Jiiuois Bitterwater. Oplichting en het gebruik maken van valsche geschriften, Woensdag 14 Juni. HINDERWET. BUROEMEESTER en WETHOUDERS van ALK MAAR brengen ter algemeene kennis, dat heden op de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het aan hen ingediende verzoek met bijlagen van J. OTTER Sr. bierbottelaar aldaar, om vergunning tot het uitbreiden van zijne bierbottelarij, door het bijplaatsen van drie electro-motoren, resp. van IJ, J en J P.K., dienende tot het drijven van werktuigen, in het perceel Toren burg, wijk C, no. 11. Bezwaren tegen deze uitbreiding kunnen worden ingediend ten raadhuize dezer gemeente, mondeling op Dinsdag 7 Juli e.k., 's voormiddags te elf uur en schriftelijk vóór of op dien tijd. Gedurende drie dagen vóór gemelden dag kan de verzoeker en hij, die bezwaren heeft ingebracht, op de secretarie dezer gemeente van de terzake ingekomen schrifturen ken nis nemen. Alkmaar, 23 Juni 1914. Burgemeester en Wethouders voornoemd, JAN DE WIT Dz., Voorzitter, L<>. B. DONATH, Secretaris. STADSNIEUWS. (Vervolg). W. F. Kniestedt, sergeant te Haarlem, heeft in Ja nuari op last van zijn vader het accept van Hesteren geschreven. Toen hij het stuk schreef, kwam toevallig Aupers binnen. Door tusschenkomst van zijn vader kreeg hij van Aupers voor zijn net schrift een gulden. 't Blijkt, dat het schrift van vader en zoon zeer veel op elkaar gelijkt, zoodat schuldbekentenis en accept met dezelfde hand geschreven leken. Joh. H. Kniestedt, kellner, thans te - Leeuwarden, vroeger te Amsterdam, verklaart in Januari op ver zoek van zijn vader eenige briefjes te hebben geschre ven, o.a. 5 maal den naam van Hesteren op een stuk f1 ui laatsten getuige Willem de Mooy, assuradeur te Amsterdam, was ook de schuldbekentenis Beets aangeboden. De stamboom werd er bij overgelegd get. bleek de presentielijst van het banket te bedoelen. Aupers vroeg 1500 te leen op de schuldbekentenis, maar get. wilde niets geven, daar het stuk niet geze geld was. t Bekl. Aupers, ten slotte nog gehoord, zegt waarheid te hebben gesproken. Duyn wist er van. Pres. Maar u wist het ook. Bekl. Ik wensch me er verder niet over uit te laten. Duyn is van goede familie, die moet gespaard wor- .den! De Pres. leest den brief voor door Aupers aan haar moeder geschreven, om deze te bewegen naar Duyn te gaan, teneinde de gedane klacht ingetrokken te krijgen, daar de jonge Duyn anders ook in de gevan genis zou komen. Gaan we naar Amerika dan wor den we aangehouden, net als. die notaris. Moeder moest maar een vroom gezicht zetten bij Duyn en hui len, die menschen zijn fijn en willen het wel ongedaan maken. Het zijn maar boeren uit Spierdijk en geen Tielschen. Bekl. zei dat deze brief op aandringen van Duyn was geschreven. De pres. ziet In den brief een volledige bekentenis. Het woord was daarna aan het Openbaar Ministe rie, waargenomen door den Officier, mr. Van Looke- ren Campagne. Deze wilde kort zijn met het oog op den vergevorderden tijd. Wat de materieele feiten be treft levert dit strafproces geen moeilijkheden. Ze zijn wettig en overtuigend bewezen. Z.E.A. gelooft ook niet, evenals de verdediging, dat oude Duijn geld zou hebben gegeven als de dames alleen gekomen wa ren. Echter bekl. hebben zich te verantwoorden over het oplichtingsmiddel. Hebben bekl. gehandeld te zamen en in vereem- ging? Spr. meent, dat het plan tot oplichting is uit gegaan van Aupers, die bovendien de stukken heelt laten maken. De dames hebben zich al schuldig ge maakt aan poging tot oplichting, zonder dat ze Duijn kenden. Hoe kan men nu zeggen, dat ze er door W. Duijn toe zijn geleid. De stukken zijn gemaakt met het bepaalde doel op lichting te plegen en de feiten zijn te zamen en in ver- 6 maanden gev.str. met af- het eerst het woord. Hij de eeniging gepleegd, spr. wijst er o. m. op, dat beide bekl. 24 Dec. naar de handteekening op de presentie lijst Beets hebben gewezen. Vast staat ook, dat ge handeld is om zich wederrechtelijk te bevoordeelen. Hebben we hier te doen met plegen van oplichting of doen plegen van oplichting? 