DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
No., m
Honderd m zestleid© Jaargaig
VRIJDAG
2 OCfGRIB.
Diiitsclilau^ en Japan.
g, 1914
De Duitsehors en de Belgen.
Duitschland en d© verbondenen.
l)e Oostenrijkers en de Bussen.
D© Duitschers en de Engelschen.
DUITSCHLAND.
FBANKBIJK.
Andere Mogendheden.
YABIA.
lil 'lip
ALKMAAR, S October.
Het Ia duidelijk, dat er in Antwerpen niet enkel
met lood en kruit, doch ook geducht met spek gescho
ten wordt In het Duitsch zijn „twee van de onder
vuur genomen forten vernield", in het Fransch-Bel
gisch vertaald luidt dit: „al de gebombardeerde for
ten zijn onbeschadigd en bieden krachtig tegenstand".
In elk geval hoogstens zijn twee forten tot zwij
gen gebracht. Maar wanneer dit het geval is, dan is
hiermee nog geenszins gezegd, dat de forten genomen
zijn en dat er dus een tweetal steentjes gewrikt zijn
uit den verdedigingsmuur,'die Antwerpen grooten-
dee ls omringt.
Men neemt moderne forten zoo maar niet. De be
storming doet, trwuUg wfj gisteren hebben uiteengezet,
worden voorbereid met artillerie-vuur. Ea eerst wan
neer de verdffd'glngsmonden tot zwijgen zijn gebracht,
ls het woord aan de geweien en spreken ook de bajo
netten hard mee. Eerst dus de beschieting, en daarna
de bestorming, eerst dus de artillerie, dan de infan
terie. Door belegeraars van een vesting worden om
haar te kunnen naderen allereerst diepe gangen uit
gegraven, pan Hellen heeten. Deze zijn vier tot zes
voet diep en too breed, dat drie tot vier man daarin
gemakkelM' naast elkander kunnen gaan. De aarde
uit dezen gang wordt naar de zijde van de vesting
tot een b' ogen muur (borstwering) opgeworpen. Van
de eerste d. w. z. buitenste parallel uit worden loop
graven tranchées nader tot het fort gemaakt en wel in
zigzaglijn met in- en uitspringende hoeken, opdat de
vijand zoo min mogelijk open gedeelten te zien krijgt.
Zoo worden parallellen en loopgraven steeds dichter
bij gegraven, maar niet ongehinderd. Natuurlijk
tracht de verdediging deze nadering zooveel mogelijk
te voorkomen, zij heeft ook haar loopgraven, haar in
fanterie, haar artillerie en door het geschut onder
steunde uitvallen worden herhaaldelijk gedaan, terwijl
vijandelijke aanvallen zooveel en zoolang mogelijk
worden afgeslagen.
Het kan gebeuren, dat de aanvallers zoo verzwakt
worden, dat zij van hun voornemen moeten afzien en
genoodzaakt zijn zich terug te trekken waarbij de be
zetting hun natuurlijk nog zoo veel mogelijk verliezen
toebrengt. Maar het is ook mogelijk, dat, de aan
vallers terrein winnen en wanneer het groot-flanke-
ment (het geschut hetwelk krachtig gaat meewerken
om een aanval op de tusschenlinie af te slaan en dat
langs deze linie vuurt) tot zwijgen ia gebracht, de
hindemissen zijn stukgeschoten, en de troepen dicht
genaderd zijn wordt tot bestorming overgegaan. De
voortroepen zijn voorzien van allerlei hulpmiddelen,
om de nog bestaande belemmeringen te overwinnen
natte grachten kunnen bijv. overgetrokken worden
door tonnenbruggen, bestaande uit balken, die op
ledige vaten zijn gelegd, werktuigen moeten er zijn,
waarmede electrische draden worden vernield, brand
en ontplofbare stoffen kunnen eveneens goede dien
sten bewijzen. De stormcolonnes worden gevolgd
door reservetroepen, terwijl andere reserve-troepen met
de de marsch-colonne volgende artillerie een goede
stelling innemen en gereed zijn te vuren zoodra dit
gewenscht is. Cavalerie zorgt voor de verbinding
tusschen de colonnes onderling. De stormcolonnes
moeten zoo snel mogelijk het doel bereiken, elk opont
houd, door hindemissen veroorzaakt, kan noodlottig
zijn. Succes wordt onmiddellijk gesignaleerd aan de
zich buiten bevindende troepen en samenwerking
wordt zooveel mogelijk bevorderd. Zoodra men op een
bepaald punt vasten voet gekregen heeft, worden
de andere punten, indien mogeljjk ook met geschut be
schoten.
