DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN,
Oproeping onderzoek verioipprs.
No. m.
Honderd m
jaargang.
1913.
ZATEBDAG
15 NOYEIBER
»p Woensdag 19 Not. 1913.
Liandweer.
Maandag 24 November a.s.?
Dinsdag 25 November a.s.,
OUD-BLAUW.
9
rant te liet
De BURGEMEESTER yan ALKMAAR roept bij
lezen op de verlofgangers der Landweer, binnen d'eze
■emeente im bet register vermeld in. art. 20 der
jandlweerwet ingeschreven, om zich, overeenkomstig
rt. 29.dier wet, op die tijdstippen als hierondor is
.angegeven te laten vinden IN DE CADETTEN-
«CBOOL alhier, óm aldaar do-or of van wege den
and'weerd'istricts'commadant te worden onderzocht,
KILLEED IN UNIEORM en voorzien van do tot
unne voorgeschreven uitrusting verder beboerende
leeding- en uitrustingstukken, van de wapenen, het
edergoed, de reglementen en de dienstvoorschriften,
iun uitgereikt, beinevens van hun zakboekje en van
iun verlofpas.
Het onderzoek zal plaats hebben als volgt:
des voorm. te 9 ure, da verlofgangers dor land-
veerliehting 1907, alsmede zij van VROEGERE
iHCHTINGEN, die nog aan het onderzoek moeten
deelnemen}
des voorm. te 1014 uur, d'a verlofganger® dor lich
ting 1908}
des nam. te lWz uur, de verlofganger» der lich
ting 1909}
des nam. te lVa uur, da verlofgangers dar lichting
1010}
d'es nam. te SVa uur, de verlofgangers der lichting
1911 en op
des voorm. te 9 uur, de verlofgangers der lichting
1912, ALLEN BEHOORENDE TOT I)E INFAN
TERIE, VESTINGARTILLERIE, GENIEITROE-
FEN, PONTONNIERS, HOSPITAALSOLDATEN
EN ALHM-INISTRAfriBTROEPEN
des voorm. te IOV2 uur, de verlofgangers der
lichting 1913, BEHOORENDE TOT I>E INFAN
TERIE en HOSPITAALSOLDATEN en des nam.
te 1 uur, de verlofgangers der lichting 1913, BE
HOORENDE TOT DE VESTINGARTILLERIE,
GENIETROEPEN, PONTONNIERS en ADMINI-
&TRATIETROEPEN.
Bij deze 'gelegenheid zullen nieuwe kleeding stuk
ken worden aangepast en uitgereikt.
Aan hot onderzoek zullen moeten deelnomen alle
verlofganger® van de Landwoor, onverschillig tot
welke lichting zij beboeren, MET UITZONDERING
EOHTER van de verlofgangers, die in den loop van
het jaar 1913 overeenkomstig art. 11 der wet onder
da wapenen zijn geweest, dan well onder de wapenen
zijn gekomen, vóór of op den datum, voor dat onder
zoek vastgesteld,
alsmede van de verlofgangers, die van de bevoegde
autoriteit vrijstelling hebben gekregen van de
verplichting om het onderzoek bij to wenen. Dienst
plichtigen bij da Landweer, die blijken» Koninklijke
beslissing in art. 29 van het Landweerbasluit I be
doeld, van den werkelijken, dienst zijn ontheven ,zijn
gedurende den tijd, dien zij1 in het genot zijn van dte
ontheffing niet aan het onderzoek onderworpen.
Zoomede behoeft, volgens art. 18 van meergemeld
besluit, door dienstplichtigen geen gevolg te wor
den gegeven aan eene te hunnen aanzien gedane op
roeping tot het hijwonen van het ondier'zoek, zoolang
niet is beslist op hunne aanvrage tot het verkrijgen
van die in art. 14 van dat besluit bedoelde ontheffing.
