DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
So. 117
Honderd en zestiende jaargang.
1914
MAANDAG
18 MEI.
FE UIL LET ON.
Levenswegen
Oitgave H. J. W. BECHT, Amsterdam.
Deze Courant wordt eiken avondbehalve op Zon- en
Feestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80franco door het geheele Rijk flf—
Afzonderlijke nummers 3 Cents
Prijs der gewone advertentiën
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Qroote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Telefoonnummer 3.
ALKMAAR, 18 Mei.
Het is niet gemakkelijk uit de tallooze berichten uit
Mexiko wijs te worden. Maar het schijnt toch wel,
dat de Amerikaansche dollar zijn plicht doet.
Gelijk men weet, gaat het er feitelijk om of de Ver-
eenigde Staten macht zullen krijgen in Mexiko.
Macht in dat gebied is voor de regeering te Washing
ton in tweeërlei opzicht gewenscht. In de eerste
plaats omdat Mexiko zoo heel dicht bij het Panama
kanaal gelegen is. En ten tweede, omdat er reusach
tige Amerikaansche kapitalen in Mexikaansche on
dernemingen zijn gestoken.
De Amerikaansche regeering heeft een voorwendsel
gezocht, om zich met Mexiko te bemoeien. Zij vond
dit in het feit, dat de tegenwoordige president Huer-
ta aan de regeering was gekomen door zijn voorgan
ger Madero te laten vermoorden.
Om aan de met bloed bevlekte gcweldheerschappij
van Huerta een einde te maken en om de eer der Ver-
eenigde Staten te beschermen, zoo verklaarde presi
dent Wilson onlangs in zijn toespraak tot het Kon-
gres, moesten de Vereenigde Staten met geweld van
wapenen in Mexiko optreden.
De regeering der Vereenigde Staten zond half
April een groot aantal oorlogsschepen naar de Mexi
kaansche wateren, teneinde van Huerta voldoening te
eischen over de beleediging, welke de Amerikaansche
vlag heette te zijn aangedaan. Huerta wilde wel boe
te doen en saluutschoten voor de Amerikaansche vlag
lossen, mits schot voor schot beantwoord werd, ter
wijl de Amerikaansche regeering zich bereid ver
klaarde, de schoten gezamenlijk en tegelijk te beant
woorden I
Huerta en de Amerikaansche regeering hebben toen
de bemiddeling aanvaard, welke werd aangeboden
door Brazilië, Argentinië en Chili. Huerta deed
zulks omdat hij vermoedelijk steun hoopt te vinden
bij deze Zuid-Amerikaansche Staten, de regeering te
Washington, om daardoor tijd te vinden voor het
zich gereed maken tot den strijd. De onderhandelin
gen zouden vandaag bij den Niagarawaterval een
aanvang nemen. Het is niet te verwachten, dat ze op
iets zullen uitloopen Amerika wil blijkbaar den
oorlog. En in den tegenwoordigen tijd gaat aan het
eigenlijk oorlogvoeren een lange tijd van aarzelen en
treuzelen vooraf. Vroeger pakten de vijanden, zoodra
tot den oorlog besloten was, maar dadelijk aan. Ja
pan en China hebben een maand, Amerika en Spanje
drie maanden, Engeland enZuid-Afrika vijf maan
den, Japan en Rusland ruim zes maanden geharre
ward voordat de oorlog uitbrak, dikwijls doende, als
of men al het mogelijke deed om den krijg nog te
vermijden.
Intusschen heeft Amerika een prachtig buitenkans
je. Niet slechts is Mexiko verzwakt door voortduren
de opstanden, maar ook nu zijn er opstandelingen,
die zich gaarne laten voeden met Amerikaansche dol
lars en, de regeering van Huerta bestrijdend, de Ame
rikaansche zaak steunen. Zoo vechten dan ook thans
de beide Mexikaansche partijen tegen elkaar en
het derde hondje, dat in een dergelijk geval immers
het been krijgt, is Amerika, dat overigens zelf reeds
de vrijheid heeft genomen om de Mexikaansche haven
Vera Cruz te bezetten.
