DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. ■«li m€ r Nieuwe Abonnementen. m. 200. Honderd en zestiende Jaargang. 1914 DINSDAG 25 AUGUSTUS. FRANKRIJK. BELGIË. RUSLAND. OOSTENRIJK. Duitschland en Japan. VARIA. m Oeze Courant wordt eiken avond» behalve op Zon- en feestdagenuitgegeven Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk f 1, Afzonderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën Per regel f0,10. Bij groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V Boek- en Handelsdrukkerij v/ho HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. Duitschland en de verbondenen. De Duitschers en de Russen. De Duitschers en de Engelsehen. De Oostenrijkers en de Serviërs. m iw Telafoonnuiïmuff ALKMAAR, 25 Augustus. Hebben wij tot dusverre voornamelijk beschouwin gen moeten opbouwen op de nogal betrouwbaar ge bleken Duitsche berichten, heden kunnen we, voort gaande in dezelfde richting, een aanknoopingspunt vinden in een officieel telegram uit Parijs. Maar alvo rens dit te doen willen we even wijzen op een artikel van den heer George Clemenceau, die zijn invloedrijke persstem Iaat hooren in „l'Homme iibre". Ik meende schreef deze bekende journalist dat er een wederzijdsche band was tusschen de pers en de regeering. Maar ik heb sinds dien opgemerkt, dat de belofte, aan de pers ge geven, niet is gehouden en ik ben besloten alles te doen wat In mijn macht is, om te voorkomen, dat de natie misleid wordt. Ik herhaal „mis leid", omdat ons het goede nieuws gegeven wordt en getracht wordt de slechte resultaten verborgen te houden door de feiten te verdraaien. Wij kunnen niet altijd overwinnen. Werkelijk, onze civiele autoriteiten behandelen het Fransche volk in dit opzicht verkeerd, omdat zij kinderlijk gelooven, dat het volk niet voor zijn taak opge wassen is. Het volk verdient deze beleediging niet Het zou een misdaad zijn, het volk niet in staat te stellen zijn hart en zijn gemoed te Btalen door het dapper aanvaarden van tegenslagen. De dag waarop het volk zou gelooven, dat het bedrogen was, zou door een plotselinge reactie kunnen leiden tot betreurenswaardige dingen. Dit is het ernstige gevaar, dat ik wensch te voorkomen." Blijkbaar heeft de Fransche regeering dezen wenk begrepen. Er is althans een officieele mededeeling verschenen, naar ons geseind wordt, waarin de feiten niet worden verdraaid of de gebeurtenissen geringer worden voorgesteld, dan ze zijn. Toegegeven wordt door het Fransche ministerie van oorlog, dat het Fransche leger, hetwelk het Duitsche had aangevallen, is moeten terugtrek ken, terwijl verder wordt verklaard, dat het defensief van het Fransche leger ongeschokt is gebleven. Hieruit volgen twee dingen. In de eerste plaats, dat van 't binnenvallen in 't Duitsche rijk voorshands door het Fransche leger is afgezien en dat men, in- plaats van een aanvallende een verdedigende hou ding gaat aannemen. Ten tweede, dat de scheuren, welke de voorwaartsche bewegingen der Duitsche troepen onder den onstuimigen Duitschen kroonprins en dien van Beieren veroorzaakten, behoorlok zijn ge dekt, dat dus de teruggeslagen legerkorpsen ondanks de snelle en doortastende vervolging er in geslaagd zijn het tactisch verband te herstellen. In hoeverre de ze laatste gevolgtrekking juist is, zal spoedig genoeg blijken. Het telegram bevat verder de mededeeling, dat de Duitsche cavalerie over Roubaix en Tourcoing bij Rijssel het Fransche grondgebied zal binnentrekken. Nu is de Duitsche ruiterij daar reeds eenige dagen geleden gesignaleerd en wanneer hier patrouilles be doeld waren, zou er zeker voor den Franschen minis ter geen aanleiding zijn, het Fransche volk daarop zoo ernstig voor te