Damrnbrïek,
Schaakrubriek.
11
■li
li
R IP
m
nn
M
m
is
m.
e
s
a
m
a
s
m
m
a
M
u
m
a
ÜI
s
a
m
m
81
a
Ut
m
9
m
DE JONG'S
m
m
is
J*
m
a
J®
s
a
m
s
J
m
Hu in dn «11
Alkmaar.
BOELHUIS
siSM
■ki
WÊi^Êm
li
fff
fgf
HP
B
Éi
RECU1ME- CACAO
9
ju
0
HS
Een woon- en winkelhuis,
üi
Ut
§§J
jjj
m
MÉ
iii
i
Neemt n in acht.
f
8Ü
M
im
ÉP
wm
ÉS
wk
t de beate
voor» het creld.
ijl
EB
IIP
Berg© n,
Mr. A. P. H. DE LANGE,
W PI
Sunlightzeep is de alombekeade,
de beroemdste zeep en daarom heeft
iedere verstandige vrouw in de
laatste vijfentwintig jaren zidh vaa
Sunlightzeep bediend.
Zfi wordt algean
m hare
om bare voortreffelijke ftoedaiugüe-
den en wifl garandeeren dat de
kwalheit steeds even voortrgffë
zal 6$§een niettegenstaande
enorme stijging in den prijs der
grondstoffen
waarvan ge
maakt wordt
de eehte
Ingezonden mededeeliugen.
Wanneer de nieren niet in staat zijn om het urine
zuur uit het bloed te filtreeren, wordt het bloed er
door vergiftigd, en slechts onbeduidende verschijn
selen verraden de aanwezigheid van urinezuur in
het bloed Weinig opvallend nog zijn die pijn in
den rug, die vermoeidheid, hoofdpijn, duizeligheid,
zenuw- en spierpijnen, nu eens in de gewrichten,
dan weer in de armen, schouders of beenen. Men
let niet op deze verschijnselen en toch zijn zij de
kanteekenen, dat het urinezuur ons lichaam ^begint
verwoesten.
Het kan zich nestelen in de gewrichten en jicht,
rheumatlek met haar treurige gevolgen als vervormde
ledematen en gewrichten veroorzaken.
Opgenomen in het bloed, kan hei rich in de bloed
vaten en aderen als een onoplosbare stof afzetten
(verkalking, enz.).
Het kan zich afzeilen in het nierbekken, de urine-
ieiders en blaas, er, ontsteking dezer organen, nier-
zand, niergruis, nier- en blaassteen met de daaraan
gepaard gaande nkrkloniek ver oorzaken.
Het urinezuur, de verwoester van het lichaam, moet
verwijderd worden. Alleen de nieren zijn hiertoe
in staat en Foster's Rugpijn Nieren Pillen zullen haar
hiertoe in staat stellen. Zij herstellen de nieren en
het urine-organisme. Doordat zij het urinezuur op
lossen en afvoeren, voorkomen zij de uiterst nadeelige
werking ervan op het lichaam en roeien zij de wortels
van uw ziekte uit.
Te Alkmaar verkrijgb. bij de hh.
Nier op en Slothouber, Langestr. 88.
Toezending geschiedt fr. na ontv.
v. postwissel ai f 1.75 voor één, of
f 10.voor zes doozen. Eischt de
echte Foster's Rugpijn Nierenpillen,
weigert elke doos, die niet voorzie®
is van nevenstaand handelsmerk.
Dr. C. SCHWEDE.
Zwart (7).
HH WMi M
O
aan
Wit (6.)
Mat in 2 zetten,
worden binnen 3 weken ingewacht
et bureau van dit blad.
Oplossing probleem 435
Pd4 enz.
Goede oplossingen ontvingen we van de heeren
P. 1. Boom en C. Visser te Alkmaar, P. Bakker en
H. weenink te Amsterdam, J. Vijze aar en Le Gomte
te 's-Gravenbage, J. Deuzeman te Prederilasowrd, K.
