DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
No. 163.
Honderd en zestiende Jaargang.
1914.
MAANDAG
13 JULI.
Jeze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Mestdagen 9 uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80franco door het geheele Rijk f 1,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Prijs der gewone advertentiën:
Per regel f0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
FEUILLETON.
De Fransche Hoeve.
Telefoonnummer 3
ALKMAAR, 13 Juli.
De minister zonder portefeuille van den koning
zonder rijk reist de hoven der groote mogendheden
langs ten einde voor Albanië steun te krijgen in
den vorm van geld en troepen. Tien millioen heeft 't
grapje al gekost en de mogendheden zijn niet van plan
om in dat avontuur meer geld te steken, laat staan er
mannetjes bij op te offeren. De reis van Turkhan
pasja te Weenen, Rome en St. Petersburg is op een te
leurstelling uitgeloopen. Het heet men moet zeer
voorzichtig zijn met de Albaneesche brichten en voor
al niet met stelligheid over de Albaneesche zaken
spreken dat de Mbret aan de vertegenwoordigers
der groote mogendheden een soort ultimatum ter
hand gesteld heeft. Wanneer Wilhelm niet spoedig
geldmiddelen en hulptroepen ontving, zou hij zich
moeten terugtrekken.
Is dit bericht juist, dan gelooft de Vorst, dat hij nog
blijven kan. Vermoedelijk is hij de eenige, die deze
meening is toegedaan. Niemand denkt, dat hij het nog
lang in het oproerige gebied, waarin nu ook al Ser
viërs en Grieken braaf meevechten aan de zijde van de
opstandelingen, zal kunnen uithouden. Rondom de
hoofdstad Durazzo treedt niet de minste verbetering
in en in het zuiden laait de beweging der Epiroten,
welke men door de overeenkomst van Korfoe geëin
digd dacht, opnieuw op.
Er heeft nu onder voorzitterschap van Wilhelm
een groote vergadering van notabelen, een soort
kroonraad plaats gehad, waaraan ongeveer veertig
aanzienlijken uit de drie deelen van Albanië dat
als het werelddeel Amerika in noord, midden en
zuid verdeeld is deelnamen.
Ofschoon zoo werd in deze bijeenkomst verze
kerd de Vorst niet door ons gekozen, maar ons
door Europa gegeven is, willen wij ons thans toch
trouw rondom hem scharen. Mocht de Vorst gedwon
gen worden ons te verlaten, dat dan geen ander in
zijn plaats trede! De Albaneezen zijn geen kinderen,
met wie men kan spelen.
Aan het einde der bijeenkomst had een sympathie-
betooging voor den Vorst plaats. Mohammedaansche
en Katholieke deelnemers moeten het er volkomen
over eens zijn geweest, dat zij de regeering van den
Vorst zouden steunen.
Dat is heel mooi. Maar van meer beteekenis lijkt
ons de verklaring, dat de heeren geen anderen Vorst
zouden dulden.
Wanneer Wilhelm's tijd voorbij is, zou Italië een
zekeren Foead pasja, een neef van den Khedive van
Egypte, gaarne Mbret zien spelen deze heeft zijn
militaire opvoeding in Turijn genoten. Daarvan is
Oostenrijk, dat de mislukking van den prins von Wied
voor een groot deel schrijft op rekening van het ge
stook van Italië, natuurlijk heelemaal niet gediend.
Om nu een nieuwe spanning te vermijden en om toe
te geven aan de wenschen der notabelen, zou als
Roman naar het Duitsch,
van
LOUISE WESTKIRCH.
15) o
Zoodra de schotel leeg was, wenkte hij zijn zoon
hem naar de kleine kamer te volgen. Daar gaf hij
aan zijn opgekropte ergernis lucht. Zijn luide stem
klonk door keuken en deel tot buiten op het erf.
Het viel Enno zwaar om de belofte aan zijn moe
der gegeven te houden. Maar Alheid stond in de
halfopen deur en keek hem aan. Hij onderdrukte
dus dapper de driftige, hooghartige woorden, die bij
hem opkwamen en hem op de tong brandden. Met
opeengeklemde lippen stond hij stil en strak, totdat
zijn vader hem den rug toekeerde. Toen rende hij
naar buiten de straat op, terwijl zijn vaders smade
lijke woorden hem nog altijd tergend in de ooren
klonken. Het was nu druk op de dorpsstraat. De
kolonisten trokken bij geheele families naar het
trouwfeest. De vrouwen in haar bonte feestkleedij
geleken tusschen de witte berkenstammen op groote
bloemen. Nu en dan haalde Enno een troepje jonge
mannen in. Die hadden hun hoeden met linten er
om scheef op 't hoofd, staken den neus in de lucht
en keken hem van ter zijde spottend aan. De hoog
moedige en schraperige Enno Brinkmeier was niet
bemind en men mocht nu aan persoonlijken afkeer,
onder den dekmantel van beleedigd rechtschapen-
heidsgevoel. onbevreesd lucht geven. Het was als
een gang door spitsroeden. Maar Enno's trots ver
bood hem een anderen kant uit te gaan.
