DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Van let westelijk oorlogsterrein,
Van lat oostelijk oorlogsterrein,
r 1 o gg
Honderd en zeventiende Jaargang.
1915
ZATERDAG
27 MAART.
X3& o O* O
Ter zee.
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f L
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone Advertentiën:
Per regel f0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkeq]
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
]^0 Dit nummer bestaat uit 3 bladen.
ALKMAAR, 27 Maart.
Over het Medea-incident zijn er nog geen nadere
bijzonderheden en deze heeft men naar alle waar-
buiijnlijkheid vooreerst ook nog niet te wachten. Im
mers eerst dienen de resultaten van een officieel on
derzoek te worden afgewacht, voordat de ware aard
van het geval kan worden vastgesteld en onze regee
ring daarnaar zijn houding kan bepalen. Mocht dit
onderzoek het bewijs leveren, dat er geen of slechts
weinig contrabande aan boord der „Medea" was, dan
zal ongetwijfeld vergoeding van al het toegebrachte
nadeel, dus volledige schadeloosstelling voor schip
èn lading worden geëischt. Voorloopig zijn echter
geen nadere mededeelingen omtrent de gedragslijn on
zer regeering te wachten.
In verschillende groote bladen vinden we vanoch
tend vermeld hetgeen wij gisteren reeds betoogden
dat het optreden van den onderzeeër niet h priori
onwettig kan worden genoemd en dat de commandant
geheel is gebleven binnen de voorschriften, ook wat
de scheepspapieren betreft, waaromtrent uitdrukkelijk
staat voorgeschreven, dat zij moeten worden ingeno
men, zoodat het geen wonder is, dat teruggave werd
geweigerd. Met dat al blijft het geval buitengewoon
onaangenaam, immers zoolang er geen beslissing is,
loopt elk Nederlandsch schip, voor Engeland geladen,
kaus opzettelijk vernield te worden. Niet ten onrechte
is gezegd, dat de moderne zee-oorlog, zooals die
tusschen de strijdende partijen op de Noordzee wordt
gevoerd, hoe langer hoe. meer ontaardt in een wed
strijd in onrecht tegenover de neutrale vaart het
streven der oorlogvoerenden schijnt inderdaad vooral
er op gemunt, de strijdbare schepen te sparen, om er
de ongewapende, vijandelijke of neutrale handsvloot
mee te bevechten. De kruisers, de onderzeeërs, zij heb
ben slechts, met enkele geringe uitzonderingen,
van zich doen spreken in verband met handelsoorlogs
daden. De strijd' op zee gaat tegenwoordig alleen om
den handel. Sir Walter Raleigh, een groot Engelsch
zeeman uit het laatst der zestiende eeuw, schreef eens:
„Die de zee beheerscht, beheerscht ook den handel,
en die den handel beheerscht, hem behooren ook de
schatten der wereld en daarmede de wereld zelf". En
Friedrich List, de Duitsche econoom, die twee eeuwen
later leefde, schreef: „De zee is de hoofdstraat van
den aardbol, het paradeveld der naties, de vette ge-
meenschapsweide, waarin alle economische naties
hun kudden mestea.Wie aan de zee geen deel neemt,
die is uitgesloten van de goede dingen en eerbewijzen
der wereld die is onzen lieven HeeFs stiefkind."
Maar beide schrijvers zullen zich het denkbeeld der
zee-beheersching wel eenigszins anders hebben voor
gesteld, dan het thans in werkelijkheid wordt aange
troffen.
Men heeft dure slagschepen gebouwd, om de heer
schappij over de zee te veroveren, om in de open zee
slagen te leveren en zij worden door de oorlogvoe
rende mogendheden zoo welbewaard geborgen, dat
een huismoeder haast niet zorgvuldiger kan zijn voor
de kostbare stukken der porceleinkast
Misschien dat de zware scheepskanonnen der zwaar
gepantserde oorlogsbodems als 't op een eind loopt
nog aan het dispuut gaan deelnemen, doch voorloo
pig doen ze er het zwijgen toe.
