DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Gezondheid en Kracht Emulsion BKCNAMS PlLUN Pakpapieren. Hofplein 8, W. VIM Jr. Telefoon No. 363. Bouwterrein Ko. 281» Honderd en Yijffciend© jaargang. i9ia DINSDAG 2 DECEMBER* Graan- en Zaadmarkt. FEUILLETON. De Ziel Tan Margaret Rand* Jeze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en -mestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden /oor Alkmaar 10,80; franco door het geheete Rifk fl, Afzonderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën Per regel f0,10. Bij groote contraeten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. Afhaling zakboekjes. NIET VOOR DE WASCH. Keel en Bórst-Aandoeningen TE KOOP aan Kennemer- straatweg tegenover Emma- st r a a t. Breedte naar keuzo pl. m. 28 M., diep pl. m. 45 M. Telefoonnummer 8. Woensdag 24 December. BINNENLAND. Ze maakt voor Mevrouw alles blinkend Ze maakt voor de meid alles bankend Ze maakt voor iedereen alles blinkend 1 Ze doet de potten blinken I Ze maakt de koekepan als een spiegel 10 Ze voldoet een ieder. ADVERTENTIE N. ALRMAARSCHE OÜRANT Burgemeester en V7ethoudere ven Alkmu bren gen ter algemeene kennis, dat de Graan- en Zaad» markt, welke dit jaar sou vallen op den aden Kerstdag sal worden gehouden op te voren. Burgemeester en Vv ethouders voornoemd, G. RIPPING, Voorzitter. DONATH, Secretaris. De verlofgangers der militie die hunne zakboekjes ter gemeente-Secretarie hebben Ingeleverd, worden nitgenoodlgd deze ten spoedigste aldaar te komen afhalen. Gemengd nieuws. HEiT COURANTEN-LEZEND JONGETJE. Waanwijze Jantje en zijn Pa. Waanwijze Jantje: Pal Zijn Pa: Wat ia 'r. W. J. Hoeveel' maal ké je begraven worden2 Z. P. Nu, dat zal) gewoonlijk maar eens gebeuren, zou 'k denken. W. J. Ja, Pa, maar soms toch veel meer dikkelser. D'r staat in d)e krant een heel vui.vui.vui. Z. P. Eeuilleton. W. J. Nou ja, zoo'n verhaal over. Kijk maar. (Toont N. R. Ort.) Z. P. (leest titel feuilleton) Zijn eerste begrafenis. Och ja, jongen, dat beteekent natuurlijk 'n ander z'n eerste W'. J. Maar d'an moet die ander toch twee keer. Pa, wat anders: ik ken stotteren. Z. P. Dat heb ik daar net gemerkt, maar daar be hoef je zoo trotsch niet op te zijn. W, J. Ja, maar Pa, ik heb 'tl me eigen geleerd. Nooit geen les in gehad'. Z. P. (met een glimlach). Daar wordt gelukkig nog geen les in gegeven. W. J. Welis (leest adv. Wbl. Zorgvliet): „Inrich ting voor Spreekonderwija te 's-Giavenhage. Hygië nisch spreken, stotteren, stamelen. Door den neus spreken, enz." Nu dan ken ik ook me eene oor be wegen en het andere stil houen. Z. P. Houden. W. J. Ik zeg houen, als ik tegen me meerdere spreek. Dat doet u ook. Laatst hebben we 't om- mera nog gezongen 2 Z. P. Wet W. J. Ja, u en ik en anderen. "Wij zijn toch het volk van Nederland'2 Z. P. Nou, wat danf W. J. (leest 's Lands Welvaart in gevaar, Veree- niging onze Vloot.")' „Volk van Nederland', nog veirsch ligt de viering van het herstel onzer onafhan kelijkheid in het geheugen. Met geestdrift hebt ge dat herstel' herdacht. In den Haag hebt ge uw Ko ningin luide toegezongen: Wij willen Neerland hou en." Z. P. Nou, houen d'an. W. J. (vertoont de oorkunst). En ik ken ook me eene oog toe en 't andere open houen. Kijk, zoo, (vertoont het) En nou ben ik aan 't leeren met me ééne wang 'n kleur te krijgen en met de andere bleek te zien. (Nadruk verboden). Raxaut vaa L. E ÜGBMDÜL 24) Margaret zag tot haar vreugde dat d'e sleutel in het slot van de kast stak. Zij boog zich voorover, opende d'e kast en vondi zonder de minste moeilijk heid, onder een hoop zware muziekboeken, een groot portret-album. Zij trok dat met bevende handen uit zijn schuilplaats en het in haar arm nemend, ging zij er mee op den dichtstbijzijndten stoel zitten. Het scheen baar bijna te mooi' toe, dat