemds niet waar en iets bovennatuurlijks." „En nu nog een' laatste vraag, dokter. Gelooft u dat het mogelijk is d'at een persoon, in zulk een toe stand van slaapwandelaarster gebracht, onder den in- dere leider der monarchistische beweging waB dan Manuel, zou het wel eens heel anders hebben kunnen loepen 1 Spanje heeft een minister-crisis. Het liberale kabinet Romanones, voortzetting sinds 12 'Novem ber 1912 van het bekende ministerie-C;analJejas, is heengegaan. Die crisis was te voorzien en enkel de wen&ch, d'at men da Fransche gasten niet te Madrid wilde laten ontvangen door demissionnaixe minis ters, deed de bijeenroeping d'er volksvertegenwoordi ging en daardoor het ministerieele échec uitstellen. Zaterdag kwam de volksvertegenwoordiging bijeen en Zaterdag brak de crisis uitl In den Senaat werd de slag aan het kabinet geleverd, een motie van ver trouwen werd verworpen met drie stemmen meer derheid (103 voor, 106 tegen), daar met de conser vatieven een aantal dlisidenten uit de liberale partij, die onder 'leiding van den oudl-minister Garcia Prieto stonden, tegenstemden. Koning Al'fonso bevond zich door dit votum in een lastig parket. Hij voor zich zou wel graag zien, dat de liberalen aan het bewind bleven, totdat de mandaten der afgevaardigden ten einde liepen. Maar de heer Garcia Prieto zou niet in staat zijn met de huidige volksvertegenwoordiging te regeeren en de koning is geen vriend van Kamer-ontbinding. De meest voor de hand liggende oplossing was, dat al thans de conservatieven gevraagd werden een kabi net samen te stellen. Die weg is dan ook ingeslagen: de heer Maura, de conservatieve leider, wtel'bekend uit den Ferrer-tijd, is gevraagd, doch heeft gewei gerd. In Italië hebben gisteren de verkiezingen voor da volksvertegenwoordiging plaats gehad. Men weet, dat de heer Gioletti een milliaen nieuwe kiezers heeft gemaakt, terwijl van het 'kiesrecht alleen maar waren uitgesloten, d'ie lezen noch schrijiven konden, of die het niet verdienden. Dank zijl deze nieuwe elementen is de voorberei ding der verkiezingen zeer rumoerig geweest, is er gevochten, gesneden en geschoten. En om het den heeren nieuwe kiezers wat gemakkelijk te maken, "werd op het stembriefje behalve den naam, het por tret van den canddldaat afgedrukt voor de kiezers dia niet lezen 'konden! Er' zijn 503 mandaten en 1878 Candida ten wat niet zoo heel veel is! Het grappige is echter, dat op de republikeinen na, zich bijna allen vóór de tegenwoordige regeering ver klaard! hebben! Zoodat dte regeering helt altijd wint! Ook in Mexico moest men gisteren een presi dent kiezen. De voorloopige president Huerta, een dictator, zal wel gekozen werden. Maar dan zijn d'e poppen aan hteti dansend De president d'er Vereenigde Staten, Wilson, weigert namelijk dezen Mexikaanschen collega te erkennen. Hij vindit, dat de man niet op eerlijke wijze is geko zen en d'e Amerikaansche belanghebbenden als de Standard! Gil Company hebben daarvan handig ge profiteerd om een Amerikaansche inmenging in d'e Maxikaanscha zaken te bewerken. Er is noig één vleugje van hoop: Huerta heeft te kennen gegeven, dlat, mochten er te weinig stemmen worden uitgebracht, hij voor'loopig president wil blijven. Dan zou Amerika niet behoeven op te tre den, een optredten> waarvan met name Engeland' niet gediend moet zijn. President Wilson heeft intusschen een redevoe ring gehouden, waarin hij' betoogde, dat er in Ameri ka nergens een regeering mocht zijn, die niet steun de op d'en will des volks en dat men daarover op het vloed van den wil van een ander met bovennatuurlij ke krachten begiftigd wordt, dat zij op een zeer ge vaarlijken weg niet valt, niet struikelt zelfs, dat zij in staat gesteld wordt tot daden d'ie een gewoon li chaam in de versta verte niet zou kunnen volbren gen „Ja zeker, zonder