DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. No, 46 Honderd en zestiende jaargang. 1914 DINSDAG 24 FEBRUARI. FEUILLETON. De ongekroonde Koning. Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk II,—. Afzonderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. Ontwerp Zomerdienstregelingen Toor de Spoorwegen. Telefoon nummer 3. BURGEMEESTER en WETHOUDERS w van ALKMAAR, gelet op het bepaalde bij art. 10 letter A sub g tot en met l der Ver ordening op de keuring van vee en vleesch en den Invoer, het vervoer, den doorvoer en den verkoop van vleesch in de gemeente Alkmaar (Gemeenteblad no 343) Brengen ter algemeene kennts: a. dat de wegen, langs welke het ingevoerde versche vleesch naar het gemeente-slachthuis moet worden vervoerd, in verband met de af sluiting van de Rootorenbrug, tijdelijk zijn Bierkade, Luttik-Oudorp Z.Z., St. Annastraats- brug, Luttik-Oudorp N.Z., Wortelsteeg, Achter- weg. b. dat het vervoer van het ingevoerde versche vleesch, tijdens de werkzaamheden aan de Kanaalkade, moet plaats hebben langs de vol gende wegen: Heerenstraat, Dijk, Koningstraat, Koningsweg, Doelenkluft, Kanaalkade. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. RIPPING, Voorzitter. DONATH, Secretaris. Alkmaar, 18 Februari 1914. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK MAAR brengen ter algemeene kennis, dat van heden af voor een ieder ter Secretarie ter inzage zijn neder- gelegd de ontwerpen ran de aomerdienst- regellng 1914 van de Maatschappij tot Ex ploitatie van Staatsspoorwegen en de Neder- landsche Centraal Spoorwegmaatschapppij- Eventueele opmerkingen betreffende deze dienst regelingsontwerpen moeten rechtstreeks worden in gezonden aan het Departement van Waterstaat vóór of op 1 Maart a.s. Alkmaar, 23 Februari 1914. Burgemeester en Wethouders van Alkmaar, O. RIPPING, Voorzitter. DONATH, Secretaris. BINNENLAND. COURANT. AliKMAAR, 24 Februari Een. sensationeels misdaad beeft in Débreczin plaats gehad. Genoemde Hongaarsche Btad was eens ©en groot dorp van echt Magyaarsch type en van oudsher de hoofdzetel van 't Calvinisme. Eenige maanden ge leden heeft de Hongaarsche regeering er 'n Grieksoh katholiek bisdom gevestigd. Dit onderscheidde zich van de anderen doordat de taal van de ritus Hon- gaarsch is. Heeds toen werd door die uiterste Roe» meensche nationalisten uit deze streeik een hevige strijd gevoerd tegen de oprichting van het nieuwe bisdom, omdat een aantal Roemeensche gemeenten, die vroeger tot de Roemetenscha bisdommen behoord hadden, onder het nieuwe bisdom getrokken waren. Deze-nationalistische beweging heeft waarschijnlijk een aanslag veroorzaakt. De residentie van den den nieuwen bisschop dr. Miklossy, heeft men gister- voormiddag door drie dynamietpatronen in de lucht laten springen. Dr. Miklossy lag al sedert weken (JNadruk varboden). Roman van PAUL OSKAR H5ÖKER. Naar het DuitsBh. 20) O Eén verzoek, lieve Ati: verzwijg al deze dingen ziek te bed. Hij ontsnapte aan den dood als door een wonder. Kort tevoren had men hem uit het paleis gebracht. Dienaren hadden hem op een draagbaar naar buiten gedragen. Vreeseüjk waren echter de gevolgen voor de andere bewoners van het huis. De viearis van den bisschop, dr. Jaczkovics, is in stuk ken gescheurd, de secretaris van den bisschop even eens gedood. Ooik zijn toevallig in het huis aanwe zige advocaat, dr. ösath, twee dienaren van den bis schop en de keukenmeid gedood. Levensgevaarlijk go- wond zijn 4 geestelijken en 2 advocaten, de vrouw van een der advocaten en do vrouw van ©en schouw burgdirecteur. Eerst dacht men, dat de stoomketel der verwarmingsmachine gesprongen was, maar een onmiddellijk ingesteld onderzoek bracht aan het licht dat er onder de slaapkamer van den bisschop huizon van drie dynamietpatronen lagen. Deskundigen, in het bijzonder de kolonel' van