DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
MONKEY
BRAND
No. 41.
Honderd en zestiende Jaargang.
1914.
WOENSDAG
18 FEBRUARI.
FEUILLETON.
De ongekroonde Koning.
Is U aan het koken?
Oeze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
feestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80 j franco door het geheele Rijk 1,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.'
Prijs der gewone advertentiën
Per regel f0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V, Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Telefoonnummer 3.
BINNENLAND.
STADSNIEUWS.
VOOR DE WASCH.
NIET
KMAARS
COURANT.
Gemengd nieuws.
DE VERDUISTERING T'E ZUNDERT.
Gistermorgen is de kassier der Boerenleenbank, I?.
Buijs, naar de gevangenis te Breda overgebracht. De
justitie uit Breda heeft Maandag den geheelem dag de
zaak onderzocht. Reeds staat vast, dat een bedrag
van 70.000 verduisterd is van tusschen de 400 en
500, meest kleine boertjes, werklieden, dienstboden,
enz.
De verduisteringen moeten hoofdzakelijk zijn ge
pleegd door het uitgeven van valsche boekjes en Yz
pet hooger percentage dan de leenbank toekende.
De ontronwe kassier zou heden in het huwelijk zijn
getreden.
JA'CHT IN NOORD-HOULAND.
De commissaris der Koningin in de provincie
Noord-Holland heeft ten openbare kennis gebracht:
a. dat de jacht op eenden in die provincie zal wor
den gesloten op den 28sten Februari 1914 met zons
ondergang;
b. dat de jacht op ander waterwild zal worden ge
sloten op den 19en Maart 1914 met zonsondergang;
c. dat het weispel van 'kwartelen met steekgaren
of vliegnet zal mogen worden uitgeoefend van 1 Mei
tot en met 15 Juli 1014.
VOORSCHOT VOCE WONINGBOUW GEWEI-
GEED.
Naar „Het Volk" bericht, is doer Minister Cort van
der Linden aan de „Amsterdamsche Bouwvereeni-
ging" bestaande uit onderwijzers en ambtenaren, een
voorschot geweigerd. De minister deelde aan twee
bestuurders mede, dat hun vereeniging geen voor
schot krijgen zou, omdat de woningen zouden worden
verhuurd voor 200300 per jaar. De minister
verklaarde nadrukkelijtk, dat in het algemeen alleen
voor woningen beneden 200 per jaar voorschotten
uit 's Rijks schatkist gegeven zouden worden.
De beide bestuursleden deden van hun bevindingen
verslag in de ledenvergadering, en toen werd besloten
de vereeniging op te heffen.
UIT BEEIGEN.
Op 1 Januari 1913 bestond de bevolking dezer ge
meente uit 1188 mannen en 1403 vrouwen. Geduren
de 1913 werden afgeschreven wegens vertrek 148 m.
en 191 vt. en wegens overlijden 14 m. en 12 vt. alzoo
een totale vermindering van 162 m. en 203 vr. Daar
tegenover staat eene vermeerdering wegens vestiging
van 173 m. en 234 vr. en wegens geboorte van 39 m.
en 37 vr., totale vermeerdering 212 m. en 271 vr.
In totaal meer bijgekomen, dan afgegaan 50 m. en
68 vr. zoodat de bevolking dezer gemeente op 1 Janu
ari 1914 bestond uit 1230 m. en 1471 vr. of te samen
2700 inwoners.
UIT KOEDIJK.
Alhier is opgericht een subcomité van, het Hoef-
ijzerverbond), bestaande uit de dames mevr. Kooiman.
Mevr. Bennik, Mevr. Wassenaar en Mej. Mesman en
de heeren Ds. Vetbake en Jb. Boldewijn. Het plan
bestaat een liefdadigheidsuitvoering te geven tegen
geringe entree.
WINTEKHOOGE.
Onze landbouwkundige correspondent schrijft:
De winter heeft het ons niet 'kwaad] gemaakt. Die
(Nadruk verboden.)
Roman van
PAUL OSKAR HöOKER.
Naar het Duitseh.
enkele koude dagen hebben geen nadeel aan ons win
terkoren gebracht. Toch zijn we er nog nieti Het
vo'orjaar kan koud en schraal zijn, wat natuurlijk den
groei van het wintergraan tegenhoudt. Hoe dikwijlB
zien we niet, dat half Maart de winterroge een slech
te gele kleur krijgt; maar de landbouwer weet raad.