Waar de namen der vechtenden noga! verwarring
kunnen stichten, zij even opgemerkt, dat de regee-
Naar het Duitsch
van
E. WERNER.
27)
„Toch niet met zulk een gezicht?" Olga lei met
een bekoorlijk lachje haar hand. op zijn arm. „Wat
kan dat arme, kleine vrouwtje er aam doen, zij weet
met eens, wat vooraf ie gegaan. Neen, neen, beloof
me.
Het gesprek werd afgebroken door het binnentre
den van een heer, die juist was gekomen en nu Bran-
'kow zo'dht. Hij wendde zich het eerst tot mevrouw
von Arnikoff.
„Hoe gelukkig, dat ik u 'hier begroeten mag, me
vrouw! Ik vraag duizendmaal excuus, mijnheer von
Br ank ow, dat ik zoo laat kom, maar mijn plicht hield
mij vaatik had in de tweede acte nog te doen.
Het was de eerste acteur van het Hoftheater, die
in Er win's drama de hoofdrol zou vervullen. Hij werd
ten zeerste bewonderd door mevrouw von Arnikoff.
„Wij hebben u al gemist, mijnheer Torwaldi. Er is
mij ter oora gekomen, dat u ons vanavond het genoe
gen wilt doen, wat voor te dragen en nu wachten wij
in de grootste spanning."
„Slechts een kleine lezing", verklaarde Torwald.
„Een kleine novelle, die u waarschijnlijk wel interes
seeren zal, want zij speelt in uw vaderland."
„In Rusland? Een. vertaling dus."
„Neen, oorspronkelijk. De auteur is Dtuitseh-Rus-
sisch, zooals Dr. Edkard mijt vertelde."
„<Ta, mijn oom heeft een bijzonder talent, zijn mede
werkers overal vandaan te halen", zei Erwin. „Hij
schijnt heel veel op te hebben met dezen „Alexis",
wiens eerste werk als feuilleton in d© „Berliner Rund-
ringstroepen of de federalisten de troepen van Hueria
zijn, en dat de opstandelingen, insurgenten of rebel
len worden genoemd de constitutionalisten, daar zij
riuerta's regeeren in strijd met de grondwet (constitu
tie) achten. In het geheim steunt dus de Amerikaan
sche regeering de opstandelingen. Mag men nu de
berichten gelooven, dan zijn de rebellen aan de win
nende hand. Zij hebben de havenstad Tampico aan
de Mexikaansche golf genomen. Deze overwinning
is vooral hierom van belang, omdat de rebellen thans
een haven krijgen, welke hun den wapeninvoer (voor
Amerikaansch geld natuurlijk) mogelijk maakt. Door
deze overwinning is de kans van Huerta om aan het
bewind te blijven er dus op verminderd. De ring,
welken de opstandelingen om de stad Mexiko trek
ken, wordt steeds kleiner en wij denken, dat wanneer
de opstandelingen zullen trachten zich meester te ma
ten van de hoofdstad, de Amerikanen dan zullen
toepakken. Natuurlijk haten de Huerta-Mexikanen,
wanneer wij hen zoo gemakshalve mogen noemen, de
Amerikanen hartgrondig. Prachtige staaltjes daar
van zijn de volgende:
In Mexiko werd het standbeeld voor Washington
vernield, de zoon van Huerta reed met het beeld in
een auto door de straten, en op het voetstuk werd een
buste van Hidalgo, den bevrijder van Mexiko ge
plaatst. Aan de staarten van paarden had men Ame
rikaansche vlaggen gebonden, zoodat deze door het
straatvuil werden gesleurd. De leuze is: „Mueran
los Yanguis" („dood aan de Amerikanen",) de Mexi-
caansche bladen spreken van de Amerikanen als van
de „Bestias rubias" (blonde beesten, het blond als
tegenstelling tegenover het donkere Spaansch-Indi-
aansche type van den Mexikaan) „Cochinos del alen-
de del Bravo" zwijnen van den anderen kant van de
Bravo, zooals de rivier tusschen Mexiko en de Veree
nigde Staten heet).