In tusschen tracht de bezetting de aanvallers ook
wel eens te verschalken. Een Fransch gewonde, die
het beleg van het fort Troyon bij Verdun heeft mee
gemaakt vertelde bijv., dat de vijand het fort wilde be
zetten, toen het vuur niet meer beantwoord werd en
het scheen alsof een granaat brand veroorzaakt had.
Maar de commandant beantwoordde het vuur opzet
telijk niet en had eenige wagens stroo in brand laten
steken en toen de Duitschers in gesloten massa's op
het fort afrukten, brandden de Fransche kanonnen
los en knetterden de mitrailleurs, waardoor de Duit
schers gruwelijke verliezen hebben geleden naar
schatting sneuvelden er volgens dezen zegsman voor
Troyon zevenduizend Duitschers I
Wat nu Antwerpen betreft wordt hef vermoeden uit
gesproken, dat de Duitschers van plan zijn de vesting
door middel van den z.g. verkorten aanval en niet
door een stelselmatig beleg te vermeesteren. De Dai
ly Chronicle betwijfelt het, of zij onder de tegenwoor
dige omstandigheden voldoende troepen kunnen mis
sen, om deze operatie te doen gelukken. Maar na het
lot van Namen en Maubeuge kan men de komst van
de vreeselijkc Duitsche groote kanonnen niet zonder
zekeren angst aanschouwen" zegt het het blad. De
Times is echter blijmoediger gestemd. „Zelfs wan
neer de grootste Duitsche belegeringskanonnen wer
den opgesteld en de forten in stukken werden gescho
ten, twijfelen wij aldus de Times of de Duit
schers wel zooveel dichter bij het Antwerpsche Groene
Plein zouden zijn, zoolang het Belgische veldleger in
zulk een goeden toestand verkeert. Antwerpen is niet
zoozeer een vesting als wel een versterkte stelling en
de geretrancheerde kampen hebben 't steeds lang kun
nen uithouden. Osmar Pasha's grootste legermacht
te Plewna was slechts 30.000 man en hoewel er geen
overeenkomst tusschen beide Btellingen was, deed hij
de Turksche vlag nog maanden lang wapperen boven
de geïmproviseerde verdedigingsmiddelen.
De Belgen verdedigen een der sterkste plaatsen van
Europa, zij moeten minstens 120.000 man troepen ter
hunner beschikking hebben, zij bezitten een open zee
haven, zij hebben slechts troepen van de tweede linie
(de Landstorm) tegenover zich, hun buitenste verdedi
gingswerken zijn zoo nieuw en zoo geweldig moge
lijk en zij weten, dat de groote legers der verbonde
nen aan den rand der overwinning staan en dus in
afzienbaren tijd hun tar hulp moeten komen. Wij ge-
looven niet, dat er eenige reden is, om zich over Ant
werpen bezorgd te maken."
Wel gelooft het blad, dat de gracieuze torenspits
van den Antwerpschen kathedraal en de ochoone St
Jacobuskerk „den Hunnen het water over de tanden
zal doen loopen." En dan wijst het er ook nog op,
dat de opeenhooping van zooveel men3chen in en om
Antwerpen, zoowel voor den aanval als voor de ver
dediging, een betrekkelijk gunstige voorwaarde is
voor besmettelijke ziekten.
