HEUPJICHT. De beer Porbeqkl zoo iets, De v po ra It ter: Dan kernen ee ift mimetar con ditie dan nu. De heer D o r b eki; Ik tog ook piet dlat ik dat Pira cies aoo zou willen. Voorts wijst spr. er op, dat in de verordening ook niets blijkt van die onderscheiding in vak- en hiulpieeraren en dat het bestaande systeem aanleiding geelt tot moeilijkheden, ook ten opzichte De heer L u b b e wil aannemen, dat men vroeger de andere niet w or dien betaald. B. en W. hebben dan ook vroeger zelf gezegd dat die verordening herzie ning eischte. 404do Staatsloterij. Trekking1 24 Doe. 1913. No. 0726 f25.000. Na 9868 flOOQ. Na 4476 1100, Prijzen van f45. 246 1090 1372 1388 1521 1753 T945 2203 2404 8704 2766 2867 8539 3988 4092 4248 4414 4997 6233 5338 6416 6429 6466 6684 6598 5633 5945 6978 7078 7108 7290 7865 7844 7890 8038 8098 8316 8402 8405 8678 9021 9135 9296 9316 9582 9748 9983 10187 10847 Jl«09 11670 11836 11923 12255 12302 12506 12724 13070 13136 13756 13807 14139 14228 14788 14843 15053 15067 15463 15844 16005 16371 16713 16761 16816 10895 17030 17040 17314 17487 17606 17718 18261 18469 18542 15545 18786 18913 18961 I 150 19130 19313 19551 19960 20080 20298 - 3e Klasse 2© Mjst: 3906 m.z. van 11793 \ervalt; 16802 m.z. 16 m.z. 16939. Op roggen nn'hrcckt 149'v 131 2084- '967: n 1; ,p9 9 De Voorzitter gelooft, dat juist omdat de ontslagkansen bij de gemeente gxooter zijn, dit een voordeed is voor bet pensioenfonds, dat wil zeggen: ontslag zonder pensioen. Er is nog al wat mutatie ondier het personeel in gemeentedienst beer Kok toch zeker De heer L u b b e meent, dat de opmerking van den heer Kok toch zeker zal rekening houden met de kensen op ontslag mart pensioen. De heer U do gelooft ten slotte, dat er wat voor de opvatting van B. en W. is te zeggen en verklaart met die voordracht van B. en W. te 'kunnen meegaan. De heer Verkerk zegt voor het voorstel van B. en W. te zuil een stemmen, maar vraagt, of hij zich dan bindt voor advtij dl en geeta verbetering bijv. pre mieverlaging meer kan voorstellen. De Voorzitter beantwoordt deoe vraag ont kennend. Conform het voorstel van B. en W. wordt besloten. BELOONTNG ONDERWIJZEND PERSO NEEL BURGERAVONDSCHOOL en AVOND SCHOOL VOOR HANDWERKSLIEDEN. B. en W. stellen voor: De bedoelde Verordening te wijzigen als volgt: Art. 1 wordt geroyeerd en vervangen door een nieuw artikel van den volgenden inhoud: Art. 1. De belooningen van de leeraren bedragen: a. voor die in Nederlandlsche taal en wiskunde, het zij die vakken afzonderlijk dan wel gecombineerd door één leeraar worden onderwezen, elk 300. Deze belooningen worden, hetzij daartegen over wegende bezwaren bestaan, na drie-, zes>-, negen- en twaalfjarigen dienst aan de school met 80 ver hoogd door Burgemeester en Wethouders, de Com missie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs gehoord; h. voor die in lijnteekenen, handteekenen, vaktee- kenen en werktuigkundig teekenen, hetzij die vak ken afzonderlijk dan wel gecombineerd door één leeraar worden onderwezen, elk 450. Deze belooningen worden, hetzij daartegen over wegende bezwaren bestaan, na drie-, zes*-, negen- en twaalfjarigen dienst aan de school met f 45 ver hoogd door Burgemeester en Wethouders, de Com missie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs gehoord1. In artilkel 4, eerste lid, wordt voor de ^woorden: 1 per lesuur, gelezen: „f 1-80 per lesuur De regeling met de daarin aangebrachte wijzigin gen in werking te dloen treden met den aanvang van den cursus 1918/14. Na deze wijzigingen de Verordening in haar ge heel, overigens onveranderd, vast te stellen en van een nieuwe