DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. op Woensdag 12 November 1913, Honderd en yijftionde jaargang. MAANDAG 10 NOVEMBER. te Alkmaar, HINDERWET. FEUILLETON. De Ziel van Margaret Rand. jüfOo 282. UIT DEN RAAD. n ALKMAARSCHE COURANT ite PiÉiit BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK- MAAR brengen ter algemeene kennis, dat zij bij be sluit van heden vergunning hebben verleend aan W F. STOEL Jr., handelende onder de firma W. F. STOEL en Zn. aldaar, tot het oprichten van drie electro-motoren, één van 5, één van 3 en één van 2i/a P.K., dienende tot het drijven van hout- en ijzer bewerkingmachines, in het perceel Eilandswal O 12. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. RIPPING, Voorzitter. DONATH, Secretaris. Alkmaar, 8 November 1918. Gaarne hadden wij bij d'e algemeene beschouwin gen over1 d'e 'begroeting te,em 'krachtig woord! van aan beveling gehoord voor een politiek, wel'ke betoogt zoo veel mogelijk hulp en ateunl te verieenen aan de om geving, item einde har© welvaart! te verhoogem, het geen vamzel'f d'e stad) ten goedle komt. Die oprichting van een tuinbouwwinterschool hier ter stede, waar voor B. en W. gelukkig niet te vergeefs met vol harding hebben gestreden, is een stap in die richting, terwijl een! extra-belasting, gelijk ia melengeïegdl in de z. g. n. gemeenschappelijke regeling betreffend© toe lating van kinderen uit omliggende gemeenten op openbar© lagere ischoiem den anderen d. i. verkeerden kant uitgaat. Zal bijv. voordat d'e nieuwe gasfabriek met haar grootere capaciteit en wellicht goadlkoope- rte productie in werking is, de Raad zich uitgespro ken hebben voor gaslevering aan buitengemeenten en zullen B. en W., die reeds toonden voor het denk beeld lang niet onverschillig te zijn, dan geen aan vragen afwachten, maar als goede kooplieden, zelf aanbiedingen gaan doen? Zal men, alvorens tot de inrichting van een keuringsdienst over te gaan, pogingen aanwenden om daarbij dadelijk aangesloten te krijgen dia buitengemeenten, waarvoor dit in ver band met het vreemdelingenverkeer een groot voor deel is, een voordeel dat de stad) indirect weer deel achtig zal worden? Geheell overbodig is het stellen van dergelijke vra gen niet, immers weinig had het gescheeld (of de belangstelling van den gémeenteraad voo'r de inwo ners van naastbijliggemd© gemeenten had zich be paald tot.-annexatie van dleelem van Heiloi en Oudorp, Gelukkig werd dit gevaar nog afgewend, zoodat men d)e bezoekers, die per N.-H. tram omize stad bereiken) niet langer in den) modder zal laten ploeteren, terwijl d'auk zij1 den heer Lubbe, 'dia bij tijde op dte dwaling des Berger weegs terugkeerde, een ononderbroken straatweg weldra Alkmaar met Bergen zal verbinden. Wij- hebben Donderdag even moietea denken aan hét verstandige woord van wijlen 'den heer Boa man: „zorg, dlat de buitenwegen goed in. lordé zijn." Trouwens niet ten onrechte kwam' de voorzitter CP tegen) de méthode Cm dien bestratingsposttotslui'tr post te maken. Enkele raadsleden schenen hét er op -gezet te hebben, door voorgestelde bestratingen te schrappen en enkele posten Van ontvangsten te ver hoogem (vooral de opbrengst Van hét marktwezen, maar men hloude hierbij! wel) in het oog, dat het hier enkel een verhoogde raming betreft, en volstrekt geen poging om dlq marktgel'den, die wik- en weegloo- nen te verhoogenl), d'e begrooting sluitend te maken en aldus die noodzakelijkheid om het heffingspexcen- tage van den EL O. ta verhoogen te ontgaan. Een (Nadruk verboden). Roman van L. I. UF A PB. 6) Indien zij] je wil hebben i zeidte Charlotte. Denk je, dat zij dat zal weigeren? Ik zie niet in, waarom zij mij zou begeeren. Maar waar is zij, John? Wij moesten dadelijk naar haar toe gaan. Ziji is in Londen. Maar waar in Londen? 