DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
No. 66
Honderd en zestiende jaargang.
1914
DOIDEIDAG
19 MAART
Gemeenteraad van Alkmaar,
op Woensdag 18 Maart 1914, nan. I aar.
Voorzitter de heer G. REPPING.
Secretaris de heer DONATH.
Aanwezig 17 leden. Afwezig de heerem Glindier-
man en Boelmans teir Spill, de laatste wegens onge
steldheid
Aam de vergadering wordt medegedeeld, dat is in
gekomen:
a. èenschrijven d.d 26 Februari ld van Mevr. A. E.
Snellende Lange, houdende bericht dier aanne
ming van hare benoeming tot regentee van het
Burgerweeshuis
Voor kennisgeving aangenomen.
b. een schrijven d.d. 27 Eebruari ld van dien heer O.
A. de Braai, houdeftdo bericht, dat dia benoeming
tot lid der commissie tot' wering van schoolver
zuim door hem wordt aangenomen.
Aïlsvorem.
c. een schrijven dd. 22 Februari LI. van dien heer
Th. de Jong, daarbij medledeedende, dat hij zijne
benoeming tot lid van het Bestuur van het Bur
gerweeshuis aanneemt.
Als voren.
d. een schrijven d.d. 25 Februari ld No. 21 van de
Ged, Staten, ten geleide van het goedgekeurde 2e
suppl. kohier van den Hoofdelijken Omslag dienst
1913.
Alsvoren.
e. alsvoren d.d 4 Maart ld No. 92, ten geleide van
het goedgekeurde Raadsbesluit van 18 Februari
LL Na 6, houdende wijziging van het erfpachts
contract mtet de Alkmaarsche Buitensooieteit.
Alsvoren.
f. alsvoren dd. 4 Maart 1.1'. No<. 02, ten geleidie van
het goedgekeurde Raadsbesluit van 18 Februari
1.1. No. 17, tot onderhamdsche verpachting der
standplaats voor een beignetskraam op de Stee-
nenbrug, voor de kermissen van 1915, 1010 en
1917.
Alsvoren.
g. een adres dd. 10 Maart IJ. van dd afd Alkmaar
van den Bond van Ned Gemetent'e-werklieden,
houdende het verzoek om voor rekening der ge
meente ta nemen alle onkosten en werkzaamhe
den, voortvloeiende uit da opname in het Pensi
oenfonds voor gemeente-ambtenaren en uit de
aanvragen voor eigen- en weduwen- en weeaen-
pensioen.
Gesteld in handen van B. en W. om bericht en
raad
h. een ad'rea d.d. Maart 1914 van het Hoofdbestuur
van „Nosokómos", Ned. Yereeniging tot bevorde
ring der belangen van verpleegsters en verple
gers, houdende het verzoek om verbetering te
brengen in den toestand van de in dienst dezer
gemeente zijnde ■verpleegsters.
Alsvoren.
L een adres d.d 7 Maart 1.1. van de voorloopige
commissie, ten doel hebbend te komen tot de
stichting van een nieuw schouwburg- en concert
gebouw alhier, houdende het verzoek daartoe fi-
nancieelea steun te willen verkenen en een co
mité ta benoemen.
Alsvoren.
j. een adres, ingekomen 9 Maart IJ., van diverse
alhier gevestigde vereenigingen, houdende adhae-
sie-betuigimg aan het adres der Voorloopige Oom
missie tot oprichting van een schouwburg- en
concertgebouw alhier.
Gevoegd bij het vorige,
k. een adres d.d!. 6 Maart LL, van dien heer H. Dik
kers, houdende het verzoek om eervol ontslag met
ingang van 15 April a.s. als ingenieur bij het ge
meentelijk electrisch bedrijf alhier.
