lUWU COURANT, Woensdag 11 lu't. BUITENLAND. DUITSCHLAND. Volgens een officiëele opgave, zal de buitengewone heffing van inkomen en vermo gen voor het leger in Pruisen alleen 361.800.000 op brengen. Drie jonge dames uit Kopenhagen, die in het Deensche verenigingsgebouw te Sonderburg, in Sleeswijk-Holstein, intrek hadden genomen, kregen van de politie aanzegging, dat gebouw onverwijld te verlaten, aangezien zij anders over de grens gezet zouden worden. Verder zou haar medegedeeld zijn, dat Deensche toeristen zich van nu af aan ten hoogste acht dagen in de Noordwestelijke kreitsen mogen op houden. Een andere Deensche dame moet ook, onder bedreiging met uitzetting, bevel hebben gekregen, er- geus anders haar intrek te nemen. Het Tageblatt zegt dat de sluier, welke er tot dusverre over de legerbelasting lag, langzamerhand wordt opgelicht dat deze belasting een groote te leurstelling heeft gebracht. De opbrengst is lang niet zoo groot als werd verwacht. Het blad zegt verder, dat de groote steden voor het platteland hebben moeten betalen en dat de agrari sche politiek weer een mooi voordeeltje heeft be haald. FRANKRIJK. De Kamer nam gisteren met 348 tegen 206 stemmen het artikel van een wetsontwerp aan, waarbij de minister van Oorlog gemachtigd wordt tot een uitgave van 194% millioen, te verdee- len over vier jaar en noodzakelijk voor de toepassing van de wet op den driejarigen diensttijd. De Kamer heeft het door de regeering verlangde krediet voor een proefneming met de nieuwe militaire uniform toegestaan. De minister van financiën heeft in de Kamer uit een gezet, dat de stijging der uitgaven voornamelijk veroorzaakt is door de nieuwe offers, die de nationale verdediging van het land vraagt. Spreker gewaagde met voldoening van het succes der jongste staatslee- ning. Bij het begin \#m 1915 zal men rekening moeten houden met een tekort van ongeveer 300 millioen gul- een. Daarna zullen 200 millioen door nieuwe belas tingen worden gevonden en de overblijvende 100 mil lioen uit de algemeene inkomstenbelasting. De minister zal de begrooting voor 1915 indienen voor het parlement uiteengaat en zal zijn best doen het evenwicht der begrooting te vinden door blijvende middelen. De nieuwe Kamer heeft zich met 348 tegen 206 stemmen ten gunste van de wet op den driejarigen dienstplicht uitgesproken, door de kredieten voor den bouw van kazernes, aanschaffing, van benoodigdheden enz., ten bedrage van 195 millioen gulden, toe te staan. Tot dusverre is het huwelijk tusschen schoon broer en schoonzuster verboden geweest, volgens art. 162 van het Burgerlijk Wetboek. Kamer en Senaat hebben dit art. gewijzigd in dien zin, dat het verbod alleen blijft bestaan, als het huwelp waardoor het zwagerschap is ontstaan, door echtscheiding .ontbon den is. De Staatscommissie voor de financiën heeft met 23 tegen 1 stem het krediet ter tegemoetkoming In de huishuur van de Parpche brievenbestellers afgewe zen, niettegenstaande minister Thomson met klem op de goedkeuring van het krediet had aangedrongen. Naar men zich herinnert heeft de eerste weigering van den Senaat onlangs geleid tot 't oproer der brie venbestellers van het hoofdpostkantoor te Parijs. De Figaro schrijft in een scherp stukje over de veroordeeling van den teekeuaar Waltz (alias liausi) door 't Rijksgerecht te Leipzig: „liet vonnis is een uitdaging en een wraakoefening. Wij mogen den ar men naiëven Hansi beklagen, dat hij daarvan het slachtoffer wordt, maar voor het aanzien van Frank rijk behoeven wij het vonnis waarlijk niet te betreuren. De algemeene vergadering van het Verbond van patriotten heeft den heer Maurice Barrès tot voorzit ter gekozen in de plaats van wijlen den heer Paul De- roulède. Daarna werd nog als bestuurslid gekozen Foury,. redacteur van de „Hansi". Zijn verkiezing gaf aan leiding tot een levendige betooging van