Wfj laten nu volgen wat de militaire medewerker
van de Times schrijft De schrijver herinnert aan den
ouden stelregel van Pruisische strategen, welke zegt,
dat wanneer het maximum niet gemakkelijk bereikt
kan worden, het verworpen moet worden en vervan
gen door een beperkter doel, dat in elk geval eenige
troost kan zijn voor het niet bereiken van het hoog
ste. Het was Clausewitz (Pruisisch generaal en mili
tair schrijver) die dit denkbeeld in den winter van
1830 op 1831 opwierp en merkwaardig genoeg was
het ook met het oog op het Belgische probleem, dat
deze theorie werd voorgesteld. Claiusewitz gaf toen
in overweging de verovering van België het hoofd
doel van een Duitschen veldtocht te maken. België,
zeide bij, is niet groot van omvang en heeft talrijke
bronnen De verovering zou niet moeilijk gaan, de
publieke opinie in België, vijandig en hartstochtelijk
in den aanvang, zou langzamerhand wel gekalmeerd
worden. Hij gaf dus de verovering van België in
overweging als het voordeeligste, het gemakkelijkste
en het meest verzekerde oorlogsdoel.
De politieke en strategische toestanden zijn veel
veranderd sinds 1830, maar alles te zamen is het
geenszins onmogelijk, dat Duitschland nog steeds het
oog heeft op een verovering van België en de onver
mijdelijke opslorping van Nederland, dat volgen zou
als eeu goede vergoeding voor,het niet-behalen der
maximum-resultaten, welke zijn strategie gedacht
had te zullen bereiken. Duitschland heeft een diep-
water-haven aan de Noordzee noodig en er is aan den
Duitschen kant dezer zee geen haven in dit opzicht
Antwerpen's gelijke. Het behoud van de integriteit
van Nederland en de regeering van het Huis van
Oranje is niet een levensbelang voor Duitschland,
maar voor Engeland. De kustlijn van Emden tot Os-
tende, kan het zijn tot Duinkerken cn Calais is voor
Duitschland noodzakelijk.
En voort schrijft deze medewerker:
„Nederland heeft zijn neutraliteit onder groote moei
lijkheden op een zeer eervolle wijze gehandhaafd, en
nog meer zal van zijn geduld gevergd worden, wan
neer 't ziet, dat het doel van Duitschland is, meester
van de Schelde te worden en de onaantastbaarheid
van Nederland waardeloos maken. Welke waarde zal
de Schelde voortaan voor Nederland hebben, wanneer
Antwerpen een nieuw Willemshaf en wordt, en deze
havenplaats, die tot nog toe voor den handel diende,
het middelpunt zal vormen van het Duitsche mili
tairisme, in de streek aan de Noordzee?
Zelfs wanneer de oorlog twintig jaar zal duren,
zal Engeland nooit toestaan, dat dit pistool op zijn
borst wordt gezet"
Het is eigenaardig dat de Engelsche bladen zoo
optimistisch zijn over den toestand in Noord-Frank
rijk, terwijl de officieele communiqué'B van Fransche
zijde zoowel als van Engelsche en van Duitsche
trouwens ook voortdurend blijven verzekeren, dat
er niets nieuws is, dat er niets bijzonders valt te be
richten, dat de toestand onveranderd is, enz. Wij blij
ven dus steeds belangrijk nieuws afwachten.
Hadden wij meer tijd, we zouden vandaag nog even
stilstaan bij het telegram uit Londen over de poging,
welke Duitschland doet om aan Rusland het hoofd te
bieden en het prestige van het Qostenrijksche leger te
herstellen. Al schrijvende is het vanmiddag echter wat
laat geworden en daarom komen we daarop en op de
gebeurtenissen van het Oostelijk oorlogstooneel mor
gen terug.
HET BELEG VAN ANTWERPEN.
Een bericht uit Antwerpen aan het „Handelsblad"
meldt: De aanval op de Antwerpsche forten duurt
voort over een' frout van circa 50 K.M. Den ganschen
nacht konden de Antwerpenaars van uit de verte onaf
gebroken kanongebulder hooren De Belgen openden
bet vuur ven de forten „Breendonck" en „Waelhem"
te 1 uur, De Duitschers hebben tevergeefs gepoogd
met zwaar geschut de forten te beschadigen deze
houden flink stand. Bommen kwamen terecht in het
dorp Willebroeck, waar het gemeentehuis en een
maalderij vermeid werden. Te Boom vielen drie in
woners, geboden door shrapnells.