zij haar doel zoo spoedig zou bereikt hebben. Zij beefde van ontroe ring. Met waanzinnige haast sloeg zij de bladen om. Ja, O ja. God was goed voor haar. Zij' zou niet ten onder gaan in de golven van deze moeielijke wereld'I Daar staarden haar d'e portretten aan van de klei ne Margaret van lang geleden. Hoe goed herinnerde zij zich oog het leelijke gezichtje, de vreeselijke jurk, het plompe figuur 1 Voor geen rechtbank in Enge land zou dit portret erkend worden als een van Mar garet, zooals zij ou was. Met trillendie vingers trok zij de verraderlijke por tretten uit het album, scheurde ze in vel'e stukjes en wierp die in 't vuur. Met bet open album nog op haar schoot, sloeg ze gade hoe zij' opkrulden en ein delijk verdwenen. Mag ik u 'n oogenblik spreken, juffrouw Rand? vroeg OlaiT, de kamenier. Ik wilde u iets ov.er uw rose fluweelen japon vragen. Zal ik de gameering zoo veranderen, dat het meer een d'emitoilette wordt? Het kan madame d'an in d'e vreemde hotels goed te pas komen. 01 veroorloof mij, madame heeft dat zware boek laten vallen 1 En Cl air raapte het photo grafie-album op. Margaret's oogen flikkerden toornig. Ik zal da- Z. P. Dat ku' je niet leeren. Dat kan niemand. W. J. Hier staat t toch van iemand, (leest Dordrechtsche Courant). „Zij zweeg plotseling en keek onthutst; een blos bedekte een harer wangen, terwijl uit de and'ere ali het bloedt week. Charlotte sloeg haar met groote aandacht gad'e." Z. P. (peinzend). Hoe is 't mogelijk 1 Maar daar zou 'k toch maar niet aan beginnen. Dat zal' je wel niet lukken. W. J. Dat mot u niet zeggen, Pa, ik heb alle hoop. Ik ben een blijmoedig optimist. Z. P. Kleine jongens moeten geen vreemde woor den gebruiken. Wat je daar zegt is d'ubbel. Vrijwel nonsens. W. J. (schuins opkijkende)! schrijven kleine jon gens wel eens in de Rotter dammer 2 z "p co W. J. En ditte d'an? (leest uit de N. R» Ct.) „Hier doet de geleerde schrijver zich kennen als een blijmoedig optimist." Z. P. Nou ja, 'n berichtje misschien.... en 'nen kele keer ku'je W. J. Nee, Pa, hoofdartikel. En d'atte? (leest in de N. R. Ct Feuilleton.) „Met hetzelfde blijmoedig optimisme had hij zijn intreerede gehouden." Z. P. Nou goed), je kunt 't dan wel' zeggen. Maar je moet me toch liever altijd vragen over vreemde woorden. W. J. Coed, Pa, Wat is abortus? Z. P. Dat is.e.als 't niet zoo erg goed gaat met.e.als de ooievaar komt. W. J. Ga je daar lang voor in de gevangenis, Pa? Z. P. Wel neen, jongen. Wat 'n dwaze vraag nu. Daar kan j.e toch niet voor gestraft wordenI W. J. Nou, leest u d!at dan eeusi Z. P. (leest in de N. R. Ot.) „De koopman E., te Almelo is in hechtenis genomen als verdacht van abortus...." nou ja, maar dat is nou toch eigenlijk geen onderwerp voor je. Altijd in die kranten. Waarom ga ja niet liever naar een voetbalwed W. J. Hé ja, Pa, mag 'kï D'r is tusschen vandaag en overmorgen beslist 'n rui. Z. P. Als je die woorden gebruikt, mag je besl. ik b.edoeli zeker niet. Maar waarom zeg je de dingen zoo mal1? Morgen bedoel je natuurlijk. W. J. Niks mal, Pa, 't staat net zoowat zoo in de Telegraaf (leest) „Keizer Wilhelm zal tusschen 23 en 25 October een bezoek aan Prans Jozef brengen." Z. P. Je hebt op alles 'n antwoord. Dat is niet aardiig voor 'n kind. 't Is waanwijs. Geloof me als je zoo doet, zal d'e wereld) je heusch niet vriendelijk aankijken later. Je zult er zelf door l'ijden. W. J. (geheel overtuigd). Net als meneer Bernard Canter in het Savoy-theater. Z. P. Watte? W. J. Ja, daar trokken ze allemaal nare gezichten tegen hem. Maar juffrouw Kirby nog 't ergste. Die stak zeker d'r tong tegen 'm uit. Hier, (geeft de Nieuwe Courant.)