DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
o O o x- 1 o> £5*.
Van liet westelijk oorlogsterrein,
Van liet oosteliik oorlogsterrein,
Honderd en zeventiende jaargang.
Hoofd dier School, -
1915
MAANDAG
15 FEBRUARI
Ter zee.
No. 37 Oft nummer bestaat uit 2 bladen.
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
"ce^tdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk f 1.
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone Advertentiën:
Per regel f0,10. Bij groote contracten rabat. Oroote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
ENGELAND.
FRANKRIJK.
MILITIE en LANDWEER.
DUITSCHLAm
TARIA.
ALKMAAR, 15 Februari.
Geschrijf en gewrijf over de houding der neutralen
in verband met het optreden of voorgenomen optreden
van Duitschland en Engeland ter zee vult de bladen.
Amerika heeft een nota gezonden naar beide oorlog
voerende mogendhenen, waarvan Reuter's uittreksel
inderdaad partijdig is gebleken, Italië zal naar
verluidt zich eveneens met een dergelijke nota als
Ameriita tot Duitschland wenden, maar dit klinkt wei
nig waarschijnlijk, omdat Duitschland en Italië toch
nog altijd bondgenooten zijn en de tusschen dezen ge
bruikelijke weg een andere is. Onze regeering moet
overwegen, of zij niet gezamenlijk met de drie Noord-
sche een stap zal doen.
Inmidaela is over 4 dagen de fatale datum genaderd,
waarop de handelskrijg in zijn nieuwen vorm een aan
vang kan nemen. Het zal dan spoedig blijken of ook
de oorlog op het papier zal worden voortgezet en
wat daaruit kan voortkomen.
Tot zoolang heeft het weinig zin, uitvoerig stil te
staan bij hetgeen de bladen in de verschillende landen
daarover schrijven. Maar nu we den volledigen tekst
der Amerikaansche nota's aan de Duitsche en Britsche
regeeringen bezitten, moeten we er even de aandacht
op vestigen, dat de eerste, schoon beslist, zeer hoffelijk
is en herhaaldelijk de woorden „very respect fully" be
vat en de tweede zich over den raad der Engelsche re-
geering aan de koopvaardij om maar neutrale vlaggen
te hijschen, zeer duidelijk uitlaat.
De Fransche vliegers hebben van Duinkerken uit een
raid naar Ostende en Zeebrugge ondernomen. Volgens
een officieele mededeeling weiden met succes bommen
uitgeworpen, maar onderzeeërs hebben ook zij blijk
baar niet getroffen.
Het laatste Fransche communiqué geeft in één trek
den stilstand van operaties over meer dan 100 K.M.
aan, waar het zegt, dat tusschen de zee en de Maas
geen infanterie-gevechten geleverd zijn. Maar het
Duitsche communiqué spreekt van een terreinwinst van
900 M. ten zuiden van Yperen (bij St. Eloi) en het her
winnen van dezer dagen verloren gegaan gebied bij
Souain. Ten Noorden van Pont Mousson hebben
de Duitschers den Franschen een plaats, Norroy, en
een hoogte, afgenomen. De Franschen trachten het
verlies terug te winnen en dit ligt voor de hand
elke terreinwinst voor de Duitschers hier beteekent
een stapje nader tot de zoo heet begeerde vesting
Verdun.
In de Lauch-vallei (Elzas) zijn voorpostengevechten
begonnen, die blijkbaar een Duitsch offensief inleiden
en volgens de Duitsche mededeeling alreeds geleid
hebben tot het behalen van voordeelen (Sengem in het
Lauch-dal genomen en de Rensbach vrijwillig door de
Franschen ontruimd).
De Duitsche leger-aanvoering is er thana op uit
Duitschland en Oostenrijk van vijanden te zuiveren,
omdat, wat de komende maanden ook mogen brengeri,
het bij het sluiten van den vrede, altijd voordeelig is,
wanneer men geen indringer op zijn grondgebied
heeft of wel het bezette gebied zoo gering mogelijk is.
In Oost-Pruisen is dit streven goed gelukt. De Rus
sische communiqué-schrijver verklaart, dat de Russi
sche troepen tengevolge van den druk van sterke Duit
sche strijdmachten naar de bevestigde Njemen-linie
moeten terugtrekken. Uit het Duitsche communiqué
blijkt, dat de Duitsche troepen snel vooruit rukken,
zoodat dus de vervolging scherp kan zijn.