Doch nu passeerde Frits Overdiek den stroom van
menschen, die zich naar het bruiloftshuis spoedde
en zijn heldere, verstandige oogen drukten geen leed
vermaak uit, maar slechts vriendschappelijk bezorgd
heid.
„Ik zoek je, Enno. Ik wou je zeggen, dat ik van
vader naar de bruiloft moet. Maar zoodra het ge
zelschap bij den eersten buurman koffie drinkt, ver-
voorloopige regeling een indeeling in kantons kun
nen worden gemaakt Er is reeds gesproken van een
Katholiek kanton in het noorden, bestuurd door
Prenk Bib Doda, een centraal-Albanië, dat Moham-
medaansch zou zijn en zou worden bestuurd door
Ismael Kemal Beij te Walona enEssad pasja te
Durazzo, en een orthodox kanton in het zuiden, dat
Zographos zou blijven besturen. Boven deze vier
heeren zou de internationale centrale commissie de
politieke regeering van het geheele rijk in handen heb
ben.
Deze oplossing klinkt zeker niet onaannemelijk. Zi;
heeft echter het gebrek, dat zij slechts voorloopig kan
zijn. De groote moeilijkheid van een Vorst wordt
aldus verschoven, niet overwonnen.
Maar reeds vaker bleek, dat het goed kan zijn een
eindje achteruit te loopen, voordat men springt.
Eén ding is zeker: de prachtigste uitvinding van
de twintigste eeuw is Albanië niet.
In Engeland spookt het. In het Hoogerhuis is
een amendement van lord Landsdowne aangenomen,
dat de strekking heeft, de geheele provincie Ulster
voor onbepaalden tijd van zelfregeering uit te sluiten.
En in Ulster zelf gaan de Oranjemannen geweldig te
keer. Wapens worden op allerlei manieren binnenge
smokkeld patronen waren dezer dagen zelfs ver
borgen in auto- en rijwielbanden 1 en de kolonis
ten onder leiding van sir Edward Carson hebben het
zelfs gewenscht geoordeeld een voorloopige regeering
in te stellen. Men heeft verklaard, geen parlement te
Dublin te zullen erkennen, daarvoor geen afgevaar
digden te zullen kiezen. De voorloopige regeering zal
tot handhaving van vrede, orde en goed bestuur, alle
rechten op zich nemen, vroeger door de regeering te
Westminster bezeten, en zal die taak laten varen zoo
dra die regeering van Westminster over Ulster her
steld zal zijn; zij zal beschermen de rechters, magis
traten enz. in hun taak recht te doen in naam der Ko-
nings.
Dit alles klinkt zeer ernstig. En wanneer men de
Tory-pers leest, staat men bijna versteld over den
toon, die daarin wordt aangeslagen. Met vette let
ters kondigt de Daily Mail bijv. aan:
„Beslissende oogenblikken", „Snel vergelijk of
bloedvergieten", „Iets ernstigs verwacht", „Geen aan
duidingen voor vrede", „Ontsteltenis van het kabi
net", „Zoo somber mogelijk", enz. enz.
De liberale Daily Chronicle roept even vet precies
het tegendeel uit: „De blikken donderslag", „Koddig
vervolg op de Ulster-smoeserij", „Veel drukte voor
niets". De liberale bladen spotten met de conservatie
ve pers, met name in banden van lord Northcliffe n.l.
Times, Daily Mail en Evening News.
Wij zullen spoedig weten, aan welke zijde het gelijk
schuilt Vorloopig houden wij het nog maar met de
liberale pers.
dwijn ik en kom bij je. Wat dunk je, zullen we van
avond naar Scharmbeck, naar de herberg gaan?
Enno drukte hem dankbaar de hand. „Ja, Frits,
naar Scharmbeck. Laat het kosten, wat het wil. 'k
Wil 't er nu eens van nemen."