bereiden. Van een raid of een strooptocht is hier geen sprake. Het is waarschijn lijk een legermacht, die op Frankrp aanrukt en het heeft er allen schijn van, dat de hoofdaanval van de zen kant zal geschieden. De Duitsche troepen in BelgiS toch zijn hoe langer hoe meer Westwaarts geschoven en zij hebben stellig niet zonder reden hun retraitelinie zoo ontzettend lang en hun toevoer van levensmiddelen en krijgsvoorraden zoo verbazend moeielijk gemaakt I Is er eenige reden, dat de Fransche minister van oorlog de krijgsverrichtingen in het Zuiden en het binnendringen van Duitsche troepen in het Noorden in één adem noemt? Wij gelooven van wel. Immers de Duitschers zijn in staat hier een aanzienlijke Fransche troepenmacht vast te houden die aangewezen is op het z. g. n. strategisch defensief, d. w. z. moet wachten op den aanval en des te minder troepen hebben de Franschen derhalve beschikbaar om den Duitschen opmarsch in Noord-Frankrijk tegen te gaan. Maar het Fransche en Engelsche leger dan, vraagt wellicht de lezer. Wij zouden die vraag met een wedervraag willen beantwoorden: waar is ln Bel gië het Engelsche expeditie-corps met beslistheid ge signaleerd, waar ia een aanzienlijke Fransche troe penmacht op Belgisch grondgebied werkelijk waarge nomen? Is het veldtochtBplan van den grooten Duitschen ge- neralen staf inderdaad zóó, als wij het op dit oogen- blik meen en te mogen zien, dan staan de Duit schers er zeer gunstig voor. Immers aan dit gedeelte van de Fransche grens worden enkel de verschanste legerplaatsen Maubeuge en Rijssel gevonden en aan zee nog de stelling Duinkerken. Hier is ook de uit nemende doorgang van de Oise. Het was deze door gang, die vroeger Aken met Parijs verbond. En de Duitsche troepen, die hier staan, zijn grootendeels over Aken gekomen I Ten slotte nog een aanwijzing, welke voor boven- staandle onderstellingen pleit. Wij weten nu, waar de Duitsche en waar de Beier sche kroonprins hebben gestreden. Maar omtrent de troepen, aan welks hoofd de Duitsche Keizer zich heeft geplaatst, hebben we nog niets gehoord. Zou het nu niet voor de hand liggen, dat hij de legermacht gaat leiden, welke den weg naar Parijs vrijmaakt? Immers het moge waar zijn, dat het niet te doen is om de vijandelijke hoofdstad, doch om het vijandelijke leger, toch zal het voor een praal-lievend man als de Duitsche Keizer een bijzondere bekoring hebben als overwinnaar aan de poorten van Parijs te kunnen staan. Het zou hem vermoedelijk wat waard geweest zijn als het op den verjaardag van Sedan (1 September) had kunnen geschieden! Wel verklaarde een Engelsch journalist getroffen te zijn geweest door den ongelooflijk snellen opmarsch van het Duitsche leger, maar zoo vlug gaat het nie\ en een militair wandelingetje zal de tocht naar Parijs, in geen geval zijn. Immers het Engelsche expeditie- leger zal hier gevonden moeten worden om (Je beschikbare Fransche legermacht te steunen. Laten we nu maar eens afwachten, hoe de Duit schers denken hierdoor te breken en zien, of onze ver onderstelling van heden zal uitkomen. GEEN LAFAARDS! De Figaro deelt de volgende anecdote mee, waar van de juistheid onderzocht heet te zijn. Men heeft mg dezer dagen verteld, aldns de schrij ver, van het bewonderenswaardige gedrag van een regiment Fransche artillerie, dat op enkele kilometers afstand van de grens op post stond, een eere post, omdat het een allergevaarlijkste post was. In een der steden van het Centre, laat ons zeggen Bourges of Mans, had men een aantal manschappen noodig, die om konden gaan met kanonnen van groot kaliber, wat de reserve-troepen slechts onvoldoende konden. Zoo vroeg men den bevelhebber van een der gevaar- lij kat liggende