Over de gebeurtenissen ter zee in het half jaar van
oorlog schrijft de marine-deskundige van het „Tage-
blatt" opmerkelijk objectief. Hij zegt, dat de Duitsche
vloot nog een taak wacht, welke reusachtig, bijna on
vervulbaar is. Te spreken van „lafheid der Engel-
schen' late men aan onmondigen over, aldus de kapi
tein ter zee Persius. De tactiek der Britsche vloot, om
zich zelf, zoo veel mogelijk te sparen, zich bijna onaf
gebroken in de havens te verbergen, is volkomen ge-
lechtvaardigd, zij het dan ook volgens de algemeen
geldende meening moeielijk te begrijpen. De meer dan
dubbel zoo sterke macht viel toch van ouds de zwak
ste aan, terwijl de laatste verdedigend optrad. Thans
zijn de rollen een weinig verwisseld. En de Duit
schers? Zouden die met hun in aantal geringere strijd
krachten dadelijk in de eerste maanden aansturen op
den bcslissenden slag Dat zooiets misdadige dwaas
heid ware geweest, daarvan wordt zich nu langza
merhand ook de „quasi-strateeg in „burger" bewust.
De leiding der Duitsche vloot heeft een middenweg ge
volgd, heeft op den al te grooten lust tot aanvallen der
admiraals commandanten een. klein dompertje we
ten ti. plaatsen, zonder echter ook den offensieven geest
in de geboorte te verstikken. Welke winst zou het ge
bracht hebben, wanneer de Duitsche volle-zee-vloot
dadelijk op de Britsche overmacht losgetrokken was?
Volgens menschelijke berekening bedreigde haar alge-
heele verplettering, terwijl de Britsche vloot wel sterk
verzwakt maar niet vernietigd zou worden. Dan had.
Engeland getriumfeerd, de Duitsche havens en kusten
waren aan een bombardement prijs gegeven, de Duit
sche marinewerven waren vernield en de „Union Jack"
had de zeeën 'beheerscht, wat thans, zonder beperking,
geen Engelschman durft beweren.
Wie met ongeduld wacht, zai zijn begeerte, om van
„den grooten zeeslag" te hooren, nog verder moeten
beteugelen. Nog verder totdat de middelen van de
guerilla, voornamelijk de onderzeeërs, de baan vrij ge
maakt hebben, d. w. z. groote gevechtseenheden van
Engeland vernietigden, om de Duitsche minderheid in
aantal wat geringer te maken en aldus kansen aan de
slagschepen in den beslissenden slag te geven.
Wat volbracht, aldus gaat de schrijver voort, de En
gelsche marine? Het zou zelfbedrog zijn, indien men
niet zou willen toegeven, dat de Britsche vloot hare
plichten in hoofdzaak vervuld heeft. Zij beschermde
in het algemeen de eigen handelsscheepvaart en die
der verbondenen, verdreef de Duitsche van de zeeën
Zij gaf den troepen- en anderen transporten een veilig
geleide. Maar zonder zelfverheffing, zegt de schrijver,
een lust om aan te vallen, zooals de Duitsche vloot
heeft getoond, viel bij de Engelsche zeer zelden waar
te nemen. En de leiding der eskaders en schepen en
de geschooldheid der bemanningen rechtvaardigden tot
dusverre niet den roep, waarin de Britsche vloot zich
sinds eeuwen algemeen verheugt.
De schrijver haalt de verschillende gevechten aan,
om dit toe te lichten en gaat dan voort: Uit het boven
staande mogen, wel te verstaan, geen generaliseerende
conclusies getrokken worden, vooral niet voor de toe
komst. Alleen wat geschied is, wordt beoordeeld.
Maar het zai ook den leek duidelijk geworden zijn, dat
de macht der Engelsche vloot te breken, niet als uit
gesloten moet worden beschouwd. De gevechten tus
schen de grootere schepen zijn geschikt, al werd som
tijds door de droefenis over de verliezen de vreugde
getemperd, om het vertrouwen op de gevechtsvaarde
der slagschepen en hun bemanningen te versterken.
