DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. öe Europeesclxe Oorlog*. No. m Nieuwe Abonnementen. Hond J en zestiende Jaargang. 1914 VRIJDAG 25 SEPTEMBER. Duitsckland en de verbondenen. Duitschland en Japan. DUITSCHLAND. ITALIË. BELGrIE. ENGELAND. FRANKRIJK. Andere Mogendheden. VARIA. het Peronne St. Quentin Ham La Fère Noyon Laon I Compiègne I Maubeuge Rethel I Reims ALKMAAR, 25 September. Het Fransche communipué van gisteren meldt, dat de Fransche linkervleugel opnieuw Peronne bezet heeft. Op 't eerste gezicht is dit niet duidelijk. Reeds Dins dag meldde Reuters speciale correspondent, dat de Ti mes vernomen had, dat de Duitschers Péronne verlie ten en terugtrokken op St. Quentin. En een niet geda teerd telegram uit Frankrijk aan de Daily Mail meldde dienzelfden dag, dat de Duitschers reeds vijf dagen te voren Péronne hadden ontruimd, na een verwoed gevecht van man tegen man in de loopgraven, dat de Duitschers verdreven en tot Si Quentin achtervolgd werden en dat de Franschen twee treinen met Duit- sche versterkingen in de lucht lieten springen, over welk laatste feit onder „Varia" heden nadere bijzon derheden voorkomen aan de Daily Graphic van eer gisteren ontleend. Wij wisten niet anders of de Franschen hadden reeds ettelijke dagen Péronne bezet. Dat het „opnieuw bezetten" zou kunnen beteekenen, dat de Duitschers dezer dagen de Franschen uit de stad zouden hebben verdreven en daarna op hun beurt er weer uitgejaagd zouden zijn is niet aan te ne men. In de eerste plaats zou de Duitsche generale staf dan vermoedelijk het Duitsche tijdelijke succes wel hebben gemeld en in de tweede plaats is de stand der Duitsche troepen er niet naar, om een dergelijk vermoeden waarschijnlijk te maken. Geeft het Fransche communiqué dan oud nieuws?, zal men misschien vragen. Men vergeet dan echter, dat een andere verklaring heel wel mogelijk is, n.l. deze, dat de vorige week een Duitsche verkennings- afdeeling is teruggetrokken voor Fransche cavallerie, welke den kop vormde van 'n leger, dat eerst thans de stad heeft bezet. Is deze veronderstelling juist, dan is het Fransche communiqué wel degelijk van beteekenis. Dan leert het toch, dat de pogingen om den Duitschen rechtervleugel om te trekken, volgens een mededeeling van het Duitsche hoofdkwartier van gisteren mislukt, wordt voortgezet en dat de Franschen vorderen met hun pogingen, om door omtrekking van het leger van generaal von Kluck een aanval te doen op de Duit sche verbindingslijnen. Wel heeft dit Duitsche leger aanzienlijke versterkingen ontvangen zoowel door den val van Maubeuge als door de ontruiming van Amiens maar aan den anderen kant wordt met steeds grootere stelligheid melding gemaakt van Fransche aanvullingstroepen, welke onder generaal d' Amade via Amiens in de richting van Péronne zou den zijn opgerukt, zoodat deze uit de Marokko-expe- ditie wel bekende generaal de nieuwe „Generaal On voorzien" zou zijn, op wien generaal v. Kluck ditmaal zou zijn gestuit. Reeds herhaaldelijk hebben wij ge wezen op de gevaarlijke positie welke de Duitschers hier innemen. Wij geven vandaag nog maar eens een situatie-plan, om dit nog eenigzins te verduide lijken wie er een schoolatlas op nahoudt kan den stand der troepen dan gemakkelijk nagaan. Het plan stelt voor het gebied waar de Aisne-slag geleverd wordt. De rivier de Oise loopt langs Noyon en tusschen Ham en La Fère door, de Aisne langs Soissons en Rethel. Bij Soissonrs liggen Engelsche troepen, bij Noyon bevindt zich het 6de Fransche le gerkorps, terwijl nu ook een Fransch leger, naar we mogen aannemen, Péronne heeft bezet. Lukt het den Franschen nu de Duitsche communi catie-lijnen van Laon en La Fère met Maubeuge af te snijden, dan hebben ze een aanmerkelijk voordeel behaald. Zooals we gisteren reeds schreven men moet op deze omsingelingsbeweging de aandacht ge vestigd houden. De vorderingen welke gemaakt wor den gaan niet snel, maar er zit toch voortgang in het pas ontvangen Fransche communiqué zegt: „op onzen linkervleugel