het regiment huzaren, constateerden, dat het inderdaad dynamietpatronen waren. De vreeselijke ontploffing werd in de verstverwij- derde streken van de stad gehoord. Het gebouw iB bijna geheel vernield. Verschillende .personen hebben ernstige snij wonden opgeloopen. De dochter van den vicaris moet bij het vernemen van diens dooid krankzinnig geworden zijn. De dynamietpatronen moeten verborgen zijn .geweest in een postpakket, den bisschop van uit Czemowitsj toegezonden Deze afschuwelijke misdaad doet weer eens zien, hoe fel de nationaliteitenstrij'd is, welke- alle politie ke omstandigheden in Hongarije beheerscht. De Roe meensche nationalisten zijn, blijkens de telegram men, woedend over het feit, dat de Hongaarsche taal voor de ritus van het nieuwe bisdom werd gebruikt. Maar kau de verontwaardiging over een dergelijke afschuwelijke misdaad wel groot genoeg zijn? Zulk een beestachtige daad is natuurlijk geen argument voor een zaak, ook al kan deze op zichzelf sympathiek zijn. Eh het is te verwachten dat graaf Tisza, de man met de ijzeren vuist, hier op die juiste wijze zal weten in te grijpen. Toch is het toevallig, dat hij, de ziel der Magyariseeringspoli'tiek, den laatsten tijd iets heeft ingebonden. Met de Kroaten, die eveneens door aanslagen op vertegenwoordigers der Hongaar sche regeering propaganda maakten, is hij het eens geworden. De onderhandelingen met de vertegen woordigers der Roemenen (volgens het Tageblatt 3 van de 20 millioen zielen der Hongaarsche bevolking) zijn echter afgebroken, daar zij eischen stelden ten opzichte van hun taal en hun vertegenwoordiging in het parlement, welke in strijd waren met het streven van den heer Tisza, dat gericht is op het totstand brengen van een Hongaarschen, nationalen staat. De Roemenen waren de onderhandelingen reeds met wantrouwen begonnen, daar zij wisten, dat graaf Tis za alleen onder pressie van uit Weenen en geleid door overwegingen, ontleend aan de buitenlandsche poli tiek, bereid was ©enigermate toe te geven. Het herstel van de goede betrekkingen tusschen Roemenië en Oostenrijk-Hongarije, welke tijdens den tweeden Bal kanoorlog geleden hadden, was slechts mogelijk, wan neer aan de eischen der in Hongarije levende Roeme nen tegemoet gekomen werd. Eh de Roemenen hie ven het hoofd wel wat hooger op, toen koning Carols prestige toenam. Vandaar dat graaf Tisza nog dezer dagen in den Landdag verklaarde, dat de Roemeen sche nationalisten door de Hongaarsche regeering met toegeeflijkheid zouden worden behandeld. Maar thans hebben dwaze elementen onder de Roe menen in de propaganda van de daad hun heil ge zocht. Het staat te vreezen, dat meerdere misdaden zullen volgen. En graaf Tisza is er de man niet naar om zich daardoor toegeeflijkheid te laten af dwingen. Zoodat er van eendracht en overeenstem ming tusschen Hongaarsche regeering en Roemeen sche nationalisten voorloopig wel geen sprake zal zijn! EERSTE KAMER. De beraadslagingen over de begroeting van Water staat werden gisteren voortgezet. De heer R e g o u t (R. K.) besprak het intrekken van een circulaire in zake den invloed van het geloof bij benoemingen van hooge en van lage ambtenaren, en het intrekken van het verbad van vronwen-nacht- arbeid bij de posterijen. Spr. deelde mede, dat hij niet dan na een onderzoek dat groote achterstelling van katholieken aanwees, de bekende circulaire uitvaardigde. In den verkie zingsstrijd werd beweerd, dat niemand! tot hulpbestel ler benoemd werd, die niet roomsch-katholiek waiS. Toen heeft spr. de bewuste circulaire uitgevaardigd, om zijn wil duidelijk te maken. In de 4% jaar, dat spr. minister was, heeft nooit eenige begunstiging plaats gehad. Spr. verdedigde, met Frankrijk, Engeland, België en Spanje tot voorbeeld, het verbod voor vrouwen- nachtarheid bij de posterijen. Het belang van de vrouw