Lecture wordt geda,an van het adres van den heer
Dikkers, waaruit blijkt dat door die directeur dier gas
fabriek en de beer Singels te 's Gravenhage verschil
lende grieven tegen hem zijn ingebracht. Ui't dit
schrijven, waarin de heer Dikkers deze grieven tracht
ta weerleggen, blijkft tevens dat B. en W. hem wel
ambitieuB en bekwaam achten, maar hem geen ge
schikt persoon vinden als ambtenaar. Daar van be
hoorlijke samenwerking geen sprake meer kan' zijn,
vraagt die heer Dikkers thans eervol ontslag tegen
15 April a.s.
Dit ontslag, waarover niemand het woord wenseht,
wordt eervol verleend.
1. het proces-verbaal van kasverifioatie op 11 Maart
LL In kas was 10329.19s.
Voor kennisgeving aangenomen,
m. een schrijven d.d. 2 Maart IJ. van den heer J. O.
Baan alhier, waarbij hij der gemeente twee per-
cetelen grondl te koop aanbiedt.
Na toelichting door d'en voorzitter, waaruit blijkt
dat het voor de gemeente met het oog op de nieuwe
gasfabriek van veel! belang ia den bedoelden grond
thans te koopem tegen 3.50 den M3., wordt besloten
den grond over te nemen.
n. een a po stille d.d'. 11 Maart LI. No. 140 van de Ge-
deputeerdte Staten, ten geleide van het goedge
keurde Raadsbesluit van 18 Februari IJ. No. 0
tot- vaststelling van een reglement voor hlet Bur
gerlijk Armbestuur.
Voor kennisgeving aangenomen,
o. een adtees <Ld. 15 Maart l.L van Mej. O. A. Abcou-
wer, om ontslag als onderwijzeres aan da 8e Ge
meenteschool, tegen 15 Mei a.s.
Eervol verleend,
p. het Koninklijk besluit d.d. 5 Maart 1914 No. 86,
krachtens hetwelk aan deze gemeente een voor
schot uit 's Rijks 'kas wordt veriaend van 'ten
hoogste 75.000, ten einde in staat te zijn een
voorschot van gelij'k bedrag te verleenem aan de
Vereeniging voor Volkshuisvesting „Alkmaar",
alhier, voor d'en bouw van 40 woningen.
Voor kennisgeving aangenomen,
q. een adres d.d. 10 Maart l.L, van A. A. de Groot,
houdlend'e het verzoek het voorstel van B. en W.
(bijlage No. 18) nilet aan te nemen.
Te behandelen bij punt 0 der agenda,
r. een adres d.d. 17 Maart 1.1. van die afd. Alkmaar
van den Ned. Bond van R. K. Gemeente-werklie
den „St. Adelbertus", houd'ende het verzoek hun
adres om vrije bovenkleed'ing en geldelijke tege
moetkoming voor het vieren van verlofdagen, in
behandeling te willen nemen bij de toegezegde
nieuwe loonregeling.
Te behandelen bij punrt 6 der agenda,
s. een adres d.d. 17 Maart l.L van het bestuur der
Vereeniging voor Volkshuisvesting „Alkmaar",
daarbij aanvaardende de aanbieding in koop van
een stuk gemeentegrond, gedaan bij 's Raads be
sluit van 18 Juni 1913, No. 14, benoodigd voor
den bouw van 40 arbeiderswoningen.
Voor kennisgeving aangenomen,
t. -een schrijven d.d. 17 Maart 1.1., No. 3107, afd'. O.,
van Z. E. den Minister van Binnenlandsche Za
ken, houdende bericht, dat de verordening, rege
lende de jaarwedden van het personeel aan het
Gymnasium, door Z. El wordt goedgekeurd.
Alsvoren.
BELOONINGEN PERSONEEL AAN DE BUR
GERAVONDSCHOOL EN AAN DE AVOND
SCHOOL VOOR HANDWERKSLIEDEN.