Ook behoeven het onderzoeik niet bij te wonen de
categorieën van dienstplichtigen o.a. bedoeld in
het tweede lid van artikel 15 der Landweerwet en
aangeduid' hij art. 1 van het Landlweerbesluit II,
welk besluit bij Koninklijk besluit d'.d. 22 Maart
1911 (Staatsblad No. 97) werd aangevuld en gewij
zigd.
De verlofgangers worden daarbij herinnerd! aan
de navolgende bepalingen der landweerwet.
Art. 81. De verlofganger van de land/weer ver
schijnt hij het onderzoek in uniform gekleed en voor
zien:
a. van de tot zijne voorgeschreven uitrusting ver
der behoorende kleeding- en uitrustingstukken;
h. van de wapenen, het ledergoed, d'e reglementen
en de dienstvoorschriften hem uitgereikt;
c. van zijn zakboekje en van zijn verlofpas.
Hij is verplicht om in de gevallen en naar de
voorschriften door Onzen Minister van Oorlog vast
gesteld, voorwerpen, als in dit artikel' bedoeld, in
ontvangst te nemen, dan wel deze in te leveren.
Art. 32. Onverminderd het bepaalde in art. 21, on
der 2o en 80, kan hetzij een arrest van een da,g tot
zes dagen, te ondiergaan in de naastbijgelegen pro
voost of het naastbijzijnda huis van bewaring, hetzij
een kwartierarrest van een dag tot zes dagen, te on
dergaan in eene kazerne, door den districtscomman
dant worden opgelegd aan den verlofganger1:
I a. die zonder geldige reden niet 'bij het onder
zoek verschijnt;
b. die, daarbij verschenen zijnde, zonder geldige
reden niet voorzien is van al de in het vorige artikel
vermelde voorwerpen;
c. die die in het vorige artikel vermelde voorwer
pen bij het onderzoek niet alle in den vereischten
staat vertoont;
d. die een of meer dier in het vorige artikel ver
melde voorwerpen, aan een ander toebehoorende, als
de zijne vertoont.
II a. die zonder geldige reden voorwerpen, als in
het vorige artikel genoemd, niet in ontvangst neemt,
of deze niet inlevert in de gevallen en naar de voor
schriften in het laatste lid! van dat artikel bedoeld;
b. die zonder geldige reden voorwerpen, als in
het. vorige artikel genoemd, niet in den vereischten
staat inlevert; 4
c. die een of meer aan een ander toebehoorende
voorwerpen als in het vorige artikel genoemd, als de
zqne inlevert.
Is den verlofganger kwartierarrest opgelegd, dan
wordt iuj tot het ondergaan van die straf in werke-
lijnen dienst geroepen.
Art. 33. Do verlofganger, die zich niet onder
werpt aan eene hem door de krachtens deze of eenige
andere wet daartoe bevoegde militaire autoriteit óp-
gelegde straf, uitgezonderd kwartierarrest, wordt op
schriftelijke aanvrage van den districtscommandant,
te richten aan den burgemeester der verblijfplaat»
van den verlofganger, aangehouden en onder verze
kerd geleid© naar d© naastbijgelegen provoost of het
naastbij zijnde huis van bewaring overgebracht.
Art. 34. De verlofganger, die zich schuldig heeft
gemaakt aan een' der in artikel 32, onder 1, bedoelde
feiten, is, onverminderd gehoudenheid tot het onder-
gaar^'van de in dat artikel vermelde straf, verplicht
op den tijd' en de plaats door den districtscomman
dant te bepalen, te verschijnen of opnieuw te ver
schijnen om te worden onderzocht.
Van tijd en plaats geschiedt openbare kennisgeving
op de wijze en naar de voorschriften, door onzen Mi
nister van Oorlog vastgesteld.
Ten aanzien van het in het eerste lid! bedoelde on
derzoek geldt art. 81, eerste lid, en, voor zooveel noo-
dig, ook het derde lid van artikel 30.