eischt het verbod. Reeds thans hebben de vrouwen dubbel zooveel ziektedagen als de mannen. Ten slotte vroeg spr. den minister met nadruk den bestaanden kindertoeslag bij het post- en telegraaf personeel niet in te trekken of te wijzigen. De heer B e r g s m a (U. L.)l drong aan op be hoorlijke uitvoering der motor- en rij'wiel wet en op verbetering onzer wegen. Verschillende leden bepleitten de belangen van eenige streken van ons land, zoo kwam o.m. de Maas kanalisatie ter sprake. DAT' IS OOK WAT! Een ingezetene van Gorinchem, wiens gezin naar de feestelijkheden daar ter stede was gaan kijken, ging later zelf ook uit, na vooraf eenige geldswaar den ten bedrage van 125 aan bankpapier en een aan deel in een naamlooze vennootschap als veiligheidan maatregel in de gaskachel te hebben geborgen. Vrouwlief, die eerder thuis kwam dan vermoed werd, stak de kachel aan enmen begrijpt wat er ge beurd is. Voer het aandeel zal hij een duplicaat kunnen krij gen, daar het nummer bekend is, maar het geld' is natuurlijk weg. DE KAZERNEHRAND TE EDE. Inzake den kazernebrand te Ede meldt de N. Amh. Crt.: Door het vlam vatten van een gordijn ontstond Zon dagavond omstreeks tien uur brand in een van de in- fanterie-kazernes en wel in de onder-officiers kamer. Nadat men de brandende stukken vlug uit het raam had geworpen, was het brandje spoedig bedwon gen. Gelukkig is louter onvoorzichtigheid ditmaal de oorzaak. DE' KAZERNEBRAND TE HAARLEM. Donderdag j.l. is er, meldt de N. R. Ort., in de ka- I zeme te Haarlem weer brand geweest, toen in een poetshok, waarin brandbare stoffen, waarop door een schoorsteen een brandende prop was geworpen. Het vuurtje werd tijdig ontdekt. De leden van de Tweede Kamer de heeren Duymaer van Twist en Ter Laan, leden van de legercommissie hebben gisteren een bezoek gebracht aan de kazerne te Haarlem. EEN GEVAARLIJKE! STROOPER. De jachtopziener der heeren Bolsiua trof gisteren nacht in het Wijbosch te Schüjndel iemand stroopendo met een lichtbak. De goed gedresseerde politiehond bracht den strooper tot staan, maar werd op hetzelf de eogenblik neergeschoten. Daarna schoot de stroo per op den jachtopziener, doch deze wist door een plotselingen val het schot te ontgaan. Een paar uur later is de vermoedelijke dader, de landbouwerszoon v. d. S. uit Wijibosch (Schijndlel) op zijn bed gear resteerd. HET MONNA-VANNA-VERBOD. Het muisje van de jongste anti-Monna Vanna-actie te Nijmegen, heeft, naar men van daar aan de Tel. meldt, nog een staartje gehad. Een der inspecteurs van politie, O. genaamd, die het met de R.K. voor mannen eens was, schijnt hieraan op ondubbelzinnige wijiae uiting gegeven en stelling genomen te hebben tegen zijn hoogera politiechefs. O. is door den bur gemeester, het hoofd der politie, geschorst en met een opzegtermijn van drie maanden als inspecteur onésh Gemengd nieuws. PROV. BOND VAN ZIEKENFONDSEN. De Provinciale Bond van Ziekenfondsen in Noord- Holland, heeft, meldt het N. v. d. D., zich in den laatsten tijd belangrijk uitgebreid, tengevolge van de krachtige propaganda van het hoofdbestuur. Aange sloten zijn thans eën 50-tal ziekenfondsen met onge veer 8000 leden, van Anna-Paulowna tot Weesp. ontslagen. TULPEN EN HYACINTHEN. Gisteren had te Haarlem de jaar lij ksche keuring plaats van tulpen en hyacinthen door de Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur. Het aantal in zendingen van tulpen was bijzonder groot. Onder de hyacinthen, aldus meldt men aan de N. voor allen 1 Zooals mijn verhouding is met Erwin, kan en wil ik het ook voor hem niet weten. Hij heeft mij nog een afscheidsgroet gezonden en mij verzekerd dat hij nooit een andere vrouw zal aanzien behalve mij. Hij is een lieve, hesite jongen, maar ik beschouw hem als een flirt en pretmaker; het begrip boven- menschelijke trouw is met hem niet in overeenstem