ontwikkelt zich de strijd." Ook in het uitvoerig verslag van het Engelsche hoofdkwartier in Frankrijk wordt gezegd, dat de vor deringen gering zijn, maar in zekere richting besten- dig. Uit dat verslag blijkt hoe verwoed er gevochten wordt en hoe weinig de partijen ten slotte ondanks de zware verliezen, welke zij elkaar toebrengen, opschie ten. Treden de Duitschers in de thans genoemde gedeel ten van het groote front verdedigend op, na Reims zijn ze gaan aanvallen en het Fransche communiqué van gisteren zegt, dat ze met bijzondere verbittering hun aanvallen voortzetten, terwijl afwisselend terrein wordt gewonnen en verloren. Het Duitsche hoofdkwartier heeft zich bij dit alles in een zwijgen gehuld als Stoffel Pieterse in den rook. Het weet enkel te melden, dat na vier dagen van voorbereiding den 23sten op de sperfortenlinle ten zuiden van Verdun het vuur geopend is. De „drukke Bertha's", zooals de Duitsche soldaten de 42 c.M. kanonnen hebben ge doopt naar de jongste dochter van den heer Krupp, kunnen dus hun werk doen en het Tageblatt verzekert nog eens uitdrukkelijk dat het den monsterstukken aan duurzaamheid niet ontbreekt Ook op dit punt houde men de aandacht gevestigd. Overigens is er weinig pieuws. Bezocht Dinsdag een Engelsch lucht-eskader niet onwaarschijnlijk uit Ostende het Zeppelin-kamp bij Düsseldorf onze veronderstelling wordt volkomen bevestigd door het feit, dat de Engelsche gezant onze regeering haar leedwezen heeft betuigd over de te Maastricht geval len bom thans heeft een Zeppelin een tegenbezoek aan Ostende gebracht en moesten de Engelschen zich tevreden stellen met de voldoening van wat ruiten te hebben verbrijzeld, de Duitschers hebben enkel een dooien hond achtergelaten. Uit het Oosten niets anders te releveer en, dan dat aan de bezetting van Jaroslof blijkens een Russischt bericht toch nog een slag van een week is voorafge gaan en dat het Duitsche leger van generaal vor Hindenburg blijkens een dagorder bestond uit rond een half millioen. DE SLAG AAN DE AISNE. Het officieele Fransche communiqué van gistermid dag luidtop hun linkervleugel hebben de Franschen in de richting van Roye (30 K.M. ten Noorden van Compiègne) vorderingen gemaakt. Een Fransche troepenafdeeling heeft, ondanks verwoede aanvallen der Duitschers, Péronne bezet Tusschen Oise en Aisne houden de Duitschers sterke, zwaar verschanste stellingen bezet. De Franschen zijn ten noordwesten van Berry au Bac (ten Noorden van Reims aan de Aisne, bij de samenvloeiing met de Suippe) een weinig voortge drongen. Tusschen Reims en Argonne is de toestand onge wijzigd. Ten Oosten van Argonne zijn op de heuvels aan de Maas met afwisselend geluk verbitterde gevechten geleverd. Op sommige plaatsen zijn de Franschen vooruitgedrongen, op andere een weinig achteruitge weken. Op den Franschen rechtervleugel is geen noemens waardige wijziging ingetreden. Uit het groote Duitsche hoofdkwartier wordt ge meld: Op het Westelijk oorlogsterrein zijn geen gebeurte nissen van groote beteekenis voorgevallen. Enkele op zich zelf staande gevechten zijn gunstig voor de Duitsche wapenen gewekt ENQELSCHE HULP AAN JAPAN. Officieel wordt uit Tokio bericht, dat Engelsche troepen onder bevel van den commandant der Engel sche strijdmacht van Noord-China in de buurt van dc Lo-sjangolf ontscheept zijn, ten einde deel te nemen aan de operaties tegen de Duitschers te Tsingtau. DE COMMANDANT VAN DE „U 9". De 32-jarige kapitein-luitenant Weddingen, com mandant van de onderzeesche boot „U 9", heeft hei IJzeren Kruis gekregen. Tusschen dezen en den vori- gen tocht van de „U 9" was kapitein Weddingen ge trouwd; en acht dagen na de bruiloft trok hij er weei op uit. Toen hij bij Helgoland was met zijn schip, viel een matroos over boord. Zonder aarzelen sprong Weddingen in zee en redde den matroos. Hiervooi kreeg hij de reddingsmedaille, en de Roode Adelaar; en daarnaast hangt thans het IJzeren Kruis. ABBé WETTERLé VAN VERRAAD BESCHULDIGD. De Krijgsraad te Colmar heeft een bevel uitgevaar