den veroor deelde teekenaar uit Lizas van dien (schuil)naam. Vele Duitsche bladen keuren de strengheid van het vonnis af, OOSTENRIJK-HONGARIJE. Graaf Apponyi heeft in het Hongaarsche Huis van Afgevaardigden geïnter pelleerd over de zeer eenvoudige wijze, waarop Aarts hertog Franz Ferdinand en zijn gemalin zijn begra ven. Graaf Tisza antwoordde, dat hij zich niet ver antwoordelijk hoefde te stellen voor de getroffen maatregelen. ALBANIë. De geruchten fladderen als eenden door de lucht. Terwijl aan den eenen kant wordt ge meld, dat er in het paleis van den prins van Wied te Neuwied een aantal meubelen en voorwerpen uit Al banië zijn aangekomen, en dat men bezig is de ver trekken van den prins en prinses in orde te maken, wordt dit van andere zijde met de meeste beslistheid tegengesproken. En zoo is er meer. Ook wordt ge meld, dat de prins van plan is naar Skoetari te gaan, dat hoog ligt, terwijl te Durazzo de hitte ondraaglijk wordt en ook malaria heerscht. De correspondent der „Matin" meent, dat dit een vermomde wijze van op de vlucht slaan is, en hij voegt er ironisch aan toe: „Nu de prins niet het zenden van een Europeesche troe penmacht naar Durazzo heeft kunnen verkrijgen, gaat hij zelf maar naar de Europeesche troepenmacht te Skoetari. De Mohammedanen zullen het zeker waar- deeren, dat hij aldus Mohammed navolgt, die naar den berg ging, omdat de berg niet tot hem kwam." Maar nu meldt een ander bericht, dat er juist te Skoetari een tegen den vorst gerichte beweging onder de Mohammedanen is uitgebroken. De opstandelin gen hebben aan de internationale comissie van toe zicht een brief gezonden, waarin de uitwisseling van de gevangen genomen Nederlanüsche officieren Ver hulst en Reimers aangeboden wordt en nog een brief, waarin zij eischen stellen in verband met den „moord te Kroja", waarvoor zij anders met bloedwraak drei gen. De berichten uit Epirus luiden ook ernstig. De Grieksche troepen en de Epiroten marcheeren op de heele lijn TepelenKoritsa voorwaarts. De bevol king vlucht, daar de troepen niet in staat zijn om den Grieken en Epiroten weerstand te bieden. Het heet verder, dat Prenk Bib Doda het ambt van minister van buitenlandsche zakey op zich heeft geno men. Prenk Bib Doda moet volgens den correspon dent te Durazzo van het „Berliner Tageblatt" ver klaard hebben dal hij geen oogenblik aan een hervat- Hng van een veldtocht denkt. Reeds te Berlijn zou hij den Keizer aangeraden hebben dat Vorst Wilhelm eerst naar Albanië moest komen, wanneer de regee- ringsmacht geheel georganiseerd zou zijn. Iets dergelijks heeft Lssad Pasja in een zijner veie interviëws ook beweerd. Wil zeide hij voorts de toekomstige Vorst, wie het ook zij, ontsnappen aan de impopulariteit van den prins van Wied, dan is het voldoende dat Europa de hoofden van het land en de vertegenwoordigers van de verschillende Streken bijeenroept om den naam van den nieuwen Vorst aan hun goedkeuring te on derwerpen. Een soort van nationaal congres, als ge wilt. „De taak van Europa in Albanië is betrekkelijk een voudig", zoo besloot hij. „Als het aan de Albaneezen den indruk geeft dat het er ernstig naar streeft hun belangen te behartigen, zal alle weerstand verdwijnen als sneeuw voor de zon." In de „Berl. Lok. Anz." komt een correspondentie voor, waarin wordt geschreven over een bezoek aan den Mirdieten-vorst. Het was op een Zondag. Meer dan honderd Mirdieten waren van heinde en verre ge komen om Prenk Bib Doda te bezoeken. Dagelijks komen er 30 40 van die heeren uit het gebergte. Ieder blijft zoolang hij wil en wordt uitnemend ver zorgd. Het zou geheel in strijd zijn met de gastvrij heid, indien de gastheer vroeg wanneer zij weer gin gen vertrekken. Daarvoor heeft echter de Vorst ook een onbeperkte macht over zijn stamgenooten. RUSLAND. De aanhoudende droogte dreigt nood lottig voor den landbouw te