DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. D e O o r 1 o Van het westelijk oorlogsteirein, Van hat oostelijk oorlogsterrein. No. 287, Honderd en zestiende Jaargang. 1914 VRIJDAG 4 DECEMBER, Abonnementsprijs per 3 maanden f 0.80, fr.p. post f 1.—. Advertentieprijs 10 et. p. regel, groote letters naar plaatsroimte. Brieven fr. N. V. Boek- eo Handelsdrukknrij v.h. HERHIs. COSTER 5 ZOON, Voordam G 9. Telefoonnr. 3. T In do lioloniën. DUITSCHLAND. NEDERLAND. Pi* nwmmfr beftaaS on 2 bladen, ALKMAAR, 4 December. Van het Westelijk oorlogsveld luiden de officieele communiqué's als gewoonlijk, zoodat er dus geen be langrijke dingen zijn voorgevallen. Wie ongeduldig mocht worden, omdat er geen schot inzit, beware zijn ongeduld nog een paar jaar als Lord Kitchener ge lijk krijgt tenminste, want volgens hem zal de oorlog wel niet korter dan drie jaar duren! Het laatste Fransche communiqué meldt alleen eenige vorderingen aan den rechteroever van den Moe zel, in de Vogezen en in den Elzas. In het Duitsche gebied hebben de Franschen „zich geïnstalleerd" op de linie Asbach- Bumhaupt, Zuidelijk van Thann- Mul- hausen. Het genomen Bumhaupt ligt 10 kilometer van de grens, zoodat de Franschen hier langzaam ter rein winnen geen wonder, dat de Duitschers alleen maar iets weten van de Fransche verliezen. Door het noemen van Altkirch wordt echter het terreinwinnen der Franschen erkend. Uit Engelsche bron vernemen we eindelijk iets na ders over het optreden der Duitsche pionniers, welker komst op het oorlogsveld als „genietroepen" reeds eenige dagen geleden was gesignaleerd. Volgens dit Engelsche bericht zijn er Woendag bij het aanbreken van den dag aanzienlijke Duitsche strijdkrachten in 't vroege morgenuur over het Ysergebied getrokken. Elk vlot transporteerde zestig man met mitrailleurs. Een heele verzameling dier vlotten lag gereed, om, getrok ken door motorbooten, nog meer troepen over te bren gen. Maar het artillerie-duel, waarbij de Duitschers gebruik maakten van een nieuw licht, motor-kanon, deed het plan mislukken. Het geschut der bondge- nooten bracht de vlotten tot zinken, zoodat vele solda ten verdronken aï doodgeschoten werden. Aldus het Engelsche bericht, waarvan de inhoud tot dusverre in geen der officieele communiqué's is vermeld. Dat een actie, als bovenbedoeld, plaats zou hebben, kon reeds sinds eenigen tijd worden vermoed. Dat zij plaats ge had heeft, is dus geenszins onwaarschijnlijk, maar toch is het gewenscht hiervan officieele bevestiging af te wachten. Dat echter officieele bevestiging wel eens heel lang uitblijft, leert het raadselachtige geval van de „Auda cious". In de Engelsche pers wordt nu over het stil zwijgen der regeering geklaagd en de „Momingpost" vindt hierin opnieuw aanleiding, om er op aan te dringen, dat minister Churchill, de „amateur", zooals het blad hem noemt, vervangen zal worden door een marine-specialiteit. Engeland heeft thans een bekend marine-deskundige verloren: admiraal Mahan, die in '90 een hoogst be langrijk boek heeft geschreven „de Zeemacht", waar van wordt beweerd, dat het den Duitschen Keizer er toe gebracht moet hebben, van Duitschland een groo te zeemogendheid te maken. Van admiraal Mahan is ook het bekende woord, dat de aardrijkskundige toe stand van Groot-Brittanje en Duitschland op het oogenblik precies overeenkomt met dien van Enge land en Holland in de eerste jaren van Cromwell's bewind. Voordat de Belgische neutraliteit was ge schonden, raadde hij dan ook met nadruk aan zijn land aan, om de overmachtige vloot op Duitschland te werpen, teneinde de Britsche wereldheerschappij te handhaven tegen wat hij beschouwde als een te voren vastgestelden oorlog, als een zorgvuldig beraamden aanval door zijn gevaarlijksten vijand. Op het