Art. 35. De in art. 34 bedoelde verlofganger, die
niet overeenkomstig dat artikel verschijnt of, ver
schenen zijnde, zich daarbij schuldig mankt aan een
der in art. 32 onder lb, c en d vermelde feiten, wordt
in werkelijken dienst geroepen of gehouden voor den
tijd van ten hoogste twee maanden. Hierbij geldt d©
tweede volzin van artikel 28.
Art. 35bis. D© verlofganger, die zich schuldig
heeft gemaakt aan een der in artikel 32, onder II a
en c, bedoelde feiten, is, onverminderd gehoudenheid
tot het ondergaan van de in dat artikel vermelde
straf, verplicht op de voorgeschreven wijze aan de
verplichting tot het in ontvangst nemen, dan wel
tot het inleveren van voorwerpen, als in art. 31 ge
noemd, te voldoen, zulks op den tijd ©a da plaats
door den districtscommandant te bepalen.
Art 35ter. Do in art. 35bis bedoelde verlofganger,
die niet overeenkomstig dat artikel alsnog voldoet
'aan de in h©t laatste lid van art. 81 onder meer om
schreven verplichting tpt inleveren, of, dienovereen
komstig deze verplichting vervullende, zich schuldig
maakt aan een der in art» 32 ondier II b on e vermel
de feiten, wordt in werkelijken dienst geroepen of
gehouden voor den tijd van ten hoogste twee maan
den.
Hierbij geldt de tweede volzin van art. 08.
Art. 36. De oproeping van den verlofganger van
de landWeer tot opkomst onder da wapenen of in
werkelijken dienst, geschiedt op da wijze en naar de
voorschriften, door Onzen Minister vapi Oorlog vast
gesteld.
Do verlofganger van de landweer, die niet voldoet
aan eene oproeping onder de wapenen of voor den
werkelijken dienst, wondt als deserteur behandeld,
zoodra hij ingevolge den last van Onzen Minister
van Oorlog als deserteur is afgevoerd.
Art. 21. Het Crimineel Wetboek en het reglement
van krijgstucht vpor het krijgsvolk te lande zijn op
het personeel van de landweer, dat zich onder de wa
penen bevindt, van toepassing, en met opzicht tot de
verschillend© gevallen, van desertie, op het geheele
landweer-personeel.
Dat personeel wordt geacht onder de wapenen te
zijn:
lo. zoo lang het zich in werkelijken dienst bij eene
afdeeling van de landweer of bij een der korp
sen van het leger bevindt;
2o. gedurende den tijd, dien het in art. 29 bedoeld
onderzoek duurt;
3o. in het algemeen, wanneer het in uniform is
gekleed.
De Burgemeester voornoemd,
G, RIPPING.
Alkmaar, 4 November 1913.
door
THéRèSE HO'VEN.
Zoo op 't. oog een heerlijk tafreeltje, een volmaakt
gelukkig huisgezin, d'e jionge vader en moest naast
eikander op de canape© en, in een hoek der gezellige
woonkamer, de baby, een stevig baasje van een
maand of 14, zijn onzekere .stappen geleid en bewaakt
door een glundler deerntje van ëven zooveel jaren.
'ft Hitje was eigenlijk gehuurd om Mevrouw 'truwe
werk uit d'e hand' te nemen, maar ze vindt 'het veel
prettiger 10m met Broer te spelen dan oim te schuren,
te stoffen, te schrobbenI Én broer'a grootste pliei-
zier is om haar gelijk te stellen met zijn Teddly-'bear
'en haar overal aan te trekken, wa,t door zijn kleine
knuistjes maar gegrepen kan worden.
Truns, zooais 't Hitje eigenlijk heet, *is al even
onwraakzuchtig als zijn harige lieveling, ze laat even
geduldig met zich sollen en maakt ©ir nog geluidjes
bij, iets dat Ted'd^-bear niet kan. Schijnbaar zijn de
twee in 't speelhoek] e geheel door elkander ingeno
men, 't hitje evtenzeer als de Baby, de,ch dp etersite
houdt oogen en oorem ter d'ege open en ze merkt
wel, dat er iets niet in den baak is.