J. de Geus te Koedijk en S. te S.
AAN m DAMMERS 1
ggg
WÊ.
3,,„
ÉH
mm
l&igejawss/'&esi M«d©de«Si!®g®Eu
liyij
i
Piü
m%, j
wm
ADVERTENTIE N.
Notaris GOTTMER te Obdam,
te
1 Kalfkoe, 1 Geldekoe, 3 gereden
Koeien, 1 Kuikalf, 1 mak Paard, Jacht
wagen, Kar, Bakwagen, Hekken, drie-
wield© Kar, lerbak, Hooiraam, Tuigen
en Boerengereedschappen, Schuitje
en Modderbak.
SWF" Op de plaats is geen gelegenheid
tot stalling.
Xi 2S7
WWJflIHUJW
de Afrikaanseh.e jagers in de kost en toen. ging bet
dien volgenden morgen naar Oaear Blame a, uu in een
paardenwagom. Het regende, zoodat to niet veel ge
legenheid haiddleni een blik te werpen -op de omgeving.
Enfin, we kenden allen dien weg langs het strand;
aan de eena zijde water, aan do anoera zijde de euioe-
loos zich uitstrekkende vlakte®,.
Blijde waren we, dat we aankwamen m onze oude
stad; hoe die stad zich had uitgebreid, men kon haast
geen kaïzema meer vinden. We werden in «en groote
tent ondergebracht, waarin sti oo was gespreid. Bat
was onze woning tot we zouden worden ingescheept.
Gelukkig duurde dat niet lang, daar reeds eenigen
aangevangen waren uit geldgebrek hunne uitrusting
te verkoopen. Zóólang omgezworven te hebben en
dan nu ook nog armoede te moeten lijden» dat ging
toch niet en weinig zou er overgebleven zijn van
hun plunje, wanneer we nog langer waren gebleven.
Ook in Gasa Blanca zijn de havenwerken niets waard;
ze zullen nooit klaar komen, wat m&a den eenen dag
maakt, verdwijnt weder des nachts: de Oceaan laat
zich niet temmen.
We werden weer met een groote barka® aan boord
gebracht en dacht tegen elkaar gepakt als hiu-Ingen in
een ton, naderden we de „Anatolie," die ons naar Al-
gerië zou terugvoeren. Het waren nog hachelijke
oogenblikken voor velen, toen ze van uit de hevig op
en neer gesmeten barkas juist op het gegeven oogen-
blik er uit moesten springen op de hang trap. We wer
den nu in 't tusschendek gelogeerd; dat was ten min
ste al iets beter dan vroeger, toen we ..onder eenige
beschutting boven op 't dek konden blijven. Ook het
eten was uitstekend).
Dit heb ik reeds direct gemerkt, diat de pogingen
die Duitschland aanwendt om1 zijn jongelui thuis te
houden, en het legioen als onmens© hel ijk te verkla
ren, juist de tegenovergestelde uitwerking heeft. De
Eranschen doen nu namelijk hun best om alle be
staande grieven der legionairs te verbeteren, wat tot
gevolg heeft, dat toen we in Oran aangekomen waren
op 't fort St. Therèsa werden ondergebracht, ik
zelf getuige was van de aankomst eener nieuwe zen
ding uit Marseille voor 't legioen, 'bestaande uit 83
vreemdelingen. Toen die jongelui zich :aar voor bet
bureau schaarden, bleken er meer dan 2/, Duitschers
te zijn. De overigen waren Franscben of Belgen;
verder waren er een of twee Russen en zelfs weer een
Hollander. Graag had ik hem die poort uitgesmeten
en hem de huid voigesoholden» doch toen. de nog jon
ge kerel mijl vertelde van zijn omzwervingen in
Frankrijk, van zijn leven voll gebrek, toen kon ik hem
geen ongelijk meer genua.