vestingen aan de oost-grens om hon derd bekwafhe artilleristen af te staan aan dat gar nizoen, waar het volkomen veilig was. De kolonel deelde aan het regiment de order mede, die hij ontvangen had. Laten zij, die kinderen, eer. vrouw, een moeder hebben, zoo sprak hjj, en die dichter bg huis wensohen te zijn, zich melden. Hun namen worden opgeteekend. Ik wacht. Niemand antwoordde, de gelederen bleven onbe weeglijk. Vooruit nu, vervolgde de kolonel, kom nu maai voor den dag. Het is volstrekt niet laf om zich oj te geven. Ik heb honderd man noodig. Laat ze voor uitkomen. Zelfde stilte, zelfde onbeweeglijkheid. Dus niemand? Niemand, antwoordde de oudste kapitein. Goed, bromde de kolonel, die er nauwelijks in slaagde onder barschheid zgn ontroering te verber gen, dan zullen we loten. En zoo wees het lot de honderd kanonniers aan, die er zich in moesten sehikken, dat ze van de grens, van den slag, van het gevaar werden weggevoerd EEN GESCHENK. Louis Renault, de Fransche auto-fabrikant, heeft aan het Fransche ministerie van oorlog dertig motoreD voor vliegtuigen van tachtig paardekrachten geschon ken, verder tien ambulance-auto's en tien auto's voor den staf. Een vorstelijke gift. DE STAD BRUSSEL. Een der oorlogscorrespondenten van het Persbureau Vaz Dias, die zich voor de poorten van Antwerpen ophoudt, had het geluk op zijn weg Zondagmiddag te vier uur te ontmoeten de 28-jarige Paul Knothe, Rue du Bali 90 Ixelles bij Brussel, die het volgende vertelde: „Ik werd verleden week te Rotterdam verrast door het bericht van de bezetting van Brussel en daar ik al mijn have en goed en ook mijn zaken te Brussel had, stelde Ik alle pogingen ln het werk naar de Bel gisdie hoofdstad terug te keeren, om daarna weer naar Rotterdam terug te gaan. Ik verkreeg van de Overheid een pas en te Brussel heelt men mij op het stadhuis door de Burgerlijke, niet door de Militaire Overheid wederom een bewijs van doorgang laten uitreiken, waarmee ik zonder moeite de verschillende posten ben gepasseerd. Wel moest ik overal naar het commando „Hinde Auf", waarbij dan de revolver in dreigende beweging werd gezet, mijn bagage neerzet ten en de handen in de hoogte nouden, doch toen Ik bij de zesde post kwam kende ik dit liedje reeds en deed dit vóór men mij het vroeg. En ik zeide daarop dat ik vreeseljjk moe en dorstig was. De Duitsche uhlanen waren daarop zoo vriendelijk mij een glas wijn te schenken. Ik heb vele uren geloopen, want zooals men weet is de verbinding tusschen Brussel en Mechelen geheel verbroken. Wat zal ik u van de stad vertellen. De verhouding tusschen de burgers en de militairen is, de pijnlijke omstandigheden in aanmer king genomen, uitstekend en het moet gezegd, dat door de Duitsche militairen al datgene wordt nagela ten wat maar eenigszins onaangenaam zou kunnen werken op de Brusselsche bevolking. Het eenige wat men van hen bemerkt is, dat zij nu en dan door de straten en over de boulevards trekken met de muziek aan het hoofd, doch de goedluimsche Brusselaar schijnt zich daar weinig aan te storen en de café's zijn al even goed bezet als anders in het stille seizoen als weinig vreemdelingen in de stad zijn. De politie agenten zijn Belgisch gebleven en overigens zijn de banken, het postkantoor, de stations, de beurs en het stadhuis door de Duitschers bewaakt; overal ziet men echter de Belgische vlag wapperen. Men heeft mij verzekerd, dat de Duitschers beslag hebben gelegd op 20.000.000 francs in de Banque Nationale, doch dat deze som slechts genomen werd in mindering op de 200 millioen welke zij als oorlogsschatting de stad oplegden. Als een der merkwaardigheden kan ik u meedeelen dat Duitsche vliegers geregeld in cirkels de siad