laas zijn de bewijzen voor het grijpen, dat de camaril
la van de oorlogszuchtigen weer met de grootste ge
wetenloosheid aan het werk is o malle acties van de
regeering te niet te doca en het vrettelijke door te
zetten: de volkerenoorlog. de verwoesting van heel
Europa."
In het voortreffelijke verleden jaar verschenen werk
„Das deutsche Heer" van majoor v. Schreibershofen,
wordt uitvoerig beschreven hoe de mobilisatie van het
Duitsche leger eventueel geschiedt. Wij ontleenen
daaraan het volgende:
Het mobilisatie-bevel is betrekkelijk kort, geeft
slechts aan, dat de mobilisatie bevolen is en vermeldt
voorts den eersten mobilisatie-dag. Zonder verdere
aanwijzingen of bevelen heeft nu de overgang van het
leger in vredestijd tot oorlogssterkte plaats, op grond
van de maatregelen, welke zijn voorbereid. De voor-
loopige mobilisatie-werkzaamheden worden door el-
ken staf, elk troependeel en elke overheid jaarlijks uit
gewerkt en steeds bijgehouden. Al deze instanties
hebben een z. g. n. „Mobilmachtingskalender," een
kalender, welke naar enkele mobilisatie-dagen inge
richt is en waarin in tijdorde alles vermeld staat, wat
op den betreffenden dag moet geschieden. Daarbij
stelt men zich niet tevreden met korte aanteekeningen
en verwijzingen, maar alle maatregelen en aanwij
zingen zijn reeds woordelijk zoover klaar, dat alleen
nog maar de datum ingevuld behoeft te worden, voor
dat zij afgekondigd worden. Zelfs de couverten leg
gen gereed! Voor de brieven en bevelen, welke over
gebracht moeten worden zijn de boden en ordonnan-
cen met name aangeduid, hun routes voorgeschreven.
Zoodra zij zich aan de bureaux aanmelden, krijgen
ze de intusschen klaargemaakte brieven met een"
adressen-lijst en bezorgen deze zonder meer. Voor
grootere afstanden staan reeds wagens klaar. De
boden keeren terug met een ontvang-bewijs, zoodat
men zekerheid heeft, dat elk schrijven zijn bestem
ming heeft bereikt. Zoo worden door de districts
commandanten de afzonderlijke gemeenten en ge
huchten ingelicht en de oproepingsbevelen aan de
manschappen met groot verlof gebracht, voorzoover
deze niet verplicht zijn zich zonder meer aan te mel
den (in den militairen pas der reservisten staat op
gegeven waar dit moet geschieden). De manschap
pen melden zich dadelijk bij de regimenten, waartoe
ze behooren, of bij de district-commando's, waar zij
met groote transporten naar hun troepenafdeelingen
gebracht worden, tenzij er op de plaats zelf een nieu
we troepenafdeeling wordt opgesteld.
Een mobiel infanterie-batalj on bestaat uit 1080
man, terwijl een bataljon in vredestijd 500 a 600
manschappen telt. De laatste lichtingen der reserve
worden ter versterking van de actief-dienende troepen
gebezigd. Uit de overblijvende lichtingen der reserve
en uit de laatste der landweer worden nieuwe troepen
afdeelingen, z.g.n. reservetroepen, geformeerd. Zij
worden bij alle wapens gevoegd. Men formeert hier
uit reserveij divisies en reservekorpsen. Gerekend
wordt op 25—30 divisies of 15 reservelegerkorpsen.
Zij worden op dezelfde wijs als de actieve legerkorp
sen in de voorste linie gebruikt, teneinde zich in de
eerste groote beslissende slagen de numerieke meer
derheid te verzekeren. Ja, het is zeer wel mogelijk,
dat de beslissing juist van hen afhangt.
Uit de oudere lichtingen der landweer worden ge
mengde landweerbrigades gevormd, die hoofdzake
lijk gebruikt worden voor bezettings- en etappe-doel
einden. In geval van nood worden zij ook tot deelne
ming aan den veldslag opgeroepen. De landstorm
vormt slechts enkele bataljons, eskadrons en batterij
en en dient hoofdzakelijk als vesting-bezetting en
voor grens- en kustbewaking.