Alhoewel het resultaat der besprekingen omtrent
den inhoud der Bijlagen tot het Raadsverslag No. 45
en 69 van 1913 was, dat de Raad in ontkennenden ain
de vraag beantwoordde of de leeraren in de Neder-
landsohe taal en de wiskunde aan de Burgeravond
school en de Avondschool voor handswerklie'den, op
gelijke wijze moesten worden beloond als de vakleera-
ren, meent, het lid van den raad, de heer G. Th. M.
van den Bosch, toch, dat het billijk is en derhalve ge-
wenscht, dat de Raad op dat oordeel terugkomt.
Hij hoopt in staat te zijn die redenen, welke hij
daarvoor heeft alsnog nader te kunnen ontvouwen,
alleen wenseht hij reeds ruu do voornaamste reden,
welke hem tot zijn voorstel brengt, onder de aandacht
van den raad te brengen.
LJet onderwijs, dat op beide genoemde scholen ge
geven wordt, dient om de toekomstige vakman, op de
Ambachtsschool of in de praktijk practisch ontwik
keld, tot volkomen bekwaam vakman te maken. Hier
uit volgt z. i. dat alle vakken aan die scholen gedo
ceerd allen even noodzakelijk zijn om dat doel te be
reiken en dientengevolge ook gelijkwaardig behooren
te worden beloond. Hij hoopt, dat dd Raad' deze
zienswijze zal deelen en stelt daarom het volgende
Amendement voor:
In Art. 1 ala voorgesteld door B. en W. vervalt het
eerste gedeelte tot en met b; hiervoor wordt gelezen:
De belooningen van de leeraren voor da verschil
lende vakken aan deze scholen onderwezen, bedragen
40 per wekelijksche lesuur.
Deze belooningen enz. (ala voorgesteld).
B. en W. wenschen hun vroeger voorstel te dezer
zake terug te nemen en daarvoor in dd plaats over te
nemen het voorstel van den Bosch, strekkende om de
belooningen van bedde cathegorieën leeraren (vak-
leeraren en leeraren in wiskunde en Ned taal) op ge
lijken voet te regelen.
Verder stellen ziji den raad voor:
lo. aan den heer L. Groen, als 'beschikking op zijn
adres d.dl. 9 Februari 1.1. te berichten, dat zijn daarin
gedaan verzoek niet kan worden ingewilligd)
2o. da aan den heer A. A dd Groot in 1000 ver
leende toelage van 60 in te trekken, eoodra de
nieuwe salarisregeling van het personeel aan de Bur
geravondschool en die Avondschool voor Handwerks
lieden zal zijn in werking getreden.
De voorzitter zegt, dat het mogelijk zou zijn,
dat in bijlage 20 wordt gezilen een poaitieverandiering
van B. em W. Betrekkelijk ia dit juist. B. en W.
hebben ingezien, dat zij hun oorspronkelijk stand
punt hebben moeten loslaten. Ten eerste was er een
brief van de commissie van toezicht, die van oerdleel
was dat er voor een andere opvatting wel plaats was.
Ten tweedie hebben B. en W. een onderhoud! gehad
met den directeur. Naar aanleiding daarvan meen
den B. en W. goed te doen mee te gaan met hlet
amendement van den heer van den Bosch.
De heer van denBosoh! hleeft met genoegen
gehoord, dat B. en W. thans hun vroeger standpunt
hebben laten varen. Hij hoopt, dat aks dleze zaak nu
vandaag zijn beslag krijgt, dlat dan boven de notulen
van deze vergadering zal komen te staan: „es ist er-
reitehti".
Spreker herinnert er aan hoe in 1910 door d'en
heer Uitenbosch een voorstel' was gedaan in dienself
den zin ala nu wordt voorgesteld. Toen reeds werd
door B. en W. er op gewezen, dat dteza zaak zoo moei
lijk was te regelen. De beetr Boelimanis ter Spill gaf
toen een overzicht van de historie dezeT jaarwed'dte-
regelüng, welke historische beschouwing leehter nde't
juist is gebleken.