't Komt spr. voor, dat men heeft te doen met doen plegen van oplichting, omdat 24 Dec., toen jonge Duijn met zijn vader in de kamer kwam bij de dames, deze besloten was geld te geven. Neemt men dit aan, dan komt spreker tot de rol van W. Duijn, dan komt de vraag of deze te- goedertrouw gehandeld heeft, toen hij bij zijn vader kwam. Spr. meent dat voldoende gebleken is, dat Duijn Jr. te goeder trouw geweest is. Spr. wijst op de bekentenis van bekl. van Rossum, in de instructie kreeg spr. van van Rossum op een desbetreffende vraag onbevangen ten antwoord, dat Duijn Jr. van niets wist. Spr. wijst er bovendien op, dat jonge Duijn de vrouwen pas kende en dat deze hem dus wel niet spoedig zullen hebben ingelicht over wat ze vóór hadden. Spr. gelooft niet, dat jonge Duijn in staat is zijn vader voor zulk een groot bedrag op te lichten. Spr. wijst op de bezoeken van jongen Duijn aan de heeren Beets en Tydeman en op den indruk dien de laatste van jongen Duijn kreeg. Ofschoon deze als een hond werd weggejaagd, schreef hij nog naar mr Tydeman, dat het voor hem goed zou zijn als het stuk uit de wereld kwam Spr. acht de beide Duijns lichtzinnige en heel ge makkelijk te bedriegen menschen. maar ze hadden te doen met een sluwe bekl. en daarom is het wel te ver klaren, dat deze, toen bij jongen Duijn wat opkwam naar aanleiding van het verslag der Tielsche chanta- gezaak, dit spoedig uit diens hoofd gepraat zag. De grieven van den verdediger tegen den jongen Duijn, die het gelijke schrift op de accepten Tydeman en van Hesteren niet herkende en het niet vreemd vond, dat telkens voor verschillende doeleinden achter elkaar geld werd gevraagd, deden spr. opmerken, dat ook de oude Duijn hierover niet gevallen is. Spr. acht bewezen, dat bekl. zich te zamen en in ver- eeniging hebben schuldig gemaakt aan het doen ple gen van oplichting. Men kan zeggen, dat de oude Duijn zoo gemakkelijk geld gaf. 't Is een eenvoudig man, die weinig buiten Spierdijk komt, maar ook de zulken moeten beschermd. Spr. zet uiteen, dat ook het gebruik maken van valsche geschriften bewezen is en concludeert, dat Aupers zich 3 maal heeft schuldig gemaakt aan op lichting en het gebruik maken van valsche geschri ten Van Rossum één maal. Spr. gelooft dat het onderzoek der deskundigen zeer oppervlakkig was, zeer oppervlakkig moest zijn. De beide eerste deskundigen zijn geen psychiaters, ze behandelden Aupers tien jaar geleden en spra vraagt zich nu af, hoe de deskundigen daar grond in kun ueu vinden voor een onderzoek naar de geestvermo gens. Echter, er moet ook verband zijn met deze zaak. Aupers heeft, het blijkt uit alles, een behoorlijk inzicht gehad van alles wat ze deed. Spr. wijst o.m. op den brief van Aupers uit Birmingham aan haar moeder, die maar huilen moest bij Duijn enz. Spr. beschouwt Aupers als de hoofdschuldige, t Is de centrale machine, die alles in beweging zet, om de oplichting te doen gelukken. Zij is de persoon die door haar misdadige handeling de schuld Is van het ongeluk van Van Rossum. Deze is niet onschul dig, maar neemt men de figuur Aupers In aanmer king, dan is het niet te verwonderen, dat van Rossum daar het slachtoffer van is geworden. Spr. zou tegen Aupers d'e maximum straf eischen, wanneer haar niet nog een straf boven het hoofd hing. Maandag zal de Hooge Raad haar cassatieberoep wel ver werpen en dan heeft ze drie jaar gevangenisstraf. Z.E.A. eischte daarna tegen Aupers 4 jaar gev.str. en tegen van Rossum trek van preventief. Mr. Bekkers krijgt nu wijst er op dat de door den Officier van Justitie lp original! afgegeven last niet draagt den naam van den rijksveldwachter die de dagvaarding heeft be- teekend. De dagvaarding Is daarom nietig, wat de opvatting Is van hét Hof te Amsterdam, dat Juist in een opllchtingszaak deze beslissing nam, PI. gaat het verloop der feiten na. Hij geeft toe dat er een serie leugentjes is. Doch deze in touw saamgeknoopt, moeten vormen één schakel in den keten wat niet het geval is. Spr. mist in het betoog van den Officier de listige kunstgreep bij het accept Beets. Het O. M. is er niet in geslaagd de construc tieve elementen bij te brengen. Het is lastig, maar daarom is het O. M. er niet af. De mogelijkheid van nadeel moet zijn gebleken uit het gebruik, dat bekl. zich heeft voorgesteld. Dit is hier niet het geval. PI. meent stellig, het is zijn innige overtuiging dat get. Duin van bet accept-Tydeman moet hebben afgeweten. Dit was met dezelfde hand geschreven als dat van Beets. Kniestedt deed dit „aus eln Ousz" Daar komt nog bij, dat ze op verschillende namen stonden, van Aupers en van Rossum. Spr. wijst op de reisplannen, die zoo maar kwamen. De jonge Duyn heeft ook den grond onder zijn voeten voelen branden. Hoe zou hij anders met deze rijke demi- mondaines naar Amerika denken te gaan om daar winkeltje te beginnen En Kniestedt ook een onschuldige engel? Dr. Melchior zei pl. zoo juist niet te gelooven, dat de jonge Duyn van mets wist Spr. begrijpt zich niet, hoe het O. M. den moer heeft de woorden der deskundigen zoo laag aan te slaan. Een zuster van bekl.'s vader is lijdend aan krankzinnigheid, een neef lijdt aan godsdienstwaan zin, een nicht is herhaaldelijk verpleegd wegens krankzinnigheid. Herhaaldelijk worden sluwe daden verricht door krankzinnigen, pl. wijst op Annie Pascal. De des kundigen zeiden niet, dat bekl. ontoerekenbaar is, maar dat het niet instellen van een onderzoek on verantwoord Is. Er kan geen goed vonnis worden uitgesproken, als de rechtbank niet doet, wat dr. Melchior zei. Pl. vraagt daarom om dit onderzoek. Mr. M. Moens daarna aan het woord komend, gaat de gedragingen van Duyn Jr. na. Hij kon niet verklaren, waarom hij 23 Dec. bij Jacobs kwam. Bij zijn vader zei hij, dat de banken in Amsterdam gesloten waren, maar hij zei niet, dat men overal rond geweest was, oni geld op het stuk te krijgen. De jonge Duyn heeft een hooge provisie genoten, totaal f 3450. In de hotels werd onder valsche namen ge logeerd. Bij notaris Beets zei hij student in de rechten te zijn, hij is in Jan. door Jacobs en een hotelier voor Aupers gewaarschuwd in verband met jet verslag over de chantagezaak. Toen Duyn Jr. de vrouwen In den Haag nagmg, nadat hij 's avonds thuis gekomen alles in rep en roer had gevonden, seinde hij vandaar zonder dat hij een stuk gezien hads Stukken in orde, geld in orde, hon! soit qui mal y pense. Hij heeft zich raar gedragen. De rechtercommissaris heeft Duyn Jr.'s inhechtenisneming dan ook bevolen, maar men kon ïem niets bewijzen. Pl. betoogt, dat de oude Duyn niet door de mooie verhalen om den tuin is geleid, maar door het aandringen van zijn zoon. PL bestrijdt de dagvaarding op eenige juridische punten, hij meent o.a., dat bekl. van Rossum slechts medeplichtige Is, geen mededaderes. Medeplichtig heid is haar echter niet ten laste gelegd. Voor bekl. waren alle levensomstandigheden in baar nadeel, kort na haar geboorte stierf haar moe der. De pleegvader van bekL verklaarde, dat z.i. de omgang met zijn zenuwachtige vrouw voor het vriendelijke meisje, op wier zeden niets viel aan te merken, ongunstig is geweest, Hij deelde mede, dat het meisje herhaaldelijk psychiatrisch werd onder zocht, soms had ze neiging tot groote verkwistingen binnenland. electri- 252 te m Gemengd nieuws. UIT BERGEN. Vervolg gemeenteraadszitting. De voorzitter deelde hierop mede, dat het Bche bedrijf thans 290 aansluitingen heeft, n.L bergen-Biuneu en 38 te Bergen aan Zee. Hiervan zijn 77 huurinatailaties, slechts 2 te bergen aan Zee. 73 huurinstallaties zijn met 40 pet. garantie in stroomge- >ruik, 4 met 15 pet. rente voor de aanlegkosten. Op 31 Dec. j.l. bedroeg het aantal aansluitingen 164, een groote vooruitgang kon dus geconstateerd worden. lioewel de maand Mei voor de strooinopbrengst een van de minst gunstige is, wijl de dagen kort zijn en de pensions en hotels nog niet bezet, was de stroomopbrengst nog J 31 hooger dan in de April- maand. De opbrengst over de maand Mei bedroeg aan stroom 461.76, aan kabelhuur 41.53%, meterhuur 72.29 en aflossing 15 pet. huurinstallaties 2.65, totaal 578.63%, waarvan 502.28y2 te Bergen-Bin- nen en 76.35 te Bergen aan Zee. De derde suppletoire begrooting werd vastgesteld op een bedrag aan ontvangst van 18ÜÜ. De voorzitter merkte op, dat dit nog nimmer Bergen was voorgekomen. Bij de behandeling van de rekening van het Ge meentelijk Electriciteitsbedrijf, merkte de heer Masch- meijer op, dat het gewenscht was, dat een accountant deze rekening controleerde en hierover een rapport aan den Rand uitbracht. De voorzitter kon zich hiermede wel vereenigen en nam op zich eens naar de kosten te zullen informee- ren. Na eenige discussie werd hiertoe besloten. Uit deze rekening stippen wij aan, dat in kas was 897 65. Aan huurinstallaties was uitgegeven een bedrag van 92420.23. Aan hoogspanningsgebouwen 2866.72, aan het ondergrondsche net 16882.38, het bovengrondsche net had 7801.66%! gekost. De op richtingskosten 2500. De hoogspanningskabel 175773.79. De straatverlichtingsaanleg 9773.20. De aanleg van huurinstallaties bedroeg 1087.36. De hoogspanningsinrichting 5400. Aan electriciteits- meters was 3822.55 uitgegeven, aan gereedschap pen 381.15. Aan stroom was ontvangen 2144, hiervan was aan de K. E. M. betaald 1037.58. De winst- en verliesrekening sloot met een nadeelig saldo van 333.53. De voorzitter wees er op, dat met de rekening wel sluitende had kunnen maken, door den post druk- en bindwerk en gereedschappen voor een deel als bezit op dc balans te plaatsen, benevens eenige andere pos i ten. Dit was echter nagelaten omdat men den stand liever iets ongunstiger voorstelde. Van de geldleening van 80.000 was nog 1000 over. Reeds hadden B. en W. van de gemeente voor het bedrijf 2300 geleend. Op voorstel van den voorzitter machtigde de Raad B. en W. hiervoor tot 4000 te gaan. Het verslag van de Gezondheidscommissie were voor kennisgeving aangenomen, alsmede het verslag en en dan wist ze spoedig aan geld te komen, maar zelf genoot ze er nooit voordeelen van. Bekl. kwam later te Amsterdam en pi. zet uiteen, onder welke omstandigheden ze met Aupers in aanraking kwam, Deze ging met haar naar den Bijenkorf, gaf haar een nieuw kleedingstuk. Zoo kwam er een nauwere band en toen het accept Beets zou worden gemaakt, vond van Rossum het goed dat dit op haar naam geschiedde, Aupers had gauw het geld noodig en kwam de schuldbekentenis op haar naam, heette het, dan waren er formaliteiten noodig tegenover haar man, welke de zaak zouden ophouden. Zoo is bekl. tot haar verkeerd handelen gekomen is ze verder meegegaan. Ze heeft steeds weinig genoten, veel minder dan Duyn Jr., zelfs minder dan Jacobs. Toen beklaagden in Alkmaar kwamen, had van Rossum geen harer kleinoodiën deze waren verkocht daar er geld noodig was _en ets. in contanten, Aupers had alle kleinoodiën en een vrij groot bedrag aan contanten. Pl. vroeg de rechtbank voor bekl. de preventieve hechtenis wel in mindering te brengen en zijn cliënte te besparen, dat ze in de gevangenis het leven aan haar kind zou moeten geven. Mr, van Lookeren Campagne, daarna repliceerend, acht geen reden aanwezig voor nietigverklaring der dagvaarding en motiveert nader, dat z.i. W. Duyn te goeder trouw heeft gehandeld. Hij had met demi-mondaines te doen en het gebeurt meermalen, dat deze over groote vorderingen beschikken, waarop door haar een goed courtage wordt gegeven. Nadat mr. Bekker nog even het woord had ge voerd en mr. Moens de rechtbank verzocht had, om, wanneer ze een onderzoek naar de geestvermogens van Aupers mocht gelasten in overweging te nemen vonnis te wijzen tegen van Rossum met het oog op haar aanstaand moederschap, werd de behandeling der zaak omstreeks half zes gesloten en de uitspraak bepaald op Dinsdag a.s. Bloedophooplngen In den onderbuik veroorzaken hersencongesties, prikkelbaarheid, lichthoofdigheid, oorsuizingen. Deze kwalen worden genezen door en kele dagen op de nuchtere maag een wijnglas Hun- yadl Jénos-Bitterwater te gebruiken, hetwelk pijnloos purgeert. van het Burgerlijk Armbestuur, aanwijzende een ont vangst van 1616.08 en een uitgaaf van 1581.05. Van den inspecteur van de Volksgezondheid was bericht ingekomen, dat zijnerzijds geen bezwaar be stond tegen het wijzigen der Bouwverordening zake den bouw met rieten daken, onder bepaling dat dit toegestaan werd voor afzonderlijk staande land huizen of villa's die aan alle kanten minstens 5 Meter van belendende perceelen af gelegen zijn en onder be ding dat een latere aanbouw deze afstand niet ver mindert. Dienovereenkomstig werd besloten. Op de voordraeht voor het college van zetters wer den de beide aftredende heeren Maschmeijer en Swaan als No. 1 en de heeren Baltus en Leijen als plaatsver vangers geplaatst. Met algemeene stemmen werd besloten wederom het recht van tolheffing aan te vragen. De heer Maschmeijer wenschte het tolgeld voor auto's van 5 op 25 ct. gebracht te zien. De heer Baltus wees er op, dat thans niet alleen meer de kapitalisten van een auto gebruik maken. Ook zij die hun brood moeten verdienen maken als middel daartoe van de auto gebruik. De voorzitter zeide, dat deze van de Koogerdijk gebruik kunnen maken. De heer Maschmeijer was van meening, dat wie zich een auto aanschaft, het wel kan betalen, boven dien beschikt de automobilist over den weg. De voet gangers en anderen moeten maar zien, dat ze uit den weg komen. Spreker zou er zich echter wel mee kun nen vereenigen wanneer het tolgeld voor auto's op 20 ets. werd gebracht. De voorzitter zeide geen voorstander van tolgeld te zijn, men moet de menschen trekken, maar ze zijn hier vrij om een anderen weg te gaan en daarom kon spreker er zich wel mede vereenigen. Met algemeene stemmen werd hierop besloten het tolgeld voor auto's op 20 cent te brengen. Voor dichte verhuiswagens en Jan Pleziers zal voortaan hetzelfde bedrag gelden. De aanvrage betreffende dit tarief zal vergezeld gaan van een opgave van de kosten van onderhoud van den weg in de laatste jaren. Besloten werd de politieverordening aan te vul len, met de bepalingen waarbij het klimmen in of schudden aan een lantaarnpaal en het vastbinden van paarden of dieren, aan boomen palen lantaarns hekken of heiningen strafbaar gesteld wordt. Mede werd besloten een lantaarnpaal in de stud- ler van Zuidlaan op den Meerweg te plaatsen. De Voorzitter bracht hierna in verband met de aanvrage tot het plaatsen van 17 lantaarns op de terreinen van de maatschappij „Bergen-Binnen" de regeling in bespreking van de stroomlevering op gronden van bouwmaatschappijen. Spreker stelde een regeling voor zooals in het nummer van Zater dag is opgenomen, hierop neerkomende, dat de maatschappijen 