Bijna alle zuidelijke forten zijn nu in actie en rich
ten groote verwoestingen aan in de Duitsche gelede
ren. Te St Kathérine-Waverz zou het aantal hunner
dóoden 8C00 bedragen. Een „Zeppelin" verscheen bo
ven Broechem en wierp drie bommen zonder eenige
schade aan ie richten. Het fort Broechem opende op
het luchtschip een hardnekkig vuur, het koerste toen
naar Antwerpen doch was genoodzaakt noordwaarts
af te teekken.
Dinsdag hebben de Duitschers hetgeen uog over
bleef van Dendermonde gebombardee rd, zóodat deze
stad nu slechts een groote puinhoop is
Alle omliggende dorpen zijn op bevel van de Bel
gische overheid door de bewoners ontruimd.
30 FRANSCHE VLIEGTOESTELLEN BUIT
GEMAAKT.
Te Berlijn is niet-offideel baricht ontvangen dat 30
Fransche vliegtoestellen door de Duitschers in België
zijn veroverd.
DE STRIJD IN NOORD-FRANKRIJK.
Het Fransche communiqué zegt: „De algemeene
toestand ls onveranderd. Wij hebban terrein gewon
nen op onzen linkervleugel ten noorden van de Som-
me en op onzen rechtervleugel in Zuid-Woëvre."
TREKKEN DE DUITSCHERS UIT FRANKRIJK
TERUG.
Naar de Londensche Daily Expres uit Gent ver
neemt, sloegen de Duitschers vijf bruggen over de
Maas tusschen Givet en Namen. Ze zijn van plan uit
Frankrijk terug te trekken. Alle gewonden zijn uit
Brussel weggevoerd.
DE ZOUAVEN.
Het Berlijnsche Mittagsblad geeft een gesprek van
den Parijschen correspondent der Daily Mail met een
gewond zouaven-officier weer. De officier vertelde,
dat den 20sten Sept. een brigade van 8000 zouaven
door het vuur van Duitsche machinegeweren op 1000
lichtgewonden na geheel was vernietigd.
„HALLO LUBLIN!"
Een gewond Oostenrijksch honved-luitenant vertelt
over de gevechten bij Lublin tegen de Russen van een
medewerker van de „Pester Lloyd" o. m. het volgende:
„Vier dagen en nachten waren de troepen vechtende
voortgerukt, zonder slapen of warm eten.
Na een oogenblik rusten kreeg de luitenant bevel
met een halve compagnie het terrein tot aan de voor
posten te verkennen. Hij stelde zijn mannen in een
zwermlijn op en marcheerde vooruit. Na anderhalf
■uur liet hij zijn manschappen uitrusten, die zich dan
ook dadelijk op den grond uitstrekten.
Opeens zag de luitenant, die de wacht hield en kor
poraal, die op eenigen afstand van hem lag, wenken
en allerlei gebaren maken. Hij meende, dat de man
door de groote vermoeienis krankzinnig was gewor
den, doch ging toch naar hem toe. De korporaal ver
telde fluisterend dat hij op den grond liggend, duide
lijk „hallo 1" hoorde roepen. Ook de luitenant hoorde
duidelijk „hallo Lublin" roepen, en daartusschen Rus
sische vloeken.
Bij onderzoek bleek, dat in een hooimijt een veldte
lefoon was opgesteld door de Russen, waarvan de in
gang goed verborgen was door eenige struiken.
De luitenant liet de mijt omsingelen en trapte de
deur in, die toegang gaf tot de onderaardsche ruimte.
Daarin bevonden zich drie Russische officieren, die
den chef te Lublin van de bewegingen der Oostenrij
kers per telefoon op de hoogte moesten houden.
DE PUT OP HET SLAGVELD.
De correspondent van de „N. Roti Crt." te Boeda
pest vertelt het volgende verhaal van het Oosten-
rijksch-Russische slagveld.