Inmiddels trachten de landen in het groot te berei
ken, wat met de vesting Przemysl is gelukt: overgave
te verkrijgen door uithongering. En évenals voor de
betrokken volkeren, wordt het er voor de neutralen
steeds onaangenamer op zij krijgen van den eenen
kant een duw, van den anderen een stoot en mogen
tenslotte blij zijn, als ze niet geheel bekneld raken en
meegesleurd worden.
En te land?
Velen twijfelen, wanneer ze lezen óver vlieger-aan
vallen, over kleine successen, welke hoog opgehemeld,
worden, wanneer ze telkens opnieuw vernemen, dat er
geen verwrikken en bewegen aan de linies is, of de
strijd daar wel ooit tot een beslissing zal leiden.
Zullen de verbondenen ooit in staat zijn, om nu van
de inneming van Berlijn maar te zwijgen, de Duitt-
schers uit België en Noord-Frankrijk terug te drijven
tot achter den Rijn? Nooit, beweert men van Duit-
schen kant. Zullen de Duitschers er in slagen Parijs te
nemen? Nooit, zegt de Fransche correspondent der
New York Herald. De Amerikaansche touristen, zegt
hij, kunnen met gemak weer van den zomer naar Pa
rijs gaan en indien zij het dal der Aisne gaan bezoe
ken, zullen zij hoogstens het kanon hooren brommen,
maar de Duitschers zullen geen stap naderen en het
Duitsche leger zal niet voor den tweeden keer de vre
desvoorwaarden te Parijs dicteeren. Indien Ehiitsch-
land dit zou willen beproeven, zou het 3 millioen man
voor de hoofdstad noodig hebben, ongerekend de
troepen, welke vereischt worden om door het front te
breken. De verdedigingswerken van Parijs zijn na den
slag aan de Marne een wiskundig wonder geworden,
verzekert de correspondent. Niet alleen heeft het leger
van generaal Galliéni loopgraven gemaakt en prik
keldraadversperringen opgericht, doch de artillerie is
zóó geplaatst, dat het eene kanon steeds het voorgaan
de dekt. Ieder hutje, heuveltje, ja zelfs iedere boom,
waar zich een vijand zou kunnen verschuilen, is be
kend en opgeteekend. En het Fransche leger lijkt hem
onoverwinnelijk toe, vooral door den broederlijken
geest, die er heerscht tusschen de soldaten en de offi
cieren. Iedereen denkt dat de oorlog tegen den zomer
afgeloopen zal zijn, al weet niemand nog iets van de
voorjaarstactiek van generaal Joffre. Flink, moedig,
intelligent en meesleepend, als een bokskampioen, die
na maanden van oefening den wedstrijd ziet naderen,
waarmede hij zijn carrière zal maken, is het Fransche
leger, vurig, strijdvaardig, wachtend op het signaal....
Soortgelijke beschrijvingen kunt ge ook van de En-
gelsche, de Belgische, de Duitsche legers lezen.
Maar wij denken bij zulke ontboezemingen aan de
ontzettende verliezen, met welke de Engelschen bij
Neuve Chapelle de winst van een geringe terrein-
strook hebben moeten betalen. Zóó kan de eind-over
winning door geen der beide partijen worden bevoch
ten. Of het evenwicht wordt niet weer verbroken en
de oorlog eindigt onbeslist, óf neutralen werpen het
zwaard in de weegschaal en doen deze daardoor over
hellen, öf honger of uitputting door onvoldoende re
serves blijken het scherpste zwaard te vormen en lei
den door een snelle Aébacle tot een beslissing in het
voordeel van een dier beide partijen, zonder dat ook
thans maar te voorspellen valt, welke het zal zijn.