Is waar wat gemeld wordt, dan zijn echter Huerta's
troepen aan het muiten geslagen en is een deel over-
geloopen naar de opstandelingen. Om het zaakje nog
wat interessanter te maken, maakt de Amerikaansche
regeering veel gerucht van een soldaat, Parks gehee-
ten, die door Huerta's troepen moet zijn opgepakt en
van een vice-consul, Stilliman geheeten, die ook door
de regeeringstroepen zou zijn opgepakt. Elk feit be
schouwt men te Washington als een casus belli, een
aanleiding tot den oorlog. Maar de oorlog zal nog
wel een tijdje uitblijventenzij Amerika gereed
is.
Noorwegen vierde gisteren feest: het honderdjarig
jubileum der onafhankelijkheidsverklaring.
Men weet, dat Noorwegen vier eeuwen achtereen
met Denemarken verbonden is geweest, dat de natie,
die eens een leidende rol onder de volkeren van het
Noorden had vervuld, een Deensche vazal-staat was.
Het werd den 14den Januari 1814 gevoegd bij Zwe
den, als schadeloosstelling voor het verlies van Fin
land. Maar hoewel het Noorsche volk klein was en
arm, durfde het toch den strijd tegen de bepalingen
der groote mogendheden aan om een recht op vrijheid
te erlangen. Niet de uiterlijke vrijheid alleen was
voldoende. Het volk wilde de innerlijke vrijheid, door
de grondwet gewaarborgd, Het schaarde zich gaar
ne onder de vaan van den Deensch-Noorschen troon
opvolger Christiaan Frederik, in wien het niet den trf-
schau" komt» Hij heeft oils voior vanavond het ma
nuscript afgestaan. U heeft het zeker reeds doorgele
zen, mijnheer Torwald?"
„Van begin tot eindl Het is een eigenaardig, som
ber verhaal, maar zóó boeiend, dat men, eenmaal be
gonnen, het niet meer uit handen kan leggen."
„Dat zal dan werkelijk interessant worden", merkte
mevrouw von Arnikoff op, terwijl zij» naar de deur
trad! en daarmede de beide heereu het teeken gaf haar
te volgen.
In 't salon waxen allen reeds in gespannen afwach
ting. Men vlaste er op, den beroemden acteur nu eens
buiten den schouwburg te hooren, wat zoo zelden ge
beurde. Toen hiji het manuscript voor den dag haalde,
schaarde oen ieder zich om hem heen.
Dr. Eickard had een plaatsje bij het venster in de
schaduw gekozen. Mievrouw von Arnikoff zat in 'het
volle licht naast de jonge gastvrouw. Zij leunde een
weinig achter over en bewoog haar waaier langzaam
op en neer, terwijl de lezing begon.
De kern van het verhaal was noch nieuw, noch oor
spronkelijk; een geschiedenis, die zich van tijd tot
tijdl in werkelijkheid, maar nog vaker in romans af
speelt; maar de stemming van het geheel was van
aoo'n eigenaardige bekoring, de schildering der ge
beurtenissen zoo boeiend, dat de toehoorders allen ge
spannen toeluisterden.
Het 'kleine verhaal speelde in 'het hartje van Rus
land, in het eenzame Wolga-gebied, onder een volk,
dat arm en onwetend, in harden arbeid leeft, maar
toch een h arts tocht elij k-m el auchoilieke poëzie bezit,
die in hun sagen en liederen sterk uitkomt. Een de
zer sagen was in het verhaal ingevlochten, de over
oud© sage van den Beloedenden boom'', die zoo menige
plaats in bosch en heide met een bijgeLoovige vrees
omgeeft. Van een boom, dien niemand durft nade
ren, daar ex, zooidra men hem kwetst, warm rood bloed
uit druppelt. Hij is betooverd er woont een ge
vangen ziel' in.
Torwald trof uitstékend de geheimzinnige, -droome-
rige toon van het oude sprookje, waarmee de vertel -
prins, niet den alleenheerscher zag, maar den man,
die de vrijheid zou helpen veroveren. De jonge
geestdriftige prins was hiervoor te vinden en in Eids-
vold kwam een soort nationale vergadering bijeen, uit
beambten, boeren, kooplieden, officieren en soldaten
bestaande, welke in zes weken tijds een democratische
geëindigd met de verkiezing van den koning op 17
geëindigd met de verkiezing van d enkoning op 17
Mei 1814. En daarom is de 17 de Mei de nationale
feestdag in Noorwegen geworden.