dagteekening van vaststelling te voor zien en wel die van. De heer D o r b e c k verheugt er zich over dat eindelijk in deze zaa'k B. en W. met nadere voorstel len zijn gekomen. Deze voorstellen hebben echter sprekers sympathie niet, omdat die regeling geen sy steem is, zooals spreker ook bij d'e toelichting van zijn amendementen schriftelijk heeft uiteengezet- Nu heeft het spreker gespeten, dat B. en W. niet zijn gekomen met argumenten tegen hetgeen spreker heeft aangevoerd. Er is wel 'een uitgebreide staat overgelegd, doch spreker meent, dat men bij de be oordeeling van deze zaak door dezen istaat zich niet moet laten leiden. Wij hebben te vragen is die sala- rieering goed of niet. Is die niet goed, dan mag men nietopzie® tegen de kosten die een. goedle rege ling met zich Bal brengen. Tn dien staat heeft men ook geen rekening gehou den met die meerdere lesuren, die sommige leeraren geven. De voorzitter stemt dit toe; er komen bij cle berekening van B. em V. 800 bij. De heer D o r b e c k zegt verder d'at het tegen woordige systeem iets willekeurigs heeft. Bij andere leeraren hebben we 't systeem van belooning per les uur en hij gelooft dan ook dat die salarieermg e meest juiste is. Spreker vraagt voorts wat toch het motief is voor de scheiding van vakleeraren en leera ren in de theorie. Voor spreker bestaat er geen ver schil in de waarde van het ondierwijs, of de gepres teerde diensten, terwijl hij wijst op tal van gemeen ten, die een dergelijke regeling hebben als door spre ker is voorgesteld. De heer Boelmans ter S p i 11' merkt voor af op, dlat die cursus slechts 7 maanden duurt- W an- neer men betaalt per Wekelijksch lesuur, dan moet men er hier bij in aanmerking nemen, dat de cursus slechts 29 weken 'duurt en niet 52. Het maakt dus verschil of men in 29 welken 40 per wekelijksch les uur verdient of in 52 weken- Wat het verschil betreft in wat die heer Dorbeck noemt vak- en theorieleeraar, spreker zou ze liever soheidem in vak- en hulpleeraren. Niet dat spreker niet alle waardeering heeft voor het werk dier hulp- 1 eeraren, integendeel, doch voor spreker ligt er ver schil in. Spreker gaat de geschiedenis van die Bur geravondschool in het kort na, hennnert aan de re organisatie, die van de school een school voor vakon derwijs maakte. Men ziet d'at ook uit het verslag der gemeente over 1891. Dat is ook de grondslag geweest voor de salansre- geling, waarmede de heeg Dorbeck nu eigenlijk ge heel breekt, d'oor allla leeraren te betalen met 40 per wekelijkseh lesuur. Aan de hand van den overgelegden staat van sala rissen wijst spreken er op dlat tengevolge van het voorstel van den heen Dorbeck eemige salarissen zou den worden verdubbeld. Wat zou men er wel van «eggen als B. en W. iets dergelijks voorstelden voor gemeentewerklieden of and'ore ambtenaren. Dat is het bezwaar voor B. en W.: 'die sprong is te groot. Het voorstel Dorbeok zou leiden tot onbillijkheden ten opzichte van andleren. Breken met het bestaan- da systeem komt spreker bedenkelijk voor. Wel zou meta misschien het verschil in aanvangssalaris van 450 en 800 wat kleiner kunnen maken, maar spreker kan niet adviseeren plotseling te breken met het be- ataande systeem. Den heer Dorbeck spijt het, dat B. en W. niet vroeger dile argumenten te berde hebben gebracht, waar deze kwestie al' sedert 1910 hangelnde is. Spr. kan dan ook thans over de juistheid' dier argumen ten, 'die hij' nu voor 't eerst hoort, niet ten voll'e oor- dfeelen. Wat de onderscheiding betreft invak-enhulp- leeraren, spreker weet niet of die ondter&cheiding wel juist is. Het komt hem toch voor, d'at de leera ren in Ned'. Taal en Wiskunde niet een beetje aan- vullingsondlerwijs geven, maar een vaste bepaalde leerstof, die meer ia dan! 