Hij had nu zooveel wilskracht, dat hij de dorps
straat verliet. Achter langs de hoeve loopend zag hij
Anne Graveloh staan. Zij stond met uitgerekten hals
van uit de verte naar de mooi uitgedoschte gasten te
kijken, die de hoeve van Schletten binnen gingen.
Wacht! Juist nu zou hij met de mandemakersdochter
spreken. Zij die 't zagen, mochten zijn vader het
nieuwtje kersversch overbrengen. Hij voelde zich
echter te ellendig om een vriendelijk woord te vinden.
„Wat, heb je je feestkleedij niet aan?" begon hij op
spottenden toon.
Er gleed een schaduw over haar gezicht. „Ik kan
toekijken. De Schlettens willen mij niet bij de brui
loft hebben."
„Ze zijn zeker valsch op jou om onzen extradans
bij het kransenbinden, hè?"
„Dat kun je denken."
„En nu ben je ook valsch op mij. Neen verdedig je
maar niet. Dat spreekt van zelf Ik heb je van een
feestdag beroofd en dien fijnen Wilm Döpke heb ik
ook niet met fluweeïen pootjes aangepakt. Vrouw
lui willen alles in de wereld als met olie gesmeerd
hebben. En de Graveloh's aard is wel extra zacht."
„Ja," bekende zij. ,,'k Kreeg een doodelijken Bchrik
toen jij Döpke op den grond sloeg."
„Zie je wel."
„Maar je hebt dat voor je familie gedaan. Men
moet voor zijn familie opkomen."
Het spottend woord bestierf hem op de lippen en
zwijgend, met wijd opengesperde oogen, staarde hij
haar aan. Geheel Sprcckholm, zijn naastbestaanden
veroordeelden hem. Alleen het kleine mandenmakers
meisje begreep zijn Innigste wezen, sprak het uit met
drie woorden: „Voor zijn familie!"
„Dus dat begrijp je, deern?" vroeg'hij verwonderd.
„Dat iemand niet laat uitschelden, wie hij liefheeft?
Dat zou ik denken."
Weer keek hij sprakeloos op haar neer, todat zij
In Denemarken hebben de democratische par
tijen deze week bij de verkiezingen een overwinning
behaald.
Tusschen Folketing (Tweede Kamer) en Landsting
(Eerste Kamer) was een geschil ontstaan over het
voorstel tot grondwetsherziening, indertijd ingedienc
door het gematigde kabmet-Bentsen en overgenomen
door het radicale ministerie Zahle. Voorgesteld were
den minimum-leeftijd van kiezers voor de Tweede Ka
mer van 30 op 25 jaar te brengenvrouwen, die reeds
kiezers zijn voor den gemeenteraad, het Kamerkies
recht te geven; het aantal Kamerleden van 112 tot
140 te verhoogen; de Kamerleden voor vier jaar in
plaats van voor drie jaar te kiezen; de kiesrechtvoor
rechten van de bezittende klassen ten aanzien van de
Eerste Kamer te doen eindigen; het aantal leden der
Eerste Kamer van 66 op 70 te brengen, de 12 door
den koning voor het leven gekozen leden te vervan
gen door 16 leden, gekozen door de 44 leden, die
door het algemeen kiesrecht met evenredige vertegen
woordiging zijn aangewezen.
Deze grondwetswijziging werd met bijna algemee-
ne stemmen door de Tweede Kamer aangenomen. In
de Eerste Kamer waren er echter evenveel tegenstan
ders als voorstanders. Het ministerie vroeg ontbin
ding van de Eerste Kamer aan den koning, die het
verzoek inwilligde, onder voorwaarde evenwel, dat
de kwestie der voor het leven gekozenen later zou
worden opgelost. Bij de verkiezingen nu is een
meerderheid vóór de voorgestelde grondwetsherzie
ning behaald. De linkerzijde heeft thans 38 zetels, de
rechter er 28, zoodat de totstandkoming van de hier
boven aangegeven hervormingen verzekerd is.
BINNENLAND.
DE REIS VAN Z. K. H. PRINS HENDRIK.
De kruiser „Zeeland", met prins Hendrik der Ne
derlanden aan boord, kwam Zaterdag de Newa bin
nen. De Prins werd door grootvorst Andree Wladi-
mirowitch en door den minister van marine begroet,
en voer met hen naar den steiger, waar Z. K. H. door
de leden van het Nederlandsdie gezantschap werd
ontvangen. Daarop begaven de Prins en de Groot
vorst zich naar Tsarkoje Selo, waar de Prins zijn in
trek neemt in het paleis van zijn zuster, de Grootvor
stin Maria Paulowna.
HET EEDSVRAAGSTUK.
Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp ingediend,
waarbij naar aanleiding van het jongste arrest van
den Hoogen Raad voor personen, die geen lid zijn
van een kerkgenootschap, in plaats van een eed, de
aflegging eener belofte wordt toegestaan.
DE BEGRAFENIS VAN THOMSON.
De extra-rouwtrein, waarmede het stoffelijk over
schot van overste Thomson van Amsterdam naar
Groningen overgebracht wordt, zal den 15den Juli
om 12 uur 19 min. van het Centraal-Station te Am
sterdam vertrekken. De trein stopt alleen te Amers
foort, Zwolle en Assen. De garnizoenen, daar aan
wezig, zullen op de perrons opgesteld worden en de
militaire eerbewijzen brengen. Om 3 uur 47 min.
een kleur krijgend, haar hoofd afwendde.
„Deern," zei hij toen langzaam, „mij dunkt, dat wij
beiden nog op een heel andere wijze bij mekaar pas
sen, dan dat wij vandaag alleen in heel Spreckholm
werkkleeren dragen en niet naar de bruiloft gaan."
Zij antwoordde niet en ging een paar schreden van
hem weg. Hij bleef naast haar.
„Wil je, dat ik met je meega?"
„Ik ga naar vader," antwoordde zij. „Als je mee
gaan wilt, dan zal dat den ouden man plezier doen."
„En jou, Anne Graveloh?"
Nu keek zij hem schalks van onder haar zwarte
wimpers aan. „Mij doet het ook plezier."
Zij liepen naast elkaar over het smalle pad tusschen
het bruine heidekruid, waarop de haastig voorbijtrek
kende wolken breede schaduwen wierpen. In de
verte blonk de zwarte poel in een valschen zonne
straal. Enno zei niets, maar hij genoot van het bij
zijn van het meisje aan zijn zijde als van den geur
van een bloem, als van vroolijken zonneschijn. Zij
stoorde hem door geen woord. Stil, zooals hij haar
op het middaguur door het woeste veen had zien
gaan, liep zij naast hem.
Toen zij de hut onder de pijnboomen naderden zag
Enno een schaduw tusschen de stammen wegsluipen
en achter den heuvel in het dichte berkenbosch ver
dwijnen.
De oude GrSveloh zat, door kussens gesteund,
rechtop in zijn bedstede vol ijver een mand te vlech
ten. Zijn blijmoedig rimpelig gezicht met het sneeuw
witte haar kwam den donkeren achtergrond helder
uit. Toen hij Enno herkende knikte hij hem glim
lachend toe.
„Mooi, Brinkmeier. Ik dank je ook wel, dat je
gisteren met mijn Anne gedanst hebt. Men kan nooit
zeggen wat er in iemand steekt. Ik had dat niet van
"ou gedacht. Nee. Maar het is goed. Ik zie, dat
e meer kunt dan alle Brinkmeiers, die ik gekend
heb."
„Wat kan ik dan?"
„Je kunt een domheid begaan. Lach niet. Dat
s wat groots. Het kan je vroolijk maken, ook wel
treurig, ja, maar toch eerder vroolijk."
„Je moet je niet aan zijn redenaties storen", fluis-
komt de trein te Groningen. Voor de rouwplechtig-
heid op de Handelskade te Amsterdam hebben zich
reeds 15 personen opgegeven om het woord te voeren.
H. M. de Koningin zal zich bij de plechtigheid
aan den kop van de Handelskade te Amsterdam doen
vertegenwoordigen door haar dienstdoenden adju
dant, majoor Ridder van Rappard, van het regiment
jagers.
De beeldhouwer August Falise heeft de huldi
gingscommissie, uit het 12de regiment te Groningen
het voorstel gedaan, om belangeloos het borstbeeld
voor luitenant-kolonel Thomson te ontwerpen en te
boetseeren. De commissie heeft dit voorstel met groo
te dankbaarheid aanvaard.
KAPITEIN SAR BIJ H. M. DE KONINGI
H. M. de Koningin heeft Zaterdag den kapitei van
de Albaneesche gendarmerie, J. H. Sar, op het 'eis
Het Loo in gehoor ontvangen.
Gemengd nieuws.
UITGEVERS VAN DAGBLADEN.
In de jaarvergadering van de Vereeniging van uit
gevers van dagbladen „De Ned. Dagbladpers" zijn
de volgende „Conclusiën" opnieuw bevestigd:
I. De vergadering besluit, dat de officieele pu
blicatie van gemeentelijke en provinciale berichten in
het algemeen tot de rubriek der advertentiën behoort;
doch meent, dat deze quaestie er een is van lokalen
aard en dat alleen door locale samenwerking des-
gewenscht onder leiding van het bestuur van „De
Nederlandsche Dagbladpers" naar een oplossing
ervan gestreefd kan worden.