! Z. P. (leest Feuilleton, B. O.) „Op een repetitie, die ik in het Savoy-theater bij woonde w.erd ik dioor niemand' minder vriendelijk toegeknikt, dan door d'e bekende danseres, Nancy Kirby." Och, jij' leest verkeerd. W. J. Nee, zij schrijven verkeerd» Z. P. Nou die kamer uitl Je verveelt mei (Pats). W. J. Au 11 (af, omkijkend.) Toch gelijk! Gord ij1 n. (Maandblad v. d. Journalistenkring). delijk bij je komen, Glair en over de japon spreken. Raak als 't je blieft dat boek niet aan. En ga nu heen, ik kom dadelijk bij je. Clair verliet d'e kamer. Zij glimlachte bij zichzelf. Kennis is macht, zei zijl tot zichzelf. Madame ie rijk. En van dien rijkdom wil ik mee genieten. Heb ik niet gezien, dat zij die portretten uit het al bum nam en ze in stukjes scheurde en ze toen toen verbrandde? Heb ik niet gezien, dat zij van kleur verschoot, toen ik verscheen? Ik zal er haar natuurlijk niets van laten blijken, maar ik zal mij dit geheim ten nutte maken. Welk recht 'heeft zij, wie ziji ook is, om die portretten uit het album van mevrouw Mansfield! te nemen? O, maar dit komt mij te pas, heel goed, heel goedl XL MAN: EN .VROUW. Die eenheid! van ziel) die alleen het huwelijk tot een heilig verbond) maakt, werd in al haar volmaakt heid bij John en Margaret Rand' gevonden. Zij brachten dlrie maanden buitenslands door en zagen die wonderen van natuur en kunst die slechts op het historisch terrein van Frankrijk en Italië te vinden zijn. Margaret was een buitenmeisje en kunst als kunst was tot dusver iets onbekends voor haar. Zij had echter oog voor schoonheid in welken vorm haar die ook werd geboden. John had de kunst van zijn jeugd af bestudeerd. Hij werd Margaret's leermeester. Was er ooit zulk een' verstandigde, zulk een pittige leerling met zulk een goed oordeel? Zij genoot in volle teugen van al het glorierijke van Rome, van de wonderen van- Florence, van de grootsche schoonheid van Venetië. Margaret scheen zooals John het uitdrukte, alles mét haar ziel te zien. Zij zei niet veel, maar haar klankrijke stem beefde en haar donkere oogen weerspiegelden haar gedachten. En na de groote steden van de oude ge schiedenis moesten de Italiaansche meren en ten (Apan-Zeep.) it mamg* VOORlEDERW ALLES blinkend INCIDENT TIJDENS EE'Ni RECHTBANK ZITTING. ■termid'dag, schrijft d'e N. R. Ort., 'heeft zich ter te ntzitting van de rechtbank in Den Haag ©en in cident voorgedaan. De president deed aan mevrouw dPAudretseh, die als getuige was gedagvaard, weten, dat zij eerst te halfdrie behoefde terug te komen. Deze protesteerde er daarop met luider stem tegen, dat aldus beslag werd gelegd op haar tijd; zij was, zeide zij, in dien namiddag bezet en zou dus niet ko men. De president bracht baar daarop onder het oog, dat zij zich dan aan een vervolging blootstelde en tot een geldboete van 60 zou kunnen worden veroor deeld, haar verzekerende, dat hij haar met den ster ken arm zou laten halen. Zij herhaalde daarop haar protest en haar verzekering, dat zij niet zou komen. De president legde haar daarop het stilzwijgen op en gelastte haar de zaal te verlaten. KORTE BERICHTEN. De landbouwer Spoon, van Abbenbroek, heeft cassatie aangeteekend' tegen het vonnis van het Am- sterdamsche Gerechtshof, waarbij hij wegens vergif tiging tot 20 jaar gevangenisstraf werd veroordeeld. Een 70-jarige man, die Zondagavond te Geldrop van de tram stapte, terwijl deze nog reed, is er ondier geraakt en gedood. Er worden, meldt d'e N. R. Crt., pogingen aan gewend om in de bloembollenstreek een vereeniging van R. K. bloemistenpatroons op te richten. Pinheiro, te Weenen gearresteerd op verzoek van de Amsterdamsche justitie, is in staat van fail lissement verklaard. De ondervinding van 37 jaren bewijst dat ter voorkoming van verkoudheden, influenza en bronchitis zoowel als ter genezing van er geen geneesmiddel bestaat dat zóó zeker en zóó snel werkt als de echte scorrs (VAN LEVERTRAAN) Het „ViS9cher" handelsmerk op de verpakking onderscheidt