DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Van let westelijk oorlogsterrein.
Van let oostelijk oorlogsterrein.
o r 1 o
No, 40.
Honderd en zeventiende Jaargang.
1915
DONDERDAG
18 FEBRUARI.
In de iLoloniën.
BELGIE.
TARIA.
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80franco door het geheele Rijk f 1.
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone Advertentiën:
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Oroote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Ter zee.
Dtl nummer bestaat alt 2 bladen.
ALKMAAR, 18 Februari.
Wanneer in den Bijbel de vreeselijkste ellende wordt
aangekondigd, staan zwaard, honger en pest naast el
kaar genoemd in de hier aangegeven volgorde.
Gedurende den oorlog heeft tot dusverre voorname
lijk het zwaard diensi gedaan, indien men dit tenmin
ste als zinnebeeld opvat van al de wapenen, waar
mede de strijders elkaar aanvallen.
Maar een oud spreekwoord zegt, dat er nog een
scherper wapen is dan het gewone zwaard en dit heet
honger.
Wat wapengeweld tot dusver niet kon bereiken, zal
hongersnood moeten tot stand brengen, of liever: de
oorlog, met militaire wapenen begonnen, zal met eco
nomische middelen worden voortgezet. Waartoe dit
leiden zal, moet de toekomst leeren maar lijden
vloeit er in elk geval uit voort.
„Wraak en weerwraak" is thans de leuze en op re
delijkheid en zedelijkheid wordt daarbij niet gelet.
Er zijn de laatste dagen lange redevoeringen ge
houden en lange verklaringen uitgegeven, waarin de
oorlogvoerende mogendheden en in het bijzonder
Groot-Brittanje en Duitschland trachten de aanne
melijkheid van het eigen standpunt aan te toonen en de
slechtheid van dat van den tegenstander, die natuurlijk
begonnen is en nu maar van den gezaaiden wind den
verwoestenden storm oogsten moet, zoo helder als
glas voor te stellen.
Met breed uitgehaalden bazuinklank heeft minister
Churchill in het Lagerhuis verkondigd, dat Duitsch
land zich zelf buiten alle internationale verplichtingen
heeft gesteld en in een kolommen-lang betoog deelt de
Duitsche regeering, ter rechtvaardiging van haar hou
ding, aan de Vereenigde Staten mede, dat zij, na 6
maanden geduldig wachten, genoodzaakt is geweest
Engelands moorddadige oorlogvoering ter zee met
scherpe maatregelen te beantwoorden.
En zooals bij een vechtpartij onschuldigen vaak
mee de klappen krijgen, zoo loopen de neutralen hard
kans, dat ook zij slachtoffers worden van de nieuwe
wijze van oorlogvoeren.
Juist in verband met de belangen der neutralen moe
ten we wel even bij het gisteren gegeven Duitsche ant
woord op de Amerikaansche mededeeling stilstaan.
Wat Duitschland zich met ingang van heden heeft
voorgesteld te doen, is, zoo wordt verklaard, in gee
nerlei opzicht tegen den wettigen handel en de wettige
scheepvaart van neutralen gericht. Volle veertien da
gen is aan de neutrale scheepvaart gelegenheid gege
ven het oorlogsgebied, het gebied van dreigend ge
vaar, te vermijden. Degenen, die thans nog door het
oorlogsgebied varen, dragen zelf de verantwoording
voor alle ongevallen en de Duitsche regeering wijst
elke verantwoordelijkheid voor zulke ongevallen ge
heel van zich af. Zoover dit maar eenigszins mogelijk
is, zal' het oorlogsgebied door mijnen worden versperd
en zal ook op elke andere wijze getracht worden de
vijandelijke schepen te vernielen. Ter bescherming
van de neutrale scheepvaart is de Duitsche regeering
intusschen bereid, zelfs in het oorlogsgebied, alles te
doen wat met de bereiking van haar doel eenigszins in
overeenstemming is te brengen. Zij wil met de Ameri
kaansche regeering eiken maatregel in ernstige overwe
ging nemen, die geschikt kan zijn om de wettige
scheepvaart der neutralen in het oorlogsgebied te be
veiligen. Maar twee omstandigheden bemoeilijken
alle pogingen in deze richting en wel het misbruik van
neutrale vlaggen door Engelsche handelsschepen en de
contrabande-handel met oorlogsmateriaal door neutra
le handelsschepen met Engeland.