Het actueele nieuws is als allen dag niet veel
zaaks. Een Duitsch onderzeeër slaagde er in het En
gelsch stoomschip „Delmira" (3459 ton), op weg naar
Boulogne, bij Wight te torpilleeren. Twee Zweedsche
stoomschepen met rijst aan boord, zijn door de En
gelschen naar Giascow opgebracht. Vliegers der ver
bondenen heboea Bapaume, Metz en Straatsburg be
zocht zonder vcei schade aan te richten, en Antwer
pen, waar een Zeppelin-hal werd vernield. Uit het
waarnemen van een Zeppelin op Schiermonnikoog
valt op te maken, dat weer een Duitsche poging wordt
gedaan om schade toe te brengen. De Duitschers
siaagden ten noorden van Atrecht er in een der vlie
gers tot landing te dwingen en wierpen een bom op
Calais.
Ten noorden van St. Joris (dus ten oosten van Nieuw-
poort) bezetten de verbondenen een hoeve, in de Voge
zen stelden zij zich in het bezit van den top van de
Hartmannsweilerkopf, waarom nu al dagen lang
wordt gestreden.
In het Oosten raken de Duitschers maar niet uitge
praat over de plunderingen der Russische troepen in
Oost-Pruisen, welke zij thans teruggedreven hebben.
Het blijkt, dat de Oostenrijksche en Duitsche troe
pen in de Karpthen versterkingen hebben gekre
gen en tot tegen-aanvallen zijn overgegaan, zonder
dat dit succes opleverde, zoodat de groote, belangrijke
slag, die zooal niet tot een beslissend, dan toch tot
een beslist succes kan leiden, ongewijzigd voortduurt.
Engelsche bladen brengen steeds meer aanwijzin
gen, dat Italië nu heusch spoedig zich bij de verbon
denen zal voegen in hoeverre de gedachte alleen
door den wensch wordt ingegeven, zal wel spoedig
blijken.
Uit Petrograd wordt gemeld, dat het Japansche ul
timatum aan China tot 8 April is verdaagd.
DE STRIJD IN BELGIë EN N.-FRANKRIJK.
Het Fransche midldagcommuniqué meldde giste
ren. De dag van gisteren was over het grootste deel
van het front kakn. Het ragende bijna onafgebroken.
Een Duitsche aanval op Notre Dame de Lorette misr
lukte. Tusschen de Maas en de Moezel werden Duit
sche aanvalspogingen gemakkelijk en onmiddelijk af
geslagen, n.l. twee op het bosch van Consenvoye en
het bosch van Caures ten noorden van Verdun, drie
tegen Eparges en twee tegen het Le Prétre bosch.
Het Duitsche Iegerberieht, in een deel onzer vorige
oplaag opgenomen meldde gisteren: Op den
Maasheuvel ten Z. O. van Verdun trachtten de Fran-
schen bij Combres opnieuw in sterke aanvallen zich
van onze positie meester te maken. Ze werden echter
na hardnekkige gevechten teruggeworpen. De gevech
ten bij Hartmannsweilerkopf duren nog voort.
BOMMEN OP METZ GEWORPEN.
Wolff melët officieel dat gisteren boven Metz een
aantal vliegers, verscheen die eenige bommen op het
zuidelijk gedeelte van de stad wierpen, maar toen door
artillerievuur verdreven werden. Drie soldaten weiden
levensgevaarlijk gewond. Materieele schade is niet
aangericht.
DE STRIJD AAN HET OOSTELIJK FRONT.
Het Oostenrijksche Iegerberieht meldde gisteren: In
de Karpathen wordt nog steeds hevig gestreden. Ver
schillende aanvallen der Russen bij dag en bij nacht
werden afgeslagen. De algemeene toestand is dezelf
de gebleven.
Lu den streek ten zuiden van Zaleszycki hebben onze
troepen elf steunpunten der Russen veroverd en meer
dan 500 man krijgsgevangen gemaakt.
Aam het front in Russisch-Polen en West-Galicië
hebben artilleriegevechten plaats.
De kerktoren van het jlaatsje Soeloiow, die, naar
opgemerkt was, als waarnemingspost voor de vijande
lijke artillerie dienst deed, moest derhalve in brand
worden geschoten.
