DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Van liet westelijk oorlogsterrein.
Van hat oostelijk oorlogster™.
Van bat zuidelijk oorlogsterrein,
x* i <o gj*.
No. 68
Honderd en zeventiende jaargang.
1915
AboiMMtsprijs per 3 maanden 10.80, fr. p. post II.—. Advertentieprijs 10 et. p. regel, groote letters naar plaatsruimte. Brieven Ir. 1. Boek- en Handelsdrukkerij v.h. HERKIs. COSTER4ZOON, Mam CO. Teleloonnr. 3.
WOENSDAG 17 MAAKT
Ter zee.
OOSTENRIJK.
NEDERLAND.
ALKMAAR, 17 Maart.
Over de Engelsch-Fransche represailles, welke ten
doel hebben van alle soorten goederen den toevoer
naar en den uitvoer van Duitschland te beletten, bevat
de Daily Chronicle een artikel onder het opschrift:
„Het beleg met behulp van de zee".
„Het plan, zoo schrijft het blad na gewezen te heb
ben op de omstandigheid, dat het hier weerwraak be
treft, heeft natuurlijk geen betrekking op vijandelijke
koopvaarders, welke ten allen tijde genomen kunnen
worden, nóch op neutrale vervoerders van contraban
de, die ais tot dusverre zullen worden behandeld. Het
heelt enkel betrekking op neutrale schepen, die geen
contrabande vervoeren, welke in vier groepen worden
verdeeld: 1. indien ze bestemd zijn voor een Duitsche
haven; 2. indien ze varen uit een Duitsche haven met
goederen, die daar geladen zijn; 3. indien zij bestemd
zijn voor een neutrale haven, en goederen vervoeren,
welke bestemd zijn voor of behooren aan den vijand;
4. indien zij varen uit een neutrale haven en goederen
vervoeren, welke van vijandelijken oorsprong of vij
andelijk eigendom zijn.
De gevallen 1 en 2 vallen onder de oude wet der
blokkade. Niets meer is hierin neergelegd, dan waarop
we aanspraak zouden hebben, indien we een blokkade
in ouden1 stijl van de Duitsche kust afkondigden. De
gevallen 3 en 4 zijn nieuwigheden, laat ons er aan toe
voegen, dat zij aan het plan de groote waarde geven,
welke het in de practijk bezit. Want het is altijd onmo
gelijk geweest onder de oude wet om neutrale havens
te blokkeeren; en daarom is bij de ontwikkeling van
het spoorwegwezen de blokkade nutteloos geworden
ten aanzien van een land; dat aan neutraal gebied
grenst. Het is niet tengevolge van zijn onderzeeërs, dat
we totdusverre ons hebben onthouden van een blok
kade van Duitschland, maar enkel omdat, wanneer wij
den toevoer naar zijn eigen havens hadden afgesneden,
het dezen gekregen zou hebben door Hollandsche en
Deensche havens. Nu trachten wij dezen eiken weg af
te snijden. Het kan niet ontkend worden, zoo gaat het
blad voort, dat dit een nieuwe beperking met zich mee
brengt van het recht der neutralen om met onze vijan
den handel te drijven. Het is echter zooveel als maar
mogelijk is verzacht door de regelen, welke gemaakt
zijn voor de behandeling van schip en lading. Onder
de oude blokkade-wet, zijn blokkadebrekers onderwor
pen aan confiscatie, schip zoowel als lading. Wij stel
len ons niet voor een van beiden te confisceeren, zelfs
niet in gevallen, waarin zij varen uit of direct bestemd
zijn voor Duitsche havens. De procedure in alle geval
len voor de goederen is gelost te worden in een Brit-
sche haven of een der bondgenooten en gesteld onder
toezicht van den verantwoordelijke van het Prijsge-
recht. Ze kunnen dan door de regeering worden opge-
ëischt, maar indien dit niet geschiedt, zullen ze, in ge
vallen, waarin ze een vijandelijke bestemming hadden,
aan de neutrale consignanten worden teruggegeven on
der redelijke voorwaarden, en in gevallen, waarin ze
een vijandelijken oorsprong hadden, verkocht worden
en hun opbrengst blijft dan tot na het sluiten van den
vrede bewaard bij het Hof. Het eenige geval, waarin
confiscatie wordt toegepast is dat van een koopvaardij
schip, dat toegestaan is naar een neutrale haven te va
ren en in plaats daarvan naar een vijandelijke haven
vaart. Zulk een schip zal, indien het genomen wordt
op eenige voortgezette reis, onderworpen zijn aan ver
beurdverklaring."