worden. De „Retsj" dringt er op aan, dat er in alle plaateen vergaderingen zullen worden belegd, ten einde te be spreken wat er gedaan kan worden, om de boeren te hulp te komen. Volgens de „Börsen Ztg." zijn 360.000 hectaren ko ren in het Zuiden door insecten vernield. Men hoopt nu maar, dat de oogst in West-Siberië beter zal uit vallen. DENEMARKEN. Bij de gisteren gehouden verkie zingen voor de Volksvertegenwoordiging zijn geko zen 20 leden der rechterzijde, 5 vrij-conservatieven, 20 leden der linkerzijde, 5 radicalen en 4 sociaal-demo craten. De rechterzijde heeft vijf zetels verloren. Dlaar van de 12 door den koning voor hun leven benoemde leden 9 voorstanders zijn van het wetsont werp tot grondwetsherziening, bestaat de nieuwe Ka mer uit 38 voorstanders en 28 tegenstanders van dat ontwerp. De ontbonden Kamer telde 33 voor- en 33 tegen- standers. ENGELAND. De aankomst van Sir Edward Car son is te Belfast, naar aan de N. R. Ct. gemeld wordt, gevierd met een schier algemeenen vrijen dag. De werklui van de scheepswerven verlieten gisterochtend vroeg hun werk en schaarden zich langs de straten. Vele duizenden bereidden lord Carson bij zijn aan komst een geestdriftig welkom. Vierhonderd van top tot teen gewapende vrijwilligers en vijftig gewapende depeche-rijders op motorfietsen begeleidden hem en de andere unionistische leiders naar de vergadering van den unionistischen raad. De eerste vergadering der voorloopige regeering werd gehouden in Ulster-hall, welk gebouw door 400 gewapende vrijwilligers werd bewaakt. Er heerschte groote geestdrift. De heer Carson wees met nadruk op den ernst van den toestand en sprak zijn leedwezen uit over de hoogst onbevredigende houding der re geering. Voor de unionisten in Ulster was daarom de tijd gekomen hun woorden in daden om te zetten. Ulster is zeer gehecht aan den vrede, maar is niet ge diend van een vrede die op een overgave zou neerko men, zeide hij. Een motie werd aangenomen, waarin de voorloopi ge regeering zich bereid verklaart elk voorstel te overwegen, dat de rechten van Ulster onder het rijks- parlement eerbiedigt. Wantrouwen in de goede trouw der regeering heeft de voorloopige regeering van Ul ster bewogen voort te gaan met de maatregelen, om te verhinderen dat Ulster met geweld onder gezag van het Iersche parlement wordt gebracht. De uitvoeren de macht heeft in dien zin instructies gekregen. Voorts is een motie aangenomen, waarin een be roep óp het volk wordt gedaan, om evenals tot dus verre de noodige zelfbeheersching te toonen bij het ten uitvoer leggen van de bevelen, die de uitvoerende macht wenschelijk voorkomen. Besloten werd aan den heer Carson de beslissing te laten, wanneer het oogenblik van handelen is aangebroken. In het be sluit wordt tevens verklaard, dat de vrijwilligers elk oogenblik gereed zijn voor mobilisatie. De correspondent van de „Daily Chronicle" zegt, dat Ulster belegerd is door Londensche journalisten. Een bende vertegenwoordigers van Tory-couranten, zegt hij, worden, hongerend als ze zijn naar copie, dagelijks gevoed door de leiders der Oranje-mannen met verhalen, die öf schrikbarend overdreven, of ge heel verzonnen zijn. De „Times" en de „Daily Mail" hebben alleen een half dozijn speciale correspondenten, een medischen medewerker en twee fotografen in Belfast, die hunke ren naar den burgeroorlog. Zij zijn goed voorzien van auto's, een kantoor is er voor hen ingericht en ze hebben eigen telegraafdraden gekregen. SERVIë. Te Parijs liepen gisteren geruchten over een aanslag op Koning Peter. Deze berichten bleken verzonnen. MEXIKO. Het gerucht als zou generaal Villa te Torreon door een vrouw vermoord zijn, wordt niet bevestigd. Gemengde mededeelingen. TOENADERING VAN KLEINE STATEN. In verband met het bezoek van den Koning der Bel gen aan Zwitserland schrijft de correspondent der N. R. Crt. o. m.: In een spoorwegrijtuig van Bern naar Zurich was ik gedwongen getuige van een politiek gesprek tus schen twee mannen, wier namen in de Kamer-versla gen nog al eens genoemd worden. De conversatie begon met een herinnering aan hei congres, der Interparlementaire Unie van 1912 te Ge- nève. Bij die gelegenheid zou in een der salons van de Kurzaal een vrije samenkomst zijn gehouden door eenige leden, behoorende tot de groepen der afge vaardigden der kleine mogendheden. De algemeene secretaris der Unie, de Noorsche politicus Lange, zou daar de drijvende kracht geweest zijn. Doel der bijeenkomst was, elkander te polsen over een mogelijke toenadering der kleine Europeesche na ties, om door een vereenigd optreden een tegenwicht te stellen tegenover de brute macht der groote mo gendheden, en op die wijze niet alleen het recht der kleine staten te beschermen, maar ook in Europeesche geschillen met gezag te kunnen optreden. Op dien namiddag kwam men niet tot een besluit. Er werden zelfs door een enkele groep bezwaren ge opperd; mijn politieke reisgenoot meende te weten, dat die uit den Hollandschen hoek kwamen. Sedert dien tijd heeft deze jonge beweging echter toch aan kracht gewonnen, wat ook blijken zou uit het kortelings opgerichte Groninger Comité. Welnu, het bezoek van den koning der Belgen offi cieel gebracht aan den Zwitscrschen Bondsraad, zou reeds een symptoom zijn van deze beoogde toenade ring, die vooral België zeer graag zou weuschen. Hiër werd even de naam van Camille Huysmans ge noemd. Ook het ontworpen bezoek van den Franschen pre sident aan de Noorsche hoven werd hiermede in ver band gebracht. Invloedrijke politieke kringen zouden er op aansturen, dat Frankrijk zich voor de toekomst de vriendschap der kleine staten verzekerde, wat voor de republiek bij internationale geschillen een weinig kostbare en zeer gewichtige reserve zou beduiden. Of het alles werkelijk zoo is? In ieder geval heeft de lezer nu een politieke zijde van het koninklijk be zoek gezien. HET PROCES-CAILLAUX. Binnen enkele dagen zal de echtgenoote van den bekendsten Franschen politicus, den ex-minister Caillaux, op de bank der beschuldigen plaats nemen. Zij zal zich wegen9 moord met voorbedachten rade hebben te verantwoorden. Dat wil zeggen: er wordt beslist of de vrouw, die een half jaar geleden nog door het staatshoofd aan tafel geleid werd, al of niet onder de guillotine zal sterven. Men denkt echter, dat dit proces lang niet zoo belangwekkend zal zijn, als de andere historische rechtzaken. In de Stem- heilzaak was er een gevaarlijk schoone vrouw In het spel en een geheim, aat niet kon worden ontsluierd. De Dreyfus- en Zolaprocessen vormden den strijd tusschen de beide machten, die reeds ten tijde van Coriolanus tegenover elkaar stonden: burgers en mi litairen. Het proces-Caillaux gaat tegen een vrouw, die even weinig belangwekkend is als haar onbeholpen daad. En wanneer er zich niet een verrassing voordoet, zal de behandeling zeer eentonig zijn. Eigenaardig is het, dat de heer Joseph Caillaux de verdediging van zijn vrouw heeft opgedragen aan mr. Labori. Deze advocaat is wei een der uitne- mendste der Parijsche verdedigers, die beschikt over een groote handigheid en een niet minder groote welsprekendheid. Maar hij was een intiem vriend van den heer Calmette, die den 16den Maart werd vermoord. En hjj schijnt van plan, die vriendschap niet te verraden. Hij heeft, toen hij de verdediging van de moordenares op zich nam, verklaard, dat hij niets vijandelijks tegenover Calmette wilde uitlokken of aanvoeren. Deze verklaring is niet weer herroe pen. De misdaad van mevrouw Caillaux kan slechte verklaard worden uit de diepe verontwaardi ging over Calmette's optreden en met succes kan men de beklaagde slechts verdedigen, wanneer men haar slachtoffer zoo zwart mogelijk maakt, wanneer men