DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. 'ÏM Nieuwe Abonnementen. No. 221 Honderd en zestiende jaargang,, 1914 VRIJDAG 18 SEPTEMBER. Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk 11,—. Afzonderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën Per regH r 0,Ks 3ij groote contracten rabat Oroote V^ers naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HF.RMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. Duitschland en de verbondenen. ALKMAAR, 18 September. Een journalist, die zich in korten tijd veel naam maakte, heeft plotseling zijn ontslag gekregen. De broeder van den Duitschen Keizer heeft eens ge zegd, dat de journalisten in Amerika „bijna" zooveel macht hadden als een commandeerend generaal in Duitschland. Welnu, in Duitschland is thans een journalist tot commandeerend generaal bevor derd: de generaal-kwartiermeester von Stein heeft het commando gekregen over het Karlsruher leger korps. Tot voor kort was de heer von Stein een gewaardeerd medewerker van de Duitsche bladen, conservatieve zoowel als sociaal-democratische en zijn bijdragen werden zoo snel mogelijk rond den aardbol geseind. Wat hij schreef muntte uit door be knoptheid. Hij was niet de man van beschouwingen, maar van nuchtere feiten. Een „berichtjesjager", een „zooveel-cent-per-regel-medewerker" was hij aller' minst. In wat hij zond, werd niets gewijzigd, geen woord werd geschrapt, geen redactioneele verande ring aangebracht Den laatsten tijd echter liet hij heel weinig van zich hooren,. zijn berichten werden hoe langer hoe spaarzamer. En toen begon hij aan tendencieuze journalistiek te doen. Hij gaf niet meer feiten, doch beschouwingen, wel zeer beknopt, maar toch speculatief. En hij scheen werkelijkheid en wen- schelijkheid niet meer zoo zuiver te kunnen onder scheiden als in den beginne. Zijn vulpen wisselt nu tegen het zwaard en hij zal niet door middel van de pers maar door de monden van de kanonnen spreken. Het journalistieke militaire werk wordt, blijkens een telegram in dit nummer, thans verricht door den Duitschen Rijkskanselier. De heer von Bethmann Hollweg doet het uitvoeriger dan zijn voorganger, maar hij meldt enkel neven-feiten en is overigens blijkbaar meer polemisch aangelegd zou dat ook het gevolg kunnen zijn van al de documenten, wit blauw en andere boeken, waarmede de verantwoorde lijke staatslieden elkaar tegenwoordig beoorlogen, soms met behulp der gezanten in de neutrale landen, die ook al braaf meedoen aan dezen papieren oorlog? De Duitsche lezers zijn echter wel langzamerhand beginnen te begrijpen, dat het met de officieele jour nalistiek de laatste dagen niet heelemaal in den haak was. Zij zagen in, dat de Oostenrijkers geducht klop hadden gekregen en al de mooie berichten over Oost- Pruisen konden niet verhinderen, dat zij steeds drin gender de vraag stelden: en waarom hooren we niets uit Frankrijk? Een Duitsch blad waarschuwt in verband hiermede tegen kleinmoedigheid bij vele courantenlezers en blijmoedigheid bij 'sommige courantenschrijvers, die het succes in Oost-Pruisen geweldige afmetingen doen aannemen en nog maar steeds doorgaan met het voor te stellen, alsof het Fransdie leger elk oogenblik om singeld kan worden. De toesand, zegt het blad, voorzoover hij van hier uit beoordeeld kan worden, geeft geen reden om ju belhymnen aan te heffen, noch echter aanleiding tot bijzondere bezorgdheid. Het offensief der Oosten rijkers is tot staan gekomen, zeker, maar als ze het slechts zoo lang kunnen volhouden, tot wij met de Franschen klaar zijn. Dat zal echter nog ernstige ge vechten kosten! Ook in het verleden zijn er evenwel vaak tegenslagen geweest. Kent de geschiedenis geen nederlaag bij Lützen, bij Bautzen, bij