digd tot aanhouding van den voortvluchtigen katho lieken priester en redacteur Wetterlé, beschuldigd van verraad tijdens den oorlog. Tevens is beslag gelegd op het geheele vermogen, dat Wetterlé thans bezit of dat hem mocht toevallen. DE HOUDING VAN ITALIë. De „Times" wijdt een artikel aan de door Italië aangenomen of nog aan te nemen houding, welke voor de verbondenen van het grootste belang is. Ofschoon niet iedere Italiaan bereid is de Duitsche zijde te verlaten, is de tijd eiaarvoor toch gunstig, zegl het blad. De Oostenrijksche zeemacht wordt voor Ita lië langzamerhand een „quantité négligeable". Daar mee is een groote zorg van Italië afgewend wat de kustverdediging betreft. Met zijn 36 millioen inwoners kan het 1.000.000 ge oefende mannen in het veld brengen, d.w.z. 515.000 voor het staande leger, 245.000 bij de militie en 340.000 voor de reserve. Voor directe operaties kunnen 700.000 man gereed staan met 54.000 paarden en 480 bespannen kanonnen. De bewapening bestaat hoofdzakelijk uit Manlicher- Carcano-geweren voor de infanterie en uit de 75 m.M. kanonnen (model 1911) voor de artillerie. Wat de grenzen betreft, zoo ziet men direct, dat Tyrol als het ware het bolwerk is, naar Oostenrijk toegeschoven. In het Westen zijn daar slechts drie wegen die toegang geven tot Italië. Naar het Oosten toe ligt de grens daar meer open. De KSmtsche Al pen verdedigen zich zelf. Aan de Zwitsersche grens heeft elke weg en elke pas een Oostenrijksch fort met goed snelvuurgeschut, sterke pantserkoepels, zoeklich ten ,ondergrondsche telegraafkabels en signaal-obser vatieposten. Bij Riva en Franzensfeste liggen ook sterke verdedi gingsmiddelen bij de spoorlijnen evenals bij Trent. Tyrol is dus geheel voorzien van goede en natuur lijke verdedigingen. Echter heeft het de levende strijdkrachten verloren in Galicië, waar het prachtige veertiende Tyrolsche legercorps is gedecimeerd. Ook het tweede corps is hard geslagen en juist aan deze twee corpsen zou in de eerste plaats de verdedi ging van dit deel der Oostenrtjksch-Italiaansche gren zen opgedragen geworden zijn. Wat betreft de Italiaansche grens ten Oosten van de Tagliemento zouden de Oostenrijkers daar sneller kunnen gereed zijn en handelen dan Italië. In Venetië heeft Italië echter een goede vlootbasis en Oostenrijk, zegt de „Times", heeft de handen vol aan de Servische grens. Dus heeft Italië ook aan de landgrens niet zooveel meer van Oostenrijk te vree zen. Een Router-telegram uit Rome aan cL Engelsche bladen meldt, dat Zondag ter gelegenheid van een op tocht ter herinnering aan de bevrijding van Rome een geestdriftige betooging is gehouden voor de Britsche ambassade, waar op verlangen der menigte de Engel sche vlag uit een der vensters werd gestoken. In een toespraak van prins Colonna, den burge meester van Rome, werd verklaard, dat als Italië ter verdediging van zijn rechten een beroep deed op zijn zonen, allen eensgezind zich zouden toonen. Op dat oogenblik zou Italië een ziel hebben een sterke en besliste ziel. De menigte trok vervolgens naar het ministerie van oorlog, en werd toen door de politie, die blijkbaar nog meer betoogingen verwachtte, verspreid. 's Avonds werd voor het Belgische consulaat ge manifesteerd. HULP AAN DE BELGEN. Een telegram uit Simla bericht, dat de Maharadjah Scindia, van Gwalior, 60.000 heeft geschonken voor de ongelukkige Belgen. Volgens een telegram uit Montreal is daar, onder het beschermheerschap van den hertog van Connaught een vereeniging opgericht om geld, kleeren en levens middelen in te zamelen voor de Belgen. Uit Melbourne wordt bericht, dat in alle Australi sche hoofdsteden inschrijvingen zijn geopend, om la dingen vleesch aan de noodlijdende Belgen te sturen. EEN OORLOGSTRAGEDIE. De correspondent van de „Maasbode", die in dt verwoeste Belgische streken reisde, verhaalt hiervar o. m. het volgende: ,,'t Is droef om het te zeggen; telkens als men zijn voet zet in een Belgische plaats hoort men wilde ver halen. Zoo ook in Mechelen. Nauwelijks had