aantoont, dat deze journalist tot alles In staat was, dat hij 'particuliere briefjes heeft willen openbaar ma ken. Wanneer Labori dit alles werkelijk niet zegt, dan zal het een eigenaardig pleidooi worden! De heer Caillaux had menig ander knap advocaat kunnen krijgen. Zijn vriend mr. André Hesse bijv., die een radicaal afgevaardigde is en dus niet precies vriendschappelijk tegenover de Calmettegroep staat. Deze verdediger is in vrouwelijke moordprocessen als het ware thuis. Waarom, vraagt men zich af, heeft de echtgenoot van beklaagde zich niet tot hen ge wend? Men moet zich tevreden stellen met het ant woord, dat de heer Caillaux daarvoor wel zijn reden zal hebben, die hij tot dusverre voor zich houdt. Hij weet, dat in dit proces zijn politiek bestaan op het spel staat. Slechte op twee manieren, aldus de Parijsche correspondent van het Tageblatt, kan de keuze van mr. Labori worden verklaard: öf Labori heeft zijn aanvankelijke verklaring teruggenomen en gooit tijdens de behandeling een paar documenten op tafel, welke de tegenpartij vernietigen, öf.„... Cail laux stelt er zelfs prijs op, den tegenstander te spa ren. Vindt er ergens een verzoening plaats? Heb ben achter de coulissen tegenstanders elkaar gevon den en zijn ze het eens geworden? Het Parijsche volk zou met zulk een einde van de groote tragedie niet tevreden zijn. Het mokt en mom pelt, dat de officier van justitie zelf op de hand van de beklaagde i3 en samen met de verdediging alle ongewenschte juryleden zal verwijderen. „Omdat ze een vrouw van een grootheid is, zal zij de straf ontgaan," meent men. Men vergeet echter', dat sinds tientallen jaren elke vrouw, die beschuldigd werd van moord, eu die inderdaad gedood had, werd vrijgesproken. Nu verlangt, aldus genoemde cor respondent, dat juist met deze vrouw een eerste uit zondering zal worden gemaakt, dat juist zij zal boe-, ten, omdat zij de vrouw van een voornaam persoon* is. Aan de Lok. Anz, wordt nog uit Parijs geseind, dat de officier van justitie de 59 door hem gedagvaarde getuigen in drie groepen heeft ingedeeld. In de eerste plaats de getuigen, die iets kunnen mededeelen omtrent hetgeen gebeurd is na de daad op het bu reau van de Figaro en op het commissariaat van po litie, ter opheldering van de tegenstrijdige verklarin gen over de woorden, gebaren en de houding der beklaagde en van het gesprek bij de ontmoeting met den heer Caillaux. De tweede groep moet de voorge schiedenis van de daad vaststellen, een karakteristiek van den heer Calmette. en zijn polemiek geven en uit maken of deze journalist nog materiaal voor nieuwe onthullingen bezat en zoo ja, of deze stukken ook de familie-eer van het echtpaar Caillaux zouden kunnen aantasten. En de derde groep moet inlichtingen verschaffen over den omgang van mevrouw Caillaux. EEN GRAPPIG BELASTINGVOORSTEL. De afgevaardigde Stanley Bouwdle uit Cincinnati heeft bij het Huis van afgevaardigden te Washington een ontwerp ingebracht, volgens hetwelk alle Ameri- kaansche meisjes en vrouwen die een Europeeschen aristocraat huwen, 25 opcenten op de inkomstenbe lasting moeten betalen! Ter noteering van zijn voorstel betoogde de afge vaardigde, dat deze Amerikaansche vrouwen en meis jes geen republikeinsch patrotisme bezitten en maar iederen adelijken buitenlander om den hals vallen. Cincinnati heeft alleen reeds onlangs aan Europa twee prinsessen en een gravin geleverd. „Neemt", zoo besloot de spreker zijn rede, „mijn voorstel aan en de Amerikaansche export-prinsessen zullen op de Europeesche huwelijksmarkt dadelijk i<j prijs dalen." Dat noemt men nu eerst beschermende rechten! EEN DIALECTEN-MUSEUM. De bekende Fransche taalkenner Fernand Brunot is de oprichter van het „Dialecten-museum." Brunot, een liefhebber van zijn taal, spijt het zeer, dat de verschil- lènde volksdialecten dreigen uit te Bterven. Aan dit