Om het zekerst alle gevolgen van een verwisseling
natuurlijk niet het gevaar van de mijnen tegen te
gaan, raadt de Duitsche regeering de Vereenigde Sta
ten hunne met vreedzame lading bevrachte schepen die
door het Engelsche zeeoorlogsgebied gaan, te doen
convoyeeren (door' oorlogsschepen te doen vergezel
len). De Duitsche regeering meent daarbij te mogen
voorop zetten, dat slechts zulke schepen worden ge-
convoyeerd, die waren aan boord hebben die volgens
de door Engeland tegenover Duitschland toegepaste
interpretatie als contrabande zijn te beschouwen. Over
aard en wijze van doorvoering van zulk een convoyee-
ring is de Duitsche regeering bereid met de Ameri
kaansche regeering spoedig besprekingen te openen.
Zij zou echter zeer dankbaar zijn als de Amerikaansche
regeering haar handelsschepen dringend zou raden in
elk geval tot de regeling van de vlaggenkwestie het
zeeoorlogsgebied te vermijden.
Indien het, zoo eindigt het antwoord, aan de Ame
rikaansche regeering krachtens het gewicht dat zij in
de weegschaal van het lot der volken gerechtigd is te
leggen te elfder ure nog mocht gelukken de redenen
op te heffen, die de Duitsche regeering dit optreden
tot dwingenden plicht maken, indien in het bijzonder
de Amerikaansche regeering een weg zou kunnen vin
den opdat ook de met Duitschland oorlogvoerende
mogendheden de Verklaring van Londen zouden eer
biedigen en dus Duitschlauds wettigen aanvoer van le
vensmiddelen en industrieele grondstoffen mogelijk
zou worden, dan zou de Duitsche regeering hierin
een niet hoog genoeg te waardeeren verdienste voor
een humanere oorlogvoering zien en gaarne uit den
nieuw ontstanen stand van zaken haar gevolgtrekking
maken.
Wanneer in latere jaren een terugblik zal worden
geworpen op den tijd, dien wij beleven, is het mis
schien mogelijk, dat 18 Februari als een historischen
datum wordt beschouwd. Maar dan zal, naar het zich
hedenmiddag laat aanzien, kunnen worden geconsta
teerd, dat die dag, welke heel Europa met verschillen
de gevoelens heeft zien komen, rustig is ver loopen. Tot
dusverre herinnert alleen een telegram uit 's-Graven-
hage aan gebeurtenissen, welke met dezen datum in
verband kunnen staan.
Onze regeering heeft afgezien van het denkbeeld,
om schepen van sommige onzer vaste stoomvaartlijnen
te doen convoyeeren door een oorlogsschip, uit over
weging, dat de andere schepen dan des te meer gevaar
zouden loopen. Gezagvoerders van schepen heeft de
regeering verder opgedragen dadelijk te stoppen, zoo
dra ze een onderzeeër mochten ontmoeten, en zich ge
reed te houden tot het geven van allerlei inlichtingen,
en eindelijk heeft ze de directies in overweging gege
ven, schaduwbeelden van hun schepen te doen vervaar
digen en die op uitgebreide schaal verkrijgbaar te stel
len.
Het is eigenaardig, dat men steeds zooveel hoort
van het onderzeeërs-gevaar, terwijl het mijnengevaar
toch zeker ook groot risico oplevert. Daarbij dient nog
in het oog te worden gehouden, dat achterna dikwijls
moeielijk zal kunnen worden vastgesteld of een U-boot
of wel een mijn een schip tot zinken heeft gebracht. En
wat baat het, of alle Duitsche onderzeeërs met scha
duwbeelden van Nederlandsche schepen geladen zijn,
of een schip terecht of ten onrechte een neutrale vlag
in top had, wanneer het op een mijn loopt?
Wij hebben eenigen tijd geleden reeds opgemerkt,
dat men de eerste dagen wel weinig van den nieuwen
vorm van oorlogvoeren zal hooren. Engeland heeft 52
censoren aan het werk en dat deze heeren hun werk
verstaan, is meer dan eens gebleken. Engeland zal dus
wellicht geen gewag maken van verliezen ter zee en
van Duitsche zijde kan men alleen iets hooren, indien
een onderzeeër erin slaagt bericht te geven van een
gelukten aanval. Grooter is de kans, dat men het ver
loren gaan van neutrale schepen verneemt!
Van de operaties te land valt weinig te zeggen.
