DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Va» M ossteliil oorloplarrai».
Van bat zuidelijk oorlogsterrein.
3> O o x* 1 o
15 JAHUABI
No. 12
Honderd en zeventiende jaargang.
1915
Abonnementsprijs per 3 maanden f 0.80, fr.p. post f 1.—. Advertentieprijs 10 ot. p, regel, groote letters naar plaatsrnimto. Brieven fr. N. I Boek- en Handelsdrnkknrlj f A HERls, COSTER 7J0N, Voordam C 0. Telefoonm. 3.
VRIJDAG
ENGELAND,
FRANKRIJK.
DUITSCHLAND.
NOORWEGEN.
ZWEDEN.
AMERIKA.
VARIA.
NEDERLAND.
mnra i mm
Crouy
Beauséjonr
O Reims
Soissons Perthes ET
Verdun
St. MichielD
ALKMAAR, 15 Januari.
De laatste dagen werd in de officieele communiqué'a
over de gebeurtenissen op het Westelijk oorlogstoo-
neel herhaaldelijk gesproken van de Argonnen en van
het Aisne-gebied, in welke beide streken er met de ui
terste hardnekkigheid gevochten scheen te worden m
waai' de Duitschers heel geringe vorderingen maak
ten. In de Argonnen met zijn moeielijke passen de
de Thermopylen van Frankrijk 1 lag het Duitsclie
offensief eenigszins voor de hand; daar toch staat de
toekomstige Keizer aan het hoofd.
Maar voor het Aisne-gebied bestond een dergelijke
dynastieke reden toch niet, meenden we tot dusverre.
Evenwel het Duitsche communiqué geeft ophel
dering. Het leert, dat daar niet wordt gestreden onder
-bevel van den toekomstigen Keizer, doch onder het
oog van den regeerenden Keizer, van den „obersten
Kriegsherm'M
Wahneer men dit weet, dan is men natuurlijk dade
lijk op zijn hoede, omdat men allicht overdrijving kan
vreezen! Vooral indien er wordt gesproken van „een
schitterend wapenfeit" I Het is dan ook zaak de Fran-
sche en Duitsche communiqué'a goed met elkaar te
vergelijken.
Ter vergemakkelijking hebben we hierboven schets
matig voorgesteld het front, waar het op aan komt.
De laatste dagen zijn er hevige gevechten geleverd
ten noordoosten van Soissons, waar het front bij een
heuvel, die op de stafkaart als No. 132 staat aangege
ven, van oost-west naar noord-west begint om te
buigen. Het dorpje Crouy, dat herhaaldelijk genoemd
wordt, ligt 3 Kilometer ten N.-O. van Soissons aan
den voet van den heuvel. Ten Westen van Crouy ligt,
op een afstand van 2 Kilometer, een ander plaatsje,
n.l. Cuffies, ook aan den voet van een heuvel.
De Franschen, die immers offensief optreden, heb-
üen hier den eersten aanval gedaan en wel Maandag
nacht. Maarschalk von Kluck die hier staat had
tijdig troepenversterkingen aangevraagd en deze over
het spoorwegknooppunt Laon waarschijnlijk Zondag
en Maandag gekregen. De Fransche aanval mislukte,
een Duitsche tegenaanval had niet alleen tot resultaat,
dat de Franschen van de hoogte No. 122 werden ver
dreven, maar ook van de hoogte ten westen daarvan,
bij Cuffies. Sindsdien is er voortdurend om dit gebied
gevochten. Bij stroomenden regen en op een door
weekten kleibodem werd tot het donker werd, zoo
meldt het Duitsche communiqué, loopgraaf na loop
graaf bestormd en veroverd en de vijand werd tot aan
den rand der hoogvlakte teruggedreven. Melding
wordt gemaakt van het aantal gevangenen en van het
buitgemaakt materiaal (in twee dagen 3150 gevange
nen, 8 zware kanonnen, 6 mitrailleurs, enz.), cijfers,
die op zich zelf wel indrukwekkend zijn, maar die ab
soluut niets zeggen, zoolang men ter vergelijking niet
over de cijfers der Duitsche verliezen beschikt.