'k Weet het niet. Weet je het niet! Wat een onzin 1 'kWeet het werkelijk niet. Ik heb Earl'ton (Ontmoet en die vertelde me, dat hij de reis met haar pp de „Oceanic" had gemaakt en haar naar een goed hotel in Londen had gebracht. Zij had hem verzocht aan niemand! te zeggen, waar zij was en dus heeft hij dlat ook niet ged'aan. Zij' zal waarschijnlijk morgen haar zaakwaarnemers een bezoek brengen. De heele zaak is afschuwelijk, zeil Charlotte. Arme Charlotte, j|e hebt dat van het begin af gevonden. En ik zal dat steeds meer vinden. Verbeeld je ieen man zooals jij, levenslang afhankelijk van je vro-uw 1 Verbeeld je een man zooals jij bepaald gegeven aan een vrouw, per testament, bevolen om mtet een zekere vrouw te trouwen 1 En a'ls je niet met haar trouwt, dan schiet je fortuin er bij in. Gel'oof me in een dihg, Charlotte. Alk ik 'haar niet liefheb, fortuin of geen fortuin, dan trouw ik niet met haar. Maar als je niet met haar trouwt, dian weet je wat er zal gebeuren. Al dat geld zal dan tusschen de bloedverwanten verdeeld worden. Zelfs wij arme M'ansfields, ofschoon verre 'bloedverwanten, zullen elk onze vijf duikend! pond krijgen vijf duizend! slechts een bagatel. Het spreekt dUs van zelf, dat goede bestrating in het n'ette Alkmaar lijkt ons een factor voor de bevordering van vestiging vooral van buitenmensehen,, dia haar meesta'l ia hun eigen ger meenten niet aantreffen en ais voordleéLen, van den stedelliijken belastingbetaler boven dén land'elijken heel gauw het argument Dij de hebben: „belasting betalen moet je overal, maar in d'e Btad heb je nog wat voor j,e geld, goede bestrating en verlichting enz. en die mi» je op het land." Zou er wel één zui nigheid) zijn, diie de wijsheid zoo zeer bedriegt als die, welke tot veXwaarlo-ozing djpr bestrating leidt,? Nu da Raad B. en W. een opdracht beeft verWEad inzake annexatie van een gedeelte van Heiloo en Ou dorp of betreft zij enkel eerstgenoemde gemeente? is het wellicht niet ongewenscht, erven de proce dure, welke daaraan verbonden is, na te gaan. De Grondwet zegt (art. 3), d'at door idle wet de grenzen van dé gemeenten kunnen worden veran derd. En de gemeentewet verklaart ('airtt. 129132), dat d'e wijze en voorwaarden worden ontworpen door Gedeputeerde Staten, nadat Burgemeester en Wet houders der betrokken gemeenten zijn gehoord. Daarbij wordt in het oog gehouden, dlat de 'bezittin gen en lasten van het deel, hetwelk met een andere gemeente wordt vareenigd, komt ten voor- en na deel© der vereeniging, tenzij' bijzondere omstandig heden een andere schikking eischen. Het ontwerp van Gedeputeerde Staten wordt in elk der betrokken- gemeenten voorgelegd! aan het oordeel van den raad en van eene door de kiezers voor den raad te kie zen Commissie uit de ingezetenen, waarin de burge meester voorzit. De leden dezer commissie worden op 'bij d'e Kieswet 'bepaalde wijze buiten de lieden van den ra'adl geko'zen in -dé kiesdistricten voor de verkie