Oostelijk oorlogstooneel, in Polen, is alles nog in staat van ontwikkeling. Het Duitsche commu niqué luidt gunstiger dan het Russische. Er is natuurlijk groot gejuich in de Oostenrijksche en Duitsche pers over de inneming van de Servische hoofdstad Belgrado door de Oostenrijksche troepen. Deze inneming is zeker een niet onbelangrijk feit, maar het is dwaasheid te meenen, dat hiermee de Oostenrijksche expeditie naar Servië is afgeloopen. Zelfs de Berl. Lok. Anz. ziet dit in, waar het blad schrijft: „De dappere vijand zal ook verder nog taai en tegenstand bieden en er zal nog menig hardnekkig gevecht moeten worden geleverd, voordat ook Nisj ver overd en dan Oud-Servië zoo goed als bezet zal zijn." Wanneer men op de kaart nog eens even de ligging van Belgrado nagaat, ziet men dat deze stad ligt aan de samenvloeiing van de Donau, die daar 750 meter breed is, en de Save, welke er een breedte heeft van 400 meter. Alleen deze rivieren scheiden den stad van het Hongaarsche grondgebied, terwijl het vóór den oorlog daarmede verbonden was door een spoorwegbrug. Juist 4 maanden geleden trachtten de Oostenrijksche troepen de Servische hoofdstad te bereiken, maar de Serviërs bliez,en de brug tijdig op, Oostenrijksche ri vieroorlogsschepen vuurden op den witten burcht aan<den Donau", er werden eenige kleine landopera- ties ondernomen, maar weldra werd bekend gemaakt, dat de „strafexpeditie" tot nader order was uitgesteld, omdat er veel troepen noodig waren voor Rusland. De Serviërs, door de Montenegrijnen geholpen, kregen hierdoor vrijer spel, ze speelden 't spoedig klaar met de Oostenrijksche troepen en vingen op hun beurt een „straf-expeditie" aan in 't Oostenrijksche gebied Bos nië en Herzegowina, waar ze de hoofdstad Serajewo rampzalige gedachtenis! ernstig bedreigden. Toen het oprukkend optreden der DuitschOostenrijk sche troepen naar den Weichsel op niets uitliep en de Oostenrijksche troepen zich moesten terugtrekken op Przemysl eerst en op Krakau daarna, hebben ze zich met energie op Servië geworpen. En nu marcheerden ze niet van het noorden uit, doch vielen uit het Westen, uit Bosnië, Servië binnen. Het ging langzaam, maar het ging nu zeker en de 90 kilometers, die Belgrado van de grens scheiden, werden langs de Save, waar over z ijalle mogelijke voorraden konden aanvoeren, met moeite afgelegd en de stad, door de regeering met het openen der vijandelijkheden in het laatst van Juli onmiddellijk ontruimd, genomen. Maar ook trokken de Oostenrijkers nog Zuidelijker in Oostelijke richting uit Bosnië Servië binnen en de Serviërs boden wel ge- duchten tegenstand, maar moesten tenslotte wijken en o.a. de stad Valjewo prijs geven, zoodat thans de Noord-West hoek van Servië in Oostenrijks handen is. Maar daarmede is Oostenrijk nog lang niet, waar het moet wezen, zal het beoogde doel worden bereikt. Het politieke doel is natuurlijk de verovering der stad, waar de regeering is gevestigd op het oogenblik is dit Nisj. Het militaire doel is de verplettering van het Servische leger, dat zich heeft teruggetrokken op een terrein, hetwelk zich voor de verdediging uitermate goed moet leenen, en de bezetting van het land. Wij kunnen nu allereerst verwachten, dat de Oosten rijkers verder naar het Oosten zullen oprukken, naar re rivier de Morawa, welke Z.N.W. loopt en Servië in twee deelen verdeelt. Van Valjewo is dat een 80 kilo meter. Op ongeveer 40 kilometer van deze stad loopt de spoorlijn Belgrado-Nisj, die daar naar het Oosten afbuigt en dan verder ongeveer evenwijdig aan de Mo rawa loopt. Nu zullen de troepen uit het Westen op rukkende, die, welke thans van Belgrado kunnen wor den overgebracht, vermoedelijk langs de even genoem de spoorlijn, elkaar moeten ontmoeten op een punt, dat ongeveer 100 Kilometer