Ons aldus nog altijd het Engelsche blad be
valt deze bepaling het slechtst. Het kan de deur ope
nen voor de ergste geschillen, indien bijv. een Ameri-
kaansch, Spaansch of Italiaansch schip aldus werd be
handeld door een verbonden mogendheid, want of
schoon zulk een schip een blokkade-breker in de oude
beteekenis zou zijn en aldus onderworpen aan confis
catie, moet opgemerkt worden, dat de oude wet deze
onderwerping bepaalde tot gevallen, waarin het schip
op heeterdiaad betrapt was en deze nooit uitbreidde
„tot de voortgezette reis.""
Wij merken hierbij enkel op, dat de neutralen welis
waar welwillender behandeld worden dan bij een ge
wone blokkade, maar dat aan den anderen kant van
een effectieve blokkade, door oorlogsschepen langs de
geblokkeerde kust, geen sprake is.
Overigens dienen de gevolgen te worden afgewacht.
Dat Groot-Brittanje aan de Amerikaansche „sugges
tions" om den handelsoorlog op voor de neutralen
gunstiger wijze te voeren, geen gehoor zal geven, be
hoeft na het bovenstaande wel geen betoog!
In Washington verwacht men, dat president Wilson
een nota tot Engeland zal richten, terwijl verluidt, dat
de Nederlandsche gezant aldaar opnieuw de Ameri
kaansche regeering heeft gepolst over een actie van
Nederland en de Vereenigde Staten ter verkrijging van
een verzachting der nieuwe bepalingen.
Ook vandaag is er nagenoeg geen nieuws.
Het eenige punt van belang is, dat de afgetreden
minister-president van Griekenland zich heeft laten in
terviewen en heeft medegedeeld, dat de verbonden mo
gendheden Griekenland twee maal verzochten om Ser
vië te hulp te komen, doch dat Bulgarije's houding dit
belette.
Toen de operaties tegen de Dardanellen aanvingen,
deden de verbonden mogendheden nogmaals een ver
zoek om steun. In den Kroonraad had de heer Venize-
los daarop voorgesteld 50.000 man te zenden, maar de
militaire autoriteiten hadden zich daartegen verzet.
De heer Venizelos had toen het plan geopperd 15.000
man en de Grieksche vloot ter beschikking te stellen
om het vilajet Smyrna te bezetten. De Kroonraad had
zijn voorstellen verworpen, omdat men vreesde voor
een inval in Griekenland.
De heer Venizelos was diep teleurgesteld, dat Grie
kenland de gelegenheid had laten voorbijgaan. Hij wil
nu openbare vergaderingen beleggen.
Ook heeft hij gezegd, dat hij alleen een regeering
zou steunen, die ten strijde wilde trekken, omdat Grie
kenland thans z. i. wel viermaal vergroot zou kunnen
worden.
Wat er waar is van geruchten, volgens welke er
onder de auspiciën van den heer Venizelos een nieu
we Balkan-bond zou ontstaan, zal nader moeten blij
ken.
Zoolang echter het Dardanellen-werk zoo slecht op
schiet als tot dusverre, zullen de Balkan-staten zich
wel tweemaal en nog vaker bedenken, voor ze hun
zwaard in de weegschaal werpen.
DE STRIJD IN BELGIë EN N.-FRANKRIJK.
Officieel werd gisteren uit het Duitsche groote
hoofdkwartier gemeld:
De Engelsche hoogte-positie bij St. Eloy, ten zuiden
van Yperen, waarom sedert eergisteren werd gestre
den, is in onze handen.
Aan de zuidelijke helling van de hoogte Lorette, bij
Atrecht, wordt gestreden om een vooruitspringende
berghelling.
In Champagne werden verschillende Fransche aan
vallen door ons vuur met zware verliezen afgeslagen.