onze Belgische geleider een telegrafist van Mechelen in onzen automobiel plaats genomen, of de triestgees tige man begon: Gaan de heeren weer terug naai Brussel Op ons „ja", vervolgde de telegrafist: nu dan zoudt u mij een grooten dienst kunnen bewijzen, met dit briefje aan mijn familie te bezorgen Wij verklaarden ons dadelijk bereid en lazen Beminde Oom en Tante. Een schrikkelijke beproeving heeft ons in den diep- sten rouw gedompeld. Moeder is gestorven van schril: van den oorlog en vader is door twee Duitsche solda ten omver geschoten. Ween niet, den Heer heeft hunne ziel. Diep onder den indruk van dit eenvoudige briefje dorsten wij hem nauwelijks om nadere inlichtingen vragen. Doch ten slotte wisten wij het: zijn moeder was bij het eerste bombardement van Mechelen var. schrik gestorven en zijn oude vader werd, terwijl hij 's morgens van een der Mechelsche buitenwijken naar de kerk ging, door eenige Duitsche soldaten, die ach ter een huis verscholen waren, neergeschoten Dat was het tragische verhaal, wat deze telegrafist in alle bijzonderheden deed. Tranen kwamen in zijn oogen als hij daarover sprak en gelukkig voor hem en voor ons, dat onze bezoeken bij enkele Nederlandsche inwoners van Mechelen wat afleiding bracht" TROEPEN UIT DE KOLONIëN. Op het voorbeeld van Canada heeft Nieuw-Zeeland zoo wordt uit Londen gemeld maatregelen getroffen om elke maand nieuwe troepen te zenden ter aanvul ling van zijn leemten in zijn contingent. Op den oproep van generaal Botha voor vrijwilli gers voor een expeditie-coips naar Zuid-West-Afrika hebben zich reeds een voldoend aantal manschappen aangegeven. Het besluit van generaal Botha om zelf het com mando over dit corps op zich te nemen, wordt alom in Zuid-Afrika met geestdrift begroet. EEN FRANSCHE SUPERDREADNOUGHT. De Fransche super-dreadnought „Gascogne" is met goed gevolg van stapel geloopen. Het schip heeft een waterverplaatsing van 25,200 ton; een lengte van 175 M., breedte 27 M., diepgang 8.83 M. De machines kunnen 32,000 paardekracht ontwikkelen. Het schip heeft vier schroeven en twee roeren, loopt 21 knoopen, is gewapend met 12 kanonnen van 34 c.M., geplaatst in drie torens, 24 kanonnen van 14 c.M., 4 kanonnen van 17 C.M. en 6 torpedowerpers. Het pantser is 32 cM. dik en het heele schip heeft 35 millioen gulden ge kost. TURKIJE? DEMOBILISEERT TURKIJE? Een telegram uit Konstantinopel aan de „Corriere d'Italia" meldt, dat de Turksche regeering besloten heeft tot een gedeeltelijke demobilisatie en reeds be gonnen is, haar troepen van de Europeesche en Azia tische grenzen weg te voeren. EEN RUSSISCH SCHIP WEGGEPLAAGD. Het Russische stationschip voor Konstantinopel, het eenige d!at van de oorlogvoerende staten nog in Nieuwe Abonné's op de „Alkmaarsche Courant" voor het volgende kwartaal (4e) ontvangen de nog in deze maand ver schijnende nummers kosteloos en franco. De „Alkmaarsche Courant" bevat dage lijks o.m. de laatste telegrammen van het oorlogsterrein. den Bosporus lag, is den 25en Augustus vertrokken. Er is heel wat voor noodig geweest om het tot weg gaan te bewegen, schrijft de correspondent der Köl- nische Zeitung in de Turksche hoofdstad. Het bleef ondanks alle wenken toekijken hoe Turkije de zeeëng- ten versterkte en briefde diat draadloos telegrafisch naar Sebastopol over. Eindelijk beval de regeering dat niemand het schip meer iets mocht leveren, de officieren en manschap pen werden als zij aan land gingen overal door poli tieagenten gevolgd, de straatjeugd sloot er zich ge woonlijk bij aan en vormde heele optochten, 's Nachts werd het schip voortdurend met zoeklichten bestookt. Het is in letterlijken zin dus weggepest en den dag van zijn vertrek is de mijnveraperring in de Bosporus voltooid. OORLOG EN EPIDEMIëN. Tusschen den oorlog en besmettelijke ziekten heeft ten allen tijde verband bestaan, schrijft „Medicus" in de „Maasbode." Toch bebeurde het na zeer vele oorlogen, zelfs toen er feitelijk geen wetenschappelijke hygiëne en voorbe- houdingskunst bestond geen epidemie