overtrekken en deze blijkbaar inspecteerenik zag althans dat de militaire vliegers seinen geven door middel van vuurpijlen. De Duitsche officieren zijn allen ondergebracht in de grootere en ook in de mindere hotels, de soldaten slapen in de kazernes, in de stations en het slachthuis. Er liggen er 3000; in de afgeloopen dagen zijn 70.000 man door Brussel getrokken. Te negen uur sluiten alle café's. Er zijn geen of weinig cinema's open, de lichtreclames blij- v;n de aandacht trekken. Slechts de courantenverkoo- pers zwijgen. Hun stem werd echter gehoord bij het uitroepen van den dood van den Paus, toen bulletins werden uitgegeven. De eenige gewelddaad welke de Duitschers tot nu toe hebben bedreven is kort na hun aankomst de tram van Grimberg te laten springen. Men zegt, omdat de directie weigerde de wagens ten dienste van de Duitsche militairen te stellen. Van ca fé's gesproken: het is eigenaardig ln de typisch Duit sche café's thans bediend te worden door Fransche kellners en te zien dat de café's welke vroeger door Duitschers werden beheerd, die nu uitgewezen of ge vlucht zijn, in Belgische exploitatie zijn genomen. Het bekende Duitsche restaurant b.v. van Muhl- bauer heet thans „Brocare". De officieren en solda ten eten en drinken zeer veel. Misschien wel te veel, want winkels van etenswaren werden in een minimum vantijd leeggehaald en men weet niet wat de oorzaak is, dat de Duitsche soldaten een enorme eetlust heeft of uitgehongerd is dan wel dat het Duitsche leger zich vast voor de komende dagen wil voorzien. Het dient gezegd, dat de Duitschers met klinkende specie betalen en dat zij verplicht zijn dit te doen, terwijl uitsluitend voor leveranties aan het leger bons in be taling worden gegeven. Omtrent de voeding van Brussel deelde onze vriend ons mede, dat de kooplie den, die Brussel 's nachts moeten verlaten om etens waren, groenten, vruchten en geslacht binnen te ha len, voorzien worden van passen, welke hun het in- en uitgaan van de stad mogelijk maken; deze worden door de Duitsche militaire autoriteiten verstrekt. Het Koninklijk Paleis blijft In een hospitaal herschapen. HET ANTWOORD DER POLEN. De vertegenwoordigers der verschillende Poolsche partijen hebben aan grootvorst Nikolaas meegedeeld, dat zij met ontroering zijn oproep aan de Polen hadden gelezen. Ze spraken hun vast vertrouwen uit, dat het bloed, dat de zonen van Polen en Rusland samen zouden storten ln den strijd tegen den ge- meenschappelijken vijand, de beste waarborg zal zijn voor een nieuw leven in vrede In den geest van de twee Slavische volken. Wij zenden vurige ge beden op zoo zeggen ze verder dat het Rus sische leger moge overwinnen en verwachten ook volledige zege op de slagvelden. GEBREK AAN VOEDSEL IN WEENEN. Uit Venetië word» aan de Times geseind, dat er te Weenen gcor,ek voedsel begint te heerschen. Het groote aantal vluchtelingen en de behoefte van het leger doen het gewone tekort aan vleesch om dezen tijd van het jaar nog ernstig toenemen. De Weeners zijn aangemaand zooveel mogelijk groente In hun tuinen en parken te planten. Boven dien wordt tn alle stadsplantsoenen en parken win tergroente gezaaid, die later gratis zal worden ver strekt. Zoo zuilen spoedig spinazie, wortelen, bleten enz- op alle stukjes grond welig opschieten. IN ELZAS-LOTHARINQEN. Van Duitsche zijde wordt de slag in de Vogezen de geweldigste slag ln de wereldgeschiedenis genoemd. Het Fransche leger stond hier in een sterkte van meer dan 400,000 man. Zijn opdracht was, tegen Straat»- D a g e I Ji k s bestaat gelegenheid tot het nemen van een abonnement op de „Alk- maarsche Courant." Het reeds verschenen gedeelte van een kwartaal wordt niet in rekening