Wij verwachten, zoo eindigt de schrijver, dat de of
fensieve geest, dien onze marine tot dusverre bewees,
ook boven alle haar toekomstige daden als leidende
ster zal staan, dat het in het bijzonder onzen onderzee
ërs nu gelukt, zoo groote successen in den handels
oorlog te behalen, dat de zeeheerschappij van Groot-
Brittanje, verminderd met de vrijheid van het gebruik
van zeekanalen, in de eerstvolgende zes maanden door
onze slagvloot kan worden geschokt
Men begint in Petrograd— St. Petersburg het
optreden van Japan in en tegenover China bedenkelijk
te vinden. De Engelsche pers houdt zich van den dom
me, maar de Russische geeft te verstaan, dat Japan be
zig is in China het Engelsche spelletje van „Egypti-
seering" na te doen.
Het spreekt wel van zelf, dat Rusland en Engeland
voorzichtig zullen zijn met Japan. En de Fransche
bladen, die zoo gaarne een half millioen Japanners op
het Westelijk oorlogstooneel zagen verschijnen, ten
einde in één slag de krijgskans te doen keeren, zullen
vermoedelijk niet slechts te vergeefs op deze hulp aan
dringen Engeland, dat de beurs heeft en dus ook de
meeste zeggingsschap bezit, heeft er tot dusverre niet
van willen weten maar ook zal er wel niets komen
van het voorstel, om de Japanners naast de Russen op
het Oostelijk oorlogstooneel te doen vechten, Haar
Rusland hierin geen trek zal hebben.
Tenslotte zij curiositeitshalve vermeld, dat we heden
van het Belgische blad „l'Etoile beige", de nummers
kregen van18 en 1 9Augustus 1914. Men zegt wel
eens, wat in een goed vat is verzuurd nietl
In Lotharingen werd e enaanval gedaan op onze
vooigeschoven posten ten noordoosten van Pont-è-
iMousson. De afloop is nog niet bekend.
In den Elzas ging de vijand tot het offensief over
door de vallei van de Lauche. Twee colonnes betrok
ken op langs de oevers van het noorden naar het zui
den. Toen berichten omtrent dien opmarsch waren
ontvangen, werd deze verhinderd door onze patrouilles
van skiioopers. Zij zijn thans in contact op onze meest
voorgeschoven linie.
In de Vogezen woedt een hevige sneeuwstorm.
WESTELIJK.
DE STRIJD IN BELGIë EN N.-FRANKRIJK.
Het Fransche communiqué van gistermiddag luidt:
In België: Nieuwpoort-Bais, onze loopgraven in de
duinen en de stad Yperen werden gebombardeerd. On
ze artilerie heeft de vijandelijke batterijen beschoten.
Van de Leie tot de AisneEen vijandelijk detache
ment, dat poogde op te rukken in de richting van onze
loopgraven bij Noulette, werd door het vuur van onze
infanterie tot staan gebracht.
De s i
In Ghamp. igne:
i. Ons vuhi' c
de resultaten op
stad Reims is opnieuw bescho
ten. Ons vu hi' op de Duitsche loopgraven scheen goe
ie leveren.
Het Duitsche groote Hoofdkwartier meldde gisteren
Ten N. O. van Pont-a-Mousson werd het liet plaats
je Norray en de westelijk van dit plaatsje gelegen
hoogte 365 aan de Franschen ontnomen.
Twee officieren en 150 man werden laarbij gevan
gen genomen.
In de Vogezen werden de plaatsjes Hilsen en Obe-
zengem bestormd, waarbij 135 gevangenen in onze
handen vielen.
DE STRIJD AAN HET OOSTELIJK FRONT.
Officieel werd gisteren door het Duitsche groote
hoofdkwartier gemeld:
Aan de Oost-Pruisische grens en in het gebied ooste
lijk daarvan hebben onze operaties het verwachte re
sultaat.
In Polen, recht van den Weichsel, gingen onze troe
pen vooruit in de richting van Racionz.
In Polen links van dq Weichsel is de toestand on
veranderd.
Uit Weenen werd gisteren officieel gemeld: De
toestand in Russisch-Polen en West-Galicië is niet ver
anderd. Een deel van ons gevechtsfront in den Doekla-
sector, dat tot dusverre had blootgestaan aan hevige
aanvallen der Russen, ging zelf tot den aanval over,
verdreef den vijand, en wel de Siberische troepen, van
twee beheerscbende hoogten en bestormde een plaats
bij Vizkoez.
Een aanval der bondgenooten in de Midden-Woud-
Karpathen had eveneens succes. Ook hier werd op den
vijand een hoogte, om welke lang gestreden werd ver
overd.
In de gevecht envan gisteren werden weder 970
;evangenen gemaakt.
Zuidoost-Galicië en de Boekowina zijn gevechten
met voor ons guntigen afloop geleverd.