Dresden? Maar ook geen slag aan de Katzbach, geen Groszbeeren, geen Dennewitz en vooral geen Leipzig? Wie kent niet de tegenslagen welke Blücher bij zijn opmarsch naar Parijs in Februari 1814 had te doorstaan? Wie trok echter 31 Maart zegevierend de Seine-stad bin nen? In November 1870 moest von der Tann voor de aanrukkende overmachtige Fransche legers Orleans ontruimen, hij moest bij Coulmiers wijken. In de krijgsgeschiedenis geldt de dag van Coulmiers als de grootste prestatie van dezen Beierschen veldheer, hoewel hij daar niet overwon. En hoe vielen de sla gen weinige dagen daarna op de Franschen in het ge bied ten noorden der Loire? Daarom de hoofden hoog en hoog de harten. Niet zwakker zijn dan de brave soldaten in het veld, die moeten terugtrekken, maar wel weten, dat er daarna ook weer een „voorwaarts" komt. Ook uit andere Duitsche bladen blijkt ons, dat het prijsgeven van de oorspronkelijke stellingen tusschen Parijs en Verdun door de Duitschers thans erkend wordt. Men blijft echter spreken van den slag aan de Marne en weet dus blijkbaar nog niet, hoe ver de Duitsche troepen teruggetrokken zijn. En terwijl het er zonder eenigen twijfel den Duitschen opperbevel hebber om te doen is geweest om den Franschen linkervleugel om te trekken en door het Fransche front heen te boren, daar is het reeds veelzeggend ge noeg, wanneer de Djuitsche bladen verklaren, dat het aan het Fransche oppercommando nog niet gelukt is den achteruittrekken den Duitschen rechter vleugel in te sluiten en door het Duitsche front te breken 1 Dat echter de stellingen, welke de Duit schers thans innemen, veel sterker zijn, dan de vorige hebben we reeds eenige dagen geleden opge merkt en eiken dag komen daarvoor nieuwe aanwij zingen. Waar, door de Engelsche bladen her haaldelijk en ook door de Daily Chronicle de te rugtocht der Duitschers is voorgesteld als een alge- meene wanorde en een hopelooze vlucht, daar moge vastgesteld worden, dat de Daily Chronicle schrijft: Een goed-gekozen linie. Het behoort tot de Duitsche practijk om de versterkingen in orde te maken, wan neer zij oprukken, teneinde ze te kunnen gebruiken voor het geval van een terugtocht. Hun tegenwoor dige positie langs.de heuvels ten noorden van de Ais- ne is uitnemend verschanst, en er behoeft haast niet aan getwijfeld te worden, dat deze linie van tevoren gekozen was („and there is little doubt that this ljne was chosen beforehand"). De rivier zelf is reeds een geduchte barrière, daar de meeste bruggen vernield zijn. De heuvels en hoogvlakten daarachter en ten zuiden van Laon zijn dicht beboscht en moeielïjk aan te vallen. De voornaamste verbindingslijnen van de Duitschers zijn thans de belangrijke dubbel-spoor lijn van La Fère via Baubeuge naar Namen, Luik en Aken, de lijnen van Laon, Rheims en Stenay naar Mezières en de Luxemburgsche-spoorlijn. Deze lijnen loopen waaiervormig in twee stelsels achter de Duitsche lijnen." Ook ^hieruit blijkt, dat de Duitschers er thans veel gunstiger voorstaan dan aan de Marne. In hetbijzonder wijst het genoemde Engelsche blad nog op de gevaarlijke positie van het leger van gene raal von Kluck, dat, zooals men weet het meest weste lijk staat. Toen von Kluck, zegt het blad, generaal Onvoorzien plotseling voor zich zag in den persoon van Sir John French, op zijn eigen rechterflank, be greep hij, dat er een ernstige ramp zou gebeuren, als hij niet spoedig kon terugtrekken. Zijn omtrekkende beweging dreigde te eindigen met zelf omgetrokken te worden. Het moreel zijner troepen, die Parijs als doel voor oogen zagen en nu moesten terugwijken, daalde. Hij was te ver van zijn basis opgerukt en wanneer er niet tijdig en onafgebroken versterkingen, ammunitie en voorraden kwamen, was