Meneer en Mevrouw leZen samen een brief en daar
over is 't hommeles geworden, dat snapt ze best.
Wacht nu spreekt Mevrouw.... ai, daar pakt
Broer haar neus.... „niet doen, Vent'",.... stil, nu
luisterendat is Meneer*® stern. „En ik zeg je dan,
kind) dat ik 't^espottelijk, ja, zelfs arrogant van je
nichtje vindl om ons haar verlanglijst te sturen, na
dat ze, in del twee jaar, dat we getrouwd' zijn, geen
notitie van ons genomen heeft. Ze is niet eens naar
je komen kijken, to'en Broer geboren werd!"
„Nu ja, maar men moet toch niet altijd' Ikwaad
met kwaad! vergelden," ausrt Mevrouw, „En als wij
nu een kleinigheidje stuurden, een eenVoudig lief
cadeautje."
„Op de verlanglijst staan nog wel eenvoudige, lie
ve cadeautjes/' klinkt 't spottend! en, 't papier ter
band nemende, leest hjjl hardop, zoodat 't Hitje elk
woord er van opvangt:
„Zilveren bonbon-lep els."
„Dito d'i.to schaaltjes."
„Cloisonnó-vaasjes."
„Kristallen vla-schotel."
,vOud- blauw
Meneer gooit den brief op dien grond; dat is hem
te machtig.
„Hoor eens, als jou nicht zulke hooge eisehen
heeft, yjoo'ni verfijnde weelde, .dan moet ze maar er
gens anders aankloppen."
Mevrouw raapt zuchtend 't papiertje op: „Och!
dat lijkt jou zoo bizonder, maar 't is heel gewoon.
Bij ons is 't ook wel heel eenvoudig!"
't Hitje, dat weet gedurende eenige oogenblikken
door Broer in beslag wordt genomen, raakt den
draad van 't gesprek kwijt, maar gelooft toch wel,
dat er ruzie is.
Meneer springt woedend op, gaat de dour uit,
zonder iemand) go,eden dag te zeggen, zelfs Broer
niet, waar hij anders zoo dol..en zoo trotsch op
is.
Als ze in de richting van de canapee kijkt, ziet ze
dat Mevrouw in haar zakdoek snikt. gunst, niks
voor Mevrouw, d'ie anders zoo jolig is, zoo'n echte
aardige dame, niks groosig, ze gaat met der om als
met een vriendin.
Truus is ook erg op der, echt waar en, als ze merkt
dat Mevrouw door blijft huilen, zet ze Broer op den
grond in een veilig hoekje en gaat ze parmant naar
Mevrouw toe.
„Kom nou," zegt ze hartelijk, „dat moet u nou
nie't doen, u bent veels te mooi om verdriet te heb
ben."
't Mevrouwtje zucht: „Oehl ja, Truus, iedereen
heeft zijn pakje te dragen."
„Laat u 't mijn maar dragen," zegt Truus, in vlug
begrijpen. „Ik kan d'er tegen, ik ben vedl 'stegketr as
u."
,,'t Is heel lief - van je, hoor kinld."
„Nikis lief, gewoon! Moeder zegt altijd, een goeie
hooi moet 't verdriet mot der volk mee maken."
„Verdriet", herhaalt Mevrouw, „dat is nu wel een
heel groot woord."
„As je huilt, hè je verdriet," verzekert Txuue apo
dictisch.
„Nu ja, maar 't hoeft niet altijd zoo erg te zijn,"
«n zich schamende tegenover haar dienstmeisje,
steekt ze haar zakdoek tusschen haar japon en tracht
ze zich groot te houden.
Maar Truus iaat zicih zoo niet afschepen, ze is een
wijia ding voor 'haar leeftijd, ook dat zegt Moeder al
tijd.