De grondtelag was feitelijk zooals spreker nader
aantoont 1 per uur; van splitsing in theoretische
en practische leeraren was toen geiecn sprake. Spreker
hoopt ten slbttei, dlat thans de Raad geheel mee zal
kunnen gaan mert di't voorstel.
De vo orzitter zegt, dat bijl tot zijn spijt niet
kan voldtoen aan het verzoek van dien heer van den
Bosch, om de woorden: „es 1st enreicht" boven die
notulen tie plaatsen, daar gewoonlijk geen motto's
worden opgenomen. Anders zou men er ook wel elems
iets in kunnen 'zetten van: „Orudle koeien".
De heer Udo vraagt, of er, nu deze zaak reeds
zoo lang haragti, geen termen zijn om deze wijziging
der verordening eenigo terugwerkende kracht te ge
ven, bijv. tot het begin van dten cursus 1013/1914.
De heer v. d. B o\s c h had aan het eind dór verga-
dlering dezelfde bepaling willlen voorstellen en onder
steunt htet denkbeeld van dien heer TTdb.
De heer Lubbe wijst er op, dat vroeger ook die
bedoeling was die wijziging te doen inga'an met h'et
begin van dien cursus 1913/1914.
De voorzitter zegt, dat B. era W. wel zondten
kunnen meegaan met een voorstel, om de wijziging te
dloen ingaan op 1 Januari 1914, dioch zegt dat de heer
Lubbe bij de behandeling dier artikelen een voorstel
kan doen.
Bij dd behandeling der artikelera vraagt de heer
TJ d' o wie het leerplan goedkeuren, aangezien, dit in
vloed kan uitoefenen op het aantal lesuren dier leer
aren.
Bij art. 5 «telt de heer Lubbe voor die wijziging
te doen ingaan op 1 September 1918i
Het voorstel wordt met 14 ttegen 8 stemmen aange
nomen. Tegen stemden de heeren Zaadnoordlijk, Me
ienbrink en de Wit.
Bij de behandeling van het artikel in zake de be
looning van toelagen voor de akten M. O. en L. O.?
wijftt de heer Udoer op, dat er nooit sprake is ge
weest van een toelage voor akte L. O. en wenseht het
artikel daarmee in overeenstemming te brengen
De voorzitter vindt hlet better, deze kwestie te
behandelen na, de adrei&sera van dem heer die Groot.
Naar aanleiding hiervan zegt 'die voorzitter,
dat hem bevreemdt het standJpumt dat dé heer dè
Groot inneemt. Dd voorzitter leest voor die no
tulen van September 1900, waaruit blijkt, dat bij de
vaststelling der jaarweddia van den heer da Groot,
deze werd verhoogd! met 50, niet wegens het bezit
der akte, maar in verband met die grootte der klassen
en da meerder© 'lesuren dlie aan dien heer die Groot
werden opgedragen. Ook ui't die notulen vtoa 8 April
1907 leest de Voorzitter voor, d'ati da heeren Fortuin
en Uitenbosch destijds er ook op hebben geweizen,
dat d'e heer de Groot geen boogere bezoldiging had
wegens het bezit der akte.
Uit al deze aanhalingen blijkt duidelijk, dati 'het
motief van die verhoogimg niet is geweest het bezit
dier akte teekenera lager onderwijs.
De heer D o r b e o k vraagt, of B. en W. toch blij
kens d'e lijst van jaarwedden overgelegd bij hun
voorstel, ook niet zeggen, dat diie 60 werden toege
kend! voor het bezit dqg akte.
Devoorzitter geefti dlilti toe en zegt, dati het
«en vergissing is •geweest.
De heer Ulo wijst er op, dati in bijL 86 van 1900 wel
staat, dat dlè toelage weird gegeven wegens bezit der
akte; al geeft hij toe, dat het raadsbesluit, waarbij
50 werd toegekend wegens meerdterte werkzaaimhe-
den, duidelijk is.