Wat nu zegt het Fransche communiqué?
„Ten noorden van Soissons werd den geheelen dag
hard gevochten. De actie beperkt zich tot twee hoogten
bij Crouy. Onze tegenaanval aan den linkervleugel
maakte lichte vorderingen. In het centrum handhaaf
den we onze posities om het dorp Crouy, ondanks her
haalde aanvallen van den vijand, maar we moesten
voor Viegny wijken, omdat de verbindingslijnen onzer
troepen bedreigd werden, daar de overstroomde Aisne
verschillende door ons geslagen bruggen wegspoelde.
Wij nestelden ons zuidelijk van de rivier tusschen
Crouy en Missy met bruggehoofden aan den zuidelij
ken oever."
In een later communiqué wordt nog eens uitvoerig
bij dit feit van den dag stilgestaan. Er wordt nog
eens verklaard, dat de overstrooming van de Aisne,
waardoor verschillende der Fransche bruggen werden
weggeslagen, de communicaties van de troepen, welke
op de hellingen aan den rechteroever ageerden, zeer
gevaarlijk maakten.
Wij konden, zoo gaat dit communiqué voort, hun
geen versterkingen zenden en dat was oorzaak van het
terugtrekken dezer troepen, die onder zeer moeilijke
omstandigheden streden. Zij waren verplicht enkele
kanonnen in den steek te laten, ten gevolge van het in
storten van een deel van een brug; de kanonnen wa
ren onbruikbaar gemaakt. De Duitschers maakten ge
vangenen, voornamelijk gewonden, die bij de terug
trekkende beweging niet allen konden worden meege
nomen. Wij op onze beurt maakten tal van niet-gewon
de gevangenen, behoorende tot bataljons van zeven
verschillende regimenten. Hier is dus wel een partieel
voordeel behaald door den vijand, dat echter van geen
invloed zal zijn op het geheel der operatiën, die aan
den gang zijn. Ten gevolge van de hindernis, die de
Aisne biedt en van de door ons genomen maatregelen,
is de vijand niet in staat aan den zuidelijken oever van
de rivier zijn succes te benutten, dat overigens slechts
een zuiver plaatselijk karakter draagt."
Inhoud en toon van dit communiqué komen vrij wel
overeen met het Duitsche.
Wij gelooven, dat het ook volkomen juist is, wan
neer dit Fransche communiqué gewaagt van een plaat
selijk voordeel.
De Times wees in verband met het verliezen van
eenig terrein door de Franschen er dezer dagen reeds
op, dat het Duitsche offensief hier geen groote verande
ringen in het front zal kunnen brengen en ook de Lok.
Anzeiger verklaarde, dat er nog geen sprake kon zijn
van een doorbraak der Duitschers door het Franse
front.
Het eenige voordeel, dat d: Duitscherr hier voors
hands kunnen behalen is, zien wij wel, dit, dat zij in
het gunstigste geval hun front een weinigje naar het
Westen, langs den rechter oever van de Aisne, zullen
kunnen verlengen.
Maar zoover zijn zij nog niet het water schiji t
ook hier evenals aan den IJser belemmerend op de
operaties te werken en het is zelfs best mogelijk,
dat binnen weinige dagen het behaalde voordeel niet
slechts plaatselijk, maar ook tijdelijk blijkt!
Er is verder op het Noorderfront gevochten in
de Vogezen en in de Argonnen bemoeielijken sneeuw
en mist de operaties maar het woord was er, zoo
wel bij Nieuwpoort als Yperen in België en Lens en
Roye in Noord-Frankrijk voornamelijk aan de artille
rie, terwijl de Franschen hun aanvallen ten Oosten van
Reims voortzetten en in de streek van Perthes en Beati-
séjour op sommige punten de loopgraven van de
Duitschers binnendrongen en elders de loopgraven de
den springen. Verder is er geen nieuws.