'herhalingsonderwijS b.v. Verder meent spr. dat het geen argument is tegen zijn systeem, dat er maar S0 weken les wordt gegeven in plaats van 52. Bovendien vindt hij het wel wat vreemd, dat B. en W. thans pas alle mogelijke inlichting geven om trent de kosten. Had men d!at eerder gedaan, dan had spreker misschien een minder vergaande rege ling voorgesteld en rekening gehouden met de 29 weken. De voorzitter vraagt of dan de heer Dor beck zou wille® dat 40 per wekelijkseh lesuur sou bedoelen, dit gerekend over 7 maanld'en, dus T/i» van 40. De voorzitter erkent dat en meent, dat B. en W. tegemoet gekomen zijn aan do bezwaren. De heer Dorbeck is van oordleeil, dat zijn re geling toch beter voldoen, ook aan de wenaehen dar leeraren. De voorzitter: Dat spreekt vanzelf. Het amendement Dorbeck geeft dia hoeren meer dan 2 maai zooveel in den aak als het voorstel van B. en W. De heer Dorbeck wijst er op, dat dö cijfers zoo hoog wordlen, doordat ze jaren lang te weinig kregen uitbetaald en geen rekening werd gehouden met de overuren. De heer L u b b e: Juist! De heer Zaadnoordijk zegt, dat door B. en W. met die belanghebbende® naar aanleiding van hun adres is geconfereerd! en toieni hun bleek, dat het eindcijfer meer dan 2200 bedroeg, stonden zo er zelf paf van. Da heer Boelmans ter Spill' sluit zich daarbij aan, en wijst er op, dat in de bijlage, waarin het voorstel van B. en W. is opgenomen, dia bereke ning wel degelijk is gemaakt. B. en W. hebben dus de zaak niet geheimzinnig behandeld. Verder wijst spreker op die verordening, waar die bezoldiging van de vakleeraren en andere leeraire nop verschillende wijze is geregeld, met verschillend aanvangssalaris. Nogmaals betoogt spreker, dat de verwerping van het oude systeem, onbillijk zou zijn tegenover de ge meente- De heer L u b b e wil aannemen dlat men vroeger het systeem heeft gehuldigd1, dat er verschil ia in akleeraren en andeiren, doch indien men met de ont wikkeling van het vakonderwijs rekening houdt, is het wenschelijk dat men er thans mee breekt. Spreker wijst er voorts op dat een leeraar in het Neder- tandsch, de heer Ott bijv., voor 12 uur per week ont- angt 275 en die heer Petri bijv. voor 12 uur 640. De heer dé Groot ontvangt voor 13 uur (510, de heer Boot voor 13 uur 825. Verder zet spreker uiteen, dat volgens het voorstel van den heer Dorbeck, de heer Au'kes, dlie meer dan 12 jaar d'ienst heeft, 9 per uur zou ontvan.cn, de heer Boot 1.85 en dat is toch heusch niet t,> veel. Dat men tot hooge eindbijfers komt, is alleen hier aan toe te schrijven, dat d'e menschen jaren h.n? te weinig hebben ontvangen. Men moet niet te veel' aan die cijfers hangen mie-, eenvoudig vragen wat de raadl noodig oordeel I <- it oogienblik. En dan komt het hem voor, dat men 1 ;jv. ook breken moet met de oude opvatting, die, mar spr. meent, ook door den heer die Groot niet meer zou worden gedeeld'. Voor spreker is een leerm en Leeraar. Spreker herhaalt dlat hij de door 11 eer Dorbeck voorgestelde regeling geenszins ovrr-d ven acht. Ten slotte komt spreker er tegen op, dnt or bij akten, voor vakken, waarin geen onderwijs v. o e- geven, een toelage wordt gegeven. De voorzitter merkt nog op, dat der-' leera ren aan de Burgeravondschool geen hoof dl t K-in doch slechts een bijbetrekking hebben. De heer Lubbe is van meening dat bij de belooning niet in aanmerking mag weden tien tt. De overige leeraren hebben ook een bë' 'n de ambachtsschool. De v o o r z i 11 e t: Dat geeft get n