De heer v. d Bosohi wil gaarne toegeven, dat de
toelage niet is verleend om hlet bezit der akte, doch
dit neemt naar spreker m'eerat, niet weg, dat die toe
lage, die voor een ambtenaar wel van eeraig belang is,
kan worden beschouwd ,aiis een verkregen recht.
Spr. gaat nogmaals de geschiedenis na, era wijst er
op, dat de heer de Groot destijds 50 vroieg, als een
toelage wegenis het bezit der 'akte teekenen L. O. en
nu kan het, dunkt spreker, heel goed zijn, dat men' de
tielage gaf Wegens meerder© werkzaamheden, omda't
men gieera belooning voor eera akte lager onderwijs
kon toestaan.
In die meenihig wordt spreker versterkt door de ad
viezen van dten directeur en de commissie van t'oe-
ziteht op het M. O. i'n zake het verzoek van dien heer
de Groot. Deze vestigen immers speciaal die aandacht
op het bezit dier akte. Nu is het wel waar, dat bij de
hebandleüng der begroeting over deze zaak niet is ge
sproken, maar er wordt over al) die zaken ni'et altijd
gesproken. Ze gaan maar ondier den hamer
door. De Raad heeffi toen blkbaar er niet ver
der op gelet, of deze 50 werden .gegeven wegens
meerdere werkzaamheid 'of wegens het bezit der akte.
Ook de heer die Groot zal daar niet verder over ge
dacht hebben, had hij' Wet kunnen voorzien, dan zou
hij zeker een amdter besluit hebben gevraagd.
Nu nog verkeert de heer die Groot, naar spreker
meent, in dlenzelfdiera toestand, wegens zijn meerdere
arbeidsprestatie era daarom acht spreker bet, zoo niet
)eera recht, dan toch billijk, dat de heter die Groot in
het genot dter toelage blijft.
De voorzitter hteeft allen 'lof voor da wijze
waarop de heer van den Bosch de belangen van den
heer die Groot heeft verdedigd. Toch meent de voor
zitter er op te moeten wijzen, d'at in het door den
heer van den Bosch aangehaalde advies van de com
missie in de le plaats gesproken woTdt van d'en meer
deren arbeid, in de tweede plaats wordit in dlat advies
'gewezen op het hezi't der akte.
Voorts meemt de V oorzitter, d'ati de heer van
den Bosch aan het Raadsbesluit een bijzondere uit
legging geeft; waarmede B. en W. in dieae niet kun
nen meegaan.
De hteer v. d. Bosch zegt, dat hij niiet heeft be
doeld, dat men aan htet geschreven woord) niet te
veel beteekenis moet geven, doch dat mten vooral op
d'en geest van het geschrevene moet letten. Dat moet
men bij dteze zaak vooral vragen. Nogmaals wijst
spreker er op, dat het bezit der akte toch ook voor
den directeur en die commissie een overweging te
meer is geweest. De heer de Groot, zegt spreker,
heeft die meeste lesuren en verbeert dus nog in de
zelfde positie als thans.
De vo orzitter zegt dat de hteer van dien
Bosch allerminst mag zeggen, dat sommige dingen
maar onder den hamer doorgaan. Als metn wat de
ledten spreken in kolommen afmeet, dlan is die van
dten heer van den Bosch zeker niet van da kleinste.
Verder deelt de voorzitter mede, dlat de heer de
Groot thans 12 uren les geeft, anderen o.'a. de heeren
Brunsmann en Groen 14 lefeurera.
De heer Udo zou het eigenaardig vinden, dat bij
een inrichting van M. O. een toelage werd toegekend
voor eera akte L. O.
Verd'er wijst hij erop, d'at de heer dte Groot geera na
deel kan ondervinden, daar hij' thanls per lesuur
wordt gesalarieerd'. Eten eventueel opvolger zal zelfs
voor de akte M. O. geen toelage ontvangen.
