DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
D e O o r 1 o
Van het westelijk oorlogsteirein,
Van hat oostelijk oorlogsterrein.
No. 287,
Honderd en zestiende Jaargang.
1914
VRIJDAG
4 DECEMBER,
Abonnementsprijs per 3 maanden f 0.80, fr.p. post f 1.—. Advertentieprijs 10 et. p. regel, groote letters naar plaatsroimte. Brieven fr. N. V. Boek- eo Handelsdrukknrij v.h. HERHIs. COSTER 5 ZOON, Voordam G 9. Telefoonnr. 3.
T
In do lioloniën.
DUITSCHLAND.
NEDERLAND.
Pi* nwmmfr beftaaS on 2 bladen,
ALKMAAR, 4 December.
Van het Westelijk oorlogsveld luiden de officieele
communiqué's als gewoonlijk, zoodat er dus geen be
langrijke dingen zijn voorgevallen. Wie ongeduldig
mocht worden, omdat er geen schot inzit, beware zijn
ongeduld nog een paar jaar als Lord Kitchener ge
lijk krijgt tenminste, want volgens hem zal de oorlog
wel niet korter dan drie jaar duren!
Het laatste Fransche communiqué meldt alleen
eenige vorderingen aan den rechteroever van den Moe
zel, in de Vogezen en in den Elzas. In het Duitsche
gebied hebben de Franschen „zich geïnstalleerd" op de
linie Asbach- Bumhaupt, Zuidelijk van Thann- Mul-
hausen. Het genomen Bumhaupt ligt 10 kilometer
van de grens, zoodat de Franschen hier langzaam ter
rein winnen geen wonder, dat de Duitschers alleen
maar iets weten van de Fransche verliezen. Door het
noemen van Altkirch wordt echter het terreinwinnen
der Franschen erkend.
Uit Engelsche bron vernemen we eindelijk iets na
ders over het optreden der Duitsche pionniers, welker
komst op het oorlogsveld als „genietroepen" reeds
eenige dagen geleden was gesignaleerd. Volgens dit
Engelsche bericht zijn er Woendag bij het aanbreken
van den dag aanzienlijke Duitsche strijdkrachten in 't
vroege morgenuur over het Ysergebied getrokken. Elk
vlot transporteerde zestig man met mitrailleurs. Een
heele verzameling dier vlotten lag gereed, om, getrok
ken door motorbooten, nog meer troepen over te bren
gen. Maar het artillerie-duel, waarbij de Duitschers
gebruik maakten van een nieuw licht, motor-kanon,
deed het plan mislukken. Het geschut der bondge-
nooten bracht de vlotten tot zinken, zoodat vele solda
ten verdronken aï doodgeschoten werden. Aldus het
Engelsche bericht, waarvan de inhoud tot dusverre in
geen der officieele communiqué's is vermeld. Dat een
actie, als bovenbedoeld, plaats zou hebben, kon reeds
sinds eenigen tijd worden vermoed. Dat zij plaats ge
had heeft, is dus geenszins onwaarschijnlijk, maar
toch is het gewenscht hiervan officieele bevestiging af
te wachten.
Dat echter officieele bevestiging wel eens heel lang
uitblijft, leert het raadselachtige geval van de „Auda
cious". In de Engelsche pers wordt nu over het stil
zwijgen der regeering geklaagd en de „Momingpost"
vindt hierin opnieuw aanleiding, om er op aan te
dringen, dat minister Churchill, de „amateur", zooals
het blad hem noemt, vervangen zal worden door een
marine-specialiteit.
Engeland heeft thans een bekend marine-deskundige
verloren: admiraal Mahan, die in '90 een hoogst be
langrijk boek heeft geschreven „de Zeemacht", waar
van wordt beweerd, dat het den Duitschen Keizer er
toe gebracht moet hebben, van Duitschland een groo
te zeemogendheid te maken. Van admiraal Mahan is
ook het bekende woord, dat de aardrijkskundige toe
stand van Groot-Brittanje en Duitschland op het
oogenblik precies overeenkomt met dien van Enge
land en Holland in de eerste jaren van Cromwell's
bewind. Voordat de Belgische neutraliteit was ge
schonden, raadde hij dan ook met nadruk aan zijn
land aan, om de overmachtige vloot op Duitschland te
werpen, teneinde de Britsche wereldheerschappij te
handhaven tegen wat hij beschouwde als een te voren
vastgestelden oorlog, als een zorgvuldig beraamden
aanval door zijn gevaarlijksten vijand.