EEN PIJLEN-AANVAL OP EEN NOORSCH
SCHIP.
Het Noorsche stoomschip Diana dat in South-
Shields (Engel.) is aangekomen, rapporteerde, dat een
Duitsch vlieger 500 pijlen naar beneden liet vallen,
waarvan sommige in het dek bleven steken. De beman
ning wist zich in veiligheid te stellen, zoodat niemand
werd gewond.
(Reeds in een deel onzer vorige oplaag vemeld.)
EEN SCHIP GETORPILLEERD.
Uit Londen wordt bericht dat de „Delmira" door
een Duitschen onderzeeër in den grond geboord is, tij
dens de reis naar Boulogne. De onderzeeër gaf aan
de bemanning tien minuten tijd1 om het schip te verla
ten. De bemanning is op Wight aan wal gebracht.
SCHEPEN IN BESLAG GENOMEN.
De Zweedsche stoombooten „Vera" en „Jeanne" met
bestemming naar Glasgow met een lading rijst, zijn
door de Britsche douane autoriteiten in beslag geno
men meldt Reuter. Men zegt, dat de ladingen te Vi
go van een Duitsche stoomboot waren overgenomen
naar het heette voor Zweedsche havens.
KORTE BERICHTEN.
Een aantal Engelsche officieren van de troepen
die tegen Duitsch Zuid-West-Afrika optreden, was
des nachts in auto's uitgegaan om" de Duitschers af
te snijden, toen de voorste auto werd aangevallen
door een rhinoceros. De auto wist te ontkomen,
maar een volgende werd door het dier omgeworpen
en de vier inzittenden gedood. Men kon het dier
met messen afmaken.
In België zijn, volgens de „New York Herald"
20,000 handteekeningen verzameld op een petitie
aan de Duitsche regeering om burgemeester
Max, van Brussel, in vrijheid te stellen.
Een telegram van Honoloeloe meldt, dat de Ame
rikaansche onderzeeër „F. 11" tijdens schietoefeningen
op groote diepte is gezonken. Men vreest dat de be
manning, 25 man sterk, gestikt is.
Drie Oostenrijksche vliegmachines hebben 20
bommen op de haven van Antivari geworpen en aCht
op Virpazar, die aldaar schade aanrichtten, meldt
Wolff uit Rome.
BINNENLAND.
Gemengd Nieuws.
TWEEDE KAMER.
Gisteren werd, nadat aan den heer van Deventer
verlof was verleend een interpellatie te houden betref
fende de rechtspleging voor inlanders, de beraadsla
ging over het ontwerp tot nadere regeling van de
eedskwestie voortgezet.
De heer Oerhard (S.D.A.P.) drong aan op intrek
king van de motie-Lohman.
De heer Limburg (V.-D.) waarschuwde ernstig voor
den onconstitutioneelen invloed der Eerste Kamer op
het wetsontwerp.
De heer Troelstra (S.D.A.P.) drong aan op een ver
klaring van de regeering over haar veranderde hou
ding. Hij wees op het standpunt der linkerzijde ten
aanzien van den eed en op de verdeeldheid van de
rechterterzijde. Spr.'s partij zou niet dulden, dat de
Godsvrede werd misbruikt voor een aanval op het recht
der Tweede Kamer, die het overwicht moet hebben op
de Eerste Kamer. Hij betreurde het zeer, dat de re
gering aan de rechterzijde heeft toegegeven en hij
hoopte, dat de meerderheid flinker zal zijn.
De heer Nolens (R.K. raadde aan maar te stemmen
over de motie en daardoor te beslissen over de zaak
noodregeling of niet.
De heer De Oeer (C.-H.), bestreed de staatkundige
beschouwingen van den heer Limburg. Deze zou de
preventieve taak van de Eerste Kamer uit het oog heb
ben verloren.