hij aan het noodlot overgeleverd. Hij handelde met vaardigheid en behendigheid in een gevaarlijke situatie en redde zijn leger uit de benauwende positie, waarin het ge plaatst was. Wij kunnen aldus nog steeds de Chronicle niet zeggen, in welken toestand zijn achterhoede verkeert in verband met de omstandig heid, dat de wegen vol convooien van gewonden, voor raden en gevangenen zijn. Maar nu heeft hij gele genheid een andere stelling in te nemen. In dit laatste echter wel zoo zeker als het Engelsche blad meent? Heeft von Kluck zich inderdaad wel zoo goed kunnen terugtrekken, of is er een hiaat tus schen hem en de rest der Duitsche legermacht? En wat is er waar van de geheimzinnige legermacht, die onder een nieuwen generaal Onvoorzien in het Wes ten heet te opereeren, een expeditionnaire macht, waartoe ook de door particulieren geziene, maar door de officieele bureaux, naar 't rijk der fabelen verwezen Russen moeten belmoren? De mogelijkheid lijkt ons geenszins uitgesloten, dat daar en bij hun verbin dingslijnen den Duitschers nog onaangename verras singen kunnen wachten. Overigens valt er weinig van den toestand in Noord- Frankrijk te zeggen. De bladen en de telegrammen geven slechts gedeeltelijke successen, incidenten en episodes van den grooten strijd. Voordeelen van be- teekenis zijn er tot dusverre door geen der partijen behaald althans is het niet gemeld. De kans be staat, dat het hier aan de Aisne een dergelijk afmat ten en afmartelen wordt als onlangs aan de Marne, dat nu ook dus weer een afdoende beslissing uitblijft. Eenige verandering is er echter wel gekomen n.l. in de Duitsche legeraanvoering. Generaal-veld- maarschalk von Hausen, de aanvoerder van het derde Duitsche leger is wegens ziekte vervangen door den oud-minister von Einem dit is wel de belangrijkste van een reeks mutaties. Aan het bericht over de versterkingen van Keulen, Dusseldorf, Wesel en Duisburg, die in staat van ver dediging zijn gebracht, zouden we niet veel waarde willen hechten. Hierboven is er nog eens weer op gezinspeeld, dat de Duitschers eerst met Frankrijk willen afrekenen en dan de Russen te lijf willen gaan. Nu gaat de eer ste afrekening alles behalve vlot, al staan de Duit schers dan ook dichter bij Par-s dan de Russen 1 Berlijn de Duitsche troepen hebben heel wat meer voordeel op de Russen dan op de Franschen behaald. Maar de Russen hebben hun volle kracht op Galicië geworpen en zij hebben, wat den Dtu' chers in Frank rijk mislukte, daar door een omvattende beweging op grooten schaal een zeer beslist voordeel behaald. Het is zeer wel mogelijk, dat de Oostenrijkers de Russen niet langer tegenhouden en dat de Russen gauwer dan werd vermoed in Weenen zijn. Nu is de tocht, die over Weenen naar Berlijn loopt voor de Russen geen tochtje in een karretje over een zandweg. De weg is versperd door sterke Elbe-vestingen als Kö- ningstein in Saksen en Maagdenburg. Doch uit de Oostenrijksche nederlagen dreigt een ander gevaar: er gaan nu reeds stemmen in Italië op om de onzij digheid te laten varen en partij te kiezen en hoe meer Oostenrijk klopt krijgt, des te grooter de kans, dat ItaliS zich bij Duitschlands vijanden gaat voegen wij wijzen op het telegram van de Daily Mail in dit nummer. Doet Italië dit, dan zal Spanje vermoede lijk ook met hoop op winst aan den oorlog gaan deel nemen. Van beide rijken mag worden verwacht dat zij zoo lang onzijdig blijven, totdat partij-kiezen voor deel aanbrengt. Wanneer men aan deze waarschijnlijke uitbreiding van den Europeeschen oorlog denkt, dan denkt men ook wel licht: hoe zal de kaart van Europa na den oorlog er uitzien? Een grappig staaltje daarvan geeft de „Daily Chro nicle" naar het voorbeeld van kaarten, die volgens