Maar het gelukte den nieuwen koning niet het pro
bleem van 17 Mei tot oplossing te brengen. Hij
moest zwichten voor de verbonden mogendheden en
afzien van zijn rijk, maar hij rustte niet, voordat Ka-
rel Johan van Zweden de grondwet van de Eidsvold-
vergadering had erkend. Er kwam een personeele
Unie tusschen Zweden en Noorwegen tot stand. Maar
de geheele negentiende eeuw door is de strijd voort
gezet om den volkswil en om de zelfstandigheid. De
volksvertegenwoordiging en de regeering hebben sa
men den 7den Juni 1905 het Eidsvol-werk voltooid.
En gerust mag worden gezegd, dat de daad van 17
Mei 1814 de bron is geworden van elke groote stroo
ming in het tegenwoordige Noorwegen en dat de va
derlandsliefde en het vertrouwen op de toekomst van
het land, welke de Noren bezielt, is ontbrand door de
mannen van Eidsvold. Vandaar, dat Noorwegen
zich gaarne opgemaakt heeft, om deze herdenking te
vieren en dat zich bij de landskinderen velen hebben
gevoegd, die thans buiten de grenzen vertoeven. Maar
vandaar ook, dat er gisteren in Eidsvold een groote
plechtigheid heeft plaats gehad, waarbij de koning
een redevoering op het vaderland heeft gehouden.
STADSNIEUWS.
POSTDUIVENSPORT.
Zondag hield de postd. Ver. Alcmaria Victrix een
onderlinge wedvlucht van Mechelen. Afstand 179
K.M. Sterke tegenwind.
De uitslag is als volgt:
lste prijs J. W. Schwitters om 11.26.14; 2e pr. J.
W. Schwitters om 11.35.16; 3e pr. H. P. Meienbrink
om 11.38; 4e pr. A. J. v. d. Kamer om 11.47.45 5e pr.
J. Portegijs om 11.49.21.
VOETBAL.
Onder begunstiging van prachtig voetbalweer en
ten aanschouwe van zeer veel publiek, had gisteren
de laatste wedstrijd van dit seizoen plaats, de Beker
finale Alcmaria—Haarlem, 't Oude gezegde: „Lest,
best, is op schitterende wijze bewaarheid geworden.
Alcmaria ten minste heeft zooals wij Zaterdag reeds
voorspelden, tegen hare sterke tegenpartij gespeeld,
zooals wij haar dit seizoen nog nimmer gezien heb
ben.
Even twee uur floot de heer Rauch beide elftallen
in 't veld. Alcmaria met hare sterkste combinatiën,
Haarlem met een prachtig elftal, waarvan de voor
hoede bestond uit: Bakker, Tekelenburg, Schraven-
dijk, Jur Haak en Teschmacher.
Alcmaria vertoondé dadelijk haar beste spel en 't
liet zich al gauw aanzien, dat Haarlem geen gemak
kelijke tegenpartij zou hebben. Ongeveer twintig mi
nuten ging 't spel gelijk op met de middenlinie en
achterhoede van Alcmaria in schitterenden conditie
tegen de Haarlemsche voorhoede. Haarlem kwam
daarna vuriger opzetten en een drietal corners wer
den geforceerd. De verdediging onzer stadgenooten
wist echter van geen opgeven en met de rust was de
ling aanving. Het eigenlijke verhaal begon heel ge
woon en eenvoudig. Een huisje aan den oever van de
rivier, klein en armoedig, maar binnen en buiten vo-1
zonneschijn; twee jonge menschenkindaren, die on
danks den zwaren arbeid), vrij en vroo-lijk leefden
zij hadden elkaar lief. Een stil, bescheiden geluk
woonde -daar, beschut door den machtigen boom, die
v-oor de deur van het huisje stond en zijn loofdak er
o-ver uitspreidde. De gouden- zonnestralen speelden
door zijn gebladerte, de vogels zongen er hun lied.