De ten zuidwesten van Nadwoma tot dekking van
de stad gelegerde vijand werd achteruit geslagen. De
hoogten ten noorden van Delatyn (ten zuiden van Nad
woma) werden veroverd, waarbij een groot aantal
krijgsgevangenen werd gemaakt.
GEVAARLIJKE WATEREN IN HET NOORDEN.
De Deensche admiraliteit heeft bericht gekregen, dat
de Duitsche admiraliteit voorloopig heeft verboden
het bevaren der wateren aan de westkust vas Sleeswijk
Holstein door visschers- en andere vaartuigen van
vreemde nationaliteit. Ook om de nabij liggende eilan
den mag niet gevaren worden. Men meent hieruit de
gevolgtrekking te moeten maken, dat de Duitschers
voornemens zijn mijnen te leggen in die wateren.
DE VLIEGTUIG-ARMADA.
Men schrijft uit Folkestone: Het geheele land is
vol van den grooten vliegtocht op 11 Februari waar
over ook de Engelsche admiraliteit een bericht heeft ge
publiceerd. Niet minder dan 34 aeroplanes vertrokken
dien avond uit Dover, naar Zeebrugge en Ostende.
Een ervan viel bij het Zuydecoate Kanaal in dé zee,
maar werd opgevischt en naar Duinkerken gebracht,
doch dat was ook 't eenige ongeluk van deze inderdaad
schitterende onderneming, die zonder wederga is in de
annalen der vliegers. Het uitvliegen boven Dover
maakte een ontzaglijke indruk. Ze gingen een voor
een op en volgden elkaar met zeer korte tusschen-
poozen. Heel Dover liep uit en ook hier in Folkestone,
waar het bericht spoedig bekend was, trachtte iedereen
aan de haven nog iets van de vertrekkenden te zien.
Het was alsof een vlucht wilde duiven opging en
zeewaarts vloog. Aan de Belgische kusten moeten de
koene vliegers geweldig met dikke' sneeuwwolken heb
ben te kampen gehad, alle uitzicht werd belemmerd.
De tocht van die 34 vliegers betrekkelijk dich bij elkaar
was toen levensgevaarlijk. Bovendien werden ze daar
ontvangen door een aanhoudend en zeer zwaar geweer-
en kanonvuur, zoo hevig dat 't dit geluid moet geweest
zijn dat gehoord werd in Zeeland. Twee vliegtuigen
werden even getroffen maar de inzittenden bleven on
gedeerd.
De vliegers behoorden allen tot dé marine en ston
den onder bevel van commandant Samson, geholpen
door de officieren-aviateurs Longmore, Porte, Court
ney, Graham White en Rathbome, allen voor geen
kleintje vervaard en waarvan eenigen, o. a. Graham
White, een wereldreputatie hebben' op 't gebied der
vliegkunst. Het resultaat door deze groote vlieg-
„vloot" behaald, was natuurlijk beschadiging en in
zooverre heeft zij wel succes gehad.
EEN HELDHAFTIG JOURNALIST GEDOOD.
Een zoon van den welbekenden Franschen schrijver
Paul Leroy-Beaulieu, Pierre Leroy Beaulieu, is, naar
hans bekend werd, gevallen op het Duitscre front als
reserve-kapitein der artillerie. Hij was daar voor het
„Journal des Débats", bereikte den leeftijd van nog
geen 44 jaar en heeft gedurende zijn leven vooral de
De Burgemeester van Alkmaar brengt ter
kennis van belanghebbendendat de uit»
keering der vergoedingen, loopende over
bet tijdvak van 8 tot en met 15 Februari
Ï915, zal geschieden ten Stadbnize op Dins
dag 16 Februari a.s., voor zooveel de LAUD-
WEER betreft, van 1011 nnr en voor zoo
veel de MI 1.1X1 K aangaat van 1113 uur.
Alkmaar, 13 Fehruari 1915.
De Burgemeester voornoemd,
G. RIPPING.
Aan de Meisjesschool te ALKMAAR (vakken
aq en t) wordt gevraagd een
naast de hoofdakte in het bezit van twee of meer
akten voor vreemde talenonder welke de akte
Duitsch. Jaarwedde van f 1600—f 3000 (vier
3jaarl. verhoogingen van f 100) benevens bet
genot van vrije woning (f 400).