voldoen- larieering en daarom heeft men vroege 'e zoo gemaakt De heor Verkerk wijst er op, dal ui n.euee- rin«; vain den heer ter Spill wat hti i tegen de verdubbeling betreft, niet opgu.il. t.n .meer bijbetrekkingen heeft men wel tuis vt -.ca, is ver dubbeld. A1b voorbeeld noemt api. de hooistekers. Verder merkt spreker op, dat liet sj steem al dagtee- kent uit de vorige eeuw en hij is liet met den heer Lubbe eens, dat het wenscheiij'k is met. dat systeem te breken. Nog zegt spreker, dat de gemeente genoodzaakt is de leeraren te benoemen uit de onderwijzers aam de dagscholen, waardoor die menschen 7 maanden lang deis avonds geheel verbonden zijn en geen vrijen tijd over hebben, en dan is de bezoldiging, zooals die door den heer Lubbe is voorge. etend, niet ite hoog. De heer U d'o is er ook voor, om geen scheiding te maken tusschen vakleeraren en andere. Spreker gevoelt wel iets voor het bezwaar, dat het amendement wat ver gaat en meent, dat de heer Dorbeck wel genoegen zou kunnen nemen met een ander voorstel, bijv. om de bezoldiging per weke lijkseh lesuur berekend naar 28 uien op 30 te stel len. De voorzitter: Maar daar vangt u de heeren Lubbe en Verkerk niet mee. De heer Van den Bosch is van meening, d'ait de groote grief is van d'e leeraren, dat voor het bezit der bijakten een giooter belooning wordt toe gekend. Da voorzitter zegt, dat dit uit niets blijkt De heer Boel mans ter Spil'l' zegt, dat dit ook het motief nieit is geweest voor het verzoek der leeraren. Spr. citeert het adres. De heer Dorbeck merkt op, dat dat adres al is van 1910, we zijn nu weer drie jaar verder. Men ziet dus waartoe men komt al» de zaak zoolang door B. en W. wordt aangehouden. Men komt dan ook weer met andere motieven. De heer Thomsen laat zioh in dten zelfden getest uit De heer Ringers zegt, dat hij' door de leera ren is ingelicht, dat de grief is, wat hier besproken is, de extra bezoldiging voor de bevoegdhedletn. De heer Lubbe wil even opmerken dat het voorstel van den heer Udo er toe zal leiden, dat enke le salarissen zouden verminderen, zooals hij' met een voorbeeld nader aangeeft. De heer Dorbeck meent, dat het ter beëindi ging van de discussie het best zal zijn, d'at de raad zich in beginsel uitspreekt over een wijziging der sailarisverordtening zoodanig, dat de maaitstaf van be zoldiging voor alle leeraren dezelfde zal zijn. B. en W. kunnen dan met een andere regeling komen, die daarmede rekening houdt. De heer Boelmans ter Spill blijft van oor deel, dat een salarisregeling naar de wekelijksche les uren te groote bezwaren heeft, beter is het, en daar toe wil hij ook medewerken, om het verschil geleide lijk te verminderen. Voorts zegt spreker ook naar aanleidinig van de opmerking van den heer Dorbeck, dat zijn amende ment de goedkeuring kan wegdlragen van leeraren en directeur, dait hij weet, dat (ja directeur tegen een bezoldiging per wekelijkseh lesuur is. D« voorzitter ia het met den, heer Boelmans ter Spill niet geheel eens, ai is hij' ook tegen een ge lijke bezoldiging. Bestaat er een onbillijkheid, wat spr. niet ten voile erkent, da® moet die weggenomen worden, doch niet geleidelijk. De heer Meienbrink zegt, dat het hem voor komt, dat de vakleeraren hooger moeten worden be zoldigd. Van de andere leeraren kan men er genoeg krijgen. Na nog eenlgo discussie stalt de voorzitter voor over te gaan tot stemming over het voorstel Dorbeck oim in beginsel uit te maken, of de raad er voor is, dat alllel leeraren naar denzelfdlem maatstaf worden gesalarieerd Dit voorstel wordt verworpen met 9 tegen 8 stem men. Tegen stemden de heieren de