Alleen zij aangeteekend, dat de Paus, volgens een
bericht uit Engelsche bron, het gebeurde met karni-
naal Mercier niet heel ernstig acht en als geëindij.d
beschouwt en dat de Times er op aandringt, dat de
Engelsche, Fransche en Russische generale staven
overleg zullen plegen ten aanzien van het mobilisee-
ren van nieuwe legers. Er is, zegt het blad, of iievr
zijn militaire medewerker, natuurlijk wel voeling tus
schen de verschillende staven, maar dat is niet vol
doende, er dient te zijn een nauwe samenwerking tus
schen de verbondenen, teneinde wederkeerig elkaar in
te lichten en voor te lichten over de hulpmiddelen v.m
den vijand, de politieke bedoelingen vast te stellen,
het aandeel in de oorlogvoering voor ieder te bepalen,
enz. In overleg met de staven der verbondenen meet
worden vastgesteld hoeveel troepen Engeland zal moe
ten leveren en in verband hiermee zal de regeering d.n
maatregelen moeten nemen om zich die troepenmacht
te verschaffen. De behoefte moet zich niet regelen nam
de recruteering, maar de recruteering naar de behoef.e.
Vermoedelijk is de propaganda voor algemeencn
dienstplicht niet vreemd aan dit Times-artikeli
DUITSCH COMMUNIQUé.
Uit het Duitsche groote hoofdkwartier werd giste
ren gemeld:
Bij Nieuwpoort en zuid-oostelijk van Yperen duren
de artilleriegevechten voort. Een bijzonder kracht .g
vuur richtte de vijand op de badplaats Westende, oie
zeker spoedig geheel verwoest zal zijn.
Vijandelijke torpedobooten verdwenen zoodra zij
vuur kregen.
Bij de voortzetting van den aanval van 12 Januari
ten noord-oosten van Soissons deden onze troepen op
nieuw een aanval op de hoogten van Viegny en Save-
berten. In stroomenden regen en op een doorweekten
kleibodem werd tot het donker werd, loopgraaf na
loopgraaf bestormd en op den vijand veroverd, en de
vijand tot aan den rand der hoogvlakte teruggedreve.1.
Veertien Fransche officieren en 1130 manschappen
werden gevangen genomen4 kanonnen, 4 mitrailleurs
en een zoeklicht werden vermeesterd. Een schitterend
wapenfeit van onze troepen onder de oogen van den
„allerhöchsten Kriegsherr". De totale oorlogsbuit uit
de gevechten van 12 en 13 Januari noordoostelijk ven
Soissons blijkt nu na nauwkeurige vaststelling te be
staan uit: 3150 gevangenen, acht zware kanonnen, een
revolverkanon, zes mitrailleurs, en ander materiaal,
Ten noordoosten van het kamp van Chalons vielen de
Franschen gisteren voor- en namiddags met aanzien
lijke strijdkrachten ons ten oosten van Perthes aan. Op
enkele plaatsen drongen ze onze loopgraven binnen,
werden echter door krachtige tegenaanvallen verdre
ven en onder zware verliezen in hunne positie terug
geworpen. Zij lieten 160 gevangenen in onze handen.
In de Argonnen en in de Vogezen geschiedde niets
van belang.
FRANSCH COMMUNIQUé.
Het Fransche legerbericht van gistermiddag meldt:
In de omgeving"van Nieuwpoort had, ondanks den
nevel, een hevig artillerie-duel plaats. Een boerderij,
zuidoostelijk van Stuyvekenskerke, die den vijand als
munitie-depot diende, is door de Belgen verwoest.
In de streek van Lens verdreef onze artillerie vijan
delijke arbeidsafdeelingen. Ten noorden van Soissons
werd den geheelen dag hard gevochten. De actie be
perkt zich tot twee hoogten bij Crouy. Onze tegenaan
val aan den linkervleugel maakte lichte vorderingen.
In het centrum handhaafden we onze posities om het
dorp Crouy, ondanks herhaalde aanvallen van den vij
and, maar we moesten voor Viegny wijken, omdat de
verbindingslijnen onzer troepen bedreigd werden,
daar de overstroomde Aisne verschillende door ons
geslagen bruggen wegspoelde. Wij nestelden ons zui
delijk van de rivier tusschen Crouy en Missy met brug
gehoofden aan den zuidelijken oever.