Voor elke troepen-afdeeling wordt een aanvulling
gereed gehouden (voor een infanterie-regiment een
Bataljon, voor een cavalerie-regiment een eskadron).
De cavalerie-regimenten, die in vredestijd uit vijf
eskadrons bestaan, gaan slechts met vier eskadrons
het veld in (voornamelijk omdat in vredestijd paar-
denmateriaal wordt gebezigd, dat voor den oorlog
niet dienen kan, terwijl de aangekochte paarden tegen
de vermoeienissen niet bestand zijn en reeds na de
eerste marschen achtergelaten moeten worden.
Bij de mobilisatie wordt er onmiddellijk een mili
tairen spoorwegdienst ingesteld. Alle treinen worden
voor militaire transporten gebezigd en voor het pu
bliek zijn maar uiterst weinig treinen beschikbaar.
Zoodra de eerste reservisten-transporten in de ka
zernes aankomen, worden ze uitgerust. Het passen
van uniformen en vooral van laarzen is een tijdro
vende bezigheid. De reservisten en landweerlieden
zijn meestal dikker, de laarzen hard en stijf gewor
den. Ieder man krijgt een herkenningsteeken, een
rond blikje, waarop de naam van zijn afdeeling en
een nummer gegrift staan. Dit blikje wordt aan een
koordje om den hals op het lichaam gedragen en
dient om dooden en gewonden te kunnen herkennen.
Het nummer moet overeenstemmen met dat van ge
weer, bajonet en kookgerei. Zoodra de compagnie ge
reed is, wordt zij ingedeeld, er wordt inspectie ge
houden, de krijgsartikelen worden voorgelezen, on
derwijs wordt gegeven over oorlogsrecht en oorlogs-
gebruiken, terwijl inlichtingen worden verstrekt over
het opmaken van testamenten. Ook wordt er ge
schoten, geëxcerceerd en vooral gemarcheerd. De bur-
gerkleeren worden ingepakt en teruggezonden.
De mobilisatie van leger en vloot heeft een ontzet
ten den invloed op het economische leven van den
staat. Het land wordt van het beste deel van zijn
arbeidskrachten beroofd, tal van bedrijven krijgen een
knak en voor vele voorwerpen (weelde-artikelen biiv.)
is geen markt en afzetgebied meer te vinden. Andere
bedrijven, welker voortbrengselen noodzakelijk zijn
voor leger en vloot zullen aan de aanvragen niet kun
nen voldoen. Uit- en invoer worden belemmerd, om
dat de kusten versperd zijn en de handel over zee
stopgezet is. Handel en nijverheid zullen echter
trachten nieuwe handelswegen te vinden, in plaats
van den zeeweg wordt bijv. de langere en duurdere
weg over het neutrale buitenland genomen. Voor de
mannelijke arbeidskrachten zullen vrouwelijke hulp
krachten worden gebruikt.
Bij staatsinstellingen, (spoorweg, post, telegraaf,
telefoon) worden de voor den dienst noodzakelijke
mannen zoo lang mogelijk in hun functie behouden.
Vele inrichtingen (munitie-fabrieken, kolenmijnen
bijv.) zullen hun personeel moeten vergrooten
reeds in vredestijd zijn hiervoor contracten geteekend.
Ernstige moeielijkheden zullen zich voordoen bij de
verschaffing van voedsel voor leger en vloot. (Jok
moeten Rijksbank en de groote banken financieele mo
bilisatie-plannen uitwerken, teneinde te kunnen voor
zien in ae behoefte aan baar geld. Aangenomen mug
worden, dat de regeering daarover het de leidende in
stellingen overeenkomsten getroffen heeft.
