DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Vai lel westelij! oorlogsterrein.
Van liet oostelijk oorlogsterrein,
Van lat zuidelijk oorlogsterrein.
orlo
No. 84
Honderd
en zeventiende jaargang.
1915
tafRgttspri n 3 mmim f 0.80, fr. d. post 11.—Advertentieprijs 10 et. p. regel, groote letters naar plaatsruimte. Brieven fr. N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v.h. HERIBs. COSTER 4 ZOON, Voordei C9, Telefoonnr. 3,
12 APRIL
MAANDAO
VAKIA.
ALKMAAR, 12 April.
De communiqué's over de krijgsverrichtingen op
het Westelijk oorlogsterrein nemen geleidelijk in leng
te toe, doch in dezelfde mate schijnt de betrouwbaar
heid te verminderen. Het is alsof de Fransche en de
Duitsche communiqué-schrijvers met elkaar wedijve
ren, wie de pen wel het volst kan nemen. Voor een
Duitscher of een Franschman leidt dit niet tot moeie-
lijkheden, immers hij vertrouwt de mededeeling van
zijn staf volkomen en is ten volle overtuigd, dat de te
genpartij beslist onwaarheden vertelt. Maar een neu
traal opmerker staat er natuurlijk geheel anders voor.
Hij heeft zekere ervaring opgedaan in het communi
qué-lezen, hij weet oogenschijnlijke tegenstrijdigheden
dikwijls op te lossen, maar wanneer de mededeelingen
van de beide partijen over dezelfde operaties van den
zelfden dag op hetzelfde punt elkander rechtstreeks te
genspreken, dan blijft er hem ook niets anders over
dan rustig het oogenblik af te wachten, waarop de
communiqué's een beteren kijk op den stand van za
ken geven, dan thans het geval is.
Tusschen de uitvoerige communiqué's bestaat een
aperte tegenspraak ten aanzien van de hoogten van
Combres en Eparges. Van Fransche zijde wordt
eenige malen verzekerd, dat men deze belangrijk ge
achte stelling heeft, hoewel een Duitsch generaal zou
gezegd hebben, dat hij er 100.000 man voor zou heb
ben willen offeren. Van Duitsche zijde echter ver
klaart men met dezelfde stelligheid, dat deze heuvel
stelling nog geheel Duitsch bezit is en dat enkel eeni
ge loopgraven aan de noordelijke helling, wegens het
zware artillerievuur ontruimd moesten worden. En de
Duitsche communiqué-schrijver verzekert verder, dat er
op eenige punten, waar de Franschen zich overwin
ningen toeschreven, nimmer gevochten is en dat het
elders mathematisch onmogelijk is, dat de Franschen
een terreinwinst behaalden, zooals in een hunner
communiqué's werd verklaard. Het eenige, dat we
met zekerheid weten, is dat er in den driehoek Epar-
ges-St. Mihiel-Pont-è-Mousson, over een frontlengte
dus van den afstand AlkmaarArnhem, met hevigheid
gevochten wordt op ongeveer een dozijntal plaatsen,
dat ondanks storm, regen en sneeuw, de aanvallen en
tegen-aanvallen talrijk, verbitterd, bloedig zijn. De
Franschen hier vermoedelijk versterkt door Engel-
sche troepen trachten den vooruitspringenden hoek
in het front bij St. Mihiel weg te drukken en de ves
ting Verdun meer vrijheid te geven en zelfs de mili
taire medewerker van het Tageblatt erkent den ernst
van den Franschen wil en zegt o. m.: „Wanneer het
dezen wil om door te breken aan kracht maükeert, om
door te zetten, dan moet dit feit op rekening der mo
derne afweermiddelen en het taaie volhardingsvermo
gen der Duitsche troepen geschreven en niet alleen ten
laste gebracht worden van de „zwakte" van het Fran
sche offensiefVan Duitsch standpunt kan men
onze dappere tegenstanders weinig uitzichten geven
(op het bereiken van het beoogde succes), moet men
veeleer verwachten, dat ook dit offensief onder vreese-
lijke offers op niets uitloopt." Natuurlijk denkt men
aan Franschen kant precies het tegenovergestelde. Wij
plaateen het citaat dan ook alleen, om te laten zien,
dat ook een bekend Duitsch deskundige het Fransche
offensief als een- belangrijke krijgsverrichting be
schouwt. Toch bestaat er nog steeds geen zekerheid
omtrent de vraag, of het hier werkelijk een groot stra
tegisch offensief geldt, waarvoor reserve-troepen ge
masseerd zijn. Wanneer men bedenkt, dat in het voor
de Franschen gunstigste ge>_ de vorderingen nog
maar matig zijn, dat van een onstuimig oprukken en
het bij massa's indringen in het vijandelijk front, ten
einde zich er door te breken en de vijandelijke troepen
links en rechts uit elkaar te slaan, in meer dan een
week nog niet veel is gebleken, dan begint men wel
eenigszins te twijfelen en de vraag te stellen of het
ook hier tenslotte wellicht toch nog een schijnbewe
ging geldt, ten doel hebbend, de aandacht van een an
der punt af te leiden. En scheen het Zaterdag alsof de
Duitschers in de Champagne een offensieve beweging
hadden ingeleid, sindsdien heeft men er niets van ge
hoord. Alleen aan het IJserkanaal hebben ze eenige
geringe vordering gemaakt, terwijl hun aanvallen in
de buurt van Albert, waarvan het laatste Fransche
communiqué melding maakt, de aandacht verdienen in
verband met de berichten .van onlangs over troepen
concentratie bij Péronne.