,,'t Is om 't kedlo, dat weet ik best. U wou wat ge
ven en meneer niet."'
„Zoo, heb-je geluisterd)?" vraagt haar meesteres
op isoherpeir toon, dan ze (gewend is tot haar te spre
ken.
„Mijn ooren stondep toevallig open," 'antwoordde
ze, op zulk een grappig© manier, dat 'tjonge Me
vrouwtje wel lachen moest.
Truus herneemt: „'t Is niet uit astrantigheid' of
zoo, maar heuach, u kunt me vertrouwen en ik kan
u helpen ook met ''tkedb."
„Jij!?" klinkt 't ongeloovig, want mevrouw weet
dat dia moedfer van Ttruus een doodarme weduwe is
en dat ze eer te kort komt dan overhoudt. Truus
zal wel geen eigen middelen belbben.
„Ja ik," verzekerdis 'tHitje kalm. „U mot 'r nou
niet nijdig over zijn, maar ik heb géhoord, wat me
neer oplas van dat l'ijistje, alles kon ik niet begrijpen
omdat d'er zulke rare weerden op was'em. Maar ik
heb duidelijk oudMalauw verstaan, en- i'k we est best
wat 't is. Mijn grootmoeder ia koopvrouw en die
doet er in."
„Heeft je grootmoeder een winkel?"
„Wel ne-e, mevrouw, zoo zit 't er bij. ons soort men-
schen niet an, ze loopt langs de deuren met nage
maakt porceiein en aardewerk, d!at ze voor echt ver
koopt.
„Dat is toch bedriegen."1
„Heelemaa'il niet; me grootmoeder is er zoo goeie-
koop mee, dat der klanten wel-belgrijpen dat 't nage
maakt is. Zo heeft beelden van borden voor twee
guldes.is d'a.t nou duur?1"
„Dat zal toe'h wei niet heel mooi zijn."
„Nee maar of. Weet u wat? Ik zal van avond, as
ik hier v-an diaan kom, naar me grootje toe gaan en
st'.ekempi«s een bord van der weg nemen....
„Maar, Truusjei, dat is stelen."
„Ileelemaai niet!" zegt ze opniieuW. „Al-s u 'tbord
mooi vindt en u 't wil 't koopen voor twee guldes,
di n breng ik die an Grootje en, als u d'er geen zin
in het, nou, .dan zet ik 't net zoo stiekempies weer
op z*n plaats en geen menseh is er wijzer door."
't Mevrouwt aarzelt., de verleiding is heel' groot;
H'fflk zal w,el boos zijn, maar hij weet ook niet,
e t zij zelve om de verlanglijst heeft gevraagd....
).u 'kan zij het zich niet 'begrijpen dat ze het deed,
want ze hebben het heel zuinigjes met hun heiden
en Broer.
Ze heeft het gedaan iin ©en barer opwellingen Van
verzet, die heiaas I nog al eens voorkomen.'. De fami
lie beschouwt haar huwelijk met Henk als een més
alliance, omdat bij gewoon aan een bank werkzaam
is en niets heeft dan zijn salaris als employé.
't Was geen partij voor haar, wordt er'beweerd.
Nu ja, dat is wel zoo, maar ze houdt innig veel
van hem en hij is, in alle opzichten, een model echt
genoot, trouw en eerlijk, braaf en hartelijk. Zo is
er ten volle van overtuigd, dat ze met hem veel ge
lukkiger iis dan ze zou -zijn met ©en man van invloed
of positie, voor wien zij niet zooveel zou beteekenen.
Maar toch zijn er oogenblikken in haar loven, dat
zo in verzet koanti tegen 't noodlot en ook tegen
haar familie.