Ten Noorden van Beau-Séjour ontnamen onze troe
pen aan de Franschen verschillende loopgraven.
In de Argonnen en aan den oostelijken rand van dit
gebergte kwamen gevechten voor, die nog voortdu
ren. In de Vogezen v/ordt op enkele plaatsen gevoch
ten.
(Reeds in een deel onzer vorige oplaag vermeld).
Het Fransche communiqué meldde gistermiddag:
De Belgen hebben thans het terrein, dat zij in de
jongste dagen hebben gewonnen, versterkt.
De Engelschen hebben, nadat zij St. Eloy hernomen
hadden, ook de loopgraven ten zuidwesten van het
dorp veroverd en den vijand genoodzaakt de loopgra
ven ten zuid-oosten daarvan te ontruimen.
In het Le Prêtre-bosch hebben wij ook de overige
loopgraven, die wij Zaterdag j.l. hebben verloren, her
overd.
In zijn telegram van 15 dezer over het gevecht bij
Neuve Chapelle zegt de Engelsche veldmaarschalk
French, dat het dorp Epinette Donderdagnacht met ge
ringe verliezen werd genomen en dat Vrijdag nog 612
krijgsgevangenen werden gemaakt.
De veldmaarschalk deelt thans echter mede, dat de
verliezen der Duitschers van 10 tot 13 Maart niet min
der dan 17.000 tot 18.000 man kunnen hebben bedra
gen.
Verder bevestigt French de Fransche communiqué's
betreffende St. Eloy en voegt daaraan toe, dat het ge
vecht nog voortduurt.
DE STRIJD AAN HET OOSTELIJK FRONT.
Officieel werd gisteren door het Duitsche groote
hoofdkwartier gemeld:
Aan beide oevers van de Orsietsj en ten noord-oos
ten van Prasnytz vielen de Russen aan; zij werden
overal teruggeslagen.
Vooral de strijd om Jednororzek was zeer verbit
terd; tweeduizend Russische gevangenen geraakten in
onze handen.
Ten zuiden van den Weichsel viel niets bijzonders
voor.
(Reeds in een deel onzer vorige oplaag vermeld).
Het Russische legerbericht meldde gisteren:
Bij Ossowietsj bracht de vijand eenige batterijen
dichter bij de vestingwerken, wijl hij de vruchteloos
heid inzag van het bombardement op grooten afstand.
De artillerie der vesting beschoot de vijandelijke co
lonne, die uit automobielen bestond, gespannen voor
groote voertuigen, die op verren afstand zichtbaar wa
ren, en de vijandelijke artillerie van projectielen en
ammunitie moesten voorzien.
De strijd op gemiddelden afstand werd 13 en 14
Maart voortgezet, bijna tot aan het' vallen van den
nacht, met voortdurend voordeel voor de artillerie der
vesting.
Twee Duitsche compagnieën poogden de bevroren
Bobr te naderen in de streek van Soncondz, maar zij
moesten terugtrekken, met groote verliezen, voor het
vuur onzer troepen.
In de streek van Ossowietsj lichtten onze verken
ners met succes Duitsche posten op, en brachten zij de
gevangenen naar de vesting.
Op Prasnytz onderhielden de Duitschers een hevig
artillerievuur, maar de infanterie weerstond onzen
aanval niet. Over bijna het geheele front drongen wij
de Duitschers terug, vooral in de nabijheid van de ri
vier de Orsietsj.
In de vijandelijke stellingen in de streek van de
Bzoera wordt vooral des nachts een groote beweging
opgemerkt. Het is mogelijk, dat de Duitschers daar
hun artillerie versterken.
In de Karpathen wordt de toestand thans moeilijk
voor offensieve bewegingen. De dikke sneeuw laat
slechts zeer langzaam vooruitgaan toe. De manschap
pen, die achter elkaar door de aangelegde voetpaden
marcheeren, lijden groote verliezen ouder het vijande
lijke vuur. De ski-loopers, die wij evengoed hebben als
de vijand, kunnen zich met grooter vrijheid bewegen.