De Hongaarsche infanterie had in Rusland een
groote weide bezet en zich daar verschanst Een eind
verder hadden de Russen zich verschanst, doch ge
vochten werd er niet. Juist tusschen beide troepen in
stond eenzaam een waterput. Beide troepen leden
dorst, doch geen durfde water te halen.
Opeens gingen twee Russen op de put toe, daarna
tien, vervolgens de geheele afdeeling.
De Oostenrijkers lagen gereed om te schieten, doch
er werd geen bevel toe gegeven. Nadat de Russen hun
dorst hadden gelescht, keerden ze terug, maar toen
kwamen de Oostenrijkers voor den dag, die eveneens
hun dorst gingen lesschen.
Ook de Russen bleven nu rustig toekijken met de el
lebogen op de verschansingen leunend. Dit zing zoo
'8 avonds en 's morgens Van den volgenden dag. Doch
toen de Russen 's middags hadden gedronken, werd
het gevel gegeven tot den aanval en weldra was het
veld om de put bezaaid met lijken.
DE STRIJD OM KIAUTSJAU.
Een bericht uit Peking meldt:
De Japanners, die de herhaalde krachtige aanval
len der Duitschers afsloegen, schijnen him eerste plan
voor een langzame belegering van Kiautsjau te heb
ben opgegeven, ongetwijfeld als gevolg van de ver
zwakte positie van Duitschland in Europa.
IN DE AFRIKAANSCHE KOLONIëN.
Officiéél wordt uit Pretoria geseind:
Engelsch-Afrikaansche af deel ingen verrasten twee
Duitsche posten, een bij Grossplatz. ten oosten van
Lüderitzbocht, een andere bij Anichab, 25 mijlen ten
noorden van LflderitzbochL Vijf Duitschers werden
krijgsgevangen gemaakt, een doodelijk gewond. Aan
Engelsche zijde werden geen verliezen geteden
EEN KEIZERLIJKE LEGERORDE,
De Times beweert uit betrouwbare bron den
ontvangen te hebben van de legerorder van den Duit
schen Keizer, welks inhoud zooveel verontwaardiging
en toom in Engeland heeft gewekt: „Het ia mijn
koninklijk-keizerlijk hevel dat gij uw krachten voor het
oogecbhk §leehte pp dit ééne doel concentreert: aller
eerst de verradelijke Engelschen af te maken en over
getterasi French's verachtelijk iejgertje heen te wands-
lea. Hoofdkwartier te Aken 19 Augustus."
DE ZOON VAN VON MOI.TKE GEDOOD.
Het Parijsche „Journal" meidi den dood van den
zoon van veldmaarschalk vqu Molfee, chel van den
Duitschen generaLen stal. Hij zou gedood zijn in een
gevecht bij Esterliay, door een houwitser, die hem den
schedel afrukte.
HET HERKENNEN VAN OFFICIEREN.
In Duitschland krijgsgeyffiogsa Fransche officieren
vertellen, dat 7$ de DaPaahs ^ficterea plaatsver
vangende officieren aan ds ghv-raaade leuren slob
kousen herkennen en dm ap ge ssfafetea, Hij1 raadt
aan die slobkousen dof en vuü te ruiken. De Engel
schen hebben de aanvoerders aan bet veelvuldig ge
bruik van veldkijkers herkend en ze dan beschoten,
EEN POGING TOT ONTVLUCHTING
VERIJDELD.
In het kamp voor Russische krijgsgevangenen te
Berlijn maakten eenige dagen geleden ongeveer twee
honderd geïnterneerden gebruik van een oogenblik
van hevig onweder en zwaren storm en regen om een
poging te doen om uit te breken. De schildwacht
schoot onmiddellijk op de uitbrekers en alarmeerde
daardoor de wacht, die ten deele eveneens gebruik
van de wapens maakte.
Drie Russen werden gedood, acht zwaar en een
groot aantal licht gewond.
ENGELSCHE AMBULANCE-TREINEN.
De „Figaro" schrijft, dat de Engelscen op bewonde
renswaardige wijze een teein-nmhulanrpdipnat georga
niseerd hebben.