Teen ze Dora, de zuster der bruid, toevallig in
een winkel ontmoette, terwijl ze een paar uur in Am
sterdam was, omdat Henk er een vergadering had,
•en deze hoog opgaf van de aanstaande feestelijkhe
den, zie-i ze d'an ook quasi nonchalant: „O'I ja, nu ik
je toch zie, wil je Marie Vragen mij haair verlanglijst
te zenden."
Nu 'kan ze er zich niet aan onttrekken ©nja,
Henk heeft gelijk.... de ei'schen zijn bespottelijk..
Als ze nu toch eens den voorslag van Truus aan
nam en een bord' van nagemaakt „oudLblauw" zond'?
Misschien zoutten ze 't niet eens merken.plot
seling vindt z» 't allergrappigst om oe er in te laten
CarroMScrleiubrlkant, Alkmaar.
Vertegenwoordiger dar beroemde
BEKZ. en OVERLAND-AUTOMOBIELEN.
Het model Overland 1914 is nu reeds dneo' lever
baar J kost geheel oompleet 1*3250, deze is geheel
voorzien van electrische verlichting Proefwagen dis
ponibel. Telefoon 533.
loopen.
't Hitje is intusschen weer met Broer gaan speien,
net ef er niets gebeurd! is.als Mevrouw naar
haar toekomt, zegt ze enkel: „Doet u 't?"
Mevrouw knikt1'van ja1.
Truus houdt haar woord!; den volgenden ochtend
komt ze met ©en groot pak onder haar omslagdoekje.
Zegevierend iaat ze het bord', in een paar smerige
couranten gewikkeld, aan haar Mevrouw zien.
Deze vindt het prachtig nagemaakt; je zoudt
heusch zeggen, dat 't echt was. Ze pakt "t keurig in
en verzendt het.
Den volgenden avond reeds krijgt ze er1 ©en be
dankje voor:
Beste Annie,
Wat 'heb je mij schandelijk bedorven met dat schit
terend© hord; Louis, die een kenner dia en veel ver
stand van antiquiteiten, heeft, ia er Verrukt van. In
gesloten ia jel'ui invitatie voor ons diner; jelui kunt
bij ona slapen, natuurlijk met je boy. Louis verlangt
kenniis ,mot jou en ook met je man te maken. W ij ne-
m'en geen weilgerinjg aan.
Ik heb het vreeselijk druk, nogmaals veel dank,
Jo Marie.
In 't eerst zit Annlie er vrefeselijik mee in, ze heeft
er natuurlijk niets van aan Henk verteld, nu, op
eens vindt za 't geval zóó vermakelijk, dat ze hem
alles op'biadht.
Eerst iia hij even boos, d'an lacht hij ook, terwijl hij
zegt: ,,'t Is heusch wel aardig! Ze houden 't bord
van Grootje natuurlijk voor iets heel moois en xed'e-
neeren zoo„Ala die mensch'en zulke royale .cadleaux
kunnen geven, dan zijn ze toch niet zoo arm en 't be
wijst tevens, dat ze ismaak hebben, dus kan hij zoo'n
erge proleet niet zijn. Wa kumnon hem dus wel eiena
op zic'ht laten komen.
„Op zicht, maar Henk, alsof je oen staaltje wais;
waarom zeg ja niet ineens als monster zondes
waarde?"
„Nu, zoo iets is 't dan ook wel'. Enfin, wij! laten zo
hun pleizier en hun bord cn blijven stilletjes thuis."
„Henk!" roept ze, op een toon van afschuw en
verontwaardiging, en ze schreit elen poosje en
't eindi van het lietdl iis, dat vrouwtje'» haan Koning
kraait en ze naar Amsterdam gaan met den in boy
herdoopten Bro.er.
Annie vindt 't heusch 00,k vefel aardiger, Broer, als
er geen Zus bij is, heeft geen reden van bestaan, als
titel.en vooreerst hebben ze geen geld' voor No.
Boy is dus veel beter, want ,een jongen is hij en
.een echte; de familie bewondert hem eenparig, een
prachtkindl word't hij gevonden.