zing van leden van d'en raad, ten getale van 7 leden in gemeenten benadém 6001 zielen en 19 leden in ge meenten van 2000135000 zilelen. Gedeputeerde Staten bepalen, dien raadi gehoord, het getal der in elk district te kiezen leden-. Burgemeester en wet houders bepalen den dlag 'dier -verkiezing en idten dag, waarop zoo noodlig -d'e stemming zal geschieden vergissen we ons niet, dan geschiedt de keuze meest al bij enkele candidaiatstelling. Het gevoelen van den Raad en dat van de commissie w-orden schrifte lijk aan Gedeputeerde Staten uitgebracht en door hen vervolgens met hun advies aan het Departement v.an Binn'enlaüidsche Zaken ingezonden. Het tot- standbrengem eenar wet geschiedt dan top de gewone wijze, (indiening biji db Tweede Kamer,, onderzoek in d'e afdeélingen der Kamer, -openbare beraads-la- ging, stemming, bij' aanneming verzending naar de Eerste Kamer, behandeling op nagenoeg dezelfde Wij ze als in de T weede Kamér, na aanneming afkon diging). Nadat -d'e 1-ste, 3db en 4de sectie zich „eenparig" van meening hadd'eu verklaard, dat s-plitsing van werkzaamheden tusschen db l'edlen van het Dage- lijksch Bestuur gewenseht zou zij!n en ook in db 2de sectie dit denkbeeld geopperd werd, i-s het met -de behandeling Van dit pumlt wel een beetje vreemd ge- loopen. B. en W. wezen er in hun memorie van ant woord -op, dat er reed'g een verdeeling bestaat en verklaarden, dat hét hun noch noodig, noch wensche- lijk voorkwam, -verder te gaan, o'mdat zij niet inza gen, dat db belangen der gemeenschap daarmede voorshands zouden worden gebaat. D'é 'besprekingen over deze -gewichtige aangelegenheid werd met eeni- ga aarzeling geopend dloor den heer Thomsen, die zich warm voorstander van splitsing toonde, maar voor het stellen van een motie terugdeinsde door het antwoord van B. en W. De heer Verkerk was wat resoluter in zijm betoog, maar.kwam ook niet met een motie. Dé heer Boelmans Ter -Spill) Echtte -het standpunt van het college toe. Hij herinnerde eraan, dat vroeger d'e werkwijze van het Dagelij ksch Bestuur veel primitiever was, de stukken werden te voren niet ingezien - niemand zal ontkennen, dat er thans veel meer Van da led'en wordt geëischt. Het verschil in da eischen vindt stellig -ook niet voldoen de uitdrukking in de verhooging d'er jaarwedden van de wethouders, die sinds 1B67 m-aar eens, en wel met •een bedrag van 250 zijn toegenomen. Maar juist dat er zooveel meer van den burgemeester en wethouders ja met haar trouwt. - Al's ik van h-aar houd, Charlotte, dan zéker, John Rand' nam! plaats en keek zijn nichtje aan, Hij was volstrekt niet vterEefd op haar, maar hij mo-cht haar gaarne lijden. Zij- was, verstandig genoeg om hetgeen zij1 voor hem' gev-oelde votor hem en ieder een te verbergen. Eén vrouw zou geraden hebben, dat zij dezen man Eetfhad, maar John Rand1 zelf zou het nooit op-merken, want hij was eVen nederig van ■aard als zijn karakter edel' en rechtschapen was. Zijn de andaren thuis? vroeg hij.. Zij zullen het nieuwtje ook wel gaarne vernemen. Neen, ze zijn uit, hernam Charlotte. Wat denk ja het -overige van d'en dag uit te voeren? I'k weet het niet, ik ben zoo -ongedurig. Je verlangt zeker haar te zien-. Ik zal haar in geen enkel -opzicht haasten, Chat- -tile. Ik heb d'e zaak in handen van mijn zaakwaar nemers gegeven en hun -gezegd, dat, als zij mij wenschte te zien, ik ter harer beschikking was-. Ik wil haar niet haasten en als zij db eerste maand of de eerste zes weken alles in status quo- wil laten, dan vind' ik dat uitstekend. Maar, mijn 'betste. John, je kunt toch geen maand' of zes weken zonder geld leven. - Ik heb nog wat en het is wel aardig eens een stuivertje uit te sp-aren. 