Hij grijpt naar zijn chiiizak, wel wetende, dat nu hulp
noodig is en de chili het gewas kan redden. Zoo
meent hij, maar hijl vergeet, da-t hiji een week of drie
te laat komt. Beter ware het geweest gezorgd te heb
ben, dat er geen periode van stilstand in den groei
van zijn winterkoren kon komen. Menigeen is de
meening nog toegedaan, dat een fiinke atalmestgift
voldoende is voor een, goede oogst. Zeker 1 Niemand
zal dat ontkennen, als alles van een leien dakje
gaat. Blijft echter het weer in 't voorjaar guur, dan
zal de plant beslist niet veel aan de ruime hoeveelheid
stalmest hebben. "Van omzetting in opneembare ver
bindingen is geen sprake, daarvoor is de temperatuur
te laag. De bacteriën werken niet voldoende, om de
plant de noodige stikstof te kunnen bezorgen. Het
gevolg is dan ook stilstand in groei.
De plant wordt geel, ze lijdt. Had men dan ook
begin Maart direct de chili uitgestrooid, men had
de plant over die hongerperiode heengehiolpen. Ze
had krachtig kunnen doorgroeien, wat de oogst ten
goede zou komen.
In een der Rijksverslagen kan men dan ook over
deze kwestie lezen:
„Groot zijn de verschillen dit jaar tusschen perceel
I en II. De oorzaak is het koude voorjaarsweer.
Daardoor kon de stalmest niet voldoend© vexteeren
en werken en de rogge kwijinde.
Alle akkers, die op het goede oogenblik een chili-
gift ontvingen behielden den kleur en groeiden re
gelmatig door. Jammer, dat de chiiB in dergelijke ge
vallen te laat wordt uitgestrooid. Men wacht zoolang
totdat de slechte kleur van het gewas duidelijk op
stikstofbehoefte wijst, terwijl het dan feitelijk te laat
is om van de chili de maximale werking te kunnen
verwachten. Practisch zou het zijn, wanneer een
weinig minder stalmest werd gebruikt, zoodat men
zeker wist eenige chili ter aanvulling te moeten aan
wenden, welke kleine hoeveelheid dan reeds begin
Maart uitgestrooid kon worden." Volg dezen raad op,
nu het nog tijd is.
ARR O N 'DIS SEMENT S-REÖHTBANK
Zitting van Dinsdag 17 Februari.
POGING TOT MOORD.
De gedetineerde E. H., vrouw van A. S., werk
vrouw te Amsterdam, had zich het eerst te verant
woorden. Haar man, die in de strafgevangenis ver
toeft, is 1% jaar geleden wegens berooving tot 2 jaar
gevangenisstraf veroordeeld. Bekl. koestert een wrok
tegen C. van Hinte, vrouw van A. Vos te Hoorn. Den
30en December kocht ze een pistool en 15 patroons bij
den geweermaker J. Hollenberg te Alkmaar, ging
naar Hoorn en belde 's avonds aan den huize Vos aan.
De dienstbode J. de Vries deed open, beklaagde wilde
juffrouw Vos persoonlijk spreken. De dienst
bode zei echter, dat juffr. Vos niet voor haar te spre
ken was, waarop ze een pistooltje onder haar bont
vandaan haalde. De dienstbode gilde en nu kwam
juffrouw Vos aanvliegen.
Bekl. stond met het pistooltje in die hand op den
drempel en richtte dit op juffrouw Vos. Haar hand
en hoofd stak door de deuropening. De beide dames
18) o
Ingrid knikte. Een poos zwegen beiden en keken
elkander aan.
„Zeg, Gwendoline."
„Wat is er?"
„Niet oververtellen."
„Neen."
„Weet je, ik heb in tijden niet met de pop ge
speeld. Al in laat eens zien in vijf jaar niet
meer. Maar Haun&heinz, weet je nog? met dat
grappige appelgezicht och hemel, het eene oog
viel telkens in den kop. Haunsheinz heeft het nog
eens vastgelijmd."
„Ja, Ingridje, ik herinner het mijl nog heel1 goed.
Mama heeft er zelf twee jurken voor genaaid.