Groot, Zaadnoordijk, Glinderman, den Boosterd, Ringers, Leiguit, Meiten- brink, -do Lange en Boelmana ter Spill. Daarna wordt gestemd over het voorstel van den heer Dorbeck om de salarieoring te doen plaats heb ben per wekelijkseh gegeven lesuur. Dit wordt aan genomen met 11 tegen 0 .stemme». Voor stemden de heeren den Boestard, Ringers, Leguit, Udo, Wanna, van den Bosch, Dorbeok, For tuin, Thomsen, Verkerk en Lubbe. De voorzitter acht het thans ook wensche lijk, dat d'e raad zilch zal' uitspreken over hetgeen door den heer Lubbe is voorgesteld om die extrabezol- d'iging voor bijakten te d'oen vervallen. De heer Lubbe voegt er aan toe, dat het de bedoeling is, dat degenen, d'ie in het genot van een dergelijke toelage zijn, deze natuurlijk dienen te be houden. De raad vereenigt zich met dit voorstel, waarmede dus B. en W. ook bij hun nader in te dienen regeling zullen rekening houden. De voordracht van B. en W. wordt in verband met deze nieuwe opdracht aangehouden. Met het oog op den tijd en de nog te houden zit ting met gesloten deuren, stelt de voorzitter voor thans alleen nog tel behandelen: de verhoogde subsidie aan d'e Openbare Leeszaal en die leening ten behoeve van die Ambachtsschool. SUBSIDIE OPENBARE LEESZAAL EN BOEKERIJ. B. ea W. atellea den Raad voor: le. aaa het bestuur der „Vereenigiaig tot oprich ting ea instandhouding vaa eena Openbare Leeszaal ea Boekerij te Alkmaar," te beginnen met hst jaar 1914, ©ene jaarlijksche subsidie uit da gemeentekas te verlaenen van 000, waarvan 200 zal worden geno ten ia geld en het rest ear ende of 400, al» huurwaar de van hst aan de badioelida Vareeniging, te zijner tijd, tot wederopneggam», in gebruik te geven woon huis aaa de Doelenstraat No. 28. 2e. Burgemeester en Wethouder» een crediet te venleenea va® 2112.62Va, ten einde het bovenbedoel de perceel voor het aangegeven doell te doen inrich ten. De voorzitter zegt, dat het huis geheel is uitgewoond en met de restauratie het gehetele be drag, dat aangevraagd is, zal gemoeid zijn. De 'heer Meienbrink heeft een bezoek ge bracht aan d'e leeszaal en gezien, dat daar allerlei werken aanwezig zijn. Hij' heeft, daar gevonden: 'ge schiedkundige boeken, letterkundige en andere wer ken en ook romans. Hij' heeft gegrepen een boek over den inval dier Ehigel'sche® in Transvaal, dat was heel netjes, een over letterkunde, dat niet was open gesneden. De voorzitter: Dat 'komt meer voor in bi bliotheken. De heer Melen brink voortgaande zegt, dat hij er ook gevonden1 beeft een roman van Zola, die vertaald was in 'het Hollandsch. Dit werk, dat. niemand zeker in handen an zijn dochter zou willen zien, hoort naar sprekers uiee'ning in eeni leeszaal niet .thuis. Spreker verklaart zich tegen de subsidie. De heer Verkerk wil! een kort woord' zeggen, met veel, omdat hij' vooruit weet, dat 'hij zijn Katho lieke medeledten van den raad niet zal' overtuigen. Uit het steeds toenemend' aantal bezoekers, thans meer dan 70ü, blijkt het, zegt spreker, dlat de in richting de sympathie heeft van het algemeen. Daar om is zij het subsidie alleszins waard. Evenais in die Tweede Kamer zullen de rechtsche leden in deze raad' zich tegen de subsidie verklaren, d'och spreker wil hen toch wijzen op het woord van Dr. de Visser, die zich voor de rijkssubsidie verklaar de en zei d'e: Wij' moeten het vrije onderzoek aandur ven. Spreker vraagt dan ook de tegenstanders van een openbare leeszaal, die vreezen, dat er een verkeerden invloed' van de leeszaal zal uitgaan, of ee zoo weinig vertrouwen hebben in hun »igen overtuiging. Hij noemt d'ie vrees een bewijs van zwakheid' etn stelt daartegenover, dat