'kHeb al mijn leveu, tot aan dten dood van oom Step-hen, meer geld gehad, dan ik heb kunnen uitgeven. - Hij was goed vo-or ons allen, zei ChaTÏotte. O. hoe goed herinner ik mij- nog onze gelukkige dagen te Melchester HallMo-eder, d© vrouw des- huizes en -oom Stephen met zijn -opgewekt humeur, zijn vr-oolij ken lach, zijn grappen o, wat hiél'dl hij veel van een grapje I Dan was ik er en de bei-de jongen-s, -of schoon die meestal op .school waren -zij zijn nog op school, wat dlat betreft en Suzette, ons aller leveling I En je was, als je daarvoor tijd -kondt vin den, ook te Melbhester Hall'. O, het was verrukke lijk I Ik zal nooit -dien vreesebj-ken -dag vergeten, toen hij stierf. Ohar'lotta drukte haar handen voor de oogen; haar gevergd wordt dlan voorheen, is immers een -der ar gumenten vóór -dta splitsing. Als jurist beriep de heer B-oelmans Ter Spill zich ook op de wet, -op ar tikel 91 der -gemeentewet, waarin wordit bepaald dat de wethouders den B'urgemeester bijstaan ih het bestuur der -onderscheidene takken van huishouding der gemeente. Terecht werd aangemerkt, -d'at men zich voor overtreding -hiervan nu niet zoo bedl be zorgd) behoefde te maken. Afgezien van het juridische bézwaar, meende de heer Boélmans ter 'Spill verdere splitsing te moeten ontraden op grond der overweging, dat -Alkmaar hiervoor niet gr-oot genoeg is, terwijl hij eindelijk aanvoerde, dat een lid van het ©oEege door den bur gemeester kan worden aangewezên voor die bestudee ring van een bepaald ondier-werp. Kan worden aan gewezen h-oevele ma-len zou de laatste ja-ren deze mogelijkheid! in toep-assing zijn gebracht? Het scheen, dat da bespreking zou uitlo-open op een toezegging, dat niet enkel d'e burgemeester maar ook de wetho-uders bepaalde uren in hun nieuwe ka mers ;ta spreken zouden zijn voor db takken van dienst, die Zij- in het -bijzonder behartigen, toen' de heer D-orbeck n-og eens 'krachtig sloeg o-p het oude aambeeld en aan d'en voorzitter de toezegging wist te -ontlokken dat verdere spEtsing, -ondlerwij's en fi- (nanciën betreffende, n'adetr in het ooEeg-e zou worden overwogen. 'Geheel doelloos is -de behandeling, welke trouwens niet uitm-untite door belangrijkheid zij zou gewonnen hebben, indien er meer argumenten waren gebezigd en inldien men vóór zilch had gehad db regeling in! andere gemeenten, waarmede Alkmaar kan worden vergeleken niet geweest. Maar na het iseotievarsiag had men toch een ander resultaat mo gen verwachten 1 Aan het slot der behand'eEng van de 'begnooting werd een vrij -onvruchtbaar -en geheel -overbodig débat geleverd over d'e subsidieering van d'e Openbare Leeszaal -en Boekerij. Wait voor zin heeft het toch, zich te begeven in een! principieel© -bespreking, wan neer -over het principe -door den gemeenteraad) reeds tweemaal' is beslist? El-darjs heeft men zich- op -dit standpunt geplaatst. In Groningen is b.v. „zonder discussie -of hoofdelijke stemming overeenkomstig der conclusie der voor dracht" van B. en W. -besloten die gemeente-subsidie van 900 op 1400 te brengen. Toch zitten