De Oostenrijkers zetten desondanks hun pogingen
voort om Przemysl te ontzetten, waarvan de forten
door onze zware artillerie worden beschoten.
Het Oostenrijksche legerbericht meldde gisteren:
Aanvallen van vrij sterke infanterie-afdeelingen op onr
ze stellingen ten oosten van Soelejow en bij Lopoesno
aan het front in Polen werden afgeslagen. Ook mis
lukten verscheidene nachtelijke aanvallen «der Russen
bij Gorlisj. Bij het afslaan van dezen aanval bracht
onze artillerie door flankeer end vuur op zeer korten af
stand den vijand zware verliezen toe.
In de Karpathen duurde gisteren het artillerie-ge
vecht op het grootste gedeelte van het front voort. Aan
de stellingen ten noorden van den Oeszoker-pas was
het na de gebeurtenissen van 14 dezer betrekkelijk rus
tig. De vijand leed op genoemden dag groote verlie
zen. Van de voorste Russische afdeelingen werden
twee bataillons vernietigd, elf officieren en 650 man
schappen gevangen genomen en drie machine-geweren
buitgemaakt.
In de streek ten noordwesten van Wyskow verover
den onze afdeelingemeen hoogte, namen zij 380 man
gevangen en behielden, ondanks herhaalde aanvallen
der Russen, de veroverde stelling.
De veldslag ten zuiden van de Dnjestr duurt voort.
De door een sterke Russische legermacht beproefde
doorbraak op de hoogten ten oosten van Ottynia in de
richting van Kolemea werd na verbitterde gevechten,
«die verscheiden dagen duurden, met groote verliezen
aan de zijde van den vijand verijdeld. Nadat nieuwe
versterkingen waren aangekomen vielen de vijanden in
groote massa's in den loop van den middag opnieuw
driemaal onze aan de hoogte staande troepen aan en
leed zware verliezen. Het infanterie-regiment „gene
raal Dankl" hield heldhaftig stand tegen herhaalde
bestorming van veel sterkere vijandelijke troepen.
Alle aanvallen werden bloedig afgeslagen.
IN DEN KAUKASUS.
De generale staf van het Russische Kaukasus-leger
berichtte:
Aan het front van het leger hebben partieele gevech
ten van de voorgeschoven troepen plaats gehad. Onze
troepen drongen de Turken met succes achteruit.
DE BESCHIETING DER DARDANELLEN.
Een Wolff-bericht meldt uit Konstantinopel:
In de jongste dagen hebben slechts weinig beteeke-
nende acties van de vloot der geallieerden in de Darda
nellen plaats gehad. De vijandelijke linieschepen be
paalden zich tot demonstraties.
Toen nieuwe pogingen van den vijand om door
nachtelijke aanvallen van kruisers of torpedojagers de
buitenste hindemissen te naderen en de mijnen weg te
mimen, werd dit door de waakzaamheid en het kracht
dadig vuur van de verdedigers verijdeld.
De door de vijandelijke pers verspreide berichten
over een landing en over successen van de vijandelijke
strijdmacht bij Smyrna zijn uit den duim gezogen.
De overmoed, die de vloot der geallieerden tot dus
verre heeft betoond, schijnt na het welgeslaagd optre
den van de Turksche zeemacht verminderd te zijn.
Te Konstantinopel is men volkomen rustig, de be
volking is bijna onverschillig geworden voor de blok
kade der Dardanellen.
TEGEN DE JODEN.