In het Westen behalen de verbondenen plaatselijke
voordeelen, waarvan vooral genoemd moet worden de
verovering van Duitsche stellingen over een front van
800 Meter ten noordwesten van Perthes, terwijl de
Fransche vliegers Freiburg, aan de overzijde van den
Rijn in Baden, hebben gebombardeerd. In het Oosten
wordt de strijd op den rechteroever van den Weichsel
volgens het Russische communiqué op wanhopige
wijze voortgezet, waarbij het voordeel blijkbaar aan
Duitsche zijde komt. In Galicië hebben de Russen een
plaatselijk voordeel behaald, in de Boekowina verkla
ren zij den toestand onveranderd.
P. S. Waar gisteren te dezer plaatse stond, dat het
percentage der Amerikaansche schepen in de koop
vaardij uiterst gering is, had moeten staan „in de
koopvaardij op Engeland".
DE STRIJD IN BELGIë EN NOORD-FRANKRIJK.
Het Fransche legerbericht van gistermiddag luidde:
Ondanks een hevige beschieting konden de Engel
sche en Fransche vliegtuigen, die bommen wierpen in
de buurt van Ghiselles en Ostende, ongedeerd terug-
keeren.
De Belgische artillerie beschoot krachtig een vijan
delijke wijkplaats.
In Champagne werden tien vijandelijke nachtelijke
tegenaanvallen afgeslagen.
In de Argonnen verwoestten wij bij Fontaine aux
Charmes een blokhuis en loopgraven over een afstand
van honderd meter. Wij sloegen een heftigen aanval
van ten minste drie bataljons, tusschen Four de Paris
en de helling ten westen van Bouzenilles, af, brachten
den vijand zware verliezen toe en maakten gevangenen.
Oostelijker nog in het bosch van Alancourt namen we
een honderdtal meters loopgraven.
Officieel werd door het groote hoofdkwartier ge
meld, gelijk we in een deel onzer vorige oplaag kon
den mededeelen:
Klaarblijkelijk als gevolg van de groote resultaten
door onze troepen in het Oosten behaald, ondernamen
de Franschen en Engelschen gisteren en in den afge-
loopen nacht op verschillende plaaisen krachtige aan
vallen.
De Engelschen verloren bij de mislukte pogingen
om hunne op 4 Febr. verloren posities terug te win
nen, opnieuw 4 officieren en 170 man aan gevangenen.
Ten noordoosten van Reims werden vijandelijke aan
vallen afgeslagen; 2 officieren en 179 man Franschen
vielen in onze handen.
Een bijzonder krachtige aanval werd gedaan op
onze linies in Champagne, die herhaaldelijk tot verbit
terde gevechten van man tegen man leidde. Afgezien
van een klein gedeelte, waarin de vijand onze linies
binnendrong en de strijd nog voortduurt, werden de
aanvallen overal afgeslagen. Ongeveer 300 Franschen
werden gevangen genomen.
In de Argonnen zetten wij het offensief voort, en
veroverden wij een verder deel van de vijandelijke
hoofdstelling, waarbij 350 gevangenen werden ge
maakt, 2 bergkanonnen en 7 mitrailleurs in onze han
den vielen.
Ook in het „Bois du Prêtre" (noordelijk van Toul)
hadden wij een klein succes, waarbij twee mitrailleurs
werden genomen.
Van de grens van het Rijksland geen nieuws.
DE STRIJD AAN HET OOSTELIJK FRONT.
Gelijk we gisteren nog in een deel onzer éditie kon
den mededeelen, werd officieel door het Duitsche
hoofdkwartier gemeld:
Ten noorden van den Memel volgden onze troepen
overal den teruggeslagen vijand in üe richting van
Tauroggen over de grens.
In het boschgebied ten oosten van Augustowo heb
ben op vele plaatsen nog gevechten plaats. De van
Lomza naar Kolno oprukkende Russische colonne is
verslagen; 700 man en 6 machinegeweren vielen in
onze handen. Een vijandelijke afdeeling werd bij
Grajewo op Ossowetz teruggeslagen.
In het front PlotzkRashionz (Polen benoorden den
Weichsel) ontwikkelen zich krachtige gevechten.
In Polen bezuiden den Weichsel is niets nieuws
voorgevallen.