En heusch, die Henk valt erg mee; hij is nu wel
niet van patricische afkomst, zooals zij1 zelf zijn,
maar hij is zeer beschaafd, schijnt zijn weetje te we
ten enoom Frederik, die erg in zijn nopjes is,
omdat zijn jongste dochter zulk een goede partij doet
en toch ook wel voelt dat 68 geen 18 is.hm! Oom
Fredarik praat eens met Annie'® man en komt tot de
overtuiging, dat hij in zijn bankiePs huis wel een
rechterhand! zou kunnen gebruiken. Eigen gaat toch
boven vreemde.en hij heeft altijd veel van Annie
gehouden; 'teenige kind van zijn eenige zuster!
In 't 'begin was hij wel tegen haar huwelijk met
een employé bij ©en kleine bank in een provincie
stadje en heeft hij1 er ziich afgemaakt met een ca
deau. eigenlijk, en dat voor een schatrijken man,
een cadeautje!
Wou 't eerst eens aanzien.en 't schijnt goed te
zijn gegaan. Het jonge paar was niet, indringerig.
en nu met 't trouwen van Marie.zop'n fraai ge
schenk, zoo echt om te tonnen, dat ae geen wrok
koesteren over die ©enigszins koele.... 'hm! afwach
tende houding der familie.
.Henk heeft juist gezien, 't mooie 'bord! heeft 't
hem gedaan! Een hord van 2; Annie heeft wel
voor 25 plei'zier. En dat is, aan den eenen kant
maar go.ed ook, want al® ze heel prettig en voldaan,
van hun uitstapje naar Amsterdam thuis komen,
vinden ze niet alleen 't Hitje, maar ook haar groot
moeder op hen wachten, 'tHitje huilt beken! Groot
je i.s verbolgen, istiaat er op Meneer eh Mevrouw di
rect te spreken en dan komt 't verhaal, Grootje is
©en echt scharreltje in de zaken-beteekenis van het
woord. Ze is jaren geleden den boer opgegaan, heeft
nog connecties in den achterhoek. Ze heeft de
mooie, echte, antieke borden, 't effetieve oud-blauw,
zooak ze ziegt en ze maakt er een lekker duitje mee;
genoeg voor eiken mi'd'.dag een bordje soep met een
stukkie vleesch er in en nog een glaasje wijn ook,
als ze 't belieft en ze zal wat nalaten ook, maar wat
is 'm de sjo.ose? Als dier familie dier erg in zou krij
gen, dan zouên ze der plunderen, levend villen, en
d)at wi'l ze niet en daarom zegt ze maar, dat 't alles
nagemaakt ia en dat ze de borden voor twee gulden
't«tuk verkoopt, terwijl ze er 2'5 of 30 voor krijgt.
.En dat wou ze nu maar zeggen.Meneer en
Mevrouw hebben 't natuurlijk ook w.el' gezien.
„Natuurlijk" zegt Meneer, grif, „en.... kijk eens
vrouwtje. of juffrouw.
Annio heeft moeite 'tniet uit te proesten, terwijl
Henk met een breed gebaar een bankje uiti zijn por
tefeuille neemt; 't is bijna de helft van de huur,
maar nu kan 't lijden en Annie heeft zelf gezegd, dat
ze wel vij f-en-twintig gulden pleizier om 't geval
heeft. 1
Gr'ootje is één en.al verbazing.... hoopt dat ze
niet brutaal is geweest en.ze komt heel dicht bij
ze en fluistert: „Of Meneer en Mevrouw 't niet aan
Truus wonen zeggen van de 26, ze heeft bij haarlui
maar gezegd,, dat "t 10 was.hoefden niet alles
te weten!"
Ala die familie naar Amsterdam verhuist, gaat 't
Hitje mee.
Grootje komt goeie® dag zeggen en brengt 2
mee.die had ze toen dien keer vergeten en eer
lijk 1» eerlijk. rerzoeke gunst en recommandatie!