Op het Oostelijk oorlogstooneel, in Polen, is alles
nog in staat van ontwikkeling. Het Duitsche commu
niqué luidt gunstiger dan het Russische.
Er is natuurlijk groot gejuich in de Oostenrijksche
en Duitsche pers over de inneming van de Servische
hoofdstad Belgrado door de Oostenrijksche troepen.
Deze inneming is zeker een niet onbelangrijk feit,
maar het is dwaasheid te meenen, dat hiermee de
Oostenrijksche expeditie naar Servië is afgeloopen.
Zelfs de Berl. Lok. Anz. ziet dit in, waar het blad
schrijft: „De dappere vijand zal ook verder nog taai
en tegenstand bieden en er zal nog menig hardnekkig
gevecht moeten worden geleverd, voordat ook Nisj ver
overd en dan Oud-Servië zoo goed als bezet zal zijn."
Wanneer men op de kaart nog eens even de ligging
van Belgrado nagaat, ziet men dat deze stad ligt aan
de samenvloeiing van de Donau, die daar 750 meter
breed is, en de Save, welke er een breedte heeft van 400
meter. Alleen deze rivieren scheiden den stad van het
Hongaarsche grondgebied, terwijl het vóór den oorlog
daarmede verbonden was door een spoorwegbrug.
Juist 4 maanden geleden trachtten de Oostenrijksche
troepen de Servische hoofdstad te bereiken, maar de
Serviërs bliez,en de brug tijdig op, Oostenrijksche ri
vieroorlogsschepen vuurden op den witten burcht
aan<den Donau", er werden eenige kleine landopera-
ties ondernomen, maar weldra werd bekend gemaakt,
dat de „strafexpeditie" tot nader order was uitgesteld,
omdat er veel troepen noodig waren voor Rusland. De
Serviërs, door de Montenegrijnen geholpen, kregen
hierdoor vrijer spel, ze speelden 't spoedig klaar met
de Oostenrijksche troepen en vingen op hun beurt een
„straf-expeditie" aan in 't Oostenrijksche gebied Bos
nië en Herzegowina, waar ze de hoofdstad Serajewo
rampzalige gedachtenis! ernstig bedreigden.
Toen het oprukkend optreden der DuitschOostenrijk
sche troepen naar den Weichsel op niets uitliep en de
Oostenrijksche troepen zich moesten terugtrekken op
Przemysl eerst en op Krakau daarna, hebben ze zich
met energie op Servië geworpen. En nu marcheerden
ze niet van het noorden uit, doch vielen uit het Westen,
uit Bosnië, Servië binnen. Het ging langzaam, maar
het ging nu zeker en de 90 kilometers, die Belgrado
van de grens scheiden, werden langs de Save, waar
over z ijalle mogelijke voorraden konden aanvoeren,
met moeite afgelegd en de stad, door de regeering met
het openen der vijandelijkheden in het laatst van Juli
onmiddellijk ontruimd, genomen. Maar ook trokken de
Oostenrijkers nog Zuidelijker in Oostelijke richting uit
Bosnië Servië binnen en de Serviërs boden wel ge-
duchten tegenstand, maar moesten tenslotte wijken en
o.a. de stad Valjewo prijs geven, zoodat thans de
Noord-West hoek van Servië in Oostenrijks handen is.
Maar daarmede is Oostenrijk nog lang niet, waar het
moet wezen, zal het beoogde doel worden bereikt. Het
politieke doel is natuurlijk de verovering der stad,
waar de regeering is gevestigd op het oogenblik is
dit Nisj. Het militaire doel is de verplettering van het
Servische leger, dat zich heeft teruggetrokken op een
terrein, hetwelk zich voor de verdediging uitermate
goed moet leenen, en de bezetting van het land.
Wij kunnen nu allereerst verwachten, dat de Oosten
rijkers verder naar het Oosten zullen oprukken, naar
re rivier de Morawa, welke Z.N.W. loopt en Servië in
twee deelen verdeelt. Van Valjewo is dat een 80 kilo
meter. Op ongeveer 40 kilometer van deze stad loopt
de spoorlijn Belgrado-Nisj, die daar naar het Oosten
afbuigt en dan verder ongeveer evenwijdig aan de Mo
rawa loopt. Nu zullen de troepen uit het Westen op
rukkende, die, welke thans van Belgrado kunnen wor
den overgebracht, vermoedelijk langs de even genoem
de spoorlijn, elkaar moeten ontmoeten op een punt, dat
ongeveer 100 Kilometer van Nisj verwijderd is. Maar
voordat dit belangrijke punt is bereikt, voordat de
Oostenrijkers baas zijn in het noorden van Servië, zal
er nog heel wat moeten gebeuren, want al moge vol
gens een Timesbericht het Servische leger in droevigen
toestand verkeeren, het zal zeker nog wel in staat zijn
op het gunstige terrein tegenweer te bieden.