In de streek van Perthes kwamen plaatselijke scher
mutselingen voor; wij vernielden sappen noordelijk
van Beau-Séjour. ten einde het werk van den vijand te
belemmeren,
Van het overige front is niets te berichten.
DUITSCH COMMUNIQUé.
Uit het Duitsche groote hoofdkwartier wordt ge
meld:
Ten zuidoosten van Gumbinnen en oostelijk van
Loetzen zijn Russische aanvallen afgeslagen, waarbij
vele honderden gevangenen werden gemaakt. In Noord
Polen is de toestand onveranderd, in Polen, westelijk
van de Weichsel, werden onze aanvallen voortgezet.
Op den westelijken oever van de Pilitza kwam niets
bijzonders voor.
OOSTENRIJKS COMMUNIQUé.
Uit Weenen wordt officieel gemeld:
Officieel wordt meegedeeld, dat in West-Galicië
en Russisch Polen de dag van gisteren in het algemeen
rustig is voorgijgegaan. Aan ons krachtig front langs
de Nida mislukten in de laatste dagen alle vijandelijke
aanvallen.
In de Oostelijke Karpathen en in de Boekowina
kwamen dezer aagen slechts onbeteekenende schermut
selingen voor.
DE TURKEN IN PERZIë.
Het Turksche hoofdkwartier meldde gisteren:
Onze troepen rukken, gesteund door een Perzische
afdeeling, in Aserbeidsjan voortdurend vooruit, om
het land van het Russische juk te bevrijden. Wij had
den daar nieuwe en groote successen, daar wij giste
ren Tebris en Selmas, de beide laatste Russische steun
punten in dit gebied, bezetten. De Russen, die voorne
mens waren zich hardnekkig te verdedigen, verlieten
in wanorde deze beide plaatsen.
Een aantal Meharisten (kameelruiters), die deel uit
maken van de Engelsche bezettingstroepen in Egypte,
gaven zich over aan onze voorhoede.
DE GEREDDEN VAN DE GNEISENAU EN DE
NüRNBERG.
Tweehonderd geredden van de Duitsche kruisers
Gneisenau en Nümberg (bij de Falkland-eilanden in
den grond geboord) zijn gisteren in Engeland aange
komen.
IN DE FRANSCHE VOLKSVERTEGENWOORDI
GING.
De heer Deschanel hield in de Kamer bij de aan
vaarding van het voorzitterschap een toespraak, waar
in hij wees op de moreele eensgezindheid van Frank
rijk sedert den oorlog, op de noodzakelijkheid den vij
and terug te dringen en België te bevrijden. Elzas-Lo
tharingen, zoo zeide hij verder, zullen moeten worden
teruggegeven, en hij wees er op, dat terwijl de beide
vijandelijke bondgenooten reeds al hun kracht geven,
de triple entente nog niet de uiterste krachten heeft in
gespannen.
In den Senaat sprak de heer Duboit op gelijke wijze,
Hij verklaarde, dat het noodig was voor immer de ou
de despotiën te vernietigen, die zoo gruwelijk waren
herleefd.
EEN GIFT VOOR HINDENBURG's LEGER.
De commissie voor de Hindenburg-collecte heelt
den veldmaarschalk bezocht en hem meegedeeld, dat er
twee millioen voor het doel was bijeengekomen, waar
uit aan ongeveer 50,000 man bij de legermacht pels
jassen zijn verschaft.
SCHARENSLIJPENDE SPIONNEN.
De „Lillehaminer Tilskuer", een Noorweegsch blad,
bericht, dat zich in Lilleham op het oogenblik niet
minder dan 6 buitenlandsche scharenslijpers ophou
den, waarvan enkelen een weinig, de anderen volstrekt
geen Noorweegsch kunnen spreken. Het zijn alle flinke
mannen, met goed postuur en goed gekleed, doch hun
scharenslijperswerk doen ze zeer slecht. Men vermoedt
dat deze „scharenslijpers" van Russische nationaliteit
zijn, en mocht dit zoo wezen, zegt het blad, dan is het
te hopen, dat een onderzoek wordt ingesteld. Want een
slecht scharenslijper kan wel een goed spion wezen,
en daarvan moet Noorwegen langzamerhand genoeg
krijgen.