uitbrak. In Frankrijk werd door de leiders van den geneeskundi gen oorlogsstaf de vrees voor epidemiën uitgesproken. De voornaamste ziekten, die epidemisch kunnen op treden zijn: typhus, oorlogstyphus, cholera, pokken, dysenterie, influenza, pest, syphilis en in Oostersche landen nog b.v. de gele koorts, wondroos, stijfkramp en allerlei pyaemische en Septische Koortsen. Bekend zijn b.v. de typhus-epidemie van Verona (1506—1508), die na een oorlog ontstond en zich uit breidde over vele deelen van Europa. De epidemie van Philadelphia (1864—1865) ont stond door infectie van teruggekeerde soldaten en de serteurs en van 18651889 heerschte de typhus, of schoon nietepidemisch, voortdurend in de stad. Deze typhusepidemie was niet ontstaan door de ge wone buïktyphus of typheuse koorts, maar door de vlektyphus, ook wel oorlogs-, honger- of scheepstyphus genoemd. Ook gezonde personen kunnen deze ziekte als bacillendragers overbrengen. De gewone buiktyphusepiaemiën komen veelvuldig voor en het gebeurde wel dat één teruggekeerde sol daat, één vluchteling, geheele dorpen aanstak. Hoewel men tegenwoordig de soldaten tegen typhus inent, helpt dit nog niet afdoende. Van het Europeesche Engelsche leger in Voor-Indië stierven er van de niet-ingeënte soldaten 17 18 pet; van de ingeente manschappen 10 pet. Pest en cholera zijn algemeen bekende en gevreesde oorlogsziekten. De inenting tegen cholera geschiedt als bij typhus. Het indringen van sporen der tetanus-bacillen uit de aarde vooral van de aarde in Champagne en in tuinaarde over het algemeen, in de wonden der op de aarde liggende strijders kan doodelijke stijfkramp- ziekte ten gevolge hebben. VIJF ilEN KILOMETER MET LIJKEN. In de „Daily Graphic" komt het volgende verhaal voor van een Engelsch soldaat: Op den weg naar St Quentin was 't een hel. Wij hebben daar nu drie dagen gevochten, meestal man tegen man. Wij hebben charges van infanterie en ca valerie op den vijand gedaan, bijna zonder ophouden en 't geluid van granaten en kogels in de lucüt was zoodanig, dat men van tijd tot tijd in een spoorweg station waande te zijn, waar aanhoudend sneltreinen doorjagen. En zij hebben ook aanvallen op ons ge daan. Wij hebben beurtelings om denzelfden grond gestreden, totdat er nu ongeveer vijftien kilometer ver doode lichamen liggen en wij over de lijken van vriend en vijand loopen, totdat de wegen onbegaan baar worden en wij vechten, staande op lijken. Wat hebben wij hen met de bajonet er van doen lus ten 1 O, wat 'n lijken! Vijftien kilometer met lijken 1 En daar reed de artillerie recht overheen, totdat er honderden verpletterd lagen. Wij dachten er niet aan hen te begraven. Twee gepantserde treinen, vol met soldaten en wa pens en ammunitie, werden door de onzen vernield. Buiten St Quentin had een onzer soldaten een bericht pef telefoondraad, die twee Duitsche stations verbond, onderschept. Hij had n.l. den draad doorgesneden en er een ontvangtoestel aan bevestigd en wachtte af. Na eenigen tijd hoorde hij in 't Duitsch vragen: Ben je daar, Biedemann? Neen, antwoordde hij, hij spreekt uitstekend Duitsch, Biedemann is op 't oogenblik niet hier, maar ik vervang hem. Wat is er? Zeg aan den generaal, dat er twee treinen met versterkingen zijn afgezonden. Heel goed. Twee treinen. Ik zal 't den generaal zeggen. En hij gaf zijn eigen generaal er kennis van. De onzen gingen in hinderlaag liggen, stelden ma chine-geweren op en legden dynamiet op de lijn. De twee treinen kwamen daverend aan. De eerste ont spoorde, en de tweede reed op den eersten. Onze ma chine-geweren deden hun best en diegenen van de in zittenden, die zich niet overgaven, werden neerge schoten. KORTE BERICHTEN. Fritz Kreisler, de groote Oostenrijksche violist, is onder de hoeven van kozakkenpaarden ge raakt en gewond aan den arm, die den stok moet voe- Soissons Aangiften voor nieuwe abonnementen bl] de Admi nistratie Voordam C 9, bl] de Agenten en Brieven gaarders.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1914 | | pagina 1