De heer Verkerk is van gevoelen, dati wat d'e
heeft Udo heeft gezegd niet opgaat. Het betreft
hier d'e vraag, of dte toelage van den heter de Groot
een verkregen recht is, ja of neen. Spreker is het ge
heel' eeras met B. en W.
Het voorstel van B. era W. om afwijzend te beschik
ken op het verzoek van den heer de Groot, wordt
daarop met 15 tegen 2 stemmen aangenomen. Tegen
stemden dte heeren den Boesterd) en van den Bosch.
DaaTop komt aan de orde het voorstel van B. en W.
om afwijzend' te beschikken op het adres van dera heer
Groen.
De heer Van dan Boeoh zegt ook thans te
zullen trachten te verdedigen, dat de hteer Groen' hiter
mag spreken van een verkregen recht. Spreker gaat
daarvoor evenals B. «a Wl da geschiedenis na al
klimt hij niet op tot 1802. Spreker wijst er op dlat
de grieven der leeraren zijn begonnen in 1894 toten er
leeraren zonder bevoegdheid wardlen benoemd ttegen
Oen salaris van 400. Spreker komt door dte behande
ling in de raad tot de conclusie dat de raad heeft
vastgesteld, dlat dte jaarwedde voor een bevoegde zou
zijn 600 en voor ander© zonder bevoegdheid 400.
Toen ie dte heer Groen hier gekomen en werd dut
aangesteld! op 600 tegenover die 400 der andiere
leeraren zonder bevoegdheid.
Later is bij de herziening dter jaarwedde dile toela
ge behouden gebleven en uit de destijds gevoerde
discussies blijkt volgens spreker, dat dte raad van
mteening was, d'at het verschil van 200 wel in vier
hand stond' met het bezit der bevoegdheid', al i» hlet al
weer nitet duidelijk gezegd.
De voorzitter wil zich er niet aan wagen, in
te gaan op alles wat dte hieeir Van d'en Bosch heeft
gezegd, dóch wil alleen verklaren dat B. en W. zich
geheel houden aan dte bijlage waarin hun voorstel it
opgenomen.
De heer Lubbe «ou graag dten hteer Groen ter
wille willen zijn, doch mien moet zich houden aan de
bestaande verordeningen ten nitet ingaan op allerlei
discussies, dan maakt men het voor dia jongere raads
leden moeilijk om te beslisisem.
De heer Van den Boisohi zegt dati de kwes-
tie alleen deze is, dati de heter Groen voor zijn mid
delbare akte 260 beweert te ontvangen, terwijl hem
thans slechts 100 zal worden' toegekend'.
Da hteer Udo vestigt er de aandacht op, dat de
heer Groen 150 eartra toelage ontvangt voor zijn
akte M. O. en dat hij' bovendien 40 per lesuur ont
vangt.
De heer Thomson i» van meening, dat de hleier
Groten allteen achteruit gaat al® hiji minder lesuren
geeft.
De voorzitter zegt, dati die voor alle leera
ren geld't, maar d'an prte&tieeren ze ook minder, OveT
deze kwestie kan de voorzitter echter geera discussie
toeTatiem.
Nadat dte hteer Van den Bosoh nog een
maal het woord heeft gehad', en andtermaal' zijn stand
punt heeft verdtedigd, wordt het voorstel van
B. en W. om afwijzend te beschikken op het verzoek
van d'era heer Groen met 3 stemmen tegen aangeno
men. Tegen stemdten d'e heeren Fortuin, van dten
Bosch' en dten Boesterd.
Dte verordening wordt daarop zondter hoofdelijke
stemming goedgekeurd, met de wijziging van den
heer Udo in zake de toelage voor de akten.
BEGROOTTN© ALKMAARSOHE HUISHOUD
EN INDUSTRIESCHOOL, DIENST 1014.