Het Oostenrijksche oorlogsperskwartier meldt: In
Galirië werd de volgende proclamatie van het Russi
sche legebevel openlijk bekend gemaakt; „De erva
ringen van den oorlog toonen ons duidelijk de vij
andige houding van de Joodsche bevolking in Polen,
Galicië en de Boekowina. Elk verlaten van een of
ander gebied en de bezetting er van door onzen tegen
stander leidt tot scherpe maatregelen tegen de met ons
sympathiseerende bevolking, waartegen de Joden, zoo
wel de Oostenrijksche als de Duitsche ophitsen. Om
de ons toegedane bevolking tegen wreedheden en onze
troepen tegen spionage, die de Joden langs het geheele
front uitoefenen, te beschermen, heeft de opperbevel
hebber het verblijf van Joden in het operatiegebied
en het binnenkomen van Joden in de streek ten westen
van Jaroslof verboden. Tevens gelastte hij dat ter
voorkoming van belastering van de vreedzame met ons
sympathiseerende bevolking van den kant der Joden en
ter ontdekking van Joodsche spionnen gijzelaars moe
ten worden gemaakt, die in voorkomende gevallen met
den strop moeten worden gestraft. Voor elke straf van
den kant der Oostenrijkers of Duitschers, toegepast op
vreedzame bewoners en voor eiken gevangen genomen
Joodschen spion, zullen twee gijzelaars aansprakelijk
worden gesteld. Deze maatregel wordt uitsluitend ge
nomen in het belang van de vreedzame met ons sym
pathiseerende bevolking, ter bescherming van deze
tegen op grond van lasterlijke aantijgingen van den
kant der Joden genomen'maatregelen en is afgedwon
gen na een maandenlang geduld door de illoyauteit en
wreedheid der Joden tegenover de plaatselijke bevol
king."
Wij onthouden ons van elk commentaar op dezen
aan de donkerste tijden der middeleeuwen herinneren
den maatregel.
KORTE BERICHTEN.
De landraad te Kleef heeft het verlangen te ken
nen gegeven om honden, die overbodig zijn, zoo veel
mogelijk te slachten, teneinde voor de varkens meer
voeder beschikbaar te hebben.
Maandagavond werd te Fiume (Oost Hong.) een
krachtige aardbeving opgemerkt. In de stad werd
geen schade veroorzaakt.
De Amerikaansche gezant te Londen, heeft in op
dracht van de Duitsche regeering een scherp protest
ingediend tegen de behandeling van de bemanning
van den Duitschen onderzeeër U 12.
De pseudo-burgemeester van Köslin, Alexander
Thonman, is door de Berlijnsche rechtbank tot 10 jaar
tuchthuisstraf veroordeeld,, meldt de „Tel".
Van de 22.600 leerlingen, die in Duitschland de
hoogste klasse der gymnasia bezoeken, hebben er
20.000 in het leger dienst genomen. 14.000 van hen
hebben een noodexamen afgelegd.
De Engelsche onder-secretaris lord Emmott ver
klaarde in het Hoogerhuis ter zake van het Nederland
sche schip, dat in Januari j.l. uit Swansea met petro
leum was vertrokken, dat de petroleum niet bestemd
was voor Duitsche onderzeeërs.
Kardinaal van Rossum is, naar de „Osservatore
Romano" mededeelt, door Z. H. den Paus benoemd tot
protector van het instituut der religieusen van de H.
Juliana, in België.
DE UNIFORM DER LANDSTORM.
Bij Kon. besluit is de uniform van de tot den land
storm behoorenden, voor zoover niet voorzien van de
voor het leger vastgestelde uniform, als volgt vastge
steld:
De veldmuts van olijfkleurige stof, model als voor
het leger vastgesteld; rood gebiesd, aan voorzijde van
den rand een geel metalen kokarde met oranje hart.
De pet voor officieren en onderofficieren van dezelf
de stof, model als voor het leger, de rand van dezelfde
stof als de pet, onder en boven gebiesd voor officieren
met goud; voor onderofficieren met rood.
De band aan de voorzijde voorzien van een gebor
duurde kokarde, voor officieren en adjud.-onderofficie-
ren van gouddraad met een hart van oranjezijde; voor
verdere onderofficieren van gele zijde met een hart van
oranjezijde.
De veldjas van olijfkleurige stof met 1 rij knoopen
en liggenden kraag en rood gebiesd, op eiken -schou
der een vaste schouderbedekking met unifonnknoopje.
Op de jas worden gedragen de afzonderlijke onder
scheidingsteekenen.
Pantalon van dezelfde stof, voor officieren en adju
dant-onderofficieren rood gebiesd, zwart schoeisel met
beenwindsels van grijze wollen stof.
VERLOVEN BIJ BLIJDE GEBEURTENISSEN.