spreker en zijn politieke geloofs- genooten juist graag willen dat dia menschen allerlei lezen, ook wat van tegenovergestelde zijde tegen hun ■leer wordt aangevoerd. Spreker verklaart zich sterk voor het voorstel van B. em W. De voorzitter betreurt het, d'at d'e heer Verkerk, die slechts een kont woord zou zeggen, toch w,eer verdler ia gegaan en aanleiding heeft ge geven tot een misschien uitvoerig debat. De overige sprekers vraagt spr. zich te bekorten, anders zal men des avonds nog moeten vergaderen. De heer Van dien Bosch heeft er niets op tegen desnoods des avonds .te vergaderen. Waar de heer Verkerk de vraag in het midden heeft ge bracht, of men ta weinig vertrouwen heeft in eigen overtuiging, d'aar wil spreker daarover een enkel woord zeggen en wel dit, dat niet hij de katholieken alleen, maar ook bij andieren, zelfs bij de heidenen reed's dit op den voorgrond! stond, dat men de jeugd moet onthouden wat men verkeerd1 acht. Deze stel ling is herhaaldelijk verkondigd. Dat de katholieken ook andere geschriften en boe ken lezen dan d'e hunne, blijkt uit tall van niet open bare doch particuliere bibliotheken, waaronder er zijn die een voorbeeld kunnen zijn voor andere. Ook bij dte katholieken schroomt men niet da dïn- gen bij den naam te noemen, maar bovenal geldt het voor hen om de jeugd rein te houdetn. Is men in zijn jeugd rein gebleven, dan kan men later wel te- aen een stootje. Spreker verklaart zich ten slotte op de bekende gronden tegen deze verhoogde subsi die. De heer Eingers vind't dat het allen schijn heeft, of men beslissen moet over het oprichten van een leeszaal en daar gaat het toch niet om. De lees zaal bestaat en wordt gesubsidieerd, ook door d'e pro vincie. Spreker heeft genoeg vertrouwen in het Be stuur van de leeszaal, waarin menschen zitten van verschillende richting. Buiten de leeszaal om is er nog wel gelegenheid om slechte lectuur te verkrijgen. Spreker, dile er prijs op stelt, dat d'oor d'e leeszaal gelegenheid word't ge boden tot ontwikkeling verklaart zich voor dte subsi die. (Teekenen van instemming). De heer Dorbeck vind't de redeneering van den heer Ringers zeer gevaarlijk en zou het betreu ren, indien d© Alkmaartche Raad zooveel geld ging geven aan ©en inrichting, dde cbor bijna de hedft der burgerij niet wordt gewenscht, 'Spreker is het eens met den heer Van den Bosch, De heer Ringers wijst er op, dat hij voorop heeft gesteld, dat men in het Bestuur der leeszaal vertrouwen kan steilten. De heer Thomsen zegt, dat in de leeszaal juist wordt gezorgd dat er goed© vr-talingen zijn van wer ken als die van Zolla. De heer Meienbrink blijft er bij, dat derge lijke werken niet in een openbare leeszaal hooren en voegt er nog bij, dat hij er ook werken van Multatuli heeft gevonden. De voorzitter dlringt er op aian, dat men zich zal bekorten, 't gaat zooals hij) dacht, het eene woord haalt het andere uit en men vervalt tot een debat, dat hier minder op zijn plaats is. Overtuigen doet men elkaar toch niet. 't Geldt hier alleen da aanvraag tot verhooging vato subsidie in verband met dia voorwaarde door de Provincie gestald; De heer Dorbeck wil er toch op wijzen, dat het niet aangaat een inrichting financieel' te steunen, waar dergelijke vuillectuur als de boeken van Zo-la ter lezing ligt. De heer Udo protesteert er tegen, dat de wer ken van Zola vuillectuur wordte® genoemd. De wer ken van dezen schrijver worden door e/io van het Fransche volk bewonderd. De heer Dorbeok: Dat is niet veel. De heer Udo. Maar ik tel de katholieken -niet mee, omdat die ze niet mogen lezen. Verscheiden© werken van Zola noemt spreker, d'ile