En als de Oostenrijkers eens Nisj hebben dat in-
tusschen thans wel in goeden staat van verdediging
zal verkeeren en zich dus niet zoo gemakkelijk nemen
.laat en de Servische regeering trekt zich terug naar
Uskjub, alweer 140 kilometer Zuidelijker?
E>e moeielijkheden, aan de al te licht geschatte
straf-expeditie zouden in plaats van geëindigd te zijn,
nu wel eens eerst recht kunnen beginnen!
DE STRIJD IN BELGIë EN N.-FRANKRIJK.
Het Fransche communiqué van gisteravond meldt:
Er zijn berichten ingekomen van een vrij hevige ka-
nonnade op Nieuwpoort en het zuiden van Yperen.
Het geïnundeerde terrein strekt zich thans uit tot
aan het Zuiden van Dixmuiden.
Er is hevig geschoten tusschen de Lys en de Som-
me. De Franschen hebben verscheiden aanvallen in
Argonne afgeslagen en zijn eenigszins vooruitgègaan.
TYPHUS ONDER DE TROEPEN.
Onder de Belgische troepen, die nog te velde zich
bevinden, hebben zich typhusgevallen voorgedaan.
Het comité van het Britsche Roede Kruis en de Order
of St. John heeft nu reeds een som van 120,000 be
schikbaar gesteld voor de bestrijding van deze ziekte.
BOMMEN OP DE FABRIEK KRUPP?
De Londensche avondbladen bevatten een telegram
waarin medegedeeld wordt, dat te Berlijn groote opge
wondenheid heerscht tengevolge van het gerucht, dat
een vlieger bommen zou geworpen hebben op de fa
briek van Krupp te Essen. De schade is onbekend. De
vlieger bleef ongedeerd.
DE STRIJD AAN HET OOSTERFRONT.
Officieel wordt uit Weenen gemeld: Onze positie
op het noord-oostelijk oorlogstooneel is sedert gisteren
niet gewijzigd.
DE DUITSCHE KEIZER AAN HET FRONT.
Officieel wordt bericht uit het Duitsche groote
hoofdkwartier. De Keizer bezocht gisteren afdeelingen
van de in de streek om Tsjenstochof strijdende Oosten-
rijksch-Hongaarsche en Duitsche troepen.
EEN ONDERSCHEIDING.
De Keizer van Oostenrijk schonk den commandant
van het vijfde leger, den generaal der infanterie Libo-
rius Frank, als bewijs van erkenning zijner uitstekende
diensten als legerbevelhebber, het grootkruis der Leo
poldsorde met de oorlogsemblemen.
DE OORLOGSBUIT VAN KIAUTSJAU.
Het Japansche hoofdkwartier meldt, dat bij de in
neming van Tsingtau buitgemaakt werden: 2500 ge
weren, honderd machinegeweren, 30 veldkanonnen, een
groote voorraad ammunitie, 14400 gulden aan geld,
15000 ton steenkolen, 40 automobielen; alle schepen
zijn vernield. De voorraden waren voldoende om 5000
man nog drie maanden te voeden.
DE AUSTRALISCHE STRIJDMACHT.
Officieel wordt uit Londen gemeld: De strijdmacht
uit Australië en Nieuw-Zeeland is in Egypte aangeko
men, waar zij zal deelnemen aan de verdediging van
dat land, en de oefening zal voortzettenzij kan dan
later naar het front in Europa worden gezonden.
DE DUITSCHERS IN AUSTRALIë.
Reuter meldt uit Melbourne: Er zijn een hoeveel
heid wapens en duizend patronen met zachtgemaakte
spitsen gevonden bij een Duitsch professor, die eenigen
tijd geleden met een gezelschap geleerden naar Autra-
lië was gekomen. Hij werd gearresteerd, juist toen hij
weder vertrekken wilde. In zijn onderkleederen werden
papieren gevonden, die belangrijke militaire geheimen
bevatten.
Hij is thans geïnterneerd.
