DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. 33 e O o r 1 o Van het westelijk eorlogsteirein. Van hut oostelijk oorlogstorrein. Van hat zuidik oorlogsterreïn. JVieuwj aarswenschen. Honderd en zestiende Jaargang. 1914 WOENSDAG 23 DECEMBER. 808. )e7e Courant wordt eiken avond, behalve op Zn* pn Mestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden Alkmaar f0.80; franco door het geheele Rijk fl.— Afzonderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën Pr- rrgcl C:j „reet: contracten rabat. Oroote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V, Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. Nieuwjaarswenschen FRANKRIJK. NEDERLAND. §>88 moaiMiDOt)®)? fodisto! oa88 bHadCf^ Telefoonnummer 3. ALKMAAR, 23 December. Er is vandaag in verband met eenige berichten aan leiding om eens weer over den luchtoorlog te spreken. Dat de luchtvaart voor de verkenning uitnemende diensten vervult en van nog grooter belang wordt ge acht dan de cavalerie, welke bijv. tegenwoordig aan Yser en Leie niets kan uitvoeren, is bekend. Het is vol doende gebleken, dat, vermoedelijk met een bijzondei soort kijkers, de waarneming uit de lucht voortreffelijk kan geschieden, terwijl natuurlijk één vlieger veel vlugger de resultaten eener waarneming kan overbren gen dan bijv. een officiers-patrouille. De „Daily Tele graph" verzekert, dat de Fransche vliegers in de Noordzee goede diensten hebben bewezen bij het op sporen van Duitsche onderzeeërs, waarop daarna jacht kon worden gemaakt door torpedojagers. Maar evenals dit bij de cavalerie het geval is, dient ook de afdeeling der luchtvaart niet alleen en uitsluitend ter verkenning, maar ook wel degelijk voor den aanval en voor de verdediging. Men denke maar eens aan de „flechettes', de kleine stalen pijlen, die, neergela ten van een hoogte van 3000 voet, zelfs een man en zijn paard kunnen doorboren een vlieger kan er tweehonderd tegelijk door een valluikje van zijn aeroplane laten vallen. Men denke verder aan de toch ten van vliegers, gewapend met bommen, boven vijan delijke stellingen en vijandelijke steden. Als is de mate- rieele uitwerking tot dusverre betrekkelijk gering hetgeen het gevolg is van de groote hoogte, waarop ze moeten blijven in verband met het ter afwering uitge vonden geschut toch is het zeer waarschijnlijk, dat men binnenkort nog wel eens van andere dingen zal hooren, dan getroffen of beangste non-combattanten. Eigenlijk moet het verwonderen, dat het tot dusverre nog niet gelukt is, bijv. een hoofdkwartier van de lucht uit te bombardeeren en aldus den vijand in zijn leidende persoonlijkheden te treffen. Een Quitsch vlieger heeft Calais bezocht en de „Ti mes" ze^, dat het fort daar niet was getroffen, doch de vliegenier had niet ver mis gegooid. Een Engelscb vlieger heeft een aanval gedaan op de Duitsche stel lingen bij Ostende. Het was stik donker toen hij op steeg, negen bommen liet hij vallen en hij is behouden teruggekeerd. Het evengenoemde Engelsche blad ver klaart dat deze tocht over vijandelijk gebied de eerste is, die bij volslagen duisternis werd ondernomen. Is het bezoek van een vliegmachine in den regel wei nig vriendschappelijk, een enkelen keer wordt er wel eens een uitzondering gemaakt. Zoo meldt thans de „Times", dat twee Duitsche vliegers boven Duinker ken zijn verschenen, die eens niet bommen lieten val len, maar linnen zakjes. Het eene zakje bevatte een briefje van een Duitsch generaal, die aan de Fransche militaire autoriteiten verzocht, nasporingen naar het lijk van zijn zoon te doen, die in een gevecht nabij Soissons gedood was. En het andere zakje bracht een briefje over van een gevangen genomen Franschen vlieger, die al zijn Fransche collega's geluk wenschte met de aanstaande Kerstdagen. Een Engelsch vlieger heeft echter gisteren