II. De vergadering neemt als regel aan, ook an
dere aankondigingen, van Rijks-administraties, Be
sturen van Provinciën en Gemeenten, andere open
die het
s op te
nemen.
III. De vergadering besluit, aankodigingen en
mededeelingen, waarbij niet rechtstreeks een alge
meen belang betrokken is, doch geheel of voorname
lijk het persoonlijk belang van den Inzender wordt
beoogd, niet als bericht op te nemen in het redactio-
neele gedeelte der couranten.
IV. De vergadering besluit, aan Rijk, Provinciën
en Gemeenten geen rabat te geven op advertentiën,
en zoo deze door tusschenkomst van advertentiebu-
reaux worden geplaatst, aan deze voor die adver
tentiën niet meer dan 10 pCt. korting te geven, ter
wijl verlangd wordt, dat de advertentiebureaux van
die korting niets afstaan.
V. De vergadering besluit, als hoogste rabat voor
weldadigheids-advertentiën aan te nemen 50 pCt.
van den gewonen advertentieprijs, en lijsten van ver
antwoording betreffende ingekomen giften bij inza
melingen niet in het redactioneele gedeelte van de
couranten op te nemen.
VI. De vergadering besluit, geen advertentiën aan
te nemen van advertentiebureaux, die tarieflijsten
publiceefen, welke grovelijk onwaar en misleidend
zijn.
VII. De vergadering besluit niet toe te geven, in
eischen van adverteerders, die een bepaalde plaats
in de courant voor een advertentie verlangen, noch
zich te binden aan een monopolie van een bepaald
model of bepaalde lettersoort of versiering, tenzij te
gen extra betaling.
VIII. De vergadering draagt aan het bestuur op,
een lijst aan te leggen van advertentiebureaux, col-
poteurs en adverteerders, waarop 't de namen plaatst
ïebde Anna. „Vader zegt dikwijls wonderlijke
dingen."
„Wie is zoo net uit je huis geslopen?" vroeg Enno
„Was dat Pieter Clussmann?"
„Nee", antwoordde Graveloh. „De Clussmanns
zijn allen weer in Bremen. Dat was Luerke Voss."
„Komt die vandaag bij je? Op den dag, dat de
kleindochter van zijn vriend Schletten trouwt?!"
„Hij wou een mand hebben, Enno. Ja. Hij heeft
zelf de twijgen voor mij uit de schuur gehaald. Een
mand. Die maak ik voor hem. 't Is wel mogelijk, dat
hij nog iets anders wou." De grijsaard lachte In
zich zelf. „Maar dat krijgt hij niet van mij. Nee,
dat krijgt hij niet."
Enno was nog geheel vervuld van zijn twist van
den vorigen dag en de aanleiding daartoe. Hij
moest er over spreken. Vol spanning luisterde hij
wat de man, die met zijn vader jong geweest was,
er van zou zeggen. Maar de oude mandenmaker
ging er luchtig over heen. Die oude geschiedenissen,
och die oude geschiedenissen, die moest men laten
rusten. Er waren zooveel nieuwe. En God liet in
zijn barmhartigheid mooi groen gras over alle gra
ven groeien. Waarom dan dat gras wegtrekken?
Daar is maar verrotting onder. En toen begon hij
grappen te vertellen, vroolijke wederwaardig en
uit zijn uitvinderstijd. Zijn stem was zacht ar
welluidend, kalmeerend als het gemurmel van °en
bergbeek. Anne bereidde bij den haard het r g-
maal, onhoorbaar, met bevallige bewegingen, iet
oog streelden. Enno luisterde en keek en ei m
rust over hem. De stervende grijsaard, die w te
leurgesteld in al zijn hoogvliegende plannen en ver
wachtingen en die nu met een tevreden glimlach
manden vlocht zonder om de scherven achter hem te
treuren en zonder te huiveren voor het open graf voor
ion en het meisje in den bloei van haar leven, dat
blijmoedig haar kleinen bruidschat voor den ouden
man uitgaf deze beide menschen, die niet gebukt
gingen onder den druk van het verleden of de zorg
voor de toekomst, beiden een en al zonnig heden, wa
ren voor den zwaartillenden Brinkmeier's zoon als
een openbaring.
Wordt vervolgd.
OURAlf
o6V,V" M