gebracht. □e „Alkmaarsche Courant" bevat dage lijks o.m. de laatste telegrammen van het oorlogsterrein- Voor een geregelde bezorging worden alle mogelijke maatregelen genomen. Aangiften voor nieuwe abonnementen bij de Admi nistratie Voordam C 9, bij de Agenten en Brieven gaarders. burg met omtrekking van Metz DE te rukken, onder steund door kleinere voorhoeden door de Ópper-El- zas.en over de Vogezenpassen. Drie volle dagen duurde de slag, die over een front van 50 kilometer begon en in den loop van den strijd tot over een gevechtslinie van 100 kilometer zich uit breidde. Het resultaat was echter een vlucht van den kern der Fransche strijdkrachten op den vestinggordel Toul-Epinal, om daar steunpunten te zoeken. Het overtrekken van het Mamekanaal bereidde hun echter groote moeilijkheden, vooral daar de Duitsche troe pen dag en nacht van de vervolging niet afzagen. De Fransche soldaten wierpen de ransels, geweren en sa bels weg om sneller te kunnen vluchten. Het door de Franschen bezette Donon werd stor mend genomen; het eene dorp na het andere viel in Duitsche handen. DUITSCHE NEDERLAAG IN OOST-PRUISEN. Volgens officieele Russische berichten aan de „Ti mes" verloren de Duitsche strijdkrachten bij de ge vechten in Oost-Pruisen twee derde van hun effectief. Bij de vervolging werden de Duitschers volkomen verslagen. De Russen hebben Soldau bij de Poolsche grens bezet, van waar de spoorweg naar Danzig gaat. Willenburg, pl. m. 60 K.M. oostelijk van Soldau, be vindt zich eveneens in Russische handen. Neidenburg is in brand gestoken door het terugtrekkend garni zoen. De terugtocht van de Duitsche troepen in dit gebied was geen nederlaag, maar een paniek. Een Duitsche verkenningsafdeeling van 150 man ruiterij is bij Wlozlaw (Russisch Polen) in de pan gehakt. IN ZUID-AFRIKA. Volgens een te Londen ontvangen telegram uit Johannesburg zijn de Duitsche strijdkrachten bij Upington in Betsjoeanaland teruggeworpen. De Duitschers hadden een overrompeling op Kimberley ln den zin. DE STRIJD BEGONNEN. Een bizonder editie van de Tokio'sche Yamato meldt, dat Tsingtau, de hoofdstad van de Duitsche kolonie Kiautsjau, door de Japansdie vloot wordt ge bombardeerd. DE STRIJD OM KIAUTSJAU. In Peking verwacht men spoedig de opening der vijandelijkheden door Japan, dat zijn plan tot den aanval op Kiautsjau van de landzijde volkomen ge reed heeft. Men zegt, dat Duitschland twee gepantserde en drie lichte kruisers heeft. Kiautsjau is goed versterkt. Het heeft een bezetting van eenige duizenden man schappen en voorraad voor acht maanden, terwijl de haven inet talrijke mijnen afgezet is. OOSTENRÏJK'S HOUDINO. De Oostenrijksche regeering heeft aan den kruiser „Kaiserin Elisabeth", die zich thans in Kiautsjau be vindt, last gegeven tot ontwapening. De bemanning moet zich naar Tientsin begeven, zoo zegt een En gelsch bericht. STAKINO DER VIJANDpLIJKHEDEN De Londensche „Daiiy xMail" vernam, dat de opera- tiën tegen Servië aan de Drina zullen worden gestaakt en dat de oorlog met Servië dus zich bepalen zal tot een straf-expeditie. Het schijnt dat de Oostenrijkers al hun kracht met die der Duitschers willen vereeni gen tegen de Russen. OP EEN MIJN GELOOPEN. Volgens een telegram uit Belgrado aan de Parijsche „Exelcior" zou een Oostenrijksche monitor op een mijn zijn gestooten eri gezonken tusschen Oraova en Baziaz, De bemanning kwam om. EEN VOORSPELLING. De Meierijsche Crt. diept uit een oud Belgisch blad de voorspelling op van den huldigen oorlog. Die voorspelling Is te merkwaardiger omdat zij reed» zoo oud is en gegeven door de Zwarte Heks of j fiAli-i 1 ALRMAARSCHE GODRAHT,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1914 | | pagina 1