boven Straatsburg het meer gebruikelijke werk verricht, zon der dat, mag men het Duitsche bericht gelooven, hier door eenige belangrijke schade is ontstaan. Een ander Duitsch bericht vertelt, dat een Duitsch vlieger van een plaats aan de Belgische kust is opge stegen en naar de Engelsche havenplaats Dover is ge vlogen. Binnen een uur was hij alweer terug! Hij meent het havenstation te Dover met een bom te heb ben geraakt, maar dat klinkt te vaag om er geloof aan te hechten. Van meer belang is zijn verkenning ge weest. Hij heeft n.l. tusschen de Engelsche en Fran sche kust een heele rij torpedobooten zien liggen, die blijkbaar het vaarwater moeten beveiligen, terwijl hij in de haven van Dover verscheiden oorlogsbodems van het type-Majestic slagschepen, dus van een 15000 ton, ontwaarde en ook bij Duinkerken oorlogsschepen waarnam. De vlieger heeft echter maar één vijand, doch die geldt dan ook voor twee, n.l. den mist, die hem niet al leen het verkennen belet, maar hem bovendien ':~UI van den goeden koers doet afwijken. Van het Zuidelijk oorlogsterrein, van Servië, geeft de „Times" eenige belangwekkende bijzonderheden. De correspondent is van Valjewo naar Belgrado ge trokken. De weg was bezaaid met allerlei weggewor pen Oostenrijksche uitrustingsstukken. De Oostenrij kers hadden zich in den strijd om de hoofdstad uitste kend geweerd, maar ze konden tegenover de herhaalde aanvallen der Serviërs geen stand houden. Zij moesten hun verzet opgeven toen de stelling van Torlak, die Belgrado beheerscht, in den avond van 14 dezer viel. De hoogten, die zwaar versterkt waren, werden met groote hardnekkigheid verdedigd en pas na drie bajo net-aanvallen namen de Serviërs de stelling. De Oostenrijkers hadden ter voorbereiding van hun terugtocht aldoor voorraden weggevoerd. Bij de spoorbrug was over de rivier Save een brug geslagen, maar toen het bericht kwam dat Torlak gevallen was, trachtte zich te redden, wie maar kon. Een poging van de Serviërs om den linkervleugel om te trekken en de brug te vernielen, werd verijdeld door een verzet tot het uiterste van de Oostenrijkers, die een gunstige stel ling bezet hielden en zoodoende kon de terugtocht, hoewel hij wild en wanordelijk was, voortgaan. De eerste Servische patrouille kwam de stad in den ochtend van den 15den binnen. Achter haar aan kwam Koning Peter, terwijl het vechten bij de brug nog aan den gang was. De Serviërs beschoten de brug daarna met granaten en vernielden haar. Op dat oogenblik waren nog een groot aantal Oostenrijkers en een groot deel van den tros ten Zuiden van de Save. Volgens de laatste telling, zijn 150 officieren, 10,000 man, 8 stuk ken geschut, 450 vrachtwagens en 1000 paarden in handen van de Serviërs gevallen. Vele kanonnen wer den ook in de rivier geworpen. Natuurlijk heeft deze groote overwinning den Ser viërs bloed gekost, maar de correspondent zegt, dat dit weinig is in vergelijking met het verlies, hetwelk den tegenstander werd toegebracht. De Oostenrijksche legers, zegt hij, die Servië zijn binnengevallen, zijn als gevechtseenheden vernietigd en de Serviërs weten nog niet, hoe groot de buit is. Voortdurend worden nog gevangenen aangebracht. Op grond van wat de cor respondent zelf gezien heeft, schat hij den buit op ten minste honderdvijftig kanonnen en tweenonderdvijftig munitie-transportwagens, waarvan de meeste met dui zenden geweren en zeker met millioenen patronen ge laden waren. Of de Oostenrijkers in staat zullen zijn al dit verloren materieel aan te vullen en ook de ver liezen aan manschappen, zal men moeten afwachten. Maar voor nieuwe krijgsverrichtingen zal het in elk geval noodig zijn, een geheel nieuw leger te vormen. Had de Parijsche „Temps" beweerd, dat de geza menlijke pers te Boedapest, naar aanleiding van het verlies van Belgrado, zich