van Nisj verwijderd is. Maar voordat dit belangrijke punt is bereikt, voordat de Oostenrijkers baas zijn in het noorden van Servië, zal er nog heel wat moeten gebeuren, want al moge vol gens een Timesbericht het Servische leger in droevigen toestand verkeeren, het zal zeker nog wel in staat zijn op het gunstige terrein tegenweer te bieden. En als de Oostenrijkers eens Nisj hebben dat in- tusschen thans wel in goeden staat van verdediging zal verkeeren en zich dus niet zoo gemakkelijk nemen .laat en de Servische regeering trekt zich terug naar Uskjub, alweer 140 kilometer Zuidelijker? E>e moeielijkheden, aan de al te licht geschatte straf-expeditie zouden in plaats van geëindigd te zijn, nu wel eens eerst recht kunnen beginnen! DE STRIJD IN BELGIë EN N.-FRANKRIJK. Het Fransche communiqué van gisteravond meldt: Er zijn berichten ingekomen van een vrij hevige ka- nonnade op Nieuwpoort en het zuiden van Yperen. Het geïnundeerde terrein strekt zich thans uit tot aan het Zuiden van Dixmuiden. Er is hevig geschoten tusschen de Lys en de Som- me. De Franschen hebben verscheiden aanvallen in Argonne afgeslagen en zijn eenigszins vooruitgègaan. TYPHUS ONDER DE TROEPEN. Onder de Belgische troepen, die nog te velde zich bevinden, hebben zich typhusgevallen voorgedaan. Het comité van het Britsche Roede Kruis en de Order of St. John heeft nu reeds een som van 120,000 be schikbaar gesteld voor de bestrijding van deze ziekte. BOMMEN OP DE FABRIEK KRUPP? De Londensche avondbladen bevatten een telegram waarin medegedeeld wordt, dat te Berlijn groote opge wondenheid heerscht tengevolge van het gerucht, dat een vlieger bommen zou geworpen hebben op de fa briek van Krupp te Essen. De schade is onbekend. De vlieger bleef ongedeerd. DE STRIJD AAN HET OOSTERFRONT. Officieel wordt uit Weenen gemeld: Onze positie op het noord-oostelijk oorlogstooneel is sedert gisteren niet gewijzigd. DE DUITSCHE KEIZER AAN HET FRONT. Officieel wordt bericht uit het Duitsche groote hoofdkwartier. De Keizer bezocht gisteren afdeelingen van de in de streek om Tsjenstochof strijdende Oosten- rijksch-Hongaarsche en Duitsche troepen. EEN ONDERSCHEIDING. De Keizer van Oostenrijk schonk den commandant van het vijfde leger, den generaal der infanterie Libo- rius Frank, als bewijs van erkenning zijner uitstekende diensten als legerbevelhebber, het grootkruis der Leo poldsorde met de oorlogsemblemen. DE OORLOGSBUIT VAN KIAUTSJAU. Het Japansche hoofdkwartier meldt, dat bij de in neming van Tsingtau buitgemaakt werden: 2500 ge weren, honderd machinegeweren, 30 veldkanonnen, een groote voorraad ammunitie, 14400 gulden aan geld, 15000 ton steenkolen, 40 automobielen; alle schepen zijn vernield. De voorraden waren voldoende om 5000 man nog drie maanden te voeden. DE AUSTRALISCHE STRIJDMACHT. Officieel wordt uit Londen gemeld: De strijdmacht uit Australië en Nieuw-Zeeland is in Egypte aangeko men, waar zij zal deelnemen aan de verdediging van dat land, en de oefening zal voortzettenzij kan dan later naar het front in Europa worden gezonden. DE DUITSCHERS IN AUSTRALIë. Reuter meldt uit Melbourne: Er zijn een hoeveel heid wapens en duizend patronen met zachtgemaakte spitsen gevonden bij een Duitsch professor, die eenigen tijd geleden met een gezelschap geleerden naar Autra- lië was gekomen. Hij werd gearresteerd, juist toen hij weder vertrekken wilde. In zijn onderkleederen werden papieren gevonden, die belangrijke militaire geheimen bevatten. Hij is thans geïnterneerd. Er zijn ook militaire schetsen en andere documenten in het bezit van andere Duitschers ontdekt. DE ZITTING VAN DEN RIJKSDAG. In de Woendag gehouden zitt!ng van den rijksdag sprak na den rijkskanselier de sociaal-democraat Haase. Hij begon met, ook uit naam zijner