De Minister van Oorlog heeft bepaald, dat, indien
aan de betrokken militaire autoriteit in verband met d
te verwachten bevalling van een echtgenoote van een
militair, door een geneeskundige, dan wel door een
vroedvrouw een schriftelijk of telegrafisch bericht
wordt toegezonden, inhoudende dat de aanwezigheid
van den militair te zijnent noodzakelijk is, door den
commandant, onder wiens bevelen de militair ten tijde
van de indiening der verklaring staat, het noodige ver
lof aanstonds wordt verleend.
Bedoeld verlof wordt verleend onder voorwaarde,
dat na terugkeer van het verlof wordt overgelegd een
behoorlijk gelegaliseerde verklaring van den betrok
ken geneeskundige dan wel van de betrokken vroed
vrouw, waaruit blijkt, dat het hierboven bedoelde
schriftelijke of telegraphische bericht inderdaad van
hem of haar afkomstig is.
ONGEBU1LD TARWEBROOD.
De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel
heeft aan de burgemeesters een circulaire gezonden,
waarin hij o. m. zegt:
Bij mijn circulaire van 16 Februari j.l. werd de
maximum-prijs van ongebuild tarwebrood, z.g. bruin-
brood, gesteld op 20 cents per K.G. contant afgehaald
aan bakkerij of winkel.
Bij onderzoek is gebleken, dat in verschillende ge
meenten een broodsoort wordt vervaardigd bestaande
uit ongebuild meel met toevoeging van gebuild meel
of van andere meelsoorten, terwijl daar geen brood
bestaande uit enkel ongebuild meel, tegen een prijs
van ten hoogste 20 cents per K.G. verkrijgbaar wordt
gesteld.
Het brood, bestaande voor een deel uit gebuild
meel, wordt dan gewoonlijk verkocht boven den door
mij voor ongebuild brood vastgestelden maximum
prijs, terwijl het z.g. noodbrood natuurlijk aanzienlijk
lager in prijs is.
Beleefd verzoek ik u in uw gemeente te willen laten
bekend maken, dat een ieder zich op aanvrage van
brood, bestaande uit enkel ongebuild meel, of uit on
gebuild en gebuild tarwemeel, tegen een door u te be
palen prijs, welke echter niet hooger mag worden ge
steld dan 20 cents per K.G., bij de bakkers zal kunnen
voorzien, en in uw gemeente een regeling te willen
treffen, waarbij deze verkrijgbaarstelling mogelijk
wordt gemaakt.
BINNENLAND.
Gemengd Nieuws.
TWEEDE KAMER.
In de gisteren gehouden zitting der Tweede Kamer
werd besloten, na het ontwerp op «de voorwaardelijke
veroordeeling nog eenige onderwerpen te behandelen,
waaronder de beidé belastingontwerpen.
Bij de voortzetting der behandeling van het ontwerp
op de voorwaardelijke veroordeeling sprak de heer
Limburg (V.-D.) een uitvoerige rede uit. Hij verdedig
de het wetsontwerp vooral tegen de aanvallen van den
heer Lohman. Hij opperde zelf slechts eenige bezwa
ren, die maken, dat hij dankbaar is, maar niet voldaan.
De heer Scheurer A.-R.) was tegen het ontwerp,
omdat hij het in strijd achtte met de taak van «de over
heid, die namens God tucht moet uitoefenen, niet me
delijdend zijn. Dit zou taak van de kerk kunnen we
zen. Ook de uitwerking keurde hij af.
De heer Van Raaldte (U.-L.) klaagde ook over het
ontbreken van een naam voor het nieuwe instituut. De
regeering zoeke er nog een.
De heer Hugenholtz (S. D. A. P.) meende, dat ver
betering van het strafstelsel had moeten voorafgaan
aan de voorwaardelijke veroordeeling.
Zijnerzijds beschouwde spr. de maatschappij als de
hoofdschuldige voor antisociale daden, maar dit geeft
den delinquent geen vrijbrief voor zijn handelingen.
De wet dient te worden geëerbiedigd, zoolang zij er is.
Verbetering van misdadigers beteekent in sprekers
mond dus: Verhooging van het maatschappelijk aan
passingsvermogen van den delinquent, waartoe noodig
is hem te behoeden voor antisociale daden, door hem
ALRMAARSCHE COURANT.