Er zijn ook militaire schetsen en andere documenten
in het bezit van andere Duitschers ontdekt.
DE ZITTING VAN DEN RIJKSDAG.
In de Woendag gehouden zitt!ng van den rijksdag
sprak na den rijkskanselier de sociaal-democraat
Haase. Hij begon met, ook uit naam zijner partijge-
nooten, te zeggen, dat de dingen die er later aangaan
de de houding van België bekend waren geworden,
naar hun overtuiging, niet voldoende zijn om van het
standpunt af te wijken, dat de rijkskanselier den 4en
Augustus tegenover Luxemburg en België heeft aange
nomen. Haase wilde dus zeggen, dat zijn partij vast
hield aan de stelling, dat Duitschland tegenover
Luxemburg en België onrecht heeft gedaan.
Ook ten opzichte van den oorlog neemt de partij nog
het standpunt in van 4 Augustus. Wij hebben, zeide
hij, den oorlog, waarvan de diepste oorzaak een bot
sing van ekonomische belangen is, tot het laatste
oogenblik bestreden. Maar de grenzen van ons land
worden nog door vijandelijke troepen bedreigd. Der
halve moet het Duitsche volk ook nu nog zijn geheele
kracht inspannen ter bescherming van het land. Daar
om is de sociaal-democratische partij voor het aange
vraagde krediet.
Na hulde te hebben gebracht aan al de dappere zo
nen, die leven en gezondheid voor het vaderland offe
ren, herhaalde Haase, dat de sociaal-democratische
partij het beginsel is toegedaan dat elk volk recht op
nationale zelfstandigheid heeft. Het is dan ook haar
onwankelbare overtuiging, dat een deugdelijke ontwik
keling der volken slechts mogelijk is, wanneer elk
land er van afziet, het gebied en de zelfstandigheid
van andere volken aan te tasten en daarmede de kiem
van andere oorlogen te leggen. Wij verlangen, zei
Haase, dat zoodra het doel van vrijwaring voor verde
re vredeverstoring bereikt is, zoodra de tegenstanders
tot den vrede geneigd zijn, aan den oorlog een einde
wordt gemaakt door een vrede, die vriendschappelijke
betrekkingen tot de naburige volken mogelijk maakt.
De sociaal-democratie veroordeelt het, dat in alle lan
den kleine, maar roerige kringen, onder den dekmantel
van vaderlandsliefde, met alle middelen den haat te
gen den tegenstander aanwakkeren en daarmede aan
de waarheid te kort doen. (Bijval links).
Haase bepleitte vervolgens, dat er gedurende den
oorlog goed gezorgd zou worden voor de strijders, die
in den oorlog hun gezondheid hebben verloren, ook
voor de achter- en nagelaten betrekkingen in uitgebrei-
den zin, alsmede voor de menschen die voor den vijand
zijn gevlucht. Voor de werkeloozen moet werk ver
schaft worden. De volkskracht mag niet verminderen.
Er moet ruimschoots voor levensmiddelen worden ge
zorgd. Er is daartoe niet vergeefs een beroep op de
rijksregeering gedaan, maar er moet in al de genoem
de richtingen meer gebeuren. (Zeer juist I bij de socia
listen).
Haase vroeg ook om vertrouwen in het volk. De ge
volgen van den staat van oorlog moeten ophouden. De
besprekingen van de grondwettelijke vrijheid van druk
pers is door niets meer gerechtvaardigd. (Zeer waar
bij de socialisten). Die beperking kon twijfel aan de
rijpheid en eenheid van het Duitsche volk wekken. Wij
eischen hierin, zei Haase, spoedige verandering, juist
in het belang van een eensgezinde verdediging, van het
aanzien en de welvaart van het Duitsche Rijk. (Bijval
bij de socialisten.)
Dr. Spahn, van het centrum, sprak uit naam van
alle andere partijen. Wij hebben ook vele wenschen
aan de wetgevende vergadering voor te leggen, zeide
hij. Wij zijn vast besloten, de sociale zorg voor alle
deelnemers aan den oorlog en voor hen die door
den oorlog benadeeld worden nauwgezet te regelen.
Wij gedenken ook dankbaar hen, die door den vijand
zwaar getroffen zijn. Maar daar gaat het nu niet
om. Nu moet ten behoeve van het Duitsche va
derland alles op zij worden geschoven. (Bijval.) In
den ons misdadig opgedrongen oorlog willen wij
volhouden, tot er een zege is bevochten, die tegen
de verschrikkelijke offers opweegt en die ons voor goed
beschermen zal. (Levendige bijval.) Spahn sprak
zijn vertrouwen uit, dat leger en vloot die zege zullen
behalen.