verschijnsel is nu eenmaal niets te doen; de meerdere beschaving, de toenemende verspreiding van kranten, tijdschriften en boeken, de snel wisselende bevolking van stad en land en ten slotte de steeds algemeener wordende industrie, dit alles moet met het verdwij nen van menige pittoreske eigenaardigheid ingeboet worden. Voor de cultuur-geschiedenis is de kennis van deze dingen echter van het grootste belang. Van daar dat Bmuot, gewapend met eenige gramofoons en een ontelbaar aantal fonograafplaten, dezer dagen den boer op trok. Hij bezoekt het hartje van de Pro vence, van Bretagne, van Normandië, van de Langue d'Oc, en overal legt hij het oor van zijn gramofoon te luisteren. De eenvoudigste en oudste Inwoners gaat hij met een bezoek vereeren, en telkens wanneer hij de toug weet los te krijgen, zal zijn gramofoon z'n plicht doen. De volkshymnes krijgen ook een beurt. De heer Brunot heelt een dankbare en aangename taai; op zicii genomen. NIEUWE ONTDEKKINGEN IN PALESTINA. Prof. Ernst Sellin, de bekende archeaoloog, is er onlangs in geslaagd, de plaats van het oude Sichem, dat in den Bijbel herhaalde malen genoemd wordt, vast te stellen. Bij zijn arbeid werd hij bijgestaan door tallooze particulieren, o. a. door den hertog van Cumberland. Zooals Sellin in zijn voorloopig be richt aan de Academie te Weenen meedeelt, heeft hij op den heuvel van Palata bij Nablus proefopgravin- gen gedaan. Hij ontdekte daarbij een geweldige oud- Kanaanitische vestingmuur, welks fundament onge veer 5y2 Meter hoog is en uit zware, ongehouwen blokken bestaat. Binnen deze vesting liep nog een tweede stadsmuur. Ongetwijfeld heeft hier op dezen heuvel eens, wellicht dertig eeuwen geleden, een be langrijke stad gelegen, en voor zoover men kan na gaan, moet dit Sichem zijn. HET GOUDEN HUIS VAN NERO. De Italiaansche regeering laat op het oogenblik In Rome uitgravingen doen aan het zoogenaamde „Gouden Huis van Nero," om de ruïnen bloot te leg gen, welke nog 100 jaar voor de baden van Ti tus werden gehouden. Men is echter tot het resultaat gekomen dat deze ruïnen de overblijfselen van het gouden huis van Nero zijn. Het gouden huis is een-vergrooting van het voor malige paleis van Nero, welke eerst kon worden aan gebracht nadat de negeadaagsche brand van Rome de stadswijken die in den weg lagen, had opgeruimd. Deze brand zal Nero dus hoogst welkom geweest zijn, ofschoon men tegenwoordig niet algemeen meer aan neemt, dat Nero den brand heeft gesticht. Hij brak n.l. in een dier Italiaansche maannachten uit, en de ze zijn wel allerminst geschikt voor zulk een misdaad. Waarschijnlijk echter zal Nero zich ook wel niet erg drult gemaakt hebben, den brand te vroeg te stuiten. Op het verbrande stadsgedeelte kwam nu het onge hoorde plan, tot een ongehoorde uitvoering. De oude berichten verhalen van een sprookjesachtige pracht en van bizonderheden, die als een droom schijnen zooals uitgebreide tuinen, weiden en wildparken, me ren en waterleidingen welke rivier- en zeebad-inrich tingen van water voorzagen, van een eetkamer, welke om zijn eigen as draaide en welks zoldering bij de verschillende gangen de daarbij passende stillevens van vruchten en gerechten vertoonde. Alles was van de kostbaarste grondstoffen vervaardigd, schilder- en beeldhouwwerk moest voor de buitengewone pracht dienen en alleen uit Delphi moeten 500 standbeelden voor dit bouwwerk zijn gekomen. Nero zelf heeft het gebouw nog slechts ingewijd, ervan genoten heeft hij niet meer en na zijn dood is het snel vervallen; waar schijnlijk was Nero het eenige genie, dat deze pracht bijeen kon houden. Titus heeft het gebouw nog bewoond. De Flaviërs maakten er een soort wandelpark van en Trajanus liet het geheel met afval volstorten en met den grond gelijk maken. Uitgravingen heeft men vooral in den renaissance tijd verricht en daarbij werd, zooals men