Tegen den stam prijkte een heiiigen'beelcL, waarvoor de
boer en zijn vro-u-w eerbiedig bogen.
Het beeld! was een heilig voorteeken van den boom
geweest, lang vóór het huis bestond, en moest het nu
door zijn gewijlde macht hoeden voor elk onheiL
Maar het onheil was toch gekomen 1 Langzaam
kwam het uit de verte aan, als een somber-zwarte
schaduw, die steeds grooter werd en eindelijk alle
zon en licht in zich -oploste. Dé rijke eigenaar was
uit Moskou gekomen en bezocht na jaren weer eens
zijn afgelegen landgoed. Hiji zag 'de mooie, jonge
vrouw van den -b-o-ertoen volgde de oude geschie
denis van vleierij1 en verleiding, van trouw-breuk en
verraad. Nog steeds 'knielde de boer geloovig voor
zijn heiligenbeeld en vermoedde niet, dat zijn geluk
reeds voorbij' en verwoest was totdat de rijke
grondbezitter vertrok en zijn buit mèt zichi nam.
Toen was het uit met zijn geloof en geluk. Vol
vertwijfeling stak de verradene eigenhandig zijn huis
in brand en het gewijde beeld, dat hem en zijn huis
v-oor verraad en bedrog had kunnen behoeden, rukte
hij 1-os van den stam1 en slingerde het in de vlammen,
Een vonkenregen spatte op en bereikte de takken van
den -boom, -die nu 'begon te branden hel en klaar, als
een fakkel in den donkeren nacht.
AI wat er den volgenden ochtend overbleef, was
een verlaten puinhoop, verkoolde balken, een halfige-
zengde, zwarte hoorn, die zijn kale takken spookachtig
in de lucht verhief. De bewoner van het huis was
verdwenen en keerde n-ooit weer.
Thorwald's mooi klankrijk orgaan wist in het ver
stand nog 00. Het publiek gaf door luid applaus
zijn goedkeuring te kennen over het vertoonde spel.
Dadelijk na de hervatting was Haarlem in volle
actie, doch nadat een minuut of vijf gestopt was voor
een klein ongeval, kwam Alcmaria ook een woordje
mee spreken. Hare voorhoede werd steeds beter. Bei
de elftallen hadden na de rust de opstelling der voor
hoede eenigszins gewijzigd, wat bij Alcmaria een ver
betering bleek. Vooral de linkervleugel was zeer ge
vaarlijk en na eenige mooie doorbraken mocht het
den linksbuiten gelukken met een onhoudbaar diago
naalschot zijn club de leiding te geven. Dit prikkelde
Haarlem tot grootere krachtsinspanning en kort daar
na maakte Haarlems linksbuiten Teschmacher, op de
zelfde wijze den gelijkmaker.
't Werd nu een nog vinniger strijd, doch 't mocht
geen van beide partijen gelukken nog een puntje te
maken Toen de scheidsrechter tijd floot was de stand
nog 11. Er moest dus verlengd worden, tot één
der partijen een geldig doelpunt maakte. Zonder van
opgeven te weten werkten beide partijen voort. De
Haarlem-voorhoede bracht telkens mooi op, maar kon
zich niet op afdoende wijze door de vijandelijke verde
diging heenwringen. Alcmaria kreeg een mooie kans
uit een vrije schop even buiten het strafschopgebied.
De bal ging over. Bij een snellen uitval van den
linksbuiten maakte de rechtshalf van Haarlem tree-
kick binnen het strafschopgebied. De scheidsrechter
floot en wees naar de beruchte witte plek. Strafschop.
Voor alle zekerheid ging Koster bij Haarlem in 't
doel, doch de spil van Alcmaria plaatste den bal juist
over. Eindelijk na 25 minuten verlenging gelukte het
Jur Haak met een schuiver in den rechterhoek het
winnende punt te maken. Haarlem, de club, die hier
tot driemaal mooi spel had te zien gegeven, werd dus
winnaar van den Beker. Alcmaria kreeg den tweeden
prijs, den lauwertak der Alkmaarsche Courant. Aan
het geheele elftal van Alcmaria een woord van hulde
voor haar prachtig spel, in 't bijzonder aan den links
back, die voor 't laatst voor Alcmaria speelde en zich
steeds mocht verheugen in de sympathie van het pu
bliek. Wanneer 't hem eenigszins mogelijk is, zullen
wij hem gaarne weer in de Alkmaarsche gelederen te
rugzien.