Steeds levendiger knikte Ingrid. „Die ligt nog in
de commode en ik had ze zoo graag meegeno
men 1"
Nu viel het blonde hoofd van Gwendoline op het
kussen naast het kopje van Ingrid en de zusters
schreiden lang, heel lang samen. Hier op de logeer
kamer hoorde hen niemand.
Het Kerstfeest brachten de zusters gescheiden door.
Gwendoline was in begin van December met de boot
van Hamburg vertrokken, nadat ziji haar vader in het
hospitaal te Berlijn had opgezocht. Het was een aan
grijpend weerzien geweest: hij' was een gebroken man.
In het midden van December veroorloofden de dok
ters hem naar Wiesbaden te trekken. In een herstel
lingsoord voor officieren moest hij nog een langduri
ge ligkuur doen. Hij had gravin Ozernin verzocht
Ingrid te zenden om hom gezelschap te houden. De
DAN BEN IK VAN DE PARTÜ
Terwijl U zich aan den maaltijd te
goed doet, vermaak ik mij tusschen
de potten en pannen om ze weer
glinsterend schoon te maken en
gereed voor de volgende keer. Zoodra
U zich te goed gedaan hebt, geeft dan
de vorken en messen maar Jooi,
want door ze even te poetsen
wrijl ik ze weer schoon.
(Apen-Zeep.)
1668
slaagden er in, de deur dicht te duwen en haar op het
slot te gooien.
De getuigen hebben geen knal gehoord, geen tik
van ketsen, geen kruitdamp gerooken.
Bekl. verklaarde dan ook, dat ze na het pistool te
hebben geladen, den haan had overgetrokken, zoodat
deze op den kogel rustte. Ze was na het sluiten van
de deur naar het politiebureau gegaan en had aan den
adjunct-inspecteur van politie J. H. G. van den Berg
gevraagd: „Is juffrouw Yos er al geweest?" Ze zei
geschoten te hebben en als ze haar lieten gaan, riep
ze zenuwachtig uit, dan zou ze weer gaan schieten.
J. Hollenberg, geweermaker te Alkmaar had bekl.
een pistooltje en 15 kogeltjes voor een dubbeltje ver
kocht. Geen 10 tegenwoordig geeft de heer Hol
lenberg er 20 vanwege de concurrentie zooals bekl.
beweerde. Ze zei het pistool te hebben leeggeslagen
en opnieuw te hebben geladen, behalve die welke in
het pistool zat, werden nog 14 kogeltjes op haar be
vonden. De heer van den Berg had bij' het huis van
Yos laten zoeken naar een ledige huls, maar er was
geen gevonden.
't Bleek uit een door !,et. Hollenberg ter zitting
ingesteld onderzoek, dat het kogeltje, dat in het
pistool gezeten had, wel slagkruit bevatte, zoodat het
pistool, indien geketst, voor de tweede maal wel zou
hebben afgegaan. Get. verklaarde, dat het pistool,
indien de haan niet over staat, niet door de een of an
dere oorzaak kan afgaan.
Met het pistool waren op verschillende afstanden
schoten in planken van diverse dikte gelost en dr. van
Kleeff te Alkmaar als getuige-deskundige gehoord,
concludeerde hieruit, dat met het pistool wel een
doodelijk schot kon worden gelost, het schedeldak
heeft niet meer weerstand dan de plank, die getoond
werd.
De Subst. Officier van Justitie wees op het tegen
strijdige in de verklaringen van bekl., die in strijd
met vroeger afgelegde nu zegt, dat ze den haan niet
had overgehaald, toen ze zich bijl Vos vervoegde. Z.
E. A. achtte poging tot moordl bewezen en eischte
2V2 jaar gevangenisstraf.
De ambtshalve toegevoegde verdediger, mr. A. J.
M. Leesberg, twijfelde er in geenen deele aan, of de
rechtbank zal bekL vrijspreken. PL heeft niet in het
minst bekl. aangespoord tot wijziging harer verkla
ring. Ze heeft een geheel ondeugdelijk middel gebe
zigd voor haar poging, de getuigen kunnen niet ver
klaren, dat de haan over was. Ze is evenmin straf
baar dan wanneer ze iemand met rattenkruid had wil
len vergiftigen en hem suiker had toegediend. PI.
vroeg voor deze vrouw, die heelemaal niet weet hoe ze
met een vuurwapen moet omgaan, vrijspraak en on
middellijke in vrijheidsstelling.