tegen den Duitschen gene- ralen staf had gekeerd, de „Pester Lloyd" tart het Fransche blad thans, deze bewering waar te maken. Ja als de pers der oorlogvoerende landen van al le vermoedelijk onware berichten het bewijs der waar heid moest brengen, dan zou zij wellicht weinig an- ders te doen hebben. Wij, neutralen, die met aandacht de buitenlandsche bladen kunnen volgen, weten immers, hoeveel er aan alle kanten wordt gemeld, dat den toets der waarheid en eerlijkheid niet kan doorstaan. Vooral in een tijd, waarin het nieuws schaarsch is, worden er allerlei verhaaltjes gedaan, waar de onwaarschijnlijkheid bo ven op ligt. En niet alleen polemiseeren de couranten daarover op het oogenblik vullen de Engelsche en Duitsche bladen hun kolommen met artikelen over de wederzijdsche tegenstrijdige waardeering van de aan vallen der Duitschers op de Engelsche kust maar thans zijn zelfs ook de schrijvers van de officieele me- dedeelingen der generale staven bezig, eikaars berich ten te controleeren en te rectificeeren. Het is misschien een aangename bezigheid, maar men wint er geen veldslagen en geen oorlogen mede! En den neutralen, voor wie deze polemiek voorname lijk bestemd schijnt, laat zij natuurlijk volkomen koud. Op het Westelijk oorlogstooneel blijft de toestand ongewijzigd. De bondgenooten maken er langzaam eenige vorderingen, doch er is geen enkele reden om de opvatting der „Daily Telegraph" te aanvaarden, volgens welke er in de operaties in Vlaanderen een keerpunt is gekomen. Van het Oostelijk oorlogstooneel is er een uitvoerig Russisch legerbericht, dat allereerst constateert, dat de Duitschers in Polen hardnekkige aanvallen doen, die echter met groote verliezen worden afgeslagen. Ook in het Duitsche communiqué wordt erkend, dat er hevige gevechten worden geleverd en waar er over den uitslag niet veel wordt gemeld, is het waarschijn lijk, dat de Duitschers niet aan de winnende hand zijn, Ook schijnen de Russische operaties in Polen succes te hebben, terwijl in militaire kringen te Petrograd de overgave der vesting Przemysl spoedig verwacht wordt. Uit dit alles blijkt duidelijk, dat de toestand der Russen bij lange na niet zoo hopeloos is, als de Duitschers en Oostenrijkers het de vorige week heb ben doen voorkomen. Alleen blijft het breken van het Russische offensie: en het terugtrekken van het Russische leger, dat trou wens heden onomwonden in het communiqué wordt erkend. De Fransche Kamer is gisteren te Parijs geopend. De minister-president, de heer Viviani, heeft verklaard, dat Frankrijk en zijn bondgenoten de wapens niet zuilen neerleggen voor het geschonden recht zal ge wroken zijn, voor de vroeger verloren provincies zijn teruggenomen, het heldhaftige België zijn geheelen materieelen eigendom en zijn politieke onafhankelijk heid hersteld heeft en het Pruisische militairisme ge broken is. Dan kan eindelijk een nieuw Europa wor den opgebouwd, dat gegrondvest is op orde en techt, zeide hij. Frankrijk zal hetgeen vernield is weder opbouwen Zeker zal het later door oorlogsschattingen daarvoor schadeloos worden gesteld, maar ondertusschen zal door vrijwillige bijdragen van de heele natie het werk worden uitgevoerd. DE STRIJD IN BELGIë EN N.-FRANKRIJK. Het Fransche Communiqué van gistermiddag zegt, dat de geallieerden meer of minder belangrijke vorde ringen gemaakt hebben op het geheele front tusschen de Lys en de Vogezen. Rondom Souain zijn hevige bajonetgevechten ge leverd. Wij zijn niet belangrijk vooruitgegaan in deze streek, maar wij hebben in den omtrek van Perthes les Hurlus drie Duitsche werken genomen, die een loop- gravenfront van 1500 M. vormden. In de Malancourt-bosch tusschen Argonne en de Maas zijn onze troepen erin geslaagd de draadver sperring te doorbreken en zich meester te maken van üe loopgraven