ook daar principieel© -tegenstanders in den Raad, die hun woordje wel weten te v-oeren. Spiegele men zich hier -aan d'atr Voorbeeld 1 Naast een niet zuiver gehouden principieel be zwaar gelijk bijv. de heer van den Bosch moveerde, a-ldus ten dleéle een offensieve houding aannemend tegenover zij-n overbuurman had da heer Dorbeck een utEiteitsmotief. Wat 'ba-at het echter tegenover iemand, die een der-gelijke instelling betitelt met dat d'ing" een kwalificatie, die er onwillekeurig aan herinnerde, dlat de voorzitter haar den vori'gen avond had) -gebezigd voor zekere -onmisbare straat- meubels argumenten aan te halen Het „frappez fort et frappez bonjours" geeft immers bij- een doo- vemansdleur toch niemendal'1 Del heeren Thomsen, Verkerk, Lubbe hebben beurtelings naast principiee ls ook ander-a argumenten aangehaald maar een be slissing werd.verschoven, om-dat de heer Thom son, die had voorgesteld -aan deze instelling f 900 subsidie te geven itn plaats Van die thans verstrekte van 300, d'en zeer ver-standigen wenk van den heer Boelmans ter SpdE) opvolgde en, o-m een onzuivere stemming te voorkomen, zijn voorstel introk. Merkwaardig w-as de houding van den heer den Boesterd, die het voorstel bes,treed, h-oewel 'hij' zich indertijd bij de verkiezingen- had verklaard „voon krachtigen steun" aan de openbare leeszaal, -een ver klaring, waarover hij inldlertijd onmiddellijk gekapit teld werd en waaraan hij, Donderdag op even handige als krasse wijze herinnerd werd door den -heer Ver kerk. Overigens mag den heer den B-oesterd nog even worden géwezen op zijn maidenspeech, waarin hij zich een sterk voorstander van bevordering van hét vreemdelingenverkeer verklaarde -wanneer hij eens de inrichting bezoekt, het bezoékeraboek raad pleegt en inlichtingen inwint, dan zal hij' weBicht vreemd, leeEjk met sproeten o-verdeikt gelaat was geheell d'oor aandoening bewogen. Wij- kwiamen 'a morgens beneden eh alles was als gewoonlijk, ging zijl voort, en iSuzette dat lieve kind, werd naar boven gestuurd om te hooren, waar- pm oom Stephen niet aan het ontbijt kwam. Hij $tond er op, dat wij hem aUen „oom Stephen" noem den, weet je nog? Zij' -kreeg gelen antwoord van hem en snélde wear naar beneden. Toen ging die -bottelier paar 'boven en het bleek dat bij d'ood! was, hij was in pijn -slaap gestorven. O, wat was dat vreeselijkl Toen kwam jij, wij ha-dlden je getelegrafeerd!. Ik zal de daarop volgende dagen nooit vergeten, die schijnen in mijn hersenen ingebrand te zijn - dé dag van de begrafenis was de ergste van alien, kwam jij, wij' hadden je gtel-egr'afeerd!. Ik zal d'e Ik dacht werkelijk niet aan hét -geld, ging het meisje voort. Ik dacht slechts aan hem, ik had zoo (veel van -hem gehouden, hij Was ook altijd als een vader voor mij' geweest, niettegenstaande mijn eigen jbesta vader nog leefde. Toen wij weer thuis kwar men, werd het testament voorgelezen en het was alsof er een) 'bom in -ons middenl losbarstte. Er be stond iemand!, dlia nader met hem verwant was dan gij, John, en veel na d'er dan eien wan ons. 