Na een korte re- en dupliek ging de rechtbank in
raadkamer, waarop de pres. na heropening der zitting
mededeelde, dat de rechtbank op grond van art. 227
van het Wetboek van Strafvordering de onmiddellijke
invrijhei'dsstell'ing van bekL gelastte en de uitspraak
bepaalde op heden over acht dagen.
DIEFSTAL.
P. L., arbeider te Grootebroek, heeft 18 December
zich op het stationsemplacement der H. IJ. S. M.
aldaar schuldig gemaakt aan diefstal van eenige 'krui
wagens molmmest welke aan J. Reus, landbouwer al
daar, toebehoorde. Ben sigarenkistje vol van de mest
was van de griffie naar de rechtzaal verhuisd, maar
de pres. oordeelde het heter, dat het maar gesloten
bleef 1 Tegen den bekL werd 25 boete subs.. 10 da
gen hechtenis geëischt.
VERNIELING.
Tegen P. P., bakkersknecht en J. D., landarbeider,
beiden te Hoogkarspel, werd wegens ruitenveraieling
14 dagen gevangenisstraf geëisebt, tegen denzelfden
P. P. wegens een tweede vernieling nog een maand
gevangenisstraf.
HUI S VREDEBREUK.
H O. K. en J. L., kistenmakers te Amsterdam, wa
ren 1 Jan. in de gang van het kantoor der N. V. kis-
beide cadets kregen een uitnoodiging om het feest in
Rotholz door te brengen.
Enkele verrassingen ontbraken op geen der Kerst
mistafels. De naam van den generaal was nog niet
vergeten, hoewel op zijn visitekaartje nu de droevige
letters „a. D." stonden. Rigalsky had aan dezen en
genen kennis nog extra wenken gegeven: een vriende
lijk bewijs dat men aan hem dacht zou Zijne Excel
lentie in de gegeven omstandigheden dubbel genoe
gen doen. Zoo kwamen er hartelijke brieven, prent
briefkaarten, boeken en platen met een opdracht uit
verscheidene cavalerie-gamizoen», waar oude kame
raden van den generaal in dienst waren, uit Konings
berg kwam marsepein voor de jonge dames en van de
Riviera bloemen. Die attenties deden hem goed.
Op Kerstavond veroorloofde de dokter hem de eer
ste sigaar. Na de plechtige viering zat hij in een
clubstoel bij' den haard, omgeven door een kring van
vriendelijke heeren, die het grootste deel van hun mi
litaire loopbaan nog voor zich hadden.
Hij keek in den stralenden Kerstboom, die tot aan
het plafond van de mooie zaal reikte en vertelde. Hij
vertelde natuurlijk uit den geliefden koninklijken
dienst. Yan verbittering, zooals zoo vaak bij gepensi-
onneerden wordt opgemerkt, die spreken over de lau
weren hij manoeuvres behaald, was geen sprake. De
brieven, de attenties en niet het minst de sigaar had
den hem na den langen rusttijd in feeststemming ge
bracht. De vroolij'kheid werkte aanstekelijk op In
grid. Zij werd veel geplaagd een bakvischje geeft
daar nu eenmaal aanleiding toe en zij gaf zulke
gevatte, vaak grappige antwoorden, dat zij meerma
len het middelpunt werd van den geheelen grooten
kring.
Niettegenstaande alle discretie was de financieel©
crisis van den generaal natuurlijk hekend geworden,
en een Berlijnsch schandaalblaadje had de „Yal van
het huishouden van een Excellentie" als feuilleton
opgedischt. De naam was slechts door beginletters
aangeduid, maar wie niet met blindheid geslagen was,
moest dadelijk begrijpen op wien het artikel doelde.
Deze en gene in het officieren-tehuis had het artikel
gelezen. Het was een stilzwijgende conditie, dat men
vermeed met één enkel woord er op te zinspelen.
Dat baron von Erxleben ook in geldzaken zijn ou
den huzarennatuur was gevolgd, die hem in zijn mili
taire loophaan steeds in stormpas tot de overwinning
geleid had, kon niet ontkend worden. Maar toch bleef
hij een voorbeeld in alle militaire deugden.