In de straten van Berlijn schijnt op dezen jme-
len avond aldus wordt aan de N. R- Ct. geseind
de heele bevolking op de been. Onder de Linden is de
menschenmenigte zoo dicht als bij een vorstelijken in
tocht, maar er niet meer, zooals op vorige avonden,
rumoer. Er staat een groote menigte voor het paleis
van den rijkskanselier, dat ondanks het late uur ge
heel verlicht is. Er schijnt een conferentie plaats te
vinden. Ook het departement van buitenlandsche za
ken is verlicht, maar referendarissen hangen cigaret-
ten rookend uit de ramen. Ook daarvoor heef. zien
een groote menschenmenigte verzameld^ Om het pa
leis is het vrij rustig en het Oostenrijksch gezant
schap ligt verlaten. Voor de gebouwen van een paar
groote bladen staan veel menschen en kijken vooral
nieuwsgierig naar de verlichte poort, waarschijnlijk
in de verwachting van bulletins, m de hooidstraten
is een gedrang van wandelaars als op de drukste
wandeluren. Tn de groote café's ia net stampvol
menschen. Op deze wijze brengt Berlijn dezen span-
nendeu, misschien voor de geschiedenis van ons we
relddeel beslissenden nathi door.
Het publiek is kalm en schijnt zelfs opgewekt. Nu
er geen couranten en ook geen bulletins meer verschij
nen, is het alsof de geweldige spanning van dezen
midfdag wat opgelucht is. Het was eenige uren zoo,
dat ieder opvallend geluid, hei springen van een
automobielband, het gekijf van een paar koetsiers, de
voorbijgangers deed opschrikken. Het is begrijpelijk,
dat onder die omstandigheden het valsche bulletin
over de mobilisatie onder de Linden zoo iets als een
paniek deed ontstaan.
Het is nu reeds lang na middernacht en het blijft
nog steeds bedrijvig op de straten. Velen zullen daar
waarschijnlijk de komst van de morgenbladen afwach
ten.
Papiergeld wordt vaak niet aangenomen. De brug
gen worden door militairen bewaakt en de treinen
naar Frankrijk streng onderzocht.
Uit Breslau wordt gemeld: De gemeenteraad
heeft vanochtend in geheime zitting eenstemmig be
sloten 20 miilioen ter beschikking te stellen tot ver
zorging van de burgerlijke bevolking van Breslau
met levensbehoeften ingeval van mobilisatie.
Uit Saarbrücken wordt aan de Lokal Anzeiger
geseind
In de heele streek hier heerscht oorlogskoorts. De
wildste geruchten worden grif geloofd en alles haast
zich om zich van levensmiddelen te voorzien. De win
kels worden evenzeer bestormd als spaarbanken. Tot
ver op straat staan de koopers, en den winkeliers wor
den de waren uit de handen gerukt. De aanvraag naar
meel, erwten en boonen en aardappelen enz. heeft een
hevig stijgen van de prijzen veroorzaakt. Vele winkels
hebben reeds moeten sluiten.
RUSLAND. Bij Keizerlijke Oekase werden onder
de wapens geroepen: lo. de reservisten van 23 heele
gouvernementen en 71 districten van 14 andere gou
vernementen; 2o. een deel der reservisten van 9 di-
tsirtcten in 4 gouvernementen; 3o. de reservisten van
de vloot, in 64 districten van 2 Russische, en een
Finsch gouvernement; 4o. de Kozakken met verlof in
het Dongebied Kuban, Terek, Astrakan, Orenburg en
Oeral; 5o. een daarmede overenekomstig aantal reser
ve-officieren, geneesheeren, paarden en wagens.
Van verschillende zijden werd toen gemeld, dat de
Duitsche regeering zien had gewend tot de regeering
te St.-Petersburg met eenige vragen. Gevraagd werd
lo. wat de mobiliseering beoogde; 2o. of zij tegen
Oostenrijk was gericht en 3o. of Rusland bereid was
de mobiliseering te staken. Er werd verzocht om zoo
spoedig mogelijk antwoord.
Uit dit bericht, dat Reuter zegt te hebben uit de
meest betrouwbare bron, bleek dus niet, dat er een
termijn van 24 uur was gesteld.
Men heeft te Ween en vertrouwbare berichten uit
Russisch Polen ontvangen, dat de revolutionnaire be
weging Haar niet verzwakt, maar veeleer groote uit
breiding gekregen heeft. Het springen van de kruit-
toren in Warschau was het werk van revolutionnairen
en het heet, dat Warschau reeds in opstand verkeerd.