De commissie tot de belastingzaken stelt den raad
voor de begrooting van de Alkmaarsche Huishoud
en Industrieschool voor het jaar 1014 goed te keuren
in ontvang en uitgaaf op 15305, met toekenning
van een subsidie uit de gemeentekas van 8000 (het
gewone bedrag).
Goed'gekeurcL
ADRES AAN H. M. D® KONINGIN OM ONT
HEFFING VAN DE VERPLICHTING TOT HET
OPRICHTEN EENER BURGERDAGSCHOOL
B. en W. stellen den raad voor aan H. M. de Ko
ningin een' adres te richten met het verzoek deze ge
meente opnieuw voor een bepaald aantal jaren te
willen ontheffen van de verplichting tot oprichting
v.an een burgerdagschool en 'daarbij te willen bepalen,
dat aan dte burgeravondschool ©n de daaraan verbon
den avondschool voor handwerkslieden als tot heden
zullen onderwezen worden de vakken, vermdldi in art.
18 dter wet tot regeling van bet M. O. onder de let
ters, a, h en k, het bouwkundig tedkanen ondter hert
rak sub k genoemd, begrepen.
Goedgekeurd.
MARKTGELDEN.
D© verordening op bet beffen van een recht onder
den naam van marktgeld, voor het gebruik va» plaat
sen op of aan verschillend© markten, vastgesteld bij
Raadsbesluit van 89 December 1909, werd bij Ko
ninklijk besluit van 18 Maart 1010, Na 47, goedge
keurd tot 1 Juli 1014.
In verband hiermede zal door den Raad een besluit
moeten worden genomen om met da bedoelde heffing
sa dies tijd voort te gaan.
B. e® W. hébben mitsdien de eer dsn Raad voor te
stellen dte bedeelde verordening, alsmede de daarbij
behoorenda verordening op de invordering dier belas
ting opnieuw en onveranderd vast te stellen zooals zij
zijn opgenomen in bet Gemeenteblad vaa Alkmaar,
No. 321.
Goedgekeurd!.
SUBSIDES AAN DU N.-H. VEKSSNIGING
„HET WITTE KRUIS".
B. en W. stellen voor: aan het Hoofdbestuur van
de Noord-Hollandsehe Vereeniging „het Witte
Kruis", naar aanleiding van zijn adres d.d. 8 Januari
1.1., behalve die tegemoetkoming vaa ruim 100, 1»
den vorm van grond, dia tegen ©es uiterst geringe
erfpaehtssom is afgestaan, ten behoeve van hare ont-
smettings-inrichtingej» eeme jaarlijkseha subsidie uil
de gemeentekas toe te kennen van 100, onder vo co-
waarde, dat zoolang die arfpaeht van dten grond, wel
ke door de gemeente aan bedoelde Vereeniging is af
gestaan niet is geëindigd' en de gemeente da Vereeni
ging subsidieert, do bestaande tarieven van de ont-
smettings-inrichtiag, voor zooveel deze gemeente
aangaat, niet mogen wordten verhoogd.
B. en W. vinden het zuiver gemeentelijk belang
niet in die mate bij de zaak betrokken, om de veree
niging de gevraagde subsidie van 200 ten behoeve
van haar ontzmettiuge-inrichtingen te geven.
De hteer Lubbe heeft het H. B. van htet Witte
Kruis gesproken en heeft d© bijlage met het H. B.
besproken. Het H. B. heeft daarbij gezegd', dat zij in
geen geval kan aocepteeren de clausule, in zake dte
verhooging der tarieven. Er werd' gevraagd' wat er
mee werd' bedoeld: de bestaande tarieven voor de ge
meente. Is hier alleen sprake van het gemeentebe
stuur of dte gemeentenareni
D,e rooriittsr meent, dati hier moet gelezen
ALKMAARSCHE COURANT.