'Olom Ste phen had een broer van wien hij hield en' die broer was na-ar Australië gegaan en was daar getrouwd' en gestorven. En ook -Stephen was met dien -broer ge brouilleerd -ofschoon hij van hem- hield en te tro-tsch lom zich tijdens- zijn leven met hem te verzoenen, maar -hij Eet alles na wat hij bezat aan het eenige kind van- dien broeder, aan Margaret1 Rand, -onder de voorwaarde dat zij) met jou m-oest trouwen. Hoe goed herinner ik mij nog de woorden van het testa ment: Ik wensch het onrecht, d'at ik -mijn broeder Henry aandeedl te herstellen op -dé beste manier, -waarop eien stervende zoo iets kan herstellen, en wel dloor zijn, kind een dubbele da-ad van wel'wElendheid te bewijzen; haar een dubbéle gift te geven. Ik geef haar geld, veel geld, meer gel'd dan zij zal weten uit te geven en ik geef haar ook wat beter is dan goud, n.l. de kans om de liefde te winnen van den besten redenen kunnen vinden om pp zijn afwijzende 'hou ding terug te komen en weer het -standpunt in te nemen, waarvoor hij' zich vóór zijn -verkiezing ver klaard heeft. Alvorens van d'e begro-otimgsdebatten, waaraan zul ke aangename herinnöringem zuBeu verbonden blij ven en die een belofte voor -de toekomst mogen vor men, af te stappen, willen we nog even releveeren, dat de heer de Groot tegen de begrooting heeft ger etemd, omdat -hij ten aanzien van enkele posten zijn zin niet heeft gekregen. Werd deze -opvatting veel vuldig gedeéld, dan zou het er droevig gaan uitzien. Gelukkig is de waar-schijnljkheid niét gering, diat de heer de Gro-ot in dien Raad) op een eenzamen post zal blijven, wanneer 'hij aldus -stemt. Hoewel wij reeds veel van da aandacht van den lezer hebben gevergd, moeten we -toch nog even te rug komen op het debat-Boelm-ans ter Spill'Udo. De heer Udo verkreeg Woensdagmiddag het woord votor een rectificatie en een persoonlijk feit. Hij verklaarde van den secretaris te hebben vernomen, dat het op een misverstand berustte, -dlat hij (de se cretaris) m-et -dés heeren Udlo's lezing van het arrest van den Ho-ogen Raad van 10 October 1893 aeoo-ord ging. Hij- voegde er aan toe; „wanneer dé secretaris aan de discussies kon deelnemen, dan zou hij, daar van 'ben ik overtuigd, v-an zij-ne zijde verklaren, dat er aE'e aanleiding bestond) voor het misverstand en dat hij overtuigd is, dat mijne bewering aEeszins te goeder trouw werd geuit." Schreven wij den vorigen keer, dat het onge wenscht is den secretaris ih het debat te betrekken, de rectificatie van den heer Ud'o! heeft de juistheid van deze opvatting bewezen. Ten aanzien) van de béwering des heereu B-oel mans ter SpiE', -d'ait hij! bovengenoemd) arrest niet goed zou hebben gelezen, verklaarde de heer Udo na ru-stige lezing en ernstige overweging primo dat dit arrest wel degelijk bétrék'kihg heeft -op -de zaak, die den Raad in de vergaderingen van 1522 -October bezig hield, te weten maatregelen te nemen tegen personen, dia hun pl'aiatselijka belasting niet ,op den daarvoor bestemden tijd voldoen, seeundo -dlat -uit dat arrest zeer duid'élijk blijkt, dat tegen 'dergelijke per sonen alleen gehandeld kan worden als is aangege ven in art. 258 d'er Gemeentewet, dat is Vervolging met waarschuwing enz., tertio, dat daaruit volgt, -dat eene bepaling lalis d-oor B. en) W. was voorgesteld, pm- -bij wanbetaEmg over te -gaan tot -stuiting der vo-or,steling en sluiting van -de inrichting in strijd was met de leer van dat arrest. De heer Bo-elmans ter -SpiE was echter in geenen dleéle -overtuigd!. Het antwoord laJtendé aan den voorzitter, bij wien i-mmers de leiding berust, etelde hij- de vraag, of een Veranderde -opinie wel a'l's een persoonlijk feit 'kon worden