Oostenrijk. Keizer Frans Jozef is gisteren on
der weergaloos gejuich van een menigte van honderd
duizenden menschen te Weenen aangekomen.
De Keizer hield tot de troepen een toespraak, zeg
gende, dat hij vol vertrouwen bouwde op den geest
van het getrouwe leger.
Aartshertog Frans Salvator, inspecteur-generaal
van den vrijwilligen gezondheidsdienst, is aan het
hoofd van het Roode Kruis geplaatst.
Aartshertogin Maria Theresia heeft den Keizer ver
lof gevraagd het Roode Kruis als zuster te mogen die
nen.
De „Gerliner Lokal Anzeiger" verneemt uit Wee
nen: De prijzen der levensmiddelen stijgen enorm.
Men overweegt het vaststellen van maximum-prijzen.
Op een der markten vielen ongeregeldheden voor. De
koopers, meest vrouwen, veroorzaakten stormachtige
scenes tegen de koplui, die hooge prijzen vroegen.
Hun stalletjes werden omvergeworpen en de kooplie
den zelf mishandeld. Het publiek is zelf de schuld
van die prijsverhooging, omdat iedereen voorraden
inslaat.
De Weensche beurs blijft nog gesloten.
De Oostenrijksche minister van onderwijs heeft
een oproep gericht tot de akademische jeugd, waarin
hij er aan herinnert, dat ook de jongelieden die niet
te velde trekken, zich nuttig kunnen maken voor het
vaderland door zich te wijden aan de vrijwillige zie
kenverpleging en zich beschikbaar te stellen voor
diensten ten beste van het algemeen.
Verder spoort de minister de jeugd aan in den zwa-
reu tijd zich de verheven grootte van het verleden te
herinneren, dan zouden ook zij deel hebben aan het
herstel van de eer en den roem van het vaderland.
Het „Berliner Tageblatt" geeft een beschrijving
van de eerste dagen der mobilisatie in Bohemen.
De beide eerste dagen van mobilisatie stelden aan
de spoorwegen hooge eischen. De gewone treinen,
die gemiddeld een uur vertraging hadden, waren niet
voldoende, om de groote menigte van opgeroepenen
te bevatten. Het personenvervoer is deels beperkt,
deels geheel onderbroken. Extra-treinen zijn in groo-
ten getale ingevoegd en daar er gebrek is aan pasa-
gierswagens, worden veewagens voor het vervoer van
reservisten in diens gesteld. Er bestaat geen verschil
van klassen. Vandaag reed ik in een waggon lste
klasse met een hooggeplaatst officier en een aantal
beschonken reservisten. Scherp is het verschil van
houding tusschen Duitschers en Tsjechen. Daar de
plaatsen volgens de nationaliteiten gescheiden zijn,
spreekt het ook vanzelf, dat de Tsjechen en Duitschers
aparte waggons zoeken. Terwijl de Duitsche reservis
ten hun kameraden, die op de stations wachten, met
hoera-geroep begroeten op hun doortocht, blijven de
Tsjechen over het algemeen zwijgen.
Op de stations hadden aangrijpende afscheidstoo-
neelen plaats. Vrouwen weenden, kinderen klampten
zich aan hun vaders vast, die zelf hun tranen niet
konden bedwingen. Onder de soldaten zelf heerscht
een vroolijke stemming. Er wordt gezongen, de pas
aankomenden worden begroet. Het eenige gesprek is
de oorlog. Het schijnt, dat alle andere belangen op
den achtergrond zijn gedrongen. De winkels sluiten.
Reeds verhoogen de winkeliers in consumptie-artike
len hun prijzen. Het meel is hier in één nacht acht
Heller duurder geworden. Alleen de herbergiers ma
ken voorloopig goede zaken.
In Jozefstadt, waar groote militaire depots zijn ge
vestigd, heerscht de grootste bedrijvigheid. Heele rijen
wagens, beladen met kleedingstukken, keukengereed
schap, zadels en dekens trekken naar het station.