Andere sprekers waren er niet. Voor hij de zitting
van den Rijksdag sloot hield dr. Kaempf, de voorzitter,
nog een rede, waarin hij niet veel zeide. Nog nooit,
zei hij o. a. heeft er tegenover het Duitsche volk zoo'n
machtig verbond van vijanden gestaan als nu. En tot
besluit: Het Duitsche volk kan niet overwonnen wor
den, zoolang het eensgezind is. Op die eensgezind-
bouwen wij als op het zekerste palladium van ons volk.
DE HOUDING VAN LIEBKNECHT.
De houding van den sociaal-democratischen afge
vaardigde Liebknecht, die bij de stemming over de
oorlogskredieten in den Rijksdag bleef zitten, in strijd
met het gebruik der partij, dat verlangt, dat een lid,
dat een onaangename stemming wil ontloopen, de
zaal onopgemerkt verlaat, baart bij. alle leden der so
ciaal-democratische partij pijnlijk opzien, meldt een te
legram uit Berlijn. De partijgenooten namen zijn
houding met blijkbare verontwaardiging op en scho
ven van hem weg.
De „Vorwarts" spreekt in de vermelding van het ge
val op in het oogvallende wijze niet van „Genosse",
maar van afgevaardigde dr. Liebknecht.
Zijn vrienden verontschuldigen hem door te zeggen,
dat hij zeer overwerkt, zenuwachtig en prikkelbaar is
en dat hij lijdt aan de gevolgen van het Krupp-proces,
waartoe hij het initiatief nam. Daarbij zou hij over
tuigd zijn, dat de arbeiders hem willen laten vallen
en dat hij na den oorlog niet meer in den Rijksdag zal
terugkeeren. Dit zou hem misschien de gedachten heb
ben geïnspireerd van deze betooging tegen den nieu
wen geest in de partij.
BELGISCHE GENEESHEEREN EN
APOTHEKERS WEGGEVOERD.
Men meldt uit 's-Gravenhage aan het Hbld.' Groote
bevreemding wekt in medische kringen het wegvoeren
van 35 Belgische doctoren en apothekers die van uit
België zijn vertrokken onder Duitsch geleide, naar aan
leiding van een verzoek der Duitsche overheid. In de
meening, dat zij volgens artikel der Conventie van Ge-
nève van 1906, door het occupeerend leger werden op?
geëischt om hun dienst in een andere plaats voort te
zetten, werden zij door een Duitsch officier naar Hei
delberg gebracht waar men hen verklaarde, dat, aan
gezien twee Duitsche doctoren op grond van slechte
behandeling en weigering om Fransche gewonden te
verplegen, door een Parijsche rechtbank tot straffen
zijn veroordeeld, zij nu als krijgsgevangene!} zouden
worden behandeld.
Zij moeten thans in de omgeving van Heidelberg, In
overigens vrij goede omstandigheden, tot werkloos
heid zijn gedoemd.
KORTE BERICHTEN.
Uit Konstantinopel wordt gemeld, dat de Turksche
troepen in den Kaukasus die in de zone van de Tsjorok
oprukten, een nieuw succes behaalden en bezetten Ar-
danoetsj, 20 K.M., Oostelijk van de Tsjorokrivier.
Een op een scheepswerf in de Golf van Genua op
rekening van Portugal in aanbouw zijnde torpedoja
ger, welke dezer dagen van stapel moest Ioopen, is op
bevel van de Italiaansche regeering in beslag genomen
omdat Portugal tot de oorlogvoerende naties zou ge
rekend worden.
Te Valparaiso (Chili) had een anti-Duitsche be
weging plaats ten gevolge van het besluit der directie
van de (Duitsche) tramwegmaatschappij om de tarie
ven te verhoogen zoo meldt een bericht uit Londen aan
het Hbld.
De Duitsche gebouwen en tramwagens werden be
stormd, een aantal personen gewond.
OPROER IN EEN INTERNEERINGSKAMP.