Sollicitanten gelieven hare stukken (adres op ze
gel) in te zenden aan het Gemeentebestuur vóór 1
Maart a.s.
aandacht getrokken door zijn beschrijvingen over zijn
reizen in het Oosten, in Afrika en Amerikt en door
zijn werken over Azië. Hij werd van het slagveld op
genomen, doodelijk gewond, door een Duitsche am-
bulanse. De Duitsche militaire dokter schreef aan rijn
weduwe uit Anizy-le-Chauteau„Uw echtgenoot stierf
als een held. Toen alle mannen van zijn batterij ge
vallen waren, bediende hij zelf het kanon. Daarna ging
hij met zijn revolver schieten, totdat hij een vijandelij
ke kogel in zijn slaap kreeg. De wond was zoo groot,
dat hij onmiddellijk bewusteloos moet geweest zijn.
Hij werd, in bijzijn van Duitsche officieren, begraven
met alle militaire eer en een katholieke priester zeide
de gebeden bij het graf. Laat jnij aan u mijne bewon
dering uitdrukken voor den moed van een tegenstan
der, die tot zijn laatste zucht zoo heldhaftig voor zijn
land vocht. Moge God u en uwe kinderen troosten.
Dr. Geissler, hoofddokter van de 3e ambulance van het
3e legercorps."
De overleden journalist was ook een neef van wij
len den evenzeer goed bekenden economist Anatole
Leroy-Beaulieu.
DE OORLOGSGRAANMAATSCHAPPIJ.
Volgens een verklaring der regeering is de „oor-
logsgraanmaatschappij" de grootste graanhandel en
meelzaak der wereld. Er moeten daarbij drie tot vier
millioen ton graan, ter waarde van ongeveer 4% mil
lioen gulden, op korten termijn gekocht worden; er
moet onderhandeld worden met vijf millioen landbou
wers; er moet geleverd en aanvaard worden volgens
kwaliteit; het graan moet opgestapeld, geplombeerd,
betaald, gemalen en naar de consumptieplaatsen ge
bracht worden. Zooiets ware onmogelijk, zonder erva
ren technische krachten en een kolossaal personeel van
kooplieden, boekhouders, kassiers, expediteurs, enz.
De oorlogsgraanmaatschappij heeft twee tot driedui
zend commissionnairs in dienst. De rijksbeleeningskas,
die de beleening bezorgt, heeft 1100 pandhouders in
dienst genomen, en de maatschappij heeft 500 beamb
ten in dienst.
GOEDKOOP EN GEMAKKELIJK!
Het Engelsche blad Truth vertelt van een Britech
gewonde, wien een voet afgeschoten was en de men-
schen aan het station, die hem omringden en beklaag
den, geruststelden omtrent zijn gemoedtoestand: Troost
heb ik niet noodig hoor! Nu heb ik 's-morgens nog
maar één schoen te poetsen en ik heb met een kameraad
die het andere been mist, afgesproken om samen te
ioen, iedere maal als wij een paar schoenen noodig
lebben. Ik ben dus beter af dan jullie 1
DE AMERIKAANSCHE GEZANT IN
NEDERLAND EN LUXEMBURG.
George Baterman, die Daily Chronicle correspon
dent te Nieuw York, de Amerikaansche Duitsdie zee
vaartkwestie besprekend, schrijft ook o. a. over het ont-
Dr. van Dyke, die ook de Amerikaansche belangen
van Luxemburg te behartigen heeft en zich beklaagt
dat hij niet toestemmen kan dat er brieven, gesloten
met het zegel der Vereenigde Staten, opgehouden wor
den door eenige mogendheid der wereld op hun weg
naar Luxemburg.
KORTE* BERICHTEN.
- Het Zweedsche militaire laboratorium te Djurs»
garden, waar een groote hoeveelheid munitie opgesla
gen lag, is in de lucht gevlogen. Zeven personen
werden gedood, twee zwaar en twee licht gewond.
Het Noorsche stoomschip „Frigga" is den 8en
ebr. in de Noordzee op een mijn geloopen en gezon
ken. De bemanning werd door een Engelscben trawler
gered en naar Grimsby gebracht.
Het soc- dem. „Gothaer Vollcsblatt" is wegens een
beleedigend artikel voor den Duitsdien keizer voor den
verderen duur van den oorlog verboden.
yolgens een officieele mededeeling der Duitsche
regeering mag geen graan meer gebruüit worden voor
de bereidinc van spiritus, moutkoffie enz.
LRMAARSCHE COÜRA
i