den naam vuillectuur geenszins verdienen. De voorzitter wijst er nog op dat het er veel van afhangt met welke bedoeling men die wer ken leest. De heer Verkerk bestrijdt de redeneering van den hteer van den Bosch, Waar deze alleen gewezen heeft op het gevaar voor dte jeugd, daar wil spreker opmerken, dat de katholieken d'e openbare leeszaal verbieden te bezoeken ook aan anderen, zelfs aan menschen van 65 jaar. De leeszaal is niet voor kin deren, en wat die particulier© bibliotheken betreft, dat acht spreker heelemaal geen argument. De heeT Van den Bosch verdedigt het standpunt der katholieken en wijst er op, dat onthou ding het besta middel is tot bestrijding. Dat stand punt neemt men immer» ook in bij -dte drankbestrij ding. De heer Verkerk zegt, dat bet vergeefsche moeite is, die heeren te .overtuigen. Hij' wijst er voorts op, dat de heer Melenbrink met 'deze discussie eigenlijk is begonnen. Die heeft zelfs werken van Multatulii ook al afgekeurd. De zaak is echter dteze, dlat van boven af de openbare leeszaal' verboden wordt, laat men dit maar eerlijk bekennen. Die heer den Boesterdl zegt Ihet met den heer Ringers een® ta zijn: er moet echter goedle con trole op die bibliotheek wezen, dat is ook gezegd in d'e Provinciale Staten. De heeren van den Bosch enVerkerk komen daartegen op, daar was men tegen etensuur van overheidswege. De heer Ringers acht hetl daarop noodig, dat hij verduidelijkt, wat hij meent. De controle motet uitgaan van het Bestuur der leeszaal en in de samen stelling van dat Bestuur is voor hem voldoende waar borg. Het voorstel van B. en W. wordt daarop in stem ming gebracht en met 12 tegen 0 stemmen aangeno men. Tegen stemdlen de heeren Meltenbrink, van den Bosch, Dorbeck, Wann® en Glinderman. GELRLEENING TER VO'ORZTENTN© TN HET TEKORT OP DEN BOUW EN I)E INRTÖHTTNO DER NIEUWE AMBACHTSSCHOOL EN BUR GER AVONBSOHO OL. B. en W. etellen den Raad voor -onder verband va* de inkomsten der gemeente eene gel-d'leening aan t« gaan, groot 18800. Goedgekeurd. De openbare vergadering wordt daarop gesloten, waarna de Raad overgaat in een zitting met gesloten deuren ter behandeling van het ingekomen adres van den heer A. F. Veer, waarbij deze het pakhuis de Yi- gelantie aan dte gemeente te zoop aanbiedt. Ingezonden Mededeelingen. Pijn In den rug kan het eerste kenteeken zijn van heupjicht (ischias). De pijn kan zich verder ont wikkelen naar de heupen en vandaar langs het been, waardoor het loopen onmogelijk wordt gemaakt. Deze aandoening kan zoo hardnekkig zijn, dat men zelfs operaties heeft voorgesteld om haar te doen verdwijnen. De aanwending van zalf, smeer sels, enz. op de aangedane plaatsen brengt niet het gewenschte resultaat, omdat zij slechts een tijdelijke verlichting geven. Zij tasten uw kwaal niet in haar wortels aan, d. w. z. in het urinezuur, dat niet door de nieren verwijderd werd. De eenige juiste behandeling is de oorzaak van uw kwaal te doen verdwijnen, het urinezuur, het welk de weefsels en spieren heeft aangetast. Foster's Rugpijn Nieren Pillen hergeven aan de nieren de kracht om haar werk naar behooren te doen, waar door het urine uit het lichaam wordt verwijderd, en zoodoende de oorzaak van alle kwalen vanrheu- matishen aard wordt weggenomen. Te Alkmaar verkrijgb. bij de hh. Nierop en Slothouber, Langestr.83. Toezending geschiedt fr. na ontv. v. postwissel l f 1.75 voor één, of f io.voor zes doozen. Eischt de echte Foster's Rugpijn Nierenpillen, weigert elke doos, die niet voorzien is van nevenstaand handelsmerk. DERDE KLASSE. >ii H.'Jïs

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1913 | | pagina 6