aangemerkt. Overiigena betoogde hij-, dlat in het arrest sprake Is van een hondlenbelaBiting en niet Van een belasting -op open bare vermakelijkheden en dat dit arrest bovendien 'bij niét-betaling van verschuldigde belasting -geenszins uitsluit de toepassing van andere middelen dan in art. 25-8 der Gemeentewet genoemd. En eindelijk merkte hijl -op, d'at de menschelijke ei-genschap, o-m geneigd te zijn datgene er uit te halen, hetgeen men graag wil liezen, den 'heer' Udo parten heeft -gespeeld. De beer U-do gaf geen kamp, noemde het eerste ar gument beneden de waardigheid van den heer Btoel- mans ter SpiE, daar de kwestie van invordering bij beide genoemde belastingen op hetzelfde neerkom^ en -handhaafde overigens zijn meening. Beide heeren waren het echter hierover eens, dlat h-et geval een aardig punt zou kunnen zijn voor een lang debat. Waarop de voorzitter -gevat de bespre king sloot met -d'e opmerking, d'at het jammer was, dat zij zoo'n débat niet buiten den- Raad haddien ge houden en enkel -da oonclu-sie in den Raad hadden meagedeéld, een wenk, waarmede a-ls er zich eens we der een dergelijk meeningsverschil mocht voordoen, ongetwijfeld rekening zal worden gehoud'en. 10 November 1913. Over Mexikoi is in de afgel-oopen week weer -het een en ander geschreven. Het heette, dat -dte regee ring der Vereenigde 'Staten den voorioopigen presi dent Huerta een ultimatum had gezonden, waarhij hem werd bevolen onmiddellijk af te treden, maar dit werd' officieel tegengesproken. De Amerikaan- sche xegeering tracht langs diplo-matieken weg uit ba-ax onbehagelijka p-oisitie te komen en -de Europee man dien ik ken. I'k zeg Jlohn, dlat ik het afschuwelijk vind, en jij)? Ik weet het niet. Maar zij is in elk geval onbe rispelijk. Te oor-deelen naar hetgeen ik -van Margaret (Rand gehoord heb en naar de brieven die zij- een paar maal aan oom tijdens zijn leven heeft geschre- (V©n, schijnt zij- mij geen meisje te zijn, dalt slechts ter wEle van het geld! trouwt. Ik zal je meer van haar vertellen, alia ik haar gezien heb. Miaar nu moet ik gaan. - Kun je nog niet wat blijven? Neen, ik heb nog veel te do,en Ik moet aan 't -werk; ik 'ben van plan! in db rechten te gaan stu- deeren, want! ik wil niet afhankelijk van mijn vroUw eijn. Je weet heel goed', dat je, als je met Margaret trouwt, het recht hebt o-p de hélft van oom Ste phen's géL'A Dat is wefli zoo, m-aar -ik wüi ook niét aangewe zen zijn op het gel'dl van een gestorvene. Ik wE mijn eigen geld verdienen, er moge gebeuren, wat wiL Hij nam haar hand en drukte die harteüj'k. Ko-m, wees wat opgewekt, Chattie, zeid'a hij. Walt er ook gebeur©, wijl beiden bl-ijven altijd da bes te vrienden. Adieu, lieve, voor 't oogenblik. Hij verliet haar. Ch-arlotte zonk lusteloos in dén diepen stoel neer, waarin hij- haar had aangetroffen, en barstte in snikken uit. O, hoe haat ik die vreeselijke vrouw I mompel de zij. Ik zou -haar een ongeluk Ikunmen aandoen, h-aar kunnen dbod'en, als het moest. O, ik bid, dlat zij John niet zal Eefhebben! 1 Als zij' van hem hloudit en met hem trouwt, dan zal mijn leven ondragelijk wor den. HaE-o, öhat'tie! Wat voer je toch hier uit? Een vroolijke stem riep dat in da kleine gang en het volgende oogenblik trad mrs. Mansfield, door Suzette vergezeld, die kamer binnen. (Wordt uervolgd,)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1913 | | pagina 1