VERBOD VAN DOORVOER VAN OORLOGS
MATERIAAL.
De Zweedsche regeering heeft, naar uit Berlijn ge
meld wordt, besloten, dat het verbod van uitvoer van
oorlogsmateriaal, dat bij het uitbreken van den oorlog
werd uitgevaardigd, zoodanig zal worden uitgebreid,
dat in de toekomst ook de doorvoerhandel door Zwe
den van oorlogsmateriaal is verboden. Het besluit «.al
ten gevolge hebben, dat aan Rusland na het dichtvrie
zen van de haven van Archangel, nu ook deze laatste
weg tot toevoer van oorlogsmateriaal uit West-Europa
is afgesneden.
DE AMERIKAANSCHE NOTA.
Reuter seint uit Washington: Minister Bryan zond
aan de Britsche regeering een korte mededeeling be
treffende de ontvangst van Engeland's voorloopig ant
woord op de Amerikaansche nota en met de verklaring
dat het zijn bedoeling is het volledige antwoord af te
wachten, eer hij verder zal antwoorden.
DE VAL VAN ANTWERPEN.
De burgemeester van Antwerpen heeft aan een der
Belgische bladen een brief geschreven, waaraan de N.
R, Crt het volgende ontleent:
Ingebeelde verhalen aangaande den val van Antwer
pen doen nog immer de ronde in het publiek en in een
gedeelte van de pers.
Ik acht het mijn plicht te bevestigen dat de volgende
feiten, zonder mogelijke tegenspreking, uit officieele
documenten blijken
1°. De stad Antwerpen is niet overgegeven, maar
werd genomen, nadat zij door het Belgies leger en de
Engelsche troepen ontruimd was. Het is dus onjuist
dat de burgerlijke overheden de stad zouden overgege
ven hebben.
2°. Voor wat de uiterste forten aangaat, de meesten
dezer werden verwoest of genomen of ontruimd, na
onbruikbaar gemaakt te zijn. Te Stabroeck heeft de
bevelhebber zich met zijn fort laten springen. Voor
wat betreft de tusschenstellingen die zich overgegeven
hebbe, deze hebben zulks slechts gedaan nadat hunne
bevelhebbers van de militaire overheid schriftelijk be
vel ontvangen hadden zich over te geven. Het is dus
onjuist dat de burgerlijke overheden de forten zouden
overgegeven hebbe.
3°. Antwerpen heeft zich gedurende twee dagen la
ten beschieten om het leger, dat terugtrok, te redden.
De bevolking of, het bestuur hebben op geen enkel
oogenblik een stap gedaan om zich aan dit onheil te
ontrekken. Integendeel, vóór het bombardement had
de gemeenteraad, bij algemeenheid, aan de militaire
overheid doen weten dat slechts de nationale verdedi
ging voor oogen diende gehouden, en geenszins het bij
zonder belang.
4°. Wanneer de stad ontruimd was, doch dan alleen
lijk, zijn de burgerlijke overheden tusschengekomen om
een bombardement te doen ophouden dat voortaan
van geen nut meer voor de verdediging was, en dat,
gezien de ontstane branden, dreigde de stad te ver
nielen. Zij zijn er in gelukt. Dat was hun recht en
hun plicht.
Ongeveer 1500 huizen zijn verwoest of erg bescha
digd m de agglomeratie.
5°. Het gezegde, volgens hetwelk het gouvernement
de tusschenkomst der gemeentelijke overheden zou heb
ben gewraakt en Staatsministers naar Holland zou ge
zonden hebben om de de zaak te onderzoeken, is vol
strekt valsch.
Zoo ik er aan gehouden heb deze feiten nader vast
te stellen, dan is ait niet om de mannen te verdedigen,
welke hun leven waagden met onder de bommen tus
schen te komen, om de stad te reddenzij hebben zulks
niet noodig. Maar ik houd er aan volledige inlichting
en te geven aan mijne medeburgers die, ontroerd door
den spoedigen val eener vesting, welke onneembaar
heette, zouden kunnen geneigd zijn, geloof te hechten
aan verhalen, die louter verzinsels zijn.