Wel heb ik in Marokko ellende medegemaakt» den
dood vele malen onder de oogen gezien (herinner U
slechts het gevecht in de Oaslbah Tadln) doch nu ik
weer goed en wel hier terug ben, kan ik mediespreken
over dlati geledene. Ik ben nog goed gezond en behoef
alvast om geen aalmoe» te vragen.
Ook de behandeling der „jonge" soldaten laat zich
beter aanzien. Hun burgerlampen worden direct na
hun aankomst afgenomen en verwisseld tegen oude,
doch zindelijke uniformen, terwijl zelfs atroozakken
lust in hebben. Ik heb al1 dikwijls gedacht.Maar
er zouden toch veel hinderpalen overwonnen moeten
worden.En al die schulden die ik hier gemaakt
heb, die ruim je niet zoo in eens uit den weg ook."
„Hmi" Erwin herademde. „Hoor eens, ouwe, je
weet wel een kapitalist ben ik niet- Maar ik ben al
tijd goed toegekomen, ik heb zelfs een klein beetje
geld op de bank. Laat eens booren, Börries, misschien
is 't voldoende."
„Neen, neen, neen, neenIn 'a hemelsnaamVan
jou niet!"
„Ben i'k minder in je oogen dan E'velyne
Wedler stampte Börries met den voet. „Zoo meende
ik het niet. Maar ik zou het ellendig vinden
Neen, ik weet, je hebt gespaard om een eigen kuis-
houden op te richttenO, het zou gemeen van mij
zijn
Erwin glimlachte berustend. „Een huishouden. Ja
zeker, ik had' gedacht, dat ik al voor de poort stond
met de groene eikenkrans en het rood© plaikaat: Har
telijk welkom! Maar dat duurt nog wel een poosje. Je
kunt het gerust aannemen."
Börries keek hem schuw aan. „Alleen voor bet
allernoodzakelijkste
Erwin reikte hem zwijgend die hand.
Lang bleven Zij zwijgen en peinzend voor zich uit
staren. Eindelijk klopte Erwin den ander op dien
schouder en zei: „Ze wachten thuis op ons, Börries.
Op je ebsluit. Ben je nu zoover?"
De jonge man wierp zijn litewka af om zich gereed
te maken uit te gaan.
„Ik ga niet op reis, Erwin," zei hij' met een diepe
ademhaling.
Toen baron von Erxleben, vrijwel genezen d)e kleine
woning betrok in een villaatje in die Wilmersdorfer
wijk, kwam Ingrid uit Rotholz terug.
Het vroolijke bakvischje was een vastberaden vrouw
vour hen zijn, gereed! gemaakt- De burgerplunje wordt
hun ontsmet weder teruggegeven op kua rei® naar
hun garnizoen, waar ze ia dfen nacht aankomen, zoo
dat niemand zich meer verlustigt in den aanblik ben
ale vagebonden te ais» aankomen» zooair mij destijds
overkwam. Ook in de, africhtingscompagnie trof ik
weer eenige landgenooten, die miji bekend maakten
met huidige toestandten in ons oude Nederland.
Nu ben ik dus weer gezond en wel teruggekeerd
uit Marokko, waarvan ik U in mijne brieven het een
en ander (soit bien soit mal) heb geschreven. Stof
daarvoor was steedis aanwezig op mijn omzwervingen.
Nu ik evenwel hiea ben en het eentonig garnizoensle
ven weer aanvangt wist ik werkelijk niet wat te be
ginnen. Ik liep ötra»..^ dooi, inspecteerde markten en
nagerdorpen zonder ieua merkwaardigs te vinden voor
mijne lezers tot opeens ie sergeant van de week bij
mij binneastermdc- en riep; „Kerel, maak je gereed,
je gaat naar Tonkin" (China). Ik zeg; „Sergeant,
je vergist je, ik ga naar Holland," ik heb immers
nog drie maanden te maken volgens mijn boekje. Hoe
ik ook opspeelde, niets, kiölp. De legionairs zijn
schaarsch en het Öhineesohe oproer neemt in omvang
toe. Frankrijk zendt dus zijn getrouwen naar die
plaatsen. Ik ben soldaat en heb slechts te gehoorza
men. En zoo pak ik dus mijn zaken bijeen en vertrek
3 Maart naar het Hamelsche Rijk, vanwaar ik met
medewerking van de redactie voor de lezers van deze
courant wel weer vreemde avonturen zal kunnen ver
halen. v. d. V.