dit blad te Berlijn worden verkocht. Winnen de verbondenen, dan blijft er volgens deze voorstelling van Duitschland ergens in het zuiden een stukje over zoo groot als Noord- en Zuid-Holland samen. Engeland krijgt een vastelandsbezitting, loo pend van ons land tot ten Oosten van Hamburg, Rus land krijgt een heel brok van Duitschland (met Ber lijn), Frankrijk een hap Duitschland en een hap Oos tenrijk (met Weenen) en de rest krijgt Servië. De kaart van dit deel van Europa ziet er aldus uit: Ierland, Groot-Brittan je, Noorwegen, Zweden, Denemarken, Nederland, België, Engeland, een heel klein landje Duitschland, Frankrijk, Rusland, Servië 1 Maar nu als Duitschland wint Noorwegen, Zwe den, Denemarken en Nederland blijven zooals ze zijn. Schotland en Ierland worden koninkrijken, Engeland wordt een Duitsch protectoraat, Frankrijk ten Noorden van een lijn Rochefort-Genève een Duit sche keizerlijke provincie, Duitschland zelf strekt zich uit van de Belgische kust tot de Finsche golf, Rusland begint bij Finland, Warschau wordt de hoofdstad van een tot den Duitschen statenbond behoorend ko ninkrijk Polen en Oostenrijk-Hongarije krijgt verder een onmetelijken lap Rusland. Eenige ernstige beteekenis hebben deze kaartjes niet, wij maken er enkel ook maar curiositeitshalve melding van. DE GEVECHTEN IN NOORD-FRANKRIJK. Het gisteren uitgegeven Fransche communiqué luidt: Op onzen linkervleugel duurt de tegenstand van den vijand, op de hoogte aan de Aisne voort, hoewel hij op zekere punten eenigszins terugweek. In het centrum is de situatie ongewijzigd. Tusschen de Argonne en de Maas verschanst de vijand zich ter hoogte van Montfaucon. In Woevre hebben wij contact gekregen met ver scheidene vijandelijke detachementen tusschen Etain en Thiaucourt. Op onzen rechtervleugel, in Lotharingen, en de Vo- geezen, is de toestand onveranderd. In het kort samengevat, kan gezegd worden, dat de slag over het geheele fronty tusschen de Oise en de Maas wordt voortgezet, terwijl de Duitschers defen sieve posities, versterkt met zware artillerie, bezetten. Wij kunnen slechts langzaam oprukken, maar 't moreel onzer troepen, die bewijzen geven van vastbe radenheid en geestdrift voor den strijd, is uitstekend. Zij sloegen de tegenaanvallen, welke de vijand in den loop van den dag en den nacht ondernam, met succes af. De Duitsche rijkskanselier deelt uit het hoofdkwar tier het volgende mede: Tegenover in de Fransche en Engelsche pers ver spreide berichten, stel ik vast, dat nergens Duitsche grond in het bezit van Fransche of Russische troepen is. Aan 't Elzas-Lotharingsche front zijn de Fransche aan den Moezel teruggeworpen. Ze staan aan de Bo- ven-Maas reeds achter de zich daar bevindende sper- Nieuwe Abonné's op de „Alkmaarsche Courant" voor het volgende kwartaal (4e) ontvangen de nog in deze maand ver schijnende nummers kosteloos en franco. De „Alkmaarsche Courant" bevat dage lijks o.m. de laatste telegrammen van het oorlogsterrein. forten. Al hun pogingen tusschen de Midden-Oise en de Midden-Maas de Duitsche stellingen aan te val len mislukten jammerlijk, onder zware verliezen. DUITSCHE VLIEGERS BOVEN PARIJS. Naar de Tel. uit Berlijn verneemt, kruisten drie Duitsche vliegers over Parijs. Zij werden door ma chinegeweren met een snelvuur begroet, doch schijnen geen schade geleden te hebben. Verscheidene perso nen zouden door bommen levensgevaarlijk gekwetst zijn. EPISODE? UIT DEN STRIJD. Volgens Parijsche correspondenten hebben de Duit schers aanzienlijke versterkingen gekregen. Zij zetten blijkbaar alles op het spel om overwinnaar te blijven in den strijd, waardoor zij htm terugtocht naar de grens kunnen dekken. Het hevigst woedde de strijd om Solssons; hier werd gedurende vier