EEN EIGENAARDIG VERSCHIJNSEL.
In Parijs en in de andere groote steden van Frank
rijk doet zich het eigenaardige verschijnsel voor, dat
meubelen, enz. die geveild worden, dikwijls meer op
brengen, dan vóór het uitbreken van den oorlog het ge
val zou zijn geweest.
De verkoopingen zijn buitengewoon druk bezocht.
Velen hebben thans tijd, om naar een verkooping te
gaan, en kochten vroeger liever in een eerste-klas ma
gazijn, al moesten zij dan ook meer betalen.
Voor kunstvoorwerpen is natuurlijk minder liefheb
berij. In Augustus en September werden die geheel
niet geveild, maar thans gaan ook die artistieke ver
koopingen door. De prijzen blijven gemiddeld 25%
lager dan vóór den oorlog. Bespottelijke koopjes krij
gen de kunstliefhebbers echter niet.
DE OORLOGSLEENING.
Het totaal-bedrag der inschrijvingen op de staats-
leening bedraagt 409 millioen 918,000 gulden. De
preferente inschrijvingen zullen geheel, de overige voor
50% worden toegewezen.
DRUKTE AAN HET DEPARTEMENT VAN
OORLOG.
Als een staaltje van de groote vermeerdering van
werkzaamheden, die de mobilisatie aan het Departe
ment van Oorlog teweeg brengt, moge dienen, dat het
aantal bij dat Departement ingekomen stukken in het
tijdvak van 1 Augustus tot 31 December 1914 een to
taal bereikte van bijna 74000, terwijl in diezelfde vijf
maanden bijna 55000 stukken werden verzonden. Ver
geleken bij de overeenkomstige maanden van het jaar
1913 bettekent dat eene vermeerdering met ruim 41000
ingekomen en bijna 17000 uitgegane bescheiden.
De stroom van stukken is nog steeds wassende; ver
reweg het meerendeel van de toename wordt veroor
zaakt door inkomende brieven, vragen en requesten
van persoonlijken of algemeen-maatschappelijken aard,
zooals aanvragen om verlof of vrijstelling, verzoeken
om vergoeding, gratificatie, schadeloosstelling, ont
heffing van uitvoerverbod, en.
Bij de afdeeling Kabinet van den Minister is het
aantal te behandelen stukken reeds meer dan vervijf
voudigd.
De correspondentie betreffende intemeering van
zoovele duizenden vreemde militairen is begrijpelijker
wijze niet weinig omvangrijk, terwijl ook het contro
leeren van de bescheiden betreffende de vergoedingen
aan meer dan honderdduizend militie- en landweer-
plichtigen zeer veel arbeil vordert.
Tegenover het enorme aantal te verwerken zaken
van hierbedoelden aard, zinkt dat van de zuiver mili
taire aangelegenheden, die toch ook in grooten getale
behandeld worden, haast in het niet Veel kans op een
spoedige vermindering van de papierlawines, die het
Departement binnenvallen, schijnt niet te bestaan.
ROTTERDAM EN DE CRISIS.
De eerste raadsvergadering te Rotterdam in dit jaar
werd door den burgemeester, mr. Zimmerman, geopend
met rede, waarin hij wees op den nadeeligen invloed
welke de wereldoorlog ook voor Rotterdam had en
waardoor de lijn der Rotterdamsche havenbeweging tot
dusver bijna onafgebroken stijgend, diep viel. Over
het geheele jaar bedroeg de achteruitgang 2980 sche
pen mtende 3595774 ton; en was de geheele tonnemaat
nagenoeg gelijk aan 1908. De binnenvaart toonde
voorts een verminderign van 9061 schepen met
5737782 ton. De oorlog had ook invloed op de bevol
king doordat meerderen de stad verlieten. Het zielen
tal is intusschen gestegen tot 472537. Sterfte en ge-
AARSCHE