Na afloop vereenigden spelers en genoodlgden spe
lers en genoodigden zich aan een gemeenschappelij-
ken maaltijd in hotel „de Nachtegaal", waar ongeveer
half negen de prijzen werden uitgereikt. De voorzit
ter der Beker-commissie reikte met eenige toepasselij
ke woorden den Beker aan Haarlem's afgevaardigde
uit, waarvoor deze bedankte. Verschillende sprekers
voerden nog het woord. Aan Holland werd een me
daille uitgereikt ter eere van haar twee overwinningen
op Alcmaria en voor hare bereidwilligheid op den
eersten Bekerdag. De afgevaardigde der C. F. C.
bood Alcmaria een krans aan. Ook de heer Rauch,
de sympathieke scheidsrechter, werd gehuldigd. Hier
mee behoorden de Bekerwedstrijden weer tot het ver
leden en was het seizoen 1913—1914 gesloten.
Moge Alcmaria zich ernstig voorbereiden voor het
volgende seizoen
GEMEENTERAADSVERKIEZING.
De afd. Alkmaar der S. D. A. P. heeft tegen Vrijdag
22 Mei a.s. een openbare vergadering belegd in de
groote zaal van de Harmonie.
Op deze vergadering zullen als sprekers optreden:
de heer K. van 't Veer, Candidaat van den gemeenten-
raad met het onderwerp: Sociaal Democratische Ge
meentepolitiek" en de heer O. J. Verkerk, lid van de
gemeenteraad, met het onderwerp: „Hoe onze ge
meente bestuurd wordt."
haal een stijgende dramatiek te leggen, die zijn hoor
ders als in een ban gevangen hield. E-ckard zat rus
tig in zijn hoekje, maar zijn blik bleef voortdurend op
mevrouw von Arnikoff gevestigd, die zichzelf volko
men meester wist te blijiven. Toen haar o-ogen echter
de zijne ontmoette, sloeg zij schijnbaar toevallig haar
waaier open en hielid die voor haar gelaat, alsof het
licht haar hinderde.
liet slot der geschiedenis was weder in den ouden
geheimzinnigen sprookjesto-o-n geschreven. Meer dan
een jaar daarna kwam een der buren, die zich op de
verlaten plek wilde vestigen. Hij wilde den do-oden
boom vellen, om ruimte te maken voor een nieuwe
hut, maar to-en hiji zijn bijl tegen den stam legde,
droppelde er helder, rood bloed uit. Ontsteld week
hij terug en riep de anderen. Toen begrepen zij, dat
dit een „bloedende boom" was, die in zich een ziel
gevangen hield, die op aardie niet meer 'leven, maar
ook niet sterven kon. De heiligschennis, aan het
beeld gepleegd, haid zich gewroken gewroken op
den ongelukkige, die het vernield had, terwijl de ware
schuldigen in rijkdom en geluk leefden. Dat was vele
lange jaren geleden gebeurd,; de boom werd nooit
meer groen, maar toch vermolmde -hij niet, hij werd
nooit door den bliksem getroffen, of door den storm
ter aarde geworpen, maar zo-odra men heim aanraakte
vloeide er warm bloed uit zijn scho,rs. Dit duurde,
totdat iemand den moed had, de bijl in den wortel te
s'laan en hem met óén slag te vellen. Toen brak het
bloed in stroomen door en werd, door de aarde gedron
ken. zij was vrij, de gevangene ziel 1.
De lezing was ten einde, em een minuut lang
heerschte er een stilzwijgen, dat welsprekender was
dan de grootste bijtval maar daarna volgde een le
vendig -debat. Men wilde algemeen iets naders om
trent den auteur weten; dr. Eckand echter haalde
slechts zijn schouders op.
CWordf vervolgd.}
LRiATvji