Het Oostenrijksche legerbericht meldde:
Na een gevecht van twee dagen werd gisterenmiddag
laat Kolomea ingenomen. In de ten zuiden van de stad
bij Kloeizof en Wys, zijn sedert den vijftienden voort
woedende gevechten; de Russen deden blijkbaar gewel
dige pogingen om de stad te behouden. Zij voerden
vele versterkingen aan. Heftige tegenaanvallen op
onze voortdringende troepen moesten herhaaldelijk af
geslagen worden, waarbij door de goede waking der
artillerie den vijand zware verliezen werden toege
bracht. Te vijf uur 's middags gelukte het in een alge-
meenen aanval den vijand ondanks zijn verbitterden te
genstand uit zijn laatste stelling te dringen en tegelijk
met de vluchtenden Kolomea te bereiken. De vernieling
van de brug over de Proeth werd verhinderd. De stad
werd van vluchtende Russen gezuiverd en bezet.
Tweeduizend gevangenen, vier mitrailleurs, twee ka
nonnen vielen in onze handen.
In de Karpathen tot aan de streek van Yyszkof duren
de gevechten met groote hardnekkigheid voort. Nog
zijn 4040 gevangenen binnengebracht.
Aan het front in Russisch-Polen en West-Galicië
zijn slechts artillerie-gevechten aan den gang.
FRANSCH STOOMSCHIP VERNIETIGD.
Uit Parijs wordt officieel gemeldDe Duitsche on
derzeeër U. 16 heeft tusschen Cherbourg en Duinker
ken het Fransche stoomschip „Ville de Lille" in den
grond geboord. De bemanning kreeg vergunning in
de booten te gaan. Toen de „Ville de Lille" in de
buurt van den vuurtoren van Barfleur trachtte te ont
snappen, boorde de onderzeeër het schip, dat niet snel
genoeg voer, in den grond. De onderzeeër koerste toen
naar een Noorsch schip, om dat in den grond te boren,
maar op de verschijning van een torpedoflotille uit
Cherbourg dook hij onder.
HET HOOGVERRAADSPROCES TEGEN
GENERAAL DE WET.
Gisteren is te Bloemfontein het hoogverraadsproces
tegen generaal de Wet begonnen. Verschillende getui
gen verklaarden, dat generaal de Wet op een geheime
vergadering het voornemen had geuit een deputatie
naar Pretoria te zenden en dat hij in een toespraak tot
de burgers protesteerde tegen de expeditie naar het
Duitsche gebied. Ook had generaal de Wet, tezamen
met kapitein Maritz. naar Pretoria willen oprukken,
om de Engelsche vlag neer te halen.
Een getuige, Joubert, verklaarde, hoe generaal de
Wet verslag gaf van den uitslag van het onderhoud,
dat hij met generaal Herzog had. Naar het scheen had
generaal Botha aan den oud-president Steijn geschre-
°n, dezen verzoekend zijn invloed aan te wenden te
gen den opstand.
Presideöt Steijn wees generaal Herzog aan om met
generaal de Wet te spreken. Het voorstel van generaal
Botha, om onder vrijgeleide naar Pretoria te komen,
om met de regeering te onderhandelen, werd door ge
neraal de Wet geweigerd.
Hij verklaarde aan generaal Herzog, dat Botha
moest aftreden en toestemmen in de afkondiging van
de republiek.
HET LEGER.
Volgens de Parijsche Temps telt het leger, nu met
nieuwe manschappen te zijn aangevuld, thans ruim
100,000 man. De werving ervoor wordt ijverig voort
gezet. Indien die echter niet voldoende blijkt, zal de
regeering waarschijnlijk den algemeenen dienstplicht
voor mannen van 1825 jaar afkondigen.
Naar de Daily Telegraph uit Havre verneemt heeft
de regeering reeds besloten dat de militielichting voor
1915 de mannen van 18 tot 25 jaar zal omvatten, die
onmiddelijk onder de wapenen zullen worden geroepen.
Van het besluit zijn getrouwde mannen uitgezonderd.
DE „TIMES" OVER ONS LAND.
De „Times" zegt in een hoofdaritikelReeds lang
kenden wij de Nederlanders als een edelmoedig en
vriendelijk volk, dat veel achting en vriendschap voor
ons koestert. De zorg en vriendelijkheid, welke onze
buren in Nederland onzen gewonden hebben bewezen
op hun reis van Duitschland naar het vaderland, zijn
nieuwe voorbeelden van de groote menschlievendheid,
welke zij gedurende den oorlog betrachten.
Naar wij vernemen, waren onze soldaten blijkbaar
getroffen door de hun betoonde welwillendheid.
noch wij zullen dit spoedig vergeten.
Zij
ORIëNTEERING IN DE LUOHT.