der vijanden, waar zij zich hebben ge handhaafd. In het bosch van 'Consenvoyé verloren wij eerst, maar heroverden daarna, na een hevig gevecht het terrein, dat wij den 20sten Dec. gewonnen hadden. Uit het Duitsche groote hoofdkwartier werd gisteren bemeld: Bij Nieuwpoort en in de streek van Yperen was het over het algemeen rustig. De door Franschen territoriale troepen versterkte Engelsche troepen deden gister- en hedennacht ter herovering van de op 20 de zer bij Festubert en Givenchy verloren stellingen ver woede aanvallen, die echter werden afgeslagen. In de streek van Richebourg slaagden ze er in hun oude stellingen te hernemen. De aanvallen, gisteren door de Franschen ondernomen in de hurt van Albert, noord oostelijk van Compiègne, bij Souan en Perthes, werden onder zware verliezen voor den vijand afgeslagen. In het westelijk deel van de Argonnen namen we eenige loopgraven. Oostelijk van de Argonnen ten noordwesten en ten westen van Verdun werden de Fransche aanvallen, ten deele met zware vijandelijke verliezen, gemakkelijk afgeslagen. Wij hebben tot ons leedwezen gisteren eerst na de publicatie ontdekt, dat de gisteren openbaar gemaakte legerorder van den Franschen generaal Joffre van 17 December nog de volgende aanvulling had„Het be vel is hedenavond aan alle troepen mede te deelen en er is zorg te dragen dat het niet in de pers bekend wordt." BOMMEN OP STRAATSBURQ. Uit Straatsburg wordt gemeld, dat gistermiddag tusschen twee en drie uur, een Fransche of Engelsche vlieger boven de stad verscheen en in de nabijheid van den Illkirchenmolen een bom liet vallen, die de ledige schuren en de vensters van het graanpakhuis bescha digde. Eenige stukken vielen neer in de handelsha ven. Niemand werd gekwetst De vlieger, die op een hoogte van 1000 tot 1700 M vloog, werd beschoten. EEN DUITSCH VLIEGER BOVEN DOVER. Uit Keulen wordt gemeld, dat de marine-aviateur, luitenant Von Prondzynski, gistermorgen in een plaatsje aan de Belgische kust voor een vliegtocht naar Dover is opgestegen. Hij bereikte Dover en wierp daar verschillende bommen, waarvan een het haven station moet hebben getroffen. Binnen een uur keerde de vlieger terug. DE STRIJD AAN HET OOSTERFRONT. Uit het Duitsche groote hoofdkwartier werd gisteren gemeld: De toestand is in Oost- en West-Pruisen on veranderd. In Polen zijn onze troepen in heftigen strijd om het terrein aan Bzoera en Rawka. Op vele plaatsen is de overgang over dat terrein reeds verkre gen. Op den rechteroever van de Pilica is de strijd der verbonden troepen nog niet beslist. Het Oostenrijksche legerbericht meldde gisteren: In de Karpathen wordt in de nabijheid van den zuidelij ken kam van het gebergte in het gebied der rivieren Nagy-ag, Latorcza en Ung gestreden. In Oalicië zijn de Russen gisteren weder tot den aanval overgegaan, echter zonder succes; vooral aan de beneden-Doenajec hebben zij zware verliezen gele den. Aan de Nida, in de streek ten zuiden van Tomas- zow, ontwikkelden zich kleine gevechten. Op het terrein voor Przemysl duren de gevechten voort. DE TURKEN NAAR EGYPTE. Aan de „Frankf. Zeit." wordt uit Konstantinopel berichtHet Turksche leger, dat uitgezonden wordt In het nummer, dat DONDER DAG 31 DECEMBER verschijnt, zal wederom gelegenheid bestaan tot het plaatsen van a 25 cents a contant. De Directie, om Egypte te bestrijden, heeft onder opperbevel van Dsjemal pasja den opmarsch naar het Suez-Kanaal aanvaard. Mohmet Senoessi, de broeder van den sjeik der Se- noessi, die gedurende korten tijd te Konstantinopel heeft vertoefd, bevindt zich in het gevolg van Dsjemal. DE OPSTAND IN ZUID-AFRIKA. Reuter meldt uit Johannesburg: Minister Dewet, sprekende bij een parade van 2500 man burgerwachten, zeide dankbaar te zijn, dat aan de opstand zoo spoedig een einde werd gemaakt. De regeering