Militaire treinen rijden naar alle richtingen; de
manschappen zijn reeds in de nieuwe veldunifonnen
gestoken. Officieren in veldtenue rijden heen en weer
en elke trein brengt honderden en nogmaals honder
den nieuwe reservisten.
De kazernes kunnen de menigte niet bergen, die,
zoo goed en zoo kwaad als het gaat in scholen en
particuliere batzen worden ingekwartierd. De op-
marsch der ïn deze stad liggende regimenten zal nog
deze week plaats vinden.
De mobilisatie komt voorts het land zeer ongele
gen. De oogst, die dit jaar juist in Noord-Bohemen
zooveel beloofde, staat voor de deur. Op de akkers
staat het koren vorr den zeis gereed, en plotseling
worden de beste arbeidskrachten aan het landbouw
bedrijf omruk!, De oogst kan niet binnengebracht
worden, a !es zal op het veld moeten bederven; nau
welijks zal men de noodige zorgen aan het vee kun
nen wijden.
Op de akkers ziet men slechts grijsaards, vrouwen
en kinderen. Laarbij komt, dat alle paarden, die maar
eenigszins voor den dienst geschikt zijn, voor militai
re doeleinden gerequireerd zijn.
Servië. Uit Boedapest wordt geseind: Volgens
berichten uit Saloniki is in Zuid-Macedonië een uit
gebreide opstand uitgebroken tegen de Serviërs. De
Macedonische benden worden door Bulgaarsche Ko-
mitadzji's gesteund en aangevoerd. Het heet, dat
het tot bloedige ootsingen gekomen is tusschen de
opstandelingen en de Servische soldaten.
Uit Saloniki wordt gemeld:
Zondag kwam hier een Servisch officier met zijn
vrouw in een hotel, waar hij zich als majoor Bojako-
vic liet inschrijven. Door personen, died en officier
van vroeger kenden, werd vastgesteld, dat deze ma
joor Bojakovic identiek is met mapoor Volo Tanko-
vic, wiens onmiddellijke arrestatie in de Oostenrijk
sche nota werd gevraagd en 'van wlen de Servische
regeering in haar antwoord mededeelde, dat hij nog
op den avond van den dag waarop de nota over
handigd werd, zou worden gearresteerd.
Frankrijk. Tot vijf uur was de indruk in de
wandelgangen der Kamer gisteravond zuiver pessi
mistisch, daarna echter wijzigde de meening zich be
langrijk naar aanleiding van het bericht, aat er di
recte besprekingen worden gehouden tusschen Berlijn
en St.-Petersburg.
De minister van binnenlandsche zaken verklaarde
openlijk in de wandelgangen, dat de toestand beter Is
dan men beweert en dat men het oogenblik tegemoet
mocht zien, dat de besprekingen zich zouden bewegen
in de richting van een gunstige oplossing. Hij voegde
daaraan toe: Wij hebben van de zijde van Duitsch-
land berichten ontvangen, zooals wij ze niet hadden
durven hopen.
Minister Angagneur (buitenlandsche zaken) beves
tigde de mededeelingen van zijn collega Malvy.
Een nota van Havas spreekt tegen dat de reser
visten bevel hebben ontvangen, zich bij hun korpsen
te voegen. De genomen maatregelen omvatten alleen
de terugroeping der verlofgangers van enkele korpsen
en de terugkeer naar hun garnizoen van die troepen,
welke er te ver van verwijderd waren. Deze maatre
gelen zijn uitsluitend van verdedigenden aard en ge
nomen om op alle gebeurlijkheden voorbereid te zijn.
De maatregelen van Duitschland zegt de nota
verder ofschoon zij ook van verdedigenden aard
schijnen, gaan veel verder dan de onze. Zoo heerscht
bijv. te Metz en in de omgeving groote bedrijvigheid.
Er wordt een strenge bewaking uitgeoefend op alle
punten en verkeerswegen die naar het nabijgelegen ge
bied leiden. De troepenbewegingen, daarvoor noo-
dig, hebben de bevolking aan beide kanten van de
grens in ongerustheid gebracht, maar men moet er de
beteekems niet van overdrijven. Voorts zegt de nota,
dat de Duitsche regeering verbod van uitvoer heeft
gelegd op enkele producten, die het leger noodig
heeft.