eanigen twijfel. Ik zelf ben ge tuige geweest van zulke diaden, dia van ongelooflijke kracht en handigheid1 getuigdten, d'adten waartoe de persoon zonder suggestie niet in staat geweest zou zijn, Het arme kind' hier in de kamer kan tot aller lei slechte doeleinden gebruikt zijn, d'at is mogelijk, maar haar ziel weet niets van d'e boosheid der we reld; als ik mij daarin vergis moet ik al een slecht psycholoog zijn." „Ik dank u zeer, dokter," zeid'e van Kinschoten met een zucht van verlichting. „Ik hoop van gan- scher harte d'at het jonge meisje van iedere smet mag worden gezuiverd." De commissaris vertrok. Zijn besluit was genomen. Voordat hij verdere maatregelen kon en mocht ne men, moest hij den chef der Haagsche politie d'e ge schiedenis van d!en ring mededeelen en zich schikken naar hetgeen die zou willen beslissen. De chef liet hem dadelijk bij; zich komen'; hij kwam hem reeds op den dreimpel tegemoet. „U ziet er slecht uit, mijnheer van Rinsehoten," zeide hij, met een onderzoekenden' blik den jongen man aanziende. „Ik wou u gaarne iets mededeelen," zeide de com missaris. Hij bleef staan bij den stoel, dien de chef hem aanbood. „Dat u zelf betreft?" vroeg deze verbaasd. „Iets dat met den diefstal in het Huis ten Bosch in, verband staat en waar, zoo ik vrees, ook mijn eigen familie in betrokken is." „Dat is niet mogelijk." „En toch is het zoel" Van Rinsehoten vertelde hoe hij ontsteld was geweest bij het vindten van den ring en zoo vervolgens deelld'e hij) alles mede wat hij wist tot zijn ontmoeting met Lizzie Potter toe. De chef luisterde met toenemende spanning. Toen de commissaris da beschouwing van den dokter er bij Westelijke halfrond wei evenzeer zou denken. Aan duidelijkheid laat dit niets te wenschen over! Wij zullen dte volgendte week zien, in hoeverre deze waarschuwing-op-het-allerilaatste-moment noodig is geweest HET INDISCHE BELEID. Het weekblad' „Dte Werel'dl" schrijft: Zooals men weet heeft de nieuwe minister vat Ko loniën kort ha zijn optreden verklaard, dat er voor hem geen enkele reden bestond om1 een vervroegd af treden van den gouverneur-generaal Idenburg te be vorderen, Naar aanleiding dezer verklaring is thana in het voorloopig verslag der Tweede Kamer over da Indische begrooting de vraag gesteld, „of met den landvoogd over de te volgen gedragslijn is onderhan deld." Zoo ja, dan zou men gaarne de hieromtrent gewisselde telegrammen overgelegd zien. Wij weten niet, of de minister van Koloniën tele grammen met den heer Idenburg heeft gewisseld over die door dezen in de laatste jaren gevolgde schoolpolitiek waarom het eigenlijk gaat. Maar wel' kunnen wijl dte' aandacht vestigen'op een feit waaruit men zou kunnen afleiden d'at die 'heer Iden burg inderdaad rekening houdt met d'en bij: de laat ste verkiezingen gebleken volkswil. Het minasterie- Cort van der Linden trad eind-Augustus op. In het te Semarang verschijnend dagblad' De Locomotief van 17 September cLa.v. leizen wij1: „De landVoogd heeft naar die bestuurshoofdten in de Buitenbezittingen een circulaire laten uitgaan waarin op beperking van de subsidieering van het zen dings onderwijs wordt aangedrongen. Ook zonder eenige politieke flair te vermoeden, kan het voor den landvoogd slechts een' gelukkige omstandigheid hee- ten, d'at de noodzakelijkheid van deze circulaire juist nu werd! gevoeld. Een samenloop der dingen, welken wij overigens niett betreuren. „Iets anders is het, of misbruiken, welke door dit rondschrijven worden vastgesteld, niet reeds veel vroeger tot Buitenzorg had'd'en moeten doordringen of, zoo zij' er reedis vroeger bekend waren, niet dade lijk naar buiten hadden moeten worden gebracht» In dte circulaire zegt dte regeering welke, men kan nooit weten, nog eens mededeelt, in beginsel te gen sub&idieering van het zendingsondterwijs