De minister van justitie repliceerde en erkende daar
bij gedacht te hebben aan de Eerste Kamer, toen hij
sprak van de mogelijkheid, dat het ontwerp niet tot
stand zou komen. Spr. handhaafde echter, dat zijn
ontwerp het beste is. De motie-De Savomin Lohman
werd daarna verworpen met 47 tegen 31 stemmen. Te
gen stemden de linkerzijde en de heer Bichon van IJs-
selmonde.
De amendementen-Rutgers werden ingetrokken, zoo
mede het amendement-De Savomin Lohman, omtrent
de tijdelijke regeling.
De verschillende artikelen werden aangenomen z. h. s.
Het wetsontwerp werd aangenomen met 46 tegen 31
stemmen. Vóór stemden de linkerzijde en de heer Bi
chon van IJsselmonde.
De vergadering werd verdaagd tot nadere bijeenroe-
ping.
HET KONINKLIJK BEZOEK AAN DE
HOOFDSTAD.
Gisteravond bezocht H. M. de Koningin te onge
veer half negen een bezoek aan èenige militaire
tehuizen en ontspanningslokalen, welk bezoek zorg
vuldig geheim was gehouden voor de militairen.
Eerst ging de Koningin naar het Nutsgebouw aan
den N.-Z. Voorburgwal, waar zij zich onderhield
met verschillende militairen.
Vervolgens werd een bezoek gebracht aan het
gebouw van de jongemannenvereeniging ter be
vordering van christelijk leven „Excelsior" aan de
Keizersgracht, waar geen enkele zaal werd overge
slagen. In de groote zaal, waar gewoonlijk gezongen
en voorgadragen wordt, was tijdens het bezoek de
repetitie eener militaire mandolineclub in vollen
gang en H. M. bleef daar dan ook aandachtig
luisteren.
Tenslotte was het tehuis voor R. K. militairen aan
den Hoogen Kadijk aan de beurt. Toen H. M.
binnentrad, speelde een strijkje het „Wilhelmus".
H. M. onderhield zich vervolgens met verschillende
militairen, terwijl Ze veel belang stelde in ver
schillende spelen.
Pastoor G. van Noort, voorziiter der vereeniging
ten behoeve van R. K. militairen hield een toe
spraak tot H M., waarna de aanwezigen militairen
een geestdriftig „Leve de Koningin en hoera" aan
hieven.
Vervolgens deed het bestuur de Koningin uitge
leide, terwijl de soldaten met volle stem het Wil
helmus aanhieven, waarna de Koningin naar het
paleis terugkeerde.
UIT UITGEEST.
Gisteren heeft alhier een Roode Kruis oefening
plaats gehad, waarbij de „gewonden" uit een denk
beeldig gevecht in de nabijheid van het dorp uit
het veld moesten worden opgezocht, verbonden en
verpleegd.
Tot hulpverbandplaatsen waren ingericht het ver-
eenigingslokaal der afd. Volksweerbaarheid en de
zaal van het hotel „de Ooievaar", waar de z. g. ver
wonden aankwamen, nadat te Velsen het eerste nood
verband was gelegd.
De Prins arriveerde om ongeveer kwart over 10,
waarna de verschillende verbandafdeelingen in oogen-
schouw werden genomen.
De Prins inspecteerde vervolgens de aak, welke
om het gewondentransport te water was ingericht,
en den gewondentrein op het spoorwegstation, waar
voor de mobiele transportcolonne van het Roode
Kruis te Amsterdam stond aangetreden en welke het
gewondentransport naar Wormerveer zou begeleiden.
Te half drie, onmiddellijk na aankomst van den
gewondentrein en de boot te Wormerveer, werden
de „gewonden" naar het R. K. Weeshuis, dat tot
noodhospitaal was ingericht, vervoerd.
Intusschen was de Prins op het perron te Wormer
veer aangekomen om nog het ontladen van eenige
wagons te zien, waarna Z. K. H. zich naar het
noodhospitaal begaf om daarna naar Amsterdam
terug te keeren.
Deze Roode-Kruis-oefening, welke van half acht
tot 's middags duurde, mag over 't algemeen als
welgeslaagd worden aangemerkt.
ODRA