Het zal wel overbodig zijn er bij te voegen, dat in
de geheele streek der Alpen de grootste rust heerscht
en dat alle geruchten over voorbereidselen tot de mo
bilisatie van ons leger ongegrond zijn.
Twee feiten hebben hier het publiek vooral ge
troffen, zoo wordt aan de N. R. Ct. geseind. Ten
eerste een volslagen gebrek aan specie, zoodat men
zelfs geen biljet van fr. 50 meer kan wisselen, en ten
tweede het in beslag nemen van een middagblad, „Pa
ris Midi". Op sommige plaatsen kocht de politie het
heele pak op van courantenventers en verbrandde ze.
De geldkwestie is buitengewoon hinderlijk. Het is
een soort paniek. De burgermenschen houden al hun
metaalgeld vast. Dit strookt weder met het Fransch
karakter. Het in beslag nemen van de „Paris Midi"
is een merkwaardige kwestie. Merkwaardig is ook,
dat èn te Parijs èn te Berlijn omstreeks 12 uur berich
ten over het voorbereiden van de mobilisatie bekend
gemaakt werden en dat in beide steden die berichten
onmiddellijk tegengesproken werden, en de bladen,
die ze bekend gemaakt hebben, in beslag genomen
werden. Waarschijnlijk waren echter beide berichten
juist. Het bericht van de „Paris Midi", dat ik u sein
de, heeft een eigenaardige bevestiging gekregen. Ter
wijl dit blad in beslag genomen is en de hoofdredac
teur en de uitgever vervolgd zouden worden, geeft de
„Temps" een logenstraffing, die in werkelijkheid meer
op een bevestiging neerkomt
De Parijsche editie van „The New-York Herald"
van 30 Juli schrijft:
Vlug maar kalm gaat de Fransche regeering voort
met het maken van toebereidselen. Al de spoorbrug
gen en belangrijke stations worden door troepen be
waakt en alles is in het werk gesteld om de mobilisa
tie te vergemakkelijken. De ernst van den toestand be
gint thans eenigszins te werken op de zenuwen van
het volk en hoewel de publieke opinie kalm blijft, is
de nervositeit duidelijk merkbaar uit de manier, waar
op allen, mannen, vrouwen en kinderen het laatste
nieuws uit de dagbladên opnemen.
Natuurlijk is de zenuwachtige spanning, voorname
lijk aan de oostelijke grenzen, zeer groot. In de grens
steden, waar garnizoen ligt, wemelen de Btraten van
menschen, die Parijsche bladen koopen en druk den
toestand bespreken. Iedereen slaat levensmiddelen op
om op alles voorbereid te zijn.
Vele winkels worden bestormd. In de straten van
deze grensplaatsen ziet men slechts weinig militai
ren; allen blijven in de kazernes. Nu en dan snellen
bereden gendarmes door de plaatsen om berichten te
brengen naar reservisten en dezen mede te deelen, wat
hun bij eventueele mobilisatie te doen staat.
Treinen, volgepropt met soldaten van het actieve
leger komen van heinde en ver aande lieden, die een
vacantiereis maakten, keeren ijlings naar hunne
haardsteden terug.
De gemeenteraad van Parijs heeft dadelijk na het
ontstaan van de crisis beraadslaagd over het voorzien
van de stad van levensmiddelen in geval van mobili
satie. De militaire gouverneur van Parijs was bij de
beraadslaging tegenwoordig. Er is nu in enkele da
gen een voorraad gevormd van 150.000 centenaars
meel.
België. De staatscourant bevat een koninklijk
besluit, waarbij voorloopig wordt verboden: de uit
voer over de land- en zeegrenzen van alle soorten vee,
kaas, spelt, mengkoren, rogge, haver in schoven, als
graan en als meel, hooi, stroo en andere fourages,
automobielen, oliën, vetten, etherische oliën en essen-
oen voor het opwekken van motorische kracht, voer
tuigen van alle soorten en paarden (behalve veu
lens).