had niet de bedoeling om een alge- meene amnestie aan de opstandelingen toe te staan. Er waren meer dan 4000 opstandelingen in de gevan genis, terwijl aan 1200, die zich overgaven, vergun ning was verleend, om op eerewoord naar huis te gaan. DE OPENING VAN HET PARLEMENT. De minister-president gaf een overzicht over het ver- oop van den oorlog en zeide dat Frankrijk en de geal- "ieerden de wapens niet zouden neerleggen voor het be- leedigd recht was gewroken, de vroeger verloren pro vincies herwonnen, het heldhaftige België weder volko men in zijn vroeger bezit en zijn politieke onafhanke lijkheid was hersteld, en het Pruisische militairisme gebroken, zoodat het mogelijk zal zijn een herboren Europa op te bouwen op den grondslag van vrede en recht. De schitterende financieele toestand van Frankrijk, dat niet genoodzaakt was zijn toevlucht te nemen tot een leening, daar de Banque de France in staat was de noodige middelen aan de schatkist te verschaffen en steun te verleenen voor de hervatting van het economi sche leven, is oorzaak, dat de huidige toestand bevre digend is. ,.Wij brengen hulde", zoo vervolgde de minister, „aan onze helden, zoowel aan degenen, die gesneuveld zijn als aan hen, die door een definitieve overwinning hen zullen wreken." KORTE BERICHTEN. Volgens een Lloyds-telegram uit Londen is het Noorsche stoomschip „Boston vergaan, nadat het op een mijn in de Noordzee was gestooten. De Fransche ministerraad heeft besloten aan de volksvertegenwoordiging een krediet van 1500 milli- oen in ae door de Duitschers bezette streken van Frankrijk. Volgens een bericht uit Parijs, heeft een schip van de bondgenooten in zee een boot genomen, waarin zich drie officieren en veertien manschappen van de Duitschen Kruiser Emden bevonden. Engelsche bladen vernemen uit Kopenhagen, dat de Duitscheoverheden niemand meerover de Deensche grens laten gaan. Zelfs moeten de reeds uitgereikte paspoorten zijn ongeldig verklaard. Een expeditie van het Duitsche Roode Kruis voor Turkije heeft eergisteren Berlijn verlaten. De keizerin en de kroonprinses van Duitschland namen eergisteren deel aan het Kerstfeest van 1500 ar beidsters in de confectie-branche. DUITSCHE STEENKOOL TE WINTERSWIJK. Van een vermindering in aanvoer van steenkolen, cokes en briquetten uit Duitsche richting is te Winters wijk nog niet veel te merken, schrijft men aan het Hbld. Zelfs de vorige week toen er tengevolge van volledige Zondagsrust bij het goederenvervoer des Zondags geen wagens binnen kwamen en dientengevolge het aantal komende treinen een paar minder was. was de totale aanvoer van wagens nog 206 grooter dan de week te voren. Er kwamen in het geheel 2449 wagens aan, waarvan 1783 met kolen, cokes en briquetten beladen (de week te voren 1665), terwijl het getal wagens met diverse goederen 666 bedroeg, d.i. een vermeerdering met 88 wagens. Mocht echter de landstorm onder de wapens ko men en het reeds beperkt aantal arbeiders in het kolen- district beginnen at te nemen, dan zal zulks ongetwij feld op den aanvoer oefenen. DE CRISIS EN ACCOUNTANCY. De accountant is een van de weinigen, die van iede re crisis profijt trekt. Het expetie-bedrijf mag op het oogenblik schitterend gaan, straks, bij een andere cri sis, zijn alle expediteuren- lamgeslagen. In de cacao is wellicht veel te verdienen geweest, maar toch kan men zeggen, dat in het algemeen de cacao-fabrikanten betere tijden beleven in vette jaren dan in magere. Maar de accountant verdient zijn rijksdaalders het vlugst en het meest, wanneer het den zakenmenschen tegenloopt, onverschillig, waardoor de mallaise ont staan is. De verklaring ligt voor de hand. Gaan iemands zaken achteruit, is de bodem van de kas zichtbaar, AARSCBE COURA

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1914 | | pagina 1