Het artikel was nu helaas ook bekend geworden op
de cadettenschool in Grosz-LichtenfeldBörries en
Haunsheinz brachten het verkreukelde en veel gele
zen bl'ad mee naar Rotholz. Zoo maakte Beate er
kennis mede.
Het veroorzaakte een uitbarsting van hartstochte
lijke wanhoop. Beate wist dat haar schoonheid en
haar naam haar eenige levenskapitaal vormden en nu
dreigde haar naam zulk een gevaar.
„Kijk! nu verkondigden 'de nieuwsbladen het al
ons ongeluk onze schande 1"
Zij was met loshangende haren naar tante Eddy ge
vlogen. Het was kort voor de Kerstviering. De
„jongens" waren met den trein van vier uur geko
men en hadden de zusters bij het kappen overvallen.
„Kalm, kalm wat kind, rust en bruispoeder. Je
weet, ik kan geen opwinding verdragen. En wat je
mij1 daar vertelt, weet ik al lang. D'us menageer je,
Ati."
„U kent het? Tante, u kent het? Dit dit pam
flet? En u hebt er over gezwegen?"
„Natuurlijk. In den papiermand heb i'k het ge
gooid
„Maar het schandaal! Daar zullen ze overal over
spreken in Berlijn en in Potsdam t En ik vraag u,
tante Eddy, als ik nu werkelijk de hoffeesten nog zal
bijwonenZij zweeg plotseling toen zij zag dat
tante Eddy afkeurend het hoofd schudde. „Of vindt
u dat daar geen kwestie meer van is? Daardoor!" Zij
sperde haar heel groote, blauwe oogen open, staarde
haar tante al's wezenloos aan, toen wierp zij zich plot
seling met een kreet van wanhoop op de chai-selongue,
Er was niets wat gravin -Ozernin zoozeer haatte
als „scènes". Zij sprak haar nichtje krachtig toe,
Beate kwam toen weer hij1: uitgeput smeekte zij om
vergeving. Maar haar heele toekomst zag zij nu som
ber en grijs. De hoffeesten niet te mogen meemaken,
geen bals, geen partijen meer hijwonen! Haar beide
gekleede toiletten had zij op 't laatste oogenblik nog
gered zou zij die dan niet dragen 1 Hoe zou haar
leven nu voortaan zijn? Zou 'zij nu voor goed van
alle levensgenot afstand moeten doen?"
„Voor goed, voor eeuwig? Neen, AtL Er moet
eenigen tijd overheen gaan. En de overeenkomst met
de schuldeischers moet toch! eerst gesloten zijn.
„Ze hebben alles publiek verkocht, niet waar? Wat
kunnen ze ons nog meer ontnemen?"
„Ze zouden beslag kunnen leggen op een gedeelte
van papa's pensioen. Maar zoover wil hij het niet
laten komen. Hij heeft hun vrijwillig hooger afbe
talingen geboden dan zij langs gerechtelijken weg
kunnen eisehen. Maak je nu verder klaar, Ati, het is
dadelijk zes uur, daar komt de dominé voor de toe
spraak. Wij moeten hem allen ontvangen. Dan moet
je me helpen met het aanwijzen van de plaatsen.
Meisjelief, nu heb je roode oogen van het schreien.
Ik waarschuw je: je moet oppassen niet te schreien.
Wie zulk een prachtig geschenk van den hemel ge
kregen heeft als jij, heeft alle reden het leven vroo-
lijk in te zien. 'e Morgens gymnastiseer je om een
goede figuur te krijgen, 's middags eet je niet» om
geen onderkin, te inrijgen, 's avonds huil je zoo lang
tot je randen onder de oogen krijgt als een afgetobde
weduwe met vijf kinderen."
„Tante!" Verschrikt liep zij naar den spiegel';
„werkelijk?"
„Je bent een kleine domoor." De gravin lachte en
greep haar in het prachtige, zijdeachtige haar. „Kom
hier, ik zal je helpen, dan gaat het wat gauwer." Zij
hielp haar dikwijls een nieuw kapsel probeeren, het
was een aesthetisch genet voor haar het goed onder
houden haar te behandelen, eigenlijk het geheele
zorgvuldig verpleegde, prachtige jonge meisje te ver
zorgen.
(Wordt vwrolgd.)