partijge- nooten, te zeggen, dat de dingen die er later aangaan de de houding van België bekend waren geworden, naar hun overtuiging, niet voldoende zijn om van het standpunt af te wijken, dat de rijkskanselier den 4en Augustus tegenover Luxemburg en België heeft aange nomen. Haase wilde dus zeggen, dat zijn partij vast hield aan de stelling, dat Duitschland tegenover Luxemburg en België onrecht heeft gedaan. Ook ten opzichte van den oorlog neemt de partij nog het standpunt in van 4 Augustus. Wij hebben, zeide hij, den oorlog, waarvan de diepste oorzaak een bot sing van ekonomische belangen is, tot het laatste oogenblik bestreden. Maar de grenzen van ons land worden nog door vijandelijke troepen bedreigd. Der halve moet het Duitsche volk ook nu nog zijn geheele kracht inspannen ter bescherming van het land. Daar om is de sociaal-democratische partij voor het aange vraagde krediet. Na hulde te hebben gebracht aan al de dappere zo nen, die leven en gezondheid voor het vaderland offe ren, herhaalde Haase, dat de sociaal-democratische partij het beginsel is toegedaan dat elk volk recht op nationale zelfstandigheid heeft. Het is dan ook haar onwankelbare overtuiging, dat een deugdelijke ontwik keling der volken slechts mogelijk is, wanneer elk land er van afziet, het gebied en de zelfstandigheid van andere volken aan te tasten en daarmede de kiem van andere oorlogen te leggen. Wij verlangen, zei Haase, dat zoodra het doel van vrijwaring voor verde re vredeverstoring bereikt is, zoodra de tegenstanders tot den vrede geneigd zijn, aan den oorlog een einde wordt gemaakt door een vrede, die vriendschappelijke betrekkingen tot de naburige volken mogelijk maakt. De sociaal-democratie veroordeelt het, dat in alle lan den kleine, maar roerige kringen, onder den dekmantel van vaderlandsliefde, met alle middelen den haat te gen den tegenstander aanwakkeren en daarmede aan de waarheid te kort doen. (Bijval links). Haase bepleitte vervolgens, dat er gedurende den oorlog goed gezorgd zou worden voor de strijders, die in den oorlog hun gezondheid hebben verloren, ook voor de achter- en nagelaten betrekkingen in uitgebrei- den zin, alsmede voor de menschen die voor den vijand zijn gevlucht. Voor de werkeloozen moet werk ver schaft worden. De volkskracht mag niet verminderen. Er moet ruimschoots voor levensmiddelen worden ge zorgd. Er is daartoe niet vergeefs een beroep op de rijksregeering gedaan, maar er moet in al de genoem de richtingen meer gebeuren. (Zeer juist I bij de socia listen). Haase vroeg ook om vertrouwen in het volk. De ge volgen van den staat van oorlog moeten ophouden. De besprekingen van de grondwettelijke vrijheid van druk pers is door niets meer gerechtvaardigd. (Zeer waar bij de socialisten). Die beperking kon twijfel aan de rijpheid en eenheid van het Duitsche volk wekken. Wij eischen hierin, zei Haase, spoedige verandering, juist in het belang van een eensgezinde verdediging, van het aanzien en de welvaart van het Duitsche Rijk. (Bijval bij de socialisten.) Dr. Spahn, van het centrum, sprak uit naam van alle andere partijen. Wij hebben ook vele wenschen aan de wetgevende vergadering voor te leggen, zeide hij. Wij zijn vast besloten, de sociale zorg voor alle deelnemers aan den oorlog en voor hen die door den oorlog benadeeld worden nauwgezet te regelen. Wij gedenken ook dankbaar hen, die door den vijand zwaar getroffen zijn. Maar daar gaat het nu niet om. Nu moet ten behoeve van het Duitsche va derland alles op zij worden geschoven. (Bijval.) In den ons misdadig opgedrongen oorlog willen wij volhouden, tot er een zege is bevochten, die tegen de verschrikkelijke offers opweegt en die ons voor goed beschermen zal. (Levendige bijval.) Spahn sprak zijn vertrouwen uit, dat leger en vloot