ming te brengen. Vat hij vandaag of morgen een hartstochtelijke liefde voor een ander op, dan zal hij den moed wél hebben het mij te bekennen. Hij is nu bij het vëldjagercorps gepluatst en moet weldra voor een jaar naar het buitenland. Het is mogelijk dat hij geplaatst wordt te Petersburg, Rome, Londen of Pa rijs. Als je hem ziet, groet hem dan voor mij maar zwijg ook tegenover hem over wat ik je geschreven heb. Ten minste tot Kerstmis. Vóór het feest vraag ik nog eens om verlenging van verlof. Krijgt papa dan vermoeden, dan leg ik de bekentenis af. Vergeef mij dat ik zooveel over mij zelf gesproken heb en nu zelfs in Ti geheel niet op jou belangen in ga. Maar mijn vrij© tijd is om. Ik ben in dit half jaar een echte onde werkezel geworden. Doctor Hil- lern zou zeggen: een plichtmensch onze goede Börries zou het noemen een Streber. Ik heb van avond nog een heel caoutchouo gebit te bewerken, dat ik morgenochtend moet inleveren in 't laboratorium. Elisabeth Hillem laat mij nu en dan proefwerk ma ken. Veel kan ze zich niet met mij bemoeien, want ze heeft het zelf woedend druk. Jammer dat haar broer al naar Gtöttingen teruggekeerd is. Zijn ver loofde wacht hem daar. Ze zijn van plan met Paschen a.s. te trouwen. Als ik maar een half uurtje geeu werk heb dan heb ik dadelijk een gevoel van heim wee. In gedachten omhelst en kust je je trouwe zus ter Gwendoline. In het eersite oogenblik was Beate nog veel te veel onthutst door de plotselinge verandering in het lot van haar zuster, die geheel haar eigen schuld was, om zich een oordeel over te kunnen vormen 1 Misschien kwam er een gevoel van schaamte bij haar eerste ver bazing. Het was ongeloofelijk welk een energie dat jonge ding bezat. Een moeilijke, zeer moeilijke tijd wachtte haar. Beate voelde dat zij de kracht niet zou hebben zoo onverschrokken zich een eigen leven te vormen. En zij' dacht aan Erwin, die Gwendoline liefhad, op haar wachtte en in 't geheel niet vermoed' de, dat zij zich dagelijks verder van hem verwijderde 1 En niet alleen van hem! Er was geen twijfel aanl Door dien taalgeleerde uit Göttingen en zijn Amerikaansche zuster had Gwendoline zich tot een kolossale domheid laten ver leiden. Zulk een schitterende poisitie weg te gooien en dat ter wille van een gril. Neen! daar kon zij niet bij. Dat was overspannen, dat was ziekelijk. Beate moest zich steeds weer voor den geest bren gen dat dit stijfhoofdige meisje dezelfde was als het bedroefde kind, dat men na moeders dood naar een kostschool in Dresden gestuurd had. Onbegrijpelijk, onbegrijpelijk! Als er voortaan gesproken werd van het zusje in Amerika of van de Walkers en hun ontzettenden rijk dom, dan moest zij zich steeds geweld aandoen om het geheim niet te verraden. In Zehlendorf had men eindelijk na lang zoeken een tamelijk aardige woning gevonden. Gravin Czer- nin had zich zeer edelmoedig gehouden tegenover haar neef: het waren niet alleen afgedankte voorwer pen, die zij' zond om het huisje te meubileeren, maar ook'een paar bekende stukken uit den glanstijd van het oude Rotholz. In het midden van October deed Zijne Excellentie baron von Erxleben zijn intocht in Zehlendorf. De geheele familie, behalve Gwendoline, vereenigde zich den daarop volgenden Zondag in de zonnige beneden woning. Tante Eddy was reeds vooruit gekomen met Beate om Ingrid te helpen en het dienstmeisje te in- stalleeren. De beide zoons kwamen dadelijk na kerk tijd. Het was een prachtig diner met alle lekkere dingen van het Rotholzer seizoen. De kadets ontwik kelden een ontzettenden eetlust zoowel bij de Rot- hodlzer baars als bijl de Rotholzer eendvogels. En ook de stapels Rotholzer wafels die bij de koffie gepre senteerd werden, bewezen zij veel eer. Baron von Erxlëben's gezondheid was over het al gemeen prachtig bijgekomen. Met drinken moest hij zich nog