9£0/o rente garandeeren, waarop in mindering gebracht zal worden, de bruto winst, ge maakt uit de stroomlevering van de huizen, aan den gegarandeerden kabel gelegen. Spreker deelde nog mede, dat de adviseur de heer Nachtglas Versteeg voor een garantie van 20°/0 in stroomgebruik was. De heer Baltus vroeg hoe de Wethouders over dit voorstel denken. De heer Oldenburg zeide als Wethouder dit voor stel evenals de raadsleden Zaterdag ontvangen te hebben. Spreker was er voor om voorzichtig te zijn. De gemeente mag geen schade lijden. Do heer Maschmeijer achtte het niet op den weg van de gemeente te liggen om zooveel^ kapitaal in den ka bel voor de bouwmaatschappij te steken. Spreker was van meening, dat de maatschappij zelva den kabel moet leggen en zou er eerder voor zijn, dat de maatschappij den stroom voor een later te be palen prijs van de gemeente betrok en het aan de aangebouwde perceelen met winst verkocht. De heer Baltus was er voor om voor destroomleye- de huizen waar zulks noodig mocht zijn op kosten van de gemeente eer. boven grondsch net te maken. Wenscht de maatschappij een onder- grondsch dan moet ze het meerdere bedrag maar zelve betalen. Spreker wiBt niet, dat de meerdere roBten f 1000, per K.M. bedragen en wilde dit eerst narekenen. De voorzitter achtte dit niet onbillijk, och wilde ook dar. een garantie voor het bedrag van het bovengrondsche net. Het ondergrondsche costte niet meer dan f 1000, per K.M. meer. De heer Baltus wees er nog op dat zijn voorstel minder soesah voor de gemeente met zich bracht, dan dat voor den burgemeester. De heer Maschmeijer verklaarde, dat de gemeen te aan de bepaling, dat de stroomtoevoer wordt af gesneden, wanneer de maatschappij in gebreke dij ft van haar verplichtingen te voldoen, niet veel heeft. De heer Baltus was het hiermede eenB. Spreker lield niet van ingewikkelde dingen. Inzake de straat verlichting aldaar is spreker er voor, dat de maat schappij de kosten van aanleg en den stroom zelve betaalt, totdat het terrein voldoende bebouwd is en de gemeente de stroomkosten kan overnemen. De voorzitter zeide zich deze zaak anders gedacht te hebben. Spreker wilde hiervoor do maatschappij voor de kosten 71/2°/q rente laten betalen, voor iederen lantaarn avondbrander f 9, voor iederen nachtbrander f 10. In mindering hierop wilde hij jrengen het */8 gedeelte van de opbrengst van de 40 opcenten op de grondlasten der bebouwde eigen dommen, het gedeelte van de opbrengst der 40 opcenten op de belasting van het personeel en het fs gedeelte van de opbrengst van den hoofdeiijken omslag en wel van de gebouwen, gelegen aan de wegen waar bedoelde kabel loopt. De heer Maschmeijer kon zicli hiermede niet ver eenigen. De bewoners aan die wegen profiteeren ook van de andere lusten in de gemeente en de ver- lichtingskosten bedragen niet meer dan l/^o van de belastingopbrengst. De voorzitter: „De gemeente heeft ook geen on derhoud aan de wegen aldaar". De heer Maschmeijer: „Dit komt in het dorp ook voor het grootste deel voor den polder". De heer Veenhuijsen kon zich er ook niet mede vereenigen om l/g van de belastingopbrengst in min dering te brengen. Hij vond het een luxe om daar straatverlichting te bréngen. De heer Baltus: „Ik beschouw de verlichting van de renbaan niet anders dan een reclame voor de maatschappij. Die moet er dus ook maar voor zor gen. Waarvan moeten wij anders ons bedrijf ren- label maken? Bovendien is de geheele geschiedenis mij zoo te ingewikkeld. Ik weet niet of de heeren de geheele zaak begrijpen, maar zooals ik het voor stel kan een kind het begrijpen. Daar is geen ad ministratie voor noodig". De heer Maschmeijer zeide, dat de maatschappij de zaak heeft opgericht om winst te maken en wanneer iemand een zaak