weet, de Laocoon-groep_ gevonden. Later heeft men zich er niet meer mee'bezig gehouden tot in onzen tijd. De vondsten, welke men nu deed werpen weer een nieuw licht op de oude geschiedenis door de namen, die op zolderingen en wanden zijn aangebracht. BLOEMENJUBILEA. Dit jaar vieren twee zomerplanten hun jubileum. Wij bedoelen het ezelskruid en de fuchsia. Het is de zer dagen juist 300 jaar geleden, dat het ezelskruid in Europa werd gebracht. De oostelijke streken der Vereenigde Staten is zijn geboortegrond. Thans is de plant overal in het wild verspreid en groeit op schier alle grondsoorten. Zooals men weet is het een eigenaardigheid van deze plant, dat hij 's nachts bloeit en geurt. Tegenwoordig vindt het ezelskruid ook een plaatsje in den moestuin; er zijn liefhebbers van de salade, die van de dikke wortels van dit ezelskruid bereid wordt. De andere jubilaris is de fuchsia, die nu al 150 jaar in ons land bekend is. De botanicus Plumier, die in 1764 op last van Lodewijk XV Zuid-Amerika be reisde, ontdekte de fuchsia in de wouden van Peru en nam haar mee naar Frankrijk. In Europa werd ze de lieveling van alle kweekers. Aanvankelijk kende men uitsluitend de fuchsia als struik. Later pas mocht het gelukken fuchsia-boomen te kweeken.Een Engelsch tuinman ontdekte haar eigenschap, ooft te leveren. De vruchten der fuchsia alobosa, die voornamelijk in Nieuw-Zeeland voorkomt, worden daar als fuchsia kersen verkocht en zijn zeer smakelijk. EEN ZONDERLINGE WEDLOOP. Tusschen een Engelsch afgevaardigde, lid van het Lagerhuis, en 70 postduiven is onlangs een zonder linge wedloop gehouden. De heer Handel Booth, af gevaardigde van Pontefract (Graafschap York), had, echt Engelsch, gewed, dat hij de afstand van Londen naar Pontefract (273yg K.M.), per auto en sneltrein vlugger kon afleggen dan een postduif al vliegende. Voor elke duif, die vóór hem aankwam, zou hij zes gulden betalen., 's Morgens 9.45 uur begon het. Ter wijl de duiven voor de vlucht werden losgelaten, sprong de afgevaardigde voor het parlementsgebouw in zijn auto en rende naar het station King's Cross. Hier haalde hij juist den trein van 10.10 uur. Binnen 5 minuten waren de dieren reeds uit het gezichtveld van een groote schare toeschouwers verdwenen. Om 1.08 kwam Mr. Booth in Doncaster aan. Hier stapte hij weer in zijn auto, en repte zich naar Pontefract, waar hij precies 1.45 arriveerde. Drie postduiven waren inmiddels al voor hem op de afgesproken plek aangekomen. HUMOR UIT HET BUITENLAND. Museumbezoeker (bij het weggaan): „Er zijn toch vreeselijk vervelende menschen! Daar staat die man nog steeds voor dezelfde schilderij. In dien tijd heb ik het geheele museum al bezichtigd." Lehmann en Krause beminden hetzelfde meisje. Doch het trok Lehmann voor en Krause ging naar het buitenland. Na eenige jaren ontmoette hij Lehmann. „Dus jullie bent gehuwd en zijt gelukkig?" vroeg hij jaloersch na de eerste begroeting. „Neen, Lehmauu, omgekeerd. We waren gelukkig en zijn nu getrouwd." Toeschouwer bij een autowedstrijd tot een deelne mer, die in het zweet zijns aanschijns bezig is, zijn machine, die niet loopen wil, in orde te brengen: „Wat zoudt u zeggen, wanneer de auto ineens weg reed?" Deelnemer: „Goddank." „Welk beroep denk je voor je zoon te kiezen, Jones?" „Wel, ik heb er nog weinig over gedacht, Brown, maar hij komt 's morgens steeds vroeg thuis, zoodat hij uitstekend melkboer kan worden." Een weldadige dame, die juist een landloopcr een geldstuk gegeven heeft: „En behoor je werkelijk tot de arbeiders, die staken?" Landlooper: „Jawe' mevrouw, ik ben een der voorgangers in de staking beweging, ik heb sedert 18 jaar geen dag gewerkt/ Vader: „Wat heeft de onderwijzeres gezegdjea zij je hoorde vloeken?" Zoon: „Ze wilde weten van wie Ik dat <eera

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1914 | | pagina 9