In de Karpathen moeten de troepen, volgens het
Russische communiqué op een terrein, waar de sneeuw
twee meters hoog ligt een weg banen. De Karpathen-
slag, welke nu al sinds Januari voortduurt, mag wel
de vreeselijkste vemietigingsslag der wereldgeschiede
nis worden genoemd. Men heeft indertijd het Russi
sche leger vergeleken bij een stoomwals. Toen deze
vergelijking niet meer opging schreven de Fransche
bladen over een dorschmachine. Het lijkt nu van pas,
van een maaimachine te spreken. Met dien verstande,
dat hetzelfde beeld ook toepasselijk is op de Duitsch-
Oostenrijksche troepen. Want aan beide zijden strijdt
men met een geweldigheid, welke haar weerga wel
licht niet kent en voert men telkens opnieuw verster
kingen aan, om de zware verliezen te dekken en de ge
lederen weer aan te vullen. Het strategische zwaarte
punt van deze gigantische worsteling wordt gezocht in
de Beskidèn, waar de Russen in 't gunstigste geval de
Oostenrijkers kunnen dwingen tot terugtocht over de
geheele linie, zelfs tot prijsgeven van de Boekowina
en waar, worden de Oostenrijkers de baas, de Russen
genoodzaakt kunnen worden zich uit West-Galicië ge
heel terug te trekken. Komt er hier een overwinnaar,
dan zal de tegenstander zich wel niet weer van zijn
nederlaag kunnen herstellen. Dit is de groote beteeke-
nis van den langdurigen strijd, waarin de Russen
langzaam, voet voor voet, terrein winnen en er in ge
slaagd zijn, dank zij mede de hulp van de vrijgekomen
belegeringstroepen van Przemysl, de Loepkow- en de
Doekla-pas over te steken- behalen ze verder weste
lijk succes, dan ziet het er voor de Oostenrijkers zeer
bedenkelijk uit, maar tot dusverre hebben dezen daar
het terrein kunnen behouden.
Van het overige front in het Oosten valt er niets te
melden.
Alleen zij de aandacht nog even gevestigd op een
betoog in het Tageblatt over de taak der cavalerie,
waarin wordt bevestigd, hetgeen wij vroeger hierover
schreven. Een cavalerie-divisie had in het begin van
den oorlog in België en Noord-Frankrijk zoowel ter
verkenning als in het gevecht veel te doen. Hemels
breed gemeten had zij, zonder te letten op de zijwaart-
sche bewegingen 1120 kilometer afgelegd, waarbij ros
en ruiter twee of drie dagen slechts een nog bedenke
lijke rust genoten, terwijl er haast geen dag voorbij
ging of men kwam met den vijand in aanraking al
werden er dan ook geen cavalerie-gevechten in groo-
ten stijl geleverd zooals in '70 bij Mars-la-Tour.
Na de eerste periode werd de cavalerie echter van
het Westen naar het Oosten overgebracht, waar ze
moest schermutselen tegen de Kozakken en langs moei
lijke wegen den terugtrekkenden vijand moest achter
volgen. Vervolgens moesten de ruiters een legercorps,
dht losgeraakt was van het troepen-verband, dekken.
Daarna werden ze bestemd om de verliezen in de in-
fanterie-linies aan te vullen, terwijl zij, zegt de schrij
ver, thans in de loopgraven aan de Rawka-rivier
vechten en graven en waar ze om de vier, vijf dagen
worden afgelost, ten einde hun paarden behoorlijk te
verplegen, die in dorpen en gehuchten zoo goed mo
gelijk tegen weer en wind beschermd worden elk
cavalerist heeft drie a vier paarden te verplegen. Hun
ne lange sabels zijn gewoonlijk vervangen door bajo
netten en de lansen door spaden!
Inzake het Medea-incident heeft de Duitsche regee
ring aan de Nederlandsche laten weten, dat het met
de Medea zoowel als met de Batavier V en de Zaan-
stroom voorgevallene steunde op de voorschriften van
de Londensche declaratie, dat voorts besloten was de
rechtmatigheid van de gepleegde handelingen ten
spoedigste aan het oordeel van een prijsrechter te on
derwerpen en dat er van een veranderde politieke ge
dragslijn geen sprake was.
Naar aanleiding hiervan heeft de Nederlandsche re
geering op 3 dezer tot de Duitsche een nota gericht
6 dezer te Berlijn overhandigd waarin zij be
toogt, dat de vