DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
MILITIE.
„Benz" en „Overland" flutomobielen,
No. 10
Honderd en |estiende jaargang.
1914
DINSDAG
13 JANUARI.
FEUILLETON.
De Ziel Tan Margaret RancL
STALLING eo ONDERHOUD fan AUTOMOBIELEN.
Oeze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f1f—
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone advertentiën
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
inschrijving voor de Militie van
de mannelijke geborenen van het
jaar 1895, op Dinsdag en Vrijdag
van 1—3 uur, ten stadhulze, vóór
20 Januari a.s.
BINNENLAND.
xn.
9
Alkmaar.
LRMAARSCHE GOURA
A T.K M A AR, 13 Januari' 1911.
Een Duitsch blad verzekerde dezer diagen, dat men
te Lissabon met zekere spanning naar den 8sten Ja
nuari uitzag. Men verwachtte er een revolutie. Nu
is het niet zoo'n heel groot wonder, dat in de Portu-
geesche republiek een revolutie wordt verwacht De
„Daily Ohroniole" bevatte de afgeloopen week een
verslag van een onderhoud met een bekend) Portu
gees, waarin nog eens werd) verklaard, dat de zaken
in het rijk van ex-koning Manuel lang niet gaan,
zooals zij moesten gaan. Wij hebben denzelfden dag,
dat wij het blad kregen, den hoofdinhoud van dat
verslag medegedeeld, maar 't is wel de moeite waard
er nog even op terug te komen. De geïnterviewde
was een republikeinsch gezind advocaat, dr. Cunha a
Costa, die o. a. een zeer groot aandeel heeft gehad in
het totstand brengen van de wet op d'e scheiding
tussohen kerk en staat.
Toen 'hij den minister-president waarschuwde, het
volk niet te kwetsen en de rechtspraak niet te ver
krachten, kwam hij onder de verdenking, een royalist
te zijn. Terugkeerende van Parijs, waar hij voor za
ken was geweest, vernam hij van een bevriend carbo-
nario, dat diens collega's bevel hadden gekregen hem
te arresteeren en hem1 te dooiden, voordat hij de ge
vangenis had bereikt. Natuurlijk had hij niet lang
meer den Portugeeschen grond onder de voeten.
Hij ergerde er zic'h over, dat de regeerings-mannen
niets doen, om tot stand te brengen, wat van de re
publiek werd verwacht. Het onderwijs is nog altijd
even slecht, de bevolking nog altijd even arm als
vroeger. De handel verloopt hoe langer hoe meer,
honderden -verlaten het land, zoodat heele districten
in het Noorden ontvolkt zijn. Een reaotie zal moeten
intreden. De monarchie zal even gemakkelijk kun
nen worden hersteld, als zij omver geworpen is.
Onder zulke omstandigheden is dus een revolutie
niet onwaarschijnlijk. Maar waarom werd zij den
8sten Januari verwacht? Omdat een schoenmaker,
die zich niet bij zijn leest hield, maar zich op de pro
fetie toelegde, haar had voorspeld vier eeuwen
geleden. Deze merkwaardige man heette Bandarra
en woonde te Tran&oco.
Hij had! voorspeld, dat onder een koning, Manuel ge-
heeten, in een jaar, waarvan de cijfers ter linkerzijde
(JN'aöruk verboden)1.
Soman van L. I'. MEADE'.
55)
Charlotte spitste haar ooren en gaf den man die
haar hielp te kennen, dat zij voor 't oogeriblik ach
ter in den winkel wenschte te blijven. Zij fluisterde
hem toe, dat de dame, die het over haar parelen had,
een vriendin van haar was en zij haar aanwezigheid
pas wilde verraden als men haar had geholpen.
Margaret was spoedig 'klaar, de paarllen waren we
der in haar bezit, maar juist toen zij de heeren Win
ston en Marsh wilde verlaten, kwam Charlotte meft
een vlugge beweging naar voren en legde een hand
op haar arm.
Margaret?
Charlotte!
Ik dacht, dat je in Frankrijk was, Charlotte.
Margaret kon, hoeveel moeite zij ook deed, haar emo
tie niet verbergen, en zij wist, dat Charlotte haar
ontsteltenis opmerkte.
Ik moest mijn reis een d'ag uitstellen, antwoord
de Charlotte, met opzet op luiden toon. Ik ga mor
gen. Daar ik nu een dag over had, helb ik mijn klein
horloge met juweelen even naar Marsh gebracht om
het te laten nazien Marsh is een oud vriend van
me. Ik was verbaasd toen ik je zag 'binnenkomen,
Margaret. Ik ben een en al verbazing. Ik moet mij
zeker vergist hebben; je hebt dat prachtige paaïlen
collier van John toch niet verpand?
- Neen; ik had wat geld noodig en de vriendelijke
menschen hier leenden me wat ik vroeg. Ik heb ze
de paaiden als waarborg gegeven.
Je verbaast me, je verbaast me!
Charlotte, mijn auto staat voor de deur, zal ik
je ergens heen brengen?
De beide dames stonden nu op straat voor den win
kel.
Waar cal' ik j« nu heen brengen? vroeg Marga
ret
bij elkaar opgeteld, de som zouden vormen van de
jaarcijfers ter rechterzijde, Portugal van regeering
zou veranderen.
Het jaar 1910, dat aan deze voorwaarde -beant/-
woordde, heeft inderdaad van de monarchie een re
publiek gemaakt en de regeering van koning Manuel
II afgebroken.
Geen wonder, dat het Portugeesche volk, dat niet
vrij van bijgeloof, vertrouwen stelde in de profetiën
van den ouden Bandarra.
En de man had meer nog voorspeld. Hij had
gezegd, dat de nieuwe republiek juist drie jaren, drie
maanden en drie dagen zou duren. En dia termijn
was den 8sten dezer verstreken.
Deze voorspelling heeft dus gefaald. Wat intus-
schen geenszins wil zeggen dat er geen poging tot
een nieuwe omwenteling zal worden gewaagd. Even
wel de regeering schijnt goed gewapend. Maar
wanneer zelfs een Carbonario niet meer te vertrou
wen is.De voorspelling kan nog wel eens uitko
men en dan was de schoenmaker Bandarra enkel
wat voorbarig geweest!
MINISTER EN GOUVERNEUR-GENERAAL.
De „Standaard" van gisteravond bevat de volgende
driestar:
Niet genoeg kan betreurd, dat de minister van Ko
loniën niet aanstonds, op het eerste verzoek, de tele
grammen over heeft gelegd.
Zoo ze puur-formeel zijn, had dit niemand kun
nen schaden. Na al wat er nu over voorviel, blijven
ze toch niet geheim en zoodoende wordt de positie
van den minister steeds pijnlijker.
In de „Telegraaf" begon het lieve spel nu reeds
en natuurlijk blijft het daar niet bij. Of wat de „Te
legraaf" opgaf als verkapt, juist is, zij in het mid
den gelaten, maar in elik geval zijn de telegrammen
nu voorwerp van hooge, prikkelende nieuwsgierigheid
geworden en men weet waarop dit uitloopt.
En daarbij komt nu nog een tweede iets:
Van links namelijk legt men er nu met zeker wel
gevallen nadruk op, dat de minister in zijn veronge
lukte redevoering ©enerzijds den streng in eigen hand
hield, maar ook anderzijds deni gouverneur-generaal
een zeker terrein ad libitum aanwees.
De vraag is nu, -schuilt hier toeleg in.
Zoo ja, staan we dan nu voor deze positie, dat de
minister pertinent weigert het prestige van Idenburg
hoog te houden, en dat hij eer integendeel er uitslui
tend op bedacht is, Idenburg's eventueelen opvolger
de handen vrij te maken, om straks hardhandig te
gen de zending op te treden, en dit wel op zulk een
voet, dat de minister dan zeggen zou: keeren kam ik
dit niet. Gij hebt zelf gewild, dat ik Idenburg de
handen vrij liet. Nu, dit heb ik gedaan, maar verg
dan nu ook niet, dat Ik zijn opvolger op die vingers
zal tikken.
Men gevoelt, hoe dan toch da zending het kind van
de rekening zou worden. En dit mag niet.
In elk geval, er zit nu ter dege een kink in den ka
bel; een -kink, die er uit moet.
Nergens heen, ik wil niet met je gaan. Ik
wensch niet met jou gezien te worden. O, ik kan
geen woorden vinden, om uit te drukken, hoe ik je
veracht. Ik heb nooit van je gehouden, ik heb je
altijd! verdacht. Jij, die -zooveel hebt, om zoo met het
cadeau van mijn neef te handelenNu weet ik dat
mijn wantrouwen gerechtvaardigd is, nu heb ik ze
kerheid. Ik verlaat Engeland morgen en weet niet
wanneer ilk zal terugkomen, misschien in maanden
niet. Je bent veilig zoolang ik weg -ben, maar be
grijp goed, dat als ik weer in Engeland -kom, ik je
niet zal sparen. De Voorzienigheid heeft mij' vandaag
naar dezen winkel geleid.
Zeg het rechte woord, Charlotte. Zeg eenmaal
in je armzalig leven het rechte woord.
Het rechte woord?
Schrijf deze d'aad niet aan db Voorzienigheid
toe; zeg, dat de duivel je bij de hand nam en je naar
Winston en Marsh 'bra-cht, opdat je nog feller, dan je
reeds hebt gedaan, een ongelukkige vrouw kondt ver
volgen, opdat je haar de liefde van man en kind' ont
nemen, het geluk van een jong huishouden verwoes
ten kondt. Naar huis, Henderson!
Margaret reed weg, Charlotte alleen o-p het trot
toir achterlatend.
Niemand had hun gesprek gehoord, maar meeT
dan één persoon merkte -de uitdrukking van beider
gelaat op.
STEPHEN BAND'S LAATSTE WIL EN
TESTAMENT.
Onder de vele vrienden, die een belangrijke rol in
het leven van wijlen Stephen Rand hadden gespeeld,
behoorde een man, die bijna vijf jaar jonger was dan
hij. Een man van vijf-en-zestig jaar met grijs haar,
donkere, nog altijd heldere, levendige oogen, een Ro-
meinsche neus eni een aristocratische houding. In
zijn jeugd was Cyril Stand'ish bijzon-der knap ge
weest. Hij was groot, een echt militair en in zijn
manieren op en top een gentleman. -Standis-h had
zijn vaderland iü moeielijke tijden trouw gediend,
maar had, nog betrekkelijk jong, het leger wegens de
De heer Van Geuns, hoofdredacteur van het
Soer. Handelsblad, seinde gisteren aan De Telegraaf:
De Landvoogd weigerde een redacteur van het
Soer. HblcL inlichtingen omtrent de tusschen den
Minister en den G.-G. gewisselde telegrammen.
Gemengd nieuw s.
DEi LOTERIJWET.
De op last van den Minister van Justitie in het
-geheele land gedane inbeslagnemingen van boeken,
bescheiden enz. ten kantore van diverse agentschap
pen etc. van loterij-ondernemingen heeft ten do-el
de zaak van loterijwetsovertreding straffer aan te
pakken dan tot dusver het geval is geweest en een
uitgebreider onderzoek te doen instellen naar dte
vraag of en op welke wijze de loterijwet wordt over
treden.
Dit optreden wordt in overeenstemming geacht
met hetgeen de Regeering, met name -de Minister van
Financiën, ten aanzien van die bedoelde ondernemin
gen in zijne Memorie van Antwoord o-p het voorloo-
pig verslag der Tweede Kamer betreffende de be
grooting van Financiën mededeelde.
In die Memorie van Antwoord! zeide de Minister
van Financiën o.a. het volgende:
„Indien mocht blijken dat de thans -bestaande wet-
telijke bepalingen daarvoor niet voldoende zijn, zal
de ond'ergeteekende nader in overleg treden met zijn
ambtgenoot van Justitie, tot wiens departement de
handhaving der Loterijwet behoort, o-m maatregelen
te beramen, waardoor op afdoende wijze kan worden
opgetreden tegen de in het Voorloopig Verslag be
doelde particuliere loterijen."
Te 's-Gravenhage had de inbeslagneming van de
papieren in de agentschappen van Lotisico klokslag
2 uur plaats.
Het hoofdkantoor aan de Juliana van 'Stolberglaan,
bijgenaamd 'het loterijpaleis, vanwege die rijke inrich
ting, werd door de justitie ongemoeid gelaten.
Op straat voor een der agentschappen in het cen
trum der stad, zag men, schrijft de Nieuwe Courant,
al wat aan papieren, boeken, lijsten enz. in het kan
toor aanwezig was, naar buiten dragen en op een
handwagen laden, waarmede de papierenvracht naar
het rechtsgebouw werd overgebracht.
Inlichtingen aan -het hoofdkantoor ingewonnen
omtrent de gevolgen van deze justititeielen maatregel
voor den geregel-den voortgang van het loterijbedrijf
dezer onderneming, meldden dat in den gang van za
ken absoluut geen verandering zal worden gebracht.
Immers alleen de certificaten van l'oterij-aandeelen
of briefjes, voor zoover ten huize der debitanten nog
aanwezig, zijn in beslag genomen, maar o-p de origi-
neele loterij-briefjes, die ten hoofdkantore berusten,
is geen 'beslag gelegd. Daar kan de inwisseling op
d'e gewone manier plaats hebben en -kunnen duplica
ten worden verstrekt.
Stagnatie wordt niet gevreesd en ook -de houders
van polissen zullen door het gebeurde geen moeilijk
heden ondervinden.
Hoewel 'het ingrijpen der Justitie met het oog op
den tijd en het uur waarop dit geschiedde vrij onver
wacht kwam, was echter na de rechterlijke beslissing
in hoogste ressort van Maart 1913 te voorzien, dat
van Staatswege tegen de concurrentie tegen d'e
Staatsloterij zou worden opgetreden.
Nog kan worden medegedeeld, dat Lotisico juist
tegenwoordige wetten moeten verlaten; juist toen
zijn -oordeel en veelomvattende -kennis van die groot
ste waarde zouden zijn geweest, werd er van hem
verwacht, dat hij uit den dienst zou gaan.
Nog in de volle kracht van zijn lefven, begroef hij
zich in een klein Engeisch d'o-rp en 1-oed om zoo- te
zeggen aan een „gebroken hart". Hij hunkerde met
heel zijn ziel naar zijn beroep, hij verlangde naar het
vermoeiende leven in de Punjab. Hij zou voor En
geland tot aan zijn laatsten snik hebben willen vech
ten. Maar Engeland' wilde niets meer met hem te
maken hebben. Het beloonde zijn trouwe dien-sten
men een karig pensioen en -dacht geen enkel' oogern-
blik aan zijn gebroken hart. En ook geen van de
oude vrienden uit zijn jeugd dacht meer aan Cyril
Standish. Hij1 was nooit getrouwd, het leger wa-s zijn
eenige bruid en het kwam hem voor al'sof men haar
uit zijn armen had gerukt. Hij zag er nog jong uit,
was nog vol vuur, een kranig officier toen zijn land
tegen hem zeide: „Uw tijd is voorbij, ga- en sterf
waar je het liefste wilt". Hij droeg zijn hard lot ge
laten, maar de wonde brandde, schrijnde, vervulde
zijn trouw hart met een troosteloos leeg gevoel. In
één jaar tijd-s leek hij een oud' man.
Cyril woond'e drie maanden in zijn huisje te Sur
rey, toen -zijn schoolkameraad, Stephen Rand, hem
kwam bezoeken. Stephen en Cyril waren op school
groote vrienden geweest, maar toen zij elkaar in den
avond van hun leven weer ontmoetten was die vriend
schap overgegaan in de -koele gereserveerdheid van
menschen bij wie het grootste vuur is uitgedoofd.
Beiden waren uiterst beleefd, maar het verleden
van den een was voor den ander een gesloten hoek.
Wat wist. Stephen van de Punjab af met zijn hergen.
zijn verraderlijke -stammen en ook zijn helden? En
aan den anderen kant, wat wist Cyril1 van Melches'ter
Hall, van Stephenl's groot fortuin, van het eenzame
hart vani d-en kinderio-Qzen man, die geen zoon had
o-p wien hij den ouden naam ko-n overdragen1 en die
met zijn meest geliefden broeder had' getwist?
Ja, zij waren blij, dat zij elkaar zagen, heiden ver
trouwden elkaar volkomen; -het deed hun goed in- el-
kaars oogen te kijken, en toch, V a s het goed, dat zij
elkaar weer zagen?
Cyril bedacht wanneer Stephen weg zou gaan.
Carrosserielabrikant,
verschillende type's voorradig.
Nu is het de tijd uw carrosserie te bestellen om
voor het a.s. seizoen vroegtijdig gereed te zijn.
Prachtige gelegenheid tot
Proefwagen disponibel. Telefoon 572.
dezer dagen aan de houders van polissen vóór de
nieuwe Loterijwet uitgegeven, het voorstel -heeft ge
daan hun polissen in te ruilen tegen honderd certifi
caten of bewijzen van deelneming in volgende lote
rijen, elk bewijs recht gevende op een premie van
50, wanneer het door den houder geheel willekeu
rig in te ruilen nummer met het correspondeerende
nummer in de Staatsloterij uitkwam met een prijs
van 100 en daarboven.
De inbeslagnemingen van boeken- enz. op de kan
toren van hoofdagentschappen en agentschappen,
wederverkoopers van op de Staatsloterij trekkende
briefjes, heeft zich tot deze kantoren bepaald, omdat
het doel was, gisteren slechts daar de inbeslagne
ming te doen, waar die briefjes ten verkoop aan, het
publiek in voorraad waren.
De maatregel, om o-p hetzelfde uur over het ge
heel e land de inbeslagnemingen te d'o-en, was al ge-
ruimen tijd te voren voorbereid, doch stipt geheim
gehouden.
Te 's Gravenhage is in een 35 S. 40-tal kantoortjes
den kantoren de inbeslagneming gedaan. Door de
stipte geheimhouding van het plan werd overal met
succes opgetreden en kon bij sommige verkoopers op
een zeer aanzienlijk -bedrag aan loterij-briefje» de
hand worden gelegd.
ADBANlë.
Naar de Avp. meldt, zullen voor indeel'ing bij het
gendarm-eriekorps in Albanië 22 officieren in aan
merking komen en wel 14 van het leger h. t. 1. en 8
van het leger in O.-L
Zij zullen voor twee jaren aldaar worden geplaatst
en nït dien termijn weder in de ranglijst van het wa
pen alhier, waartoe zij! behooren, worden opgenomen.
EEN NIEUWE OPLÏCHTERSTRUC.
Een lezer schrijft aan het Hbl'd.!
Zaterdagmorgen zit ik aan het station Delftsehe
Poort te Rotterdam' in een coupé 2de klasse in den
trein naar Roosendaal. Zeer geagiteerd stapt een
heer mijn compartiment binnen met de vraag of ik
naar Roosendaal ga. Op mijn bevestigend antwoord
verzoekt hij mij zeer 'beleefd hem met 20 ct. te hel
pen. Hij moet zijn fiets bevrachten, maar heeft geen
gel'd! meer en hij is te Rotterdam onbekend. „Ik kom
bij u zitten en te Roosendaal, waar ik den chef ken,
geef ik het u terug!" Ik doe het en haastig loopt
hij met mijn kwartje ik had geen dubbeltjes
naar het 'loket voor de vrachtgoederen. Maar als de
trein weggaat, is hij no-g niet terug en te Roosendaal
heb ik vergeefs naar den man uitgekeken.
Stephen scheen zijn gedachten even duidelijk te
raden alsof zij gesproken waren.
Ik zal je niet lang lastig vallen, Cyril, zei hij.
Ik ben hieT nu niet alleen gekomen om een oudé
vriendschap te hernieuwen, maar ook om je een
dienst te vragen.
1 Je kunt over mij beschikken, zei Cyril, terwijl
zijn oogen begonnen te schitteren.
Dat dacht ik wel; er is toch no-g leven in den
ouden baas.
Volop leven, ten minste dat was er.
Ik ben vijf jaar ouder dan jij, zei Rand.
Je ziet er niet naar uit, Rand.
Dat do-et er niet toe; mijn dagen zijn geteld. Ik
hefb dat reeds lang gevoeld! en -ben naar Ln-dlië gegaan
om zekerheid te hebben.
Go-ede 'hemel; naar Indië
Ja; er is een specialist in Calcutta, die -d'e beste
dokter in de wereld is voor de kwaal waaraan ik lijd.
Hij gaf mij mijn congé, heel beleefd, maar zonder ge
nade. Ik kan het nog een jaar uithouden, op zijn
langst. Ik zal niet lijden. Het is het soort waaraan
geen pijn of lijden verbonden schijnt. De hemel d'ank.
Ik hoop dus, ter wille van de jeugd, dat ik tot het
laatst de vroolijke stemming in mijn huis niet zal be
derven. Je moogt tegen geen sterveling hier iets van
zeggen. En nu regel ik mijn zaken. Je herinnert je
mijn lief sten broeder Henry? Wij hadden twist sa
men en onze twist was van dien aard dat wij onmoge
lijk weer dezelfden voor el-kaar konden worden. Wij
zijn nu m den hemel verzoend, en voor zijn dood ver
zoenden wij ons zoo go-ed dat hier op aarde gaat, Cy
ril, mijn broeder trouwde het meisje, dat ik liefhad
ik kon dat niet vergeten. Zij had één kind, een
dochter haar naam is Margaret. Ik heb Margaret
Rand tot mijn erfgename gemaakt; zij erft alles, élke
penning van mijn rijkdom, op voorwaarde, dat zij
trouwt met mijn neef, John Rand, den eenigen zoon
van mijn jongsten broeder. Mijn zaakwaarnemers
hebben alle bijzonderheden. Ik weet niets van het
meisje af, zij kan het waard of niet waard zijn. Ik
heb een portret van haar, een leelijk kind, zij heeft
daarop niets van haar mooie moeder, maar meer van
Haniy.
(Werdt vwweljrf.)