zeer in acht nemen iets waar hij zich het minst in schikken kon. Maar hij kon zich toch weer gewoon bewegen. Hij had een wandelstok aange schaft, waar hij een weinig op leunde. Nu en dan bleef hij onderweg even stilstaan om uit te rusten. Hij maakte echter volstrekt niet den indruk van een gebrekkige. Zijn oude levendigheid had hij al lang weer teruggekregen; hij toonde bij ieder gesprek we der volkomen op de hoogte te zijn. Hij wou ook iu geen geval als een invalide beschouwd worden. Dat merkte men aan zijn geheele manier van doen. Dade- lijk na de koffie had hij een verkwikkend debat met zijn beide zoons. Börries had zich de laatste maanden met hart en ziel in berekeningen verdiept of het toch niet gelijk zou zijn bij de cavalerie te gaan. En Haunsheinz had zelfs den moed met de ongehoorde bekentenis voor den dag te komen, dat hij toch ei genlijk geen lust had officier te worden. „Waar moet de Koning zijn officieren vandaan har len, jongens, als jullie niet dienen wilt?riep de ba ron, 'de wenkbrauwen fronsend. Niettegenstaande al zijn verdriet over zijn eigen ongeluk, had de verbitte ring der vele and©T© nonactieve officieren te Wies- baden tegen het militaire kabinet hem gehinderd: hij was en bleef soldaat in merg en been. En hij zette de beide jongens dus op hun plaats. Ten slotte waren zij overtuigd dat hun vader gelijk had en zijl namen met schitterende oogen afscheid van hem: ze waren trotsch op hem, trotsch op zijn geheele voortreffelij ke persoonlijkheid. Eerst toen zij van Zehlendorf naar Grosz-Lichterfeld© liepen en de roede steenen muren van de Cadettenschool uit den kring van vil la's bij de toenemende duisternis zagen opdoemen, kwam de oude tegenzin weer boven. Beate scheen met haar lot verzoend te zijn. Van de hoffeesten wilde de baron niets meer hooren. Dat was nu toch half werk, zei hij. Beate had er dus voor goed van afgezien. Maar een nieuwe hoop gaf haar veerkracht. Tante Elddy zou eindelijk dezen win ter haar lievelingswensch vervullen en een reis doen naar de Adrriatische Zee; Beate zou met haar mee gaan. Tante had plan op Lussinpikkolo. Zij had reeds kamers besteld in het Kurhaus. „Als Gwendoline werkelijk den winter nog daar ginds wil doorbrengen hij' haar millionaire", zed von Erxleben, „dan zou het eigenlijk niet onmogelijk we zen, dat ik hier het huis sloot in Februari en Maart en ook meeging. Met Ingrid. Natuurlijk zouden wij in een heel klein pension gaan, want meer dan zes kronen per persoon kan ik niet betalen." Dat was een groote verrassing voor de gravin. Haar neef was nog altijd1 haar trots. „Misschien vin den wij iets, een klein pension, dat voor ons allen ge schikt is", zei ze levendig; „als wij tweeën maar eerst daar zijn, kunnen wij alles eens goed bekijken." Beate was teleurgesteld. Zij' had zich juist ver heugd op het leven in het Kurhaus, op de dansavon den en reunions. Veel Oostenrijksche en Russische aristocratie brengt de wintermaanden door aan_ de kust van de Adriatische Zee. Het ging daar jolig toe, had zij van anderen géhoord. Daar kon Beate dan nog goed haar baltoiletjes gebruiken, die zij uit de schipbreuk gered had een beetje gemoderni seerd, want in dien tijd waren de mouwen heelemaal anders geworden. Zij' wist dat zij opgang zou maken: van haar succes in de balzaal was zij zeker. MiS'- schien zou zij daar ginds aan de oevers van de blauwe zee eindelijk haar bestemming vinden. Het hoefde nu niet juist een Russisch vorst te zijn, zooals In grid haar had voorspeld. Maar dat was het nu waar over zij tobde; als ze niet in het Kurhaus loigeerden, niet wat „reclame" maakten, maar alle vier bij el'kaar als burgerluitjes in een klein pension hun intrek na men, dan scheidden zij zich dadelijk af van de mon daine kringen I vemilgjdl.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1914 | | pagina 1