488.
■V
A
1 pB
i o d e f g h
i ii
geworden. Haar vader had' medelijden met haar.
Maar hij hoorde nooit een klacht van haar, zij klaagde
nooit, zooals hij eerst gevreesd had, dat haar jeugd
haar ontrukt was. Zij had) slechts even een blik mo
gen slaan in den glans aan het hof, in den glans der
groote wereld; plotseling was zij weder teruggezonken
in de stilte van het arme huishouden van een gepensi-
onneerd officier. Misschien koesterde zij daarom een
wrok tegen Beate. Maar zij zon zich liever dte tong
hebben afgebeten dan met één enkel woord tegenover
haar vader over dat verleden, te treuren.
Gwendoline's voorbeeld had haar misschien aan
gestoken. Dat dacht tante Eddy ook, toen esij „haar
Eerlijners" eena opzocht.
„Dat geëmancipeerde meisje heeft jullie allemaal
omgekeerd 1" zei ze, toen ze al het nieuws hoorde.
Het belangrijkste wat dlat van. die „tandenuittrek-
ster".
Professor Siedtner, die tengevolge van zijn toene
mende oogziekte, zijn bezigheden meer en meer moest
beperken, had zich in Januari volgens een advertentie
in de couranten, geassocieerd met barones von. Erxle
ben, zijn assistente.
„Jullie bent toch grappige mensohen. Heeft Schrott
daar ook niet tegen geprutteld? Denkt hij dan mis
schien dat zij hem wel van Sönderdorf naar Berlijn
zullen verplaatsen alleen opdat zijn eehtganoote zou
kunnen practiseeren met dten heer Siedtner? Ze zul
len er niet over denken."
Maar van het stille engagement van. den jeugdigen
opperhoutvester met Gwendoline werd bij de familie
von Erxleben in 't .geheel niet meer gesproken. Alb
hij even van Sönderdorf kwam overvliegen, had hij
zooveel voor en met Beate te beredderen, dat hij de
associée van den professor, die het zeer druk had,
nauwelijks te zien kreeg.
De wegen die da Jongens" waren ingeslagen, leken
Met dank voer de ontvangen oplossingen van pro
bleem 281.
Stand.
Zw. 10/15, 10, 01, 28, 25, 29, 81, 00.
W. 28, 32, 35, 30, 40, 40/45, 47, 48, 49.
Oplossing.
L 32—27
3. 30 28
3. 85—30
4. 43'30
5. 40 20
6. 47' 41
7. 48—43
8. 4035
0. 45 j 6
L 81i83
0. 20 30
3. 25 84
4. 34 43
0. lö 24
0. 3 6 :BÖ
7. B9 40
8. 40 40
Goede opL ontvingen wij van de heeren:
J. AmeLsbeek, O. Betlern Jr., R. W. F. Bosman, G.
Cloeck, D. Gerling, J. Houtkooper, J. K., G. van
Nieuwkuijk, Ulriob te Alkmaar, S. Homaa, Wijde-
Wormer, H. E. Lantinga, Haarlem.
Van probleem 280 ontvingen wij nog een goede opl.
van Jb. Bos, Oudtesluig.
TWEE SliAGBETTEN.
Wij vragen in de eerste plaats de aandacht der dam
liefhebbers voor den volgenden «tand:
ggaap
mm
■PM,
■1
Zwart is aan zet. Wit ia in de meening, dat zwart
niets kan spelen zonder schijf ver lies. Die meening is
verkeerd, want zwart kon zelfs winstkans krijgen
door da volgende combinatie:
1.
2.
3.
4.
5.