opricht, dan moet hij alel mogelijke reclame tot bloei van de zaak zelf be kostigen. De voorzitter merkte op, dat men niet mag ver geten, dat men daardoor bewoners krijgt, die het hunne in de gemeentekas bijdragen, waardoorde gemeente tot bloei komt. De gemeente mag dus ook wel wat doen al kan niet ontkend worden, dat de door den heer Baltus gedachte regeling ge makkelijker is. Inzake de straatverlichting werd met algemeene stemmen besloten, dat de Maatschappij deze zelf moet aanleggen en zoolang voor de stroombetaling moet zorgen, dat de terreinen voldoende bebouwd zijn, alsdan zal de gemeente de kosten van stroom levering overnemen. Na uitvoerige discussie werd besloten voor de stroomlevering in de huizen den kabel te leggen, indien de maatschappij hiervoor 7J o/o garandeert, zoolang de terreinen niet voldoende bebouwd zijn. Indien de maatschappij een ondergrondsch in plaats van een bovengrondsch net wenscht, zal ze hier voor f 1000 per K.M. in de gemeentekas moeten storten. De heer Baltus wees er bij de rondvraag op, dat het Raadhuis nogal eens gesloten is. De inwoners die door de politieverordening verplicht zijn hun pensiongasten op te geven missen een bus om hun opgaven daarin gooien. De voorzitter zeide dat een bus reedB in den maak is. De heer Baltus wilde nog gaarne vernemen door wien de heer Zurendonk aangesteld is, als adviseur voor de rioleering. De heer Maschmeijer zeide, dat de voorzitter hier over in den Raad gesproken heeft, waarop de Raad goedkeurde den heei Zurendonk het plan te laten maken. De heer Baltus trok dit in twijfel en werd daarin door den heer Leijen ondersteund. De voorzitter zeide het met den heer Maschmeijer eens te zijn. De heer Baltus verklaarde hierop in gesloten ver gadering over den heer Zurendonk tewillon spreken. Hierop ging te drie uur de Raad in comité. ring in NIET VAN DE PARTIJ. Te Hilversum werd bij een vorige verkiezing een kiezer met 'n auto afgehaald en naar het stembureau gebracht. Teruggekeerd bedankte hij bij het uit stappen vriendelijk voor de genomen moeite, met de mededeeling, dat als de heeren meenden, dat hij den candidaat hunner partij had gestemd, zij zich vergisten. Deze week, bij de herstemming, werd dezelfde kiezer weer per auto afgehaald. Hij stapte in en met een mooi gangetje ging 't er van door. Niet echter in de richting van het stembureau. Dit trok wel 'skiezere aandacht, maar de verzekering, dat er nog een paar andere kiezers moesten worden opge haald, stelde hem gerust. Nabij den tol op den weg HilversumBaarnwerd hem verzocht uit te stappen, onder mededeeling, dat hij niet van de partij was. En al had hij alle mogelijke bezwaren, er uit moest hij. Terugkuieren den langen weg naar Hilversum was nu de bood schap. (N. v. d. D.) SCHANDELIJK. De reizigers van den laatsten trein der Looaallijn EnschedeOldenzaal zijn, naar gemeld wordt, Zon dagavond aan een gevaar ontsnapt. Op een afstand van ruim 10 minuten van het station Enschede, aan den Roomweg, was een groote paal op de rails geworpen, die echter gelukkig door de locomotief een 800 meter ver werd medegenomen en toen ter zijde viel. Ingezonden Mededeelingen. "L\'n onschatbaar voordeel is het, wanneer de zuigelingen aan de moederborst worden gevoed, wijl zij daardoor de beate voeding krijgen en het best voor braken, diarrhee, darmcatarrhe, enz. behoed blijven. Kan echter een moeder haar lieveling deze weldaad niet bewijzen, dan geve zij „Kufeke" aan koemelk toegevoegd, want het bleek reeds in dui zenden gevallen, dat „Kufeke" uitstekend voldoet het vormt door zijn voortreffelijke eigenschappen een uitnemend voedingsmiddel voor gezonde en zieke kinderen. J/vnt ^1 i'i Immnn miir

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1914 | | pagina 5