De treinen halen de gewonden van de slagvelden en
brengen hen naar de hospitalen in de steden.
Elk van de beide treinen, die in gebruik zijn geno
men, bestaat uit drie slaapwagens, twee restauratie
wagens en twee bagagewagens.
in iedere slaapwagen zijn 18 bedden beschikbaar,
dus 54 in den geheelen trein.
Een der restauratiewagens is ingericht als operatie
kamer. Daar zullen de gekwetsten, wier toestand on
middellijk chirurgisch ingrijpen vereischt, behandeld
worden. De andere blijft bestemd tot eetzaal voor de
geneesheeren en de niet-emstig gewonden.
GEEN DUITSCHERS OF OOSTENRIJKERS.
Naar de Vossische Zeitung uit Genève verneemt,
heeft zich te Parijs een vereeniging gevormd, waarvan
de leden Duitsche en Oostenrijksche waren zullen
boycotten en geen Duitschers en Oostenrijkers in
dienst zullen nemen.
TURKIJë.
INBREUK OP HET VOLKENRECHT.
Het te Konstantinopel verschijnend blad Taqin
schrijft:
„Het feit dat Engelsche eskader voor de Dardanel-
len op de Turksche kusten kruisen, vormt een inbreuk
op het volkenrecht, daar Turkije zijn neutraliteit heeft
verklaard".
Volgens door de Porte ontvangen berichten bevindt
zich een Engelsch-Fransche vloot in de wateren van
Tenedos (een der eilanden ten Zuiden van den weste
lijken ingang der Dardanellen), na ingevolge de
maatregelen van de Porte te Dardanellen te nebben
verlaten.
AMERIKA,
ENGELAND EN KOPERLADINGEN VOOR
NEDERLAND.
De „New-York Daily News" verneemt uit Washing
ton dat de Amerikaansche Senaat een resolutie heeft
aangenomen, waarin aan den minister van Staat,
Bryan, wordt verzocht te onderzoeken en er verslag
over uit te brengen, of Engeland schepen met ladingen
koper uit de Vereenigde Staten nqar Rotterdam lastig
valt,
EEN ITALIAANSCHE TORPEDOBOOT
GEZONKEN?
Te Rome loopt het gerucht, dat een Italiaansche
torpedoboot tusschen Venetië en Comacchio op een
mijn is geloopen en gezonken. Telegrammen uit An-
cona zeggen, dat op de Adriatische kust tal van mij
nen drijven, die door de Oostenrijkers zijn uitgezet en
met den stroom naar het westen zijn gedreven. Vloot-
autoriteiten verlangen, dat de regeering te Weenen
daartegen zal opkomen en eveneens protest zal aan-
teekenen tegen het aanhouden van Italiaansche vis-
schersbooten in Oostenrijksche havens.
De minister van marine heeft twee te Tarente lig
gende oorlogsbodems opgedragen, de Italiaansche
kust van mijnen te zuiveren.
DE WOEDE BIJ HET VECHTEN.
Een Oostenrijksch korporaal vertelt in een brief,
hoe men langzamerhand als een wild dier er op los
gaat slaan, meldt de Weenschecorrespondent van de
„N. Rott. Crt"
De korporaal vocht tegen de Verviërs. Hij kwam
na een vermoeienden marsch met zijn troep doodop
en uitgehongerd in Klenak, een dorpje aan de Sau,
aan. Zonder echter te kunnen rusten moesten ze weer
in het vuur, daar ze door een hagelbui van kogels der
Serviërs werden begroet. De troep ging in stormpas
naar de rivier, die moest worden overgetrokken om
de Serviërs te kunnen aanvallen.
In ijzeren schuiten moesten de troepen de rivier
overtrekken, doch de eerste schuiten moesten terug-
keeren, daar het vuur te hevig was. Toen ze aan den
overkant kwamen, staken de mannen alles dood, wat
hun voor de bajonet kwam.
De korporaal zegt hiervan„Het is een akelige ge
waarwording als men de bajonet uit het lijf van den
vijand trekt, als men ziet hoe de doodskleur op het
COURANT.
-w.*»-» -II'
I
•I