26 6
6 17
27 16
29 27
34 23
16—21
8. 7—11
3. 12 21
4. 18—22
6. 20 m
6. 19 -.501
Zwart zag dezen slagzet niet en speelde 1117. Wit
haalde nu dam door 2721 en 31 2, waarop zwart
speelde 1822! Wit sloeg 29 :7 (a)l zw. 20 29 en
19 50 bij. (ai)i had wit moeten slaan 29 27. Dan had
zwart ook dam op 50 gehaald, maar wit had dien door
.3832 afgenomen en groote winstkans gehad. Als ge
heel dus een interessante partij stand indertijd gepu
bliceerd in „het Damspel" en ingezonden door den
heer Barbier uit den Haag.
Genoemde inzender speelde in den volgenden stand
ÉH
met wit 3732. Zwart antwoordde 1923 ene
daardoor in den val. Zie maar.
1. 37—32 1. 19—23?
2. 33—29 2. 23 25
3. 24—19 8. 13—2(4
4. 32—28 4. 02 38
3. 38 20 6. 05 14
6. 26—21 6. 16 27
7. 31 2. Mooi
Ter oplossing voor deze week:
Probleem 282 van J. Bourquim.
Rep
tante Eddy al heel1 vreemd toe. In den grond van haar
hart moest zij den moed bewonderen, dien zij1 daarmee
toonden. Maar zijl moest er met baar neef Hugo toch
een beetje over twisten: dat lag nu eenmaal in haar
aard.
„Wat zijn de dingen toch veranderd in deze paar
jaar. En jij, de vader, doet net of alles zoo wezen
moet. Je bromt er niet eens over. Börries is du» ge
lukkig vlieger biji da Gulerfabriek. Hij. zal er zijn
brood mee verdienen; dat is ook alles. Misschien
wordt hij bijl gelegenheid ook nog een couranten-be
roemdheid, als hij een afschuwelij'ken val doet onder
aangrijpende bijomstandigheden. Maar Gwendoline
vindt hem: flink, een man uit één stuk. Nu, en die
goede Haunsheinz had naar mijn idéé ook wel wat
mooiers kunnen uitkiezen dan met den lijmpot te
gaan loopen. Ik begrijp die nieuwerwetsche wereld
niet meer."
De baron zat in zijn leunstoel voor het raam en
keek over het 'kleine tuintje heen, waarin vier vrucht-
boomen bloeiden. Hij rookte de eenige sigaar die de
dokter hem 's morgens veroorloofde; dat was altijd
een groot genot voor bem, het prettigste ©ogenblik
van den dag dat hiji door ontstemming niet wou laten
bederven.
„Je hebt gelijlk, E'dldy, het is een heel andere we
reld geworden. Maar moet ze slechter zijn, omdat wij
haar niet meer hegrijpen
Beate was bij Gwendoline gebleven. Zij deed de
huishouding voor haar. Na al de schokken die zij in
haar huwelijk had doorgemaakt, was dit «tilde, beha-
gelijke leven een ware weldaad.
Maar ieder bezoek uit de Wilmersdorfer wijt ver
stoorde haar rust en kalmte.
Ingrid vertelde haar wat zij in dia courant gelezen
had van het schitterende huwelijk van Evelyn» in
Cannes; zij bracht haar tijdschriften waarin het jon-
WWr
Zw. 7, 8, 0, 14, 19, 21, 02, 03, 04, 00, 07, 30.