die zege zullen behalen. Andere sprekers waren er niet. Voor hij de zitting van den Rijksdag sloot hield dr. Kaempf, de voorzitter, nog een rede, waarin hij niet veel zeide. Nog nooit, zei hij o. a. heeft er tegenover het Duitsche volk zoo'n machtig verbond van vijanden gestaan als nu. En tot besluit: Het Duitsche volk kan niet overwonnen wor den, zoolang het eensgezind is. Op die eensgezind- bouwen wij als op het zekerste palladium van ons volk. DE HOUDING VAN LIEBKNECHT. De houding van den sociaal-democratischen afge vaardigde Liebknecht, die bij de stemming over de oorlogskredieten in den Rijksdag bleef zitten, in strijd met het gebruik der partij, dat verlangt, dat een lid, dat een onaangename stemming wil ontloopen, de zaal onopgemerkt verlaat, baart bij. alle leden der so ciaal-democratische partij pijnlijk opzien, meldt een te legram uit Berlijn. De partijgenooten namen zijn houding met blijkbare verontwaardiging op en scho ven van hem weg. De „Vorwarts" spreekt in de vermelding van het ge val op in het oogvallende wijze niet van „Genosse", maar van afgevaardigde dr. Liebknecht. Zijn vrienden verontschuldigen hem door te zeggen, dat hij zeer overwerkt, zenuwachtig en prikkelbaar is en dat hij lijdt aan de gevolgen van het Krupp-proces, waartoe hij het initiatief nam. Daarbij zou hij over tuigd zijn, dat de arbeiders hem willen laten vallen en dat hij na den oorlog niet meer in den Rijksdag zal terugkeeren. Dit zou hem misschien de gedachten heb ben geïnspireerd van deze betooging tegen den nieu wen geest in de partij. BELGISCHE GENEESHEEREN EN APOTHEKERS WEGGEVOERD. Men meldt uit 's-Gravenhage aan het Hbld.' Groote bevreemding wekt in medische kringen het wegvoeren van 35 Belgische doctoren en apothekers die van uit België zijn vertrokken onder Duitsch geleide, naar aan leiding van een verzoek der Duitsche overheid. In de meening, dat zij volgens artikel der Conventie van Ge- nève van 1906, door het occupeerend leger werden op? geëischt om hun dienst in een andere plaats voort te zetten, werden zij door een Duitsch officier naar Hei delberg gebracht waar men hen verklaarde, dat, aan gezien twee Duitsche doctoren op grond van slechte behandeling en weigering om Fransche gewonden te verplegen, door een Parijsche rechtbank tot straffen zijn veroordeeld, zij nu als krijgsgevangene!} zouden worden behandeld. Zij moeten thans in de omgeving van Heidelberg, In overigens vrij goede omstandigheden, tot werkloos heid zijn gedoemd. KORTE BERICHTEN. Uit Konstantinopel wordt gemeld, dat de Turksche troepen in den Kaukasus die in de zone van de Tsjorok oprukten, een nieuw succes behaalden en bezetten Ar- danoetsj, 20 K.M., Oostelijk van de Tsjorokrivier. Een op een scheepswerf in de Golf van Genua op rekening van Portugal in aanbouw zijnde torpedoja ger, welke dezer dagen van stapel moest Ioopen, is op bevel van de Italiaansche regeering in beslag genomen omdat Portugal tot de oorlogvoerende naties zou ge rekend worden. Te Valparaiso (Chili) had een anti-Duitsche be weging plaats ten gevolge van het besluit der directie van de (Duitsche) tramwegmaatschappij om de tarie ven te verhoogen zoo meldt een bericht uit Londen aan het Hbld. De Duitsche gebouwen en tramwagens werden be stormd, een aantal personen gewond. OPROER IN EEN INTERNEERINGSKAMP. In verband met het ernstige feit, dat gisteren is ge schied in het intemeeringskamp te Zeist, waar 11000 man zijn ondergebracht en de bewakingstroepen 1000 man teilen, meldt een verslaggever van het Handels blad, die een onderhoud had met luitenant K. P. Inne- mée, adjudant van den commandant van de bewaking van het intemeeringsdépöt, het volgende: Woensdagavond reeds heerschte onder de Belgen van het eerste der intemeeringsdépöts, waar 6000 