BELOIë. België heeft besloten de forten van Luik
en Namen te mobilisecren. Gendarmes en douaniers
bewaken de grens
De belgiscne genie is, volgens een bericht in „Le
Matin," bezig mijnen aan te brengen in de peilers der
bruggen over de Maas te Luik en overal waar treinen
uit Duitschland overgaan. De bruggen boven en be
neden de Maas waren reeds ondermijnd, evenals de
tunnel van de Vestres en het viaduct van Tolhain.
Op de beurs te Brussel wordt, naar aan de N. Rot.
Cxi. wordt gemeid de toestand bedenkelijk; de prijs
der granen stijgt steeds, daarentegen daalt de prijs
der kolen, daar uit Engeland en Duitschland maar
weinig meer wordt ingevoerd. Het bankpapier daalt
in waarde; men kan in sommige lokalen een bankbil
jet van twintig frank voor zeventien frank in zilver
koopen; in al de banken is er strijd om de loketten
waar de deposito's worden afgehaald. In de Nationa
le Bank moest bij de uitwisseling van papier de poli
tie werkdadig optreden, zoo groot was de toeloop.
Een blad meldt, dat een bankier Oostenrijksch goud
weigerde.
Zooals ik u seinde zal het vredesbureau een oproep
doen tot de kleine staten; overal richt men zich in
voor de ontvangst van de binnengeroepen soldaten,
zoo gaf men aan de jongens der scholen van Ostende
vrijaf om in de lokalen de soldaten te kunnen huisves
ten.
Engeland. In antwoord op een vraag in het La
gerhuis betreffende de crisis, antwoordde Sir Ed
ward Grey, de minister van buitenlandsche zaken gis
ter: „Het spijt mij dat ik niet kan mededeelen dat de
toestand minder ernstig is dan gisteren. De voor
naamste feiten zijn hoofdzakelijk onveranderd geble
ven. Oostenrijk is den oorlog tegen Servië begonnen.
Rusland heeft een gedeeltelijke mobilisatie gelast.
Voor zoover wij ingelicht zijn, heeft dit tot nu toe niet
geleid tot eenige daaraan evenredige stappen bij de
andere mogendheden. Wij gaan voort het eene groote
doel voor oogen te houden, n.l. den Europeeschen vre
de te waarborgen; en daarom blijven wij in nauwe
aanraking met de andere mogendheden. Ik ben ver
heugd te kunnen zeggen dat zich in deze gedachten-
wisseling tot nu toe geen moeilijkheid met de andere
mogendheden heeft voorgedaan, al is het den mo
gendheden ook niet mogelijk geweest zich te vereeni
gen in een diplomatiek optreden, zooals het voorstel
van 27 Juli dat bedoelde.
De besprekingen over het wfjzlgingsontwerp inzake
zelfregeering, welke in het Lagerhuis zouden aanvan
gen, werden uitgesteld na een ernstige verklaring
van den Engelschen minister-president Asquith,
waarin hij den nadruk legde op aen ernst van den
toestand, welke zonder weerga is, cn waarbij het voor
Oroot-Britannië een levensbelang is met het gezag
van een niet-inwendig verdeelde natie te handelen.
Asquith zeide o. a.„Wij bevinden ons in een Eu-
ropeesche crisis welke in onze ervaring bijna zonder
weerga is. De factoren welke vrede of oorlog bren
gen moeten, zijn in de waagschaal gesteld en daarme
de het gevaar voor een ramp waarvan de afmetingen
niet overzien kunnen worden. Het is een levensbelang
en in het belang van de gansche wereld dat Groot-
Brittannië, wiens eigen belangen niet onmiddellijk op
het spel staan (toejuichingen), vereenigd weerstand
zal bieden (luide toejuichingen) en in staat zal zijn,
zijn stem te laten hooren en te handelen met het gezag
van een niet inwendig verdeelde natie (toejuichingen).
Wanneer wij voortgingen met het ontwerp, dan zou-
.den wij ons onvermijdelijk in scherpe strijdpunten be
treffende de binnenlandsche geschillen gaan begeven.