W. 10, 30, 86/42, 48, 49.
Opl. voor of op 10 April1 b. v. d. blad.
aan den Molenweg, gemeente OTERLEEK, ten huize
van den heer J. W. SCHOONE op VRIJDAG 24
AÏPRIL 1014, 's voormiddags ten 0 ure, van:
14 'koeien, waaronder 3 zomerkaïveris, 0 hokkeiin-
gen, 4 paarden, waarvan 1 veulem-mertrlie, 1 zwarte
ruin oud' 12 jaar, 1 zwarte Tuin van 5 jaar (zeer mak
wegpaard), een 1-jarig vo® hengst-veulen v. d. Clau
dius Ci'vilis, 10 TeSselsche schapen, 2 zwarte bles
overboilders, 3 zeugen met biggen, 1 brik; 1 tilbury
op C-veeren, 1 boerenwagen op veeren, 3 boerenwa
gens met steekleeren, ramen en ponder®, 2 driewielige
karren, 1 kar met giervat, 1 nieuwe premier hooi-
sehudder, 1 hooihark, 1 Mc Cormiok maaimachine, 1
irelkwagemtje, kruiwagen®, wei'de-eg, veevoederketel
met rinJgen, 1 arreslee met bedtuiig, ts'pan en een-
paardstuigen, roeibootje, modderbak, gangloopere;
mestplanken, emmers, jukken, bussen merk Schwartz
vaten, karn, botermout, melkvaten, balies etn ander
gereedschap, brandhout en 'hetgeen Verder zal worden
te koop aangeboden; alfes tegen contante betaling.
Inlichtingen te bekomen ten 'kantore vata den no
taris P. A. DE GELDER te Stoanpetoren in de ge
meente Oterleek.
Op de plaats ia geene gelegenheid! tot uitspanning.
zal HiüVBAGM 80 en 37 A1914,
s avonds 17 uur, >n het Café „de Burg" a.d. Ged.
Nieuwesloot te ALKMAAR, verkoopen
waarin met succes tapperij en handel in kruide
nierswaren en aanverw. artikelen wordt uit
geoefend a.d. O. Z v. d. St. Annastraat te Alkmaar,
groot 54 c A., behoorende a. d. Erven vanmej.Wed.
B 8. AL en dadelijk te aanvaarden.
am den KANAALDIJK, bij de halte' Noordeinde
KOI DIJK, op VRIJDAG 17 APBIL 1914, des
morgens 10 uur, ten huize van den heer J, STUIJ,
van
Notaris.
ge paar was afgebeeld modebladen die de prachtige
bruidsjapon te zien gaven met oranjeblloemen gegar
neerd. Zij las haar dten brief voor van gravin Sober
over het uitgelezen gezelschap dat zich in Cannes ver-
eenigd had om de huwelijksfeesten der jonge vorstin
te vieren. En zelfs de intocht van het jonge paar op
het slot ReklingsteinDagen lang was de bevolking
onder dien indruk geweest der feestelijkheden. Weelde
rige tijden braken nu aan voor de geheele omgeving.
Men had' het jonge paar eer bewezen alsof het een re-
geerend vorstenpaar was.
In een veelgelezen weekblad was het bruiloftsgezel
schap afgebeeld met nummers. De bruidl was d'e eeni
ge die niet tot den adelstand) behoorde.
„Wat moet ze toch veel geld) hebben, die goede Eve
lyne", zei ze niet zonder spot tot Beate, „dat zij zich
dlie kostbare weelde veroorloven kan. Een paar ba
ronnen, een vicomte, een kwart dozijn gravinnen, een
Doorluchtigheid) en twee echte vorsten 1"
„Die Allen voor den ongekroonden koning in het
stof liggen", zei Beate.
En de zusters begrepen dat zij meende het geld van
den ouden Pieter Teerbrugge.
Van Klaus Teerbrugge wa® in geen der berichten
sprake geweest. Beate had van tante Eddy gehoord,
dat hij weer maanden lang in de gesloten inrichting
doorgebracht had. Het ging met hem snel achteruit.
Toen Erwin voor zijn terugkeer naar Sönderdorf
afscheid' kwam nemen van de zusters, vond' hij Beate
in tranen. Zooeven had Ingrid haar verlaten. Gwen
doline moest nu ook het middag-spreekuur voor den
professor hemden, daar hij zijn oogen moest sparen.
Zoo bleven zij langen tijd' alleen en Beate kon alles
wat haar drukte van haar zied1 afwentelen.
(Wordt vervolge®.