Menigeen zal zich bij den luchtraid der Duitschera
boven Engeland hebben afgevraagd, hoe de lucht
schippers en de aviateurs in een stikdonkeren nacht
hun weg hebben weten te vinden. Het ik duidelijk, dat
de taak van den luchtschipper veel moeilijker is dan
die van den zeeman, die slechts rekening heeft te hou
den met twee afmetingen. Den zeeman staan kaarten,
een heele serie nautische en astronomische instrumten,
kustlichten, enz. ten dienste. De aviateur moet zich
echter behelpen. Dikwijls snelt hij door dikke wolken,
hij ziet geen sterren, hij ziet geen grond. En inmiddels
ondervindt hij den invloed der horizontale en verticale
luchtstroomingen.
Zeker, van tijd tot tijd verdwaalt eens de een of an
dere vlieger. In het algemeen echter weet hij z'n weg
evengoed als de zeevaarder. Hij weet zich evengoed te
oriënteeren als de zeeman, maar doet dit op andere wij
ze. Is voor de zeeman de magnetische naald een be
langrijk iets, voor een voorbijgaanden vlieger in donke
ren nacht is de magneetnaald alles
Wat is het geval. De magneetnaald wijst niet pre
cies in Noordelijke richting, maar vertoont een horizon
tale en een verticale afwijking. Het kompas wijst, zoo
als men weet, naar de magnetischen Noordpool.
Die afwijking is voor verschilende plaatsen hetzelfde
Stel, dat in ons land die afwijking 5 gr. naar West is,
dan zou Parijs b.v. diezelfde afwijking (declinatie)
kunnen hebben; voorts zou in Kopenhagen en Christi-
ania eveneens een declinatie van 5 gr. naar West kun
nen worden geconstateerd, en de specialiteit in aard-
magnetische zou dus een lijn kunnen trekken, die alle
plaatsen, waar de declinatie hetzelfde was, met elkaar
zou verbinden. Dat heeft hij voor vele tientallen jaren
reeds trachten te doen, en op het oogenblik zijn kaarten
in den handel, waar op deze manier de horizontale af
wijking van het compas (declimatie) schematisch op is
voorgesteld.
De aviateur nu in ieder geval de luchtschipper
van een Zeppelin is in het bezit niet alleen van het
gewone compas, dat dus naar de magnetische Noord
pool wijst, maar neemt ook mee het z.g. fluïdekompas,
hetwelk de geografische Noordpool opzoekt. En mocht
hij dit apparaat niet bezitten, dan kan men hem door
middel van de vonken-telegrafie op de hoogte brengen
van de richting Noord-Zuid. Met andere woordende
luchtschipper kan steeds van op de hoogte zijn, op wel
ke lijn van zelfde declinatie hij zich bevindt.
Voorts helt de kompasnaald. Ook die helling is
voor de diverse plaatsen der aarde verschillend. We
derom heeft de aard-magnetisme-specialiteit een sche
matische voorstelling van die helling (inclinatie) op
de wereldkaart, gebracht, dus door middel van lijnen
van zelfde inclinatie, die de bovengenoemde lijnen snij
den. In de gondel van het luchtschip weet men de in
clinatie voortdurend, en de luchtschipper bepaalt dus
nauwkeurig, waar hij is.
Voor de luchtschipper beteekent een en ander in de
practijkverandert de inclinatie niet, dan beweegt mee
zich op de Isokline. d.i. in de richting Oost-West.
Neemt de inclinatie toe, dan gaat men Noordelijker.
Neemt deze af, dan komt m enZuidelijker.
Vooral de inclinatie-methode wordt veel toegepast.
Men heeft er goede resultaten mee bereikt. Inderdaad,
de rol van het kompas is nog niet uitgespeeld.
KORTE BERICHTEN.
Aan den chef van den Duitschen generalen staf,
generaal von Falkenhayn, is in verband met de over
winning aan de Masoerische meren de orde „Pour le
mérite" verleend.
De Duitsche Keizer is gisteren door een kort op
onthoud te Berlijn aangekomen.
Te Londen is een inschrijving geopend ten behoe
ve van de honderdduizenden Joden in Polen, die aan
de eliende zijn prijs gegeven.
Gistermiddag werd te Koningsbergen het volgen
de telegram, van den Duitschen Keizer ontvangen:
„De Russen verpletterend verslagen. Ons geliefd
Oost-Pruisen is van den vijand bevrijd. Wilhelm."
Voor het droogleggen van de moerassige streken
ALKMAARSCHE COURANT
f
t