Ik behoef niet méér te zeggen dan dat zulk een gebruik
van onzen tijd op een oogenblik als dit nadeelige en
blijvend-nadeelige gevolgen op den internationalen
toestand zou hebben. De leider der oppisitie Bonar
Law deelt in alle opzichten de gevoelens waaraan ik
hier uitdrukking gegeven heb. Wij stellen voor de be
handeling van het ontwerp uit te stellen in de hoop
dat bij dit uitstel de vaderlandsliefde van alle partijen
samen zal werken, opdat gedaan kan worden wat in
ons vermogen ligt om de rampen welke de wereld be
dreigen, zoo niet af te wenden dan althans te beper
ken.
Alle oorlogsschepen Iaden op Malta in aller haast
kolen, alsook zooveel munitie en proviand mogelijk.
Bijna de geheele Engelsche Middellandsche-Zeevloot
is hier nu samengetrokken.
Een proclamatie behelzende voorzorgsmaatregelen
voor de verdediging van de baai is gisterochtend te
Gibraltar uitgevaardigd en daarna weder ingetrokken.
.Wegens de crisis in Europa zijn de manoeuvres
die in Transvaal zouden worden gehouden afgewim
peld. Alle rijkstroepen keeren naa rhun post terug.
Elders in Zuid-Afrika neemt men bizondere maatre
gelen.
Volgens een telegram uit Gibraltar aan de „Ex
change Telegraph" heeft de Spaansche regeering last
gegeven aan alle beschikbare oorlogsschepen, om zich
naar de Balearen te begeven. Het .pantserschip „Po-
layo" en verschillende kruisers hebben de Marok-
kaansche kust verlaten om zich naar dit concentratie
punt te begeven. De kruiser „Estramadura" en de
flottilje torpedojagers en torpedobooten hebben bevel
gekregen Algesiras te verlaten en eveneens naar de
Balearen te gaan. Alle voorzorgsmaatregelen zijn ge
nomen.
ITALIë. Volgens berichten uit Rome zou een ern
stig meeningsverschil bestaan tusschen den minister
van buitenlandsche zaken di San Oiuliano en den
premier Salandra, die niets zou willen hooren van
een steunen van Oostenrijk tort et h travers, waar
voor de eerste zou pleiten.
Uit ene telegram van den Romeinschen correspon
dent van de „Indépendance Beige" blijkt, dat Salan
dra in deze geheel en al het standpunt inneemt van
het Italiaansche volk, dat zich ook weerspiegelt in de
pers. Op slechts enkele uitzonderingen na, veroor-
deelen de bladen min of meer openlijk het onverwach
te en brutale optreden van Oostenrijk, dat door niets
gerechtvaardigd wordt. Men weet hier wat men te
denken heeft van de resultaten van die Oostenrijksche
enquête naar den oorsprong van het moordcomplot,
en dat de keizerlijke politie gewoonlijk niet al te best
is ingelicht. Men vraagt zich af, of het nu werke
lijk aannemelijk is, dat die politie, welke niets gewe
ten heeft van het complot om den troonsopvolger te
vermoorden, nu ineens in korten tijd op het spoor is
gekomen van geheel den opzet en de voorbereiding
van dat complot.
Verder ziet men in, dat het Servische antwoord
voldoening genoeg gaf, indien de Oostenrijksche no
ta maar niet slechts een voorwendsel ware geweest.
Over het algemeen is men in Italiaansche politie
ke kringen overtuigd, dat Oostenrijk niet een derge
lijk avontuur zou begonnen zijn, indien het niet de
Zekerheid had, gesteund te zullen worden door
Duitschland.
Geheel Italië verkeeit onder de vrees, dat men ge
dwongen zal worden mee te doen. Het volk verkeer
de in de meening, bij de verlenging van het Drievou
dig Verbond, dat men nimmer in den toestand zou ko
men, dat de gevolgen zouden moeten aanvaard wor
den. Men ziet nu in, dat het wel eens anders zou kun
nen loopen en het vooruitzicht, betrokken te worden
in een conflict, uitgelokt door Oostenrijk en uitslui
tend ten behoeve van Oostenrijksche belangen, stuit
hier iedereen tegen de borst. Men voelt er niets voor
aan de zijde van Oostenrijk te moeten strijden tegen