niet het minste bezwaar te hebben dat er bij' die subsidiee- ring uit de landschapskassen volkomen stelselloos heid heerscht niet alleen, maar dat het zelfs is voor gekomen, dat de subsidies hooger waren dan de kos ten van het enderwijs, en, nog erger, d'at soms ook de bestuurder van eenig landschap zich schriftelijk verbond to't het subsidlieeren van scholen, waaraan in het geheel geen behoefte bestond. Zoo staat het ar letterlijk." De heer Idenburg nam alzoo reedis een maatregel om het opdringen van specifiek christelijk onderwijs aan de inlanders te temperen. En er blijkt uit die circulaire, hoe ver men in de buitenbezittingen reeds was gegaan in die richting door de kersteningspoli- tieik deT laatste jaren aangegeven! Thans, na dte verkiezingen van Juni en na het op- tredten van den nieuwen minister van Koloniën heeft dte heer Idenburg plotseling ontdekt dat zijn arnte- naren verder warenl gegaan dan hij 'bedoeld had. Is deze ontdekking, op dit moment, toeval, of houdt zij verband met dte veranderde omstandigheden? Na dte verkLarih'g van minister Pleyte was dte xecht- sche pera er terstond! bijl om te betoogen dat dte heer Id'enburg zeer zeker géén water in zijn wijn zou doen, géén rekening zou houden met dte stembusuitspraak. Daarvoor was hij een man van een te vast karakter. Wij weten niet, of er overleg heeft plaatsgehad tusschen de heeren Pleyte en Idenburg. Doch uit bovenvermelde circulaire aan dte bestuurshoofden in de Buitenbezittingen blijkt ten dteideïijkster, dat ze kere tempering van d'e karsteningspolitiek is inge treden, in zoover thans ontdekt is dat die ambtenaren, op aandrijven dter overmoedig gteword'en zending, ver der gingen dan de subsidiebepalingen voorschreven en dat daaraan thans alvast paal eri perk is gesteld. voegde, stond hij opgewondten van- zijn stoel op. „En u gelooft dat het mogelijk is dat dit meisje in zulk een toestand' den diefstal heeft ten uitvoer gebracht -dus geheel' buiten haar eigenj wil?" „Ik beschouw het niet alleen als een mogelijkheid - maar als een feit waar niet meer aan te twijfelen is. Zijl heeft een wond' aan haar vinger, zij' is klein en elegant; zij' heeft de buitengewoon grootte bezwa ren van dten weg die iedtere wakende ten val' hadden gebracht, in haar slaap met glans overwonnen. Zij is zonder twijfel nauw verwant aan dte persoon die het eerst dezen ring in bezit heeft gehad, en dat was- de zuster van mijn vad'er, die twintig jaar geiteden met een Amerikaan, dien ziji liefhad, naar Amerika ver trokken is en waar wij' na dien tijd nooit meer iets van gethoiord hebben. Met het oog op die omstandig heden verzoek ik u mij' verder te ontheffen van het opsporen dezer zaak." De chef van politie legde zijn hand op van Rin- scbotens schouder. „Neen van Kinschoten, daar kan ik niet op ingaan. Uit alles blijkt dat wij met een slachtoffer en niet met een misdadigster te ma ken hebben!. U is het best in staat d'en sluier op te heffen, die over het verlted'en hangt. Al's wij ons van dien booswicht konden meester maken, zouden wij den sleutel tot het geheim in handen hebben. Op bem^ moeten wij in de eerste plaats al' otnze aandacht vestigen. U kunt alles aanwenden wat ons ten dienste staat. Kunt u niet een signalement van hem krijgen?" „Ik weet waar hij in Rotterdam' gelogeerd heeft!" „Laat zijn signalement telegrafisch overal versprei den! Geloof mij, waarde van Kinschoten, op dit oogenblik heb ik een voorgevoel dat alle duistere wolken zullen optrekken, werkelijk!" D'e commissaris boog onderdanig en vertrok, s Middags was hij1 in Rotterdam, waar hij' de wedu we Blasma en de lersche Peggy een scherp verhoor liet ondergaan. Daarna werd het signalement tele grafisch in alle richtingen verspreid. I^ordt vervolgd^.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1913 | | pagina 1