Bel gen vertoeven, een oproerige stemming. Des middags hadden drie Belgen getracht te ontvluchten in burger- kleeren, maar hun toeleg was ontdekt en zij werden gearresteerd. Omdat deze drie mannen terstond in provoost werden gezet, was de opwinding onder de Belgen groot. Hun ontevredenheid sproot verder voort uit het feit, dat zij niet met hun vrouwen mochten uitgaan; bovendien werd de consumptie in de cantine te duur gevonden. De gemoederen geraakten dientengevolge Woensdagavond zoo verhit, dat de Belgen de hulp- cantine bestormden en de ruiten van dat gebouw in- gooiden. Tot 11 uur was er sectie-versterking. Onder commando van de luitenants Valkhoff en In- nemée werd gepatrouilleerd en het gelukte, de men schen langzamerhand rustig naar de barakken terug te krijgen, zoodat de versterkte sectie weer kon inruk ken en naar bed gaan. Er waren, ter waarschuwing van de mannen, enkele schoten in de lucht gelost. De gewone wacht, 48 man sterk, bleef gedurende den nacht, die geheel rustig verliep, posten, 's Avonds was ook bericht gestuurd aan den commandant van den bewakingsdienst, overste Collard, die met een paar officieren naar de Belgen toeging om met hen te spreken en ze wat te kalmeeren. Gistermorgen omstreeks 10 uur vernam luitenant Innemée op zijn bureau, dat er geschoten was, en een luitenant, die per fiets van Amersfoort het kamp na derde, vertelde hem dat het gejoel en geschreeuw der ontevreden Belgen op den weg duidelijk was te hoo- ren. Inderdaad waren de mannen wederom opgedron gen; de grootste schreeuwers bleven op den achter grond staan. Men kon hier alleen kras optreden, want herhaaldelijk waren de mannen- gesommeerd om hun oproer te staken. Ze hebben Donderdagmorgen weer de cantine bestormd en chocolade en koek daaruit ge stolen in grooten voorraad, daar de pachter afwezig was sinds de verwoesting gisteravond aangericht. Een ooggetuige van het geval vertelde het volgen de: Een peleton, ongeveer 20 man sterk, onder aan voering van den luitenant Mallinckrodt, die piket dienst had, sommeerde de Belgen viermaal om rustig uiteen te gaan. De Belgen drongen echter op en rie pen den Hollandschen soldaten allerlei tartende woor den toe, hieven de handen omhoog en riepen: „Gij durft toch niet schietenDe Hollanders durven niets Toen, na vier keer gesommeerd te hebben, gaf luite nant Mallinckrodt bevel een salvo af te vuren op de schreeuwende menigte. Het 20 man sterke peleton vuurde twee salvo's af, waarop naar schatting van den ooggetuige, een 35-tal gewonden neervielen, waaron der zes dooden. De Belgen vlogen verschrikt uiteen. Gistermorgen, terstond nadat hij in kennis was ge steld met het gebeurde, bracht generaal Knel uit Amersfoort een bezoek aan het kamp. Na op de hoogte te zijn gebracht van het gebeurde, betuigde hij zijn tevredenheid over de wijze van optreden in deze. Gistermiddag waren op het bureau van overste Col lard aanwezig de officier van justitie uit Utrecht met den griffier en nog een tweetal heeren van het parket. Luitenant Mallinckrodt en overste Collard hadden met hen een langdurig onderhoud. De verslaggever van de Telegraaf, die verschil lende militairen sprak, die bij het treurig voorval te genwoordig waren, vernam, dat de Belgen verschil lende grieven hadden, welke niet heelemaal ongegrond werden geacht. Zoo beweerden ze met bitterheid, dat ze in de cantine werden uitgebuit. Voor een pakje ta bak, dat te Soesterberg zes cent kost, moesten ze een dubbeltje betalen, en een dubbeltje was ook de prijs van een klein glas bier. Dan was het hun ook in de hoogste mate onaange naam, dat er geen lokaal bestond in het kamp, waar ze gerust en vertrouwelijk met hun vrouw en kinderen AARSCHE COURANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1914 | | pagina 1