dagen gevochten om een rivier overgang te bemachtigen. De rivier was sterk ge zwollen ten gevolge van den regenval. Het was on mogelijk in de stad te komen,- welke onder artillerie- en infanterievuur werd gehouden. De strijd concen treerde zich om een punt, waar Britsche en Fransche geniesoldaten beproefden een brug te behouden, wel ke over de rivier was geslagen. Verschillende Britsche regimenten, welke den noordelijken oever wisten te bereiken, leden geduchte verliezen. Er werd een vreeselijk duel gehouden tusschen de Engelsche bat terijen werden genomen. De correspondent van de „Daily Chron." zegt, dat de Duitschers gunstige stellingen bezet hebben achter de spoorwegen, welke slechts op enkele punten onder broken zijn. DE WEERSTAND DER DUITSCHERS. De „Times" meldt uit Bordeaux; dat het nu duide lijk is, dat de Duitschers besloten stand te houden op een front, zich uitstrekkend van de streek om Noyon (noordelijk van Compiegne) over de hoogten noorde lijk van Vic aan de Aisne, noordelijk en westelijk langs Reims tot Ville sur Tourbe en verder oostelijk. De kroonprins heeft Varennes ontruimd, zijn leger macht strekt zich nu uit tot Forges. Vreëselijke verhalen bereiken Parijs. Reeksen doo- den en gewonden liggen op de slagvelden langs de Marne. De spoorwegen langs Parijs zijn overvol met zwaar beladen ambulance-treinen. Op een plaats hadden de Duitschers een barrière van zes voet hoog van lijken opgericht, waarachter zij de Fransche charges weer stonden. De versperring werd na een bloedigen strijd door de Turco's genomen. Zevenduizend lijken wij zen de plaats van het gevecht aan. EEN POGING TOT DOORBREKEN VAN HET FRANSCHE OOSTELIJKE LEGER. Een militair te velde schrijft aan de „General-An- zeiger für Elberfeld-Barmen": „Het moeten vroeger mooie tijden geweest zijn, toen de slag met de morgenschemering begon en ein digde wanneer de zon onderging. Overweldigend moet de indruk zijn geweest van een gewonnen slag na één dag van strijd. Sedert onze aankomst in het gebied van den op marsch zijn we in het nauwste contact met den vijand. En al acht dagen duurt de slag, die bij Saarburg be gon. We dringen overwinnend voorwaarts en hoo ren, dat het op de heele linie goed gaat Maar het is een taaie vijand, die tegenover ons ligt En hoe ver der wij vooruit dringen, des te onaangenamer laat de forten- en vestinggordel zich gelden. Het is klaar blijkelijk, dat de Franschen nog steeds weer nieuwe troepen aanvoeren, alsook zwaardere stukken geschut op de sperfortlinie. Nog hebben ze hun plan om in den Elzas door te breken teneinde him danig bestookt Noorder leger te ontlasten, niet opgegeven. Het zijn flinke krachten, die de Franschen tegenover ons stellen, hun beste troepen. Er komt niet veel van de rustdagen, welke de commandant ons had toe gedacht. Het is een moeilijk land, waar we ons ophouden. De groote bosschen bieden juist de Fransche verdedi gingstactiek, afgewisseld door uitvallen, de beste kansen. En houdt onze infanterie een Btonnloop, dan klimmen de vlugge piou-piou's in de boomen en schie ten van daar op onze mannetjes. Wij rijden door heehlijk beuken- en eikenbosch, maar de uitgang er van staat onder vuur. Als een zeis maait het i ransche verspreid vuur den boschrand af. Niettegenstaande gelukt het de battèrijen in stelling te brengen. Maar nauwelijks staan ze, of het vijandelijke granaatvuur begint zoo heftig, dat degenen, die de batterijen bedienen, dicht achter de beschermende schilden moeten blijven. In een houding, als huive- ALKHAARSC CODRANT. OtrATVTj Telefoonnummer 3. Aangiften voor nieuwe abonnementen bij de Admi nistratie Voordam C 9, bij de Agenten en Brieven gaarders.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1914 | | pagina 1