het echte artikel van alle namaaksels. Ingezonden Mededeellngen. zijn reeds meer dan zestig jaren het meest gebruikte huismiddel van de geheele wereld. slotte Zwitserland nog bezocht worden. Het liep tegen het einde van October toen de Randl's naar huis terugkeerden. Margaret had' op haar eigen verlangen Malchester Hall nog niet ge zien, maar et waren allerlei toebereidselen gemaakt voor de ontvangst deer jonge meesteres. Het land volk kwam van alle kanten opdagen. De paarden werdén van het rijtuig gespannen. Margaret's on- derhoorigeni trokken' haar zelf naar het huis harer voervaderen. En naast haar man gezeten, voelde zij zich zeer gelukkig. Haar zonde hinderde haar niet meer. Het moge vreemd schijnen, maar haar gewe ten scheen, nad'at zij! gedoopt was, tot zwijgen ge bracht. Zij was werkelijk Margaret Rand. Haar huwMjk had' haar naam niet veranderd'; die was reedis de hare. Je oogen zijn als sterren, Margaret, zei John, haar aankijkend Ik ben ook zoo gelukkig, zoo innig gelukkig, John, antwoordde zij. Zij reden dë statige oprijlaan op. Margaret stapte uit en op den arm van haar echtgenoot geleund, be steeg zij de treden. En op het bordes gekomen, keer de het jonge paar zich om. Margaret's groote schoon heid, waarvan men reedis had gehoord, scheen toch stormenderhand d'en geestdrift van haa'r onderhoori- gen op te wekken. Juichkreten vervulden aanhou- d'end de lucht» Jij bent hun koningin, fluisterde John. En jij hun koning, antwoordde zij. Toen hield John Rand! een korte toespraak. Hij zeide tot de ondlerhoorigen van zijn vrouw, dat er nooit in zijn geschiedenis een dag was geweest als deze. Hij had dë Hall een meesteres gebracht, die van haar onderdanen hield' en van wie zij ongetwij feld ook zouden houden» Hun leed en hun vreugde zou ook haar leed en vreugde zijn; zij zou met hen voor hen léven, n slotte noodigde John uit naam van zijn vrouw- de aanwezigen uit zich naar de groote schuur te be geven, waar een feestmaal voor hen igereedi stond en Adres letter oourantenbureauJöBSIS, Nijmegen. waar mevrouw Rand! en hij' zich bij hen zouden voe gen. Men zou daarna dezen gewichtigen dag met een dansje besluiten. 's Andleren daags leidde John Margaret dloer het groote hui®. Mielchester Hall had dë familie Rand vele geslachten achtereen toebehoord) het had vroo- lijkheid gezien, innig geluk en ook droefheid. Het was getuigen geweest van geboorte en dood en bij el ke gelegenheid heetten zijn oude muren steed's allen welkom, die ondier zijn da)k bescherming zochten en zich daaronder thuis gevoelden. Da Rand's waren nooit arm geweest, maar ook nooit hijzonder rijk. Zij waren, wat men noemt, welgesteld totdat de vader van Stephen, Henry en John in handelszaken een enorm fortuin had verworven. Het grootste gedeelte daarvan had hij nagelaten aan zijn oudsten zoon Ste phen, die niet getrouwd was en dies, zelf een man van zaken, zijn rijkdom nog had vermeerderd. Dat on metelijke fortuin behoorde nu aan Margaret; het oude huis was ook het hare. Zij was getrouwd' met den man dien zij liefhad. Wélk gelukkiger lot kon een vrouw ooit ten deel vallen? John, zei zij, en legde haar hand op zijn arm, terwijl zij naast elkaar in de schil'dterijzaal stonden, jij bent het allerbeste en d'an volgt dit oudé huis. Het gel'dl alleen schijnt mij van weinig of geen be lang. Ik heb reeds bedacht' wat wij met ons geld zul len d'oen, Maggie, gaf hij ten antwoord. Je hebt oom Stephen nooit gekend, maar ik dies te beter. Ik weet wat zijn hartewensch was. Hij was te oud om zijn grootsche ideeën zelf uit te voeren en heeft dat aan jongere krachten overgelaten. Wij' zullen zijn wensch vervullen. Tot welzijn van anderen? vroeg zij met schitter rende oogen. (Wordt vervolgd)!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1913 | | pagina 5