In verband met het ernstige feit, dat gisteren is ge
schied in het intemeeringskamp te Zeist, waar 11000
man zijn ondergebracht en de bewakingstroepen 1000
man teilen, meldt een verslaggever van het Handels
blad, die een onderhoud had met luitenant K. P. Inne-
mée, adjudant van den commandant van de bewaking
van het intemeeringsdépöt, het volgende:
Woensdagavond reeds heerschte onder de Belgen
van het eerste der intemeeringsdépöts, waar 6000 Bel
gen vertoeven, een oproerige stemming. Des middags
hadden drie Belgen getracht te ontvluchten in burger-
kleeren, maar hun toeleg was ontdekt en zij werden
gearresteerd. Omdat deze drie mannen terstond in
provoost werden gezet, was de opwinding onder de
Belgen groot.
Hun ontevredenheid sproot verder voort uit het
feit, dat zij niet met hun vrouwen mochten uitgaan;
bovendien werd de consumptie in de cantine te duur
gevonden. De gemoederen geraakten dientengevolge
Woensdagavond zoo verhit, dat de Belgen de hulp-
cantine bestormden en de ruiten van dat gebouw in-
gooiden. Tot 11 uur was er sectie-versterking.
Onder commando van de luitenants Valkhoff en In-
nemée werd gepatrouilleerd en het gelukte, de men
schen langzamerhand rustig naar de barakken terug te
krijgen, zoodat de versterkte sectie weer kon inruk
ken en naar bed gaan. Er waren, ter waarschuwing
van de mannen, enkele schoten in de lucht gelost. De
gewone wacht, 48 man sterk, bleef gedurende den
nacht, die geheel rustig verliep, posten, 's Avonds
was ook bericht gestuurd aan den commandant van
den bewakingsdienst, overste Collard, die met een
paar officieren naar de Belgen toeging om met hen te
spreken en ze wat te kalmeeren.
Gistermorgen omstreeks 10 uur vernam luitenant
Innemée op zijn bureau, dat er geschoten was, en een
luitenant, die per fiets van Amersfoort het kamp na
derde, vertelde hem dat het gejoel en geschreeuw der
ontevreden Belgen op den weg duidelijk was te hoo-
ren. Inderdaad waren de mannen wederom opgedron
gen; de grootste schreeuwers bleven op den achter
grond staan. Men kon hier alleen kras optreden, want
herhaaldelijk waren de mannen- gesommeerd om hun
oproer te staken. Ze hebben Donderdagmorgen weer
de cantine bestormd en chocolade en koek daaruit ge
stolen in grooten voorraad, daar de pachter afwezig
was sinds de verwoesting gisteravond aangericht.
Een ooggetuige van het geval vertelde het volgen
de: Een peleton, ongeveer 20 man sterk, onder aan
voering van den luitenant Mallinckrodt, die piket
dienst had, sommeerde de Belgen viermaal om rustig
uiteen te gaan. De Belgen drongen echter op en rie
pen den Hollandschen soldaten allerlei tartende woor
den toe, hieven de handen omhoog en riepen: „Gij
durft toch niet schietenDe Hollanders durven niets
Toen, na vier keer gesommeerd te hebben, gaf luite
nant Mallinckrodt bevel een salvo af te vuren op de
schreeuwende menigte. Het 20 man sterke peleton
vuurde twee salvo's af, waarop naar schatting van den
ooggetuige, een 35-tal gewonden neervielen, waaron
der zes dooden. De Belgen vlogen verschrikt uiteen.
Gistermorgen, terstond nadat hij in kennis was ge
steld met het gebeurde, bracht generaal Knel uit
Amersfoort een bezoek aan het kamp. Na op de hoogte
te zijn gebracht van het gebeurde, betuigde hij zijn
tevredenheid over de wijze van optreden in deze.
Gistermiddag waren op het bureau van overste Col
lard aanwezig de officier van justitie uit Utrecht met
den griffier en nog een tweetal heeren van het parket.
Luitenant Mallinckrodt en overste Collard hadden
met hen een langdurig onderhoud.
De verslaggever van de Telegraaf, die verschil
lende militairen sprak, die bij het treurig voorval te
genwoordig waren, vernam, dat de Belgen verschil
lende grieven hadden, welke niet heelemaal ongegrond
werden geacht. Zoo beweerden ze met bitterheid, dat
ze in de cantine werden uitgebuit. Voor een pakje ta
bak, dat te Soesterberg zes cent kost, moesten ze een
dubbeltje betalen, en een dubbeltje was ook de prijs
van een klein glas bier.
Dan was het hun ook in de hoogste mate onaange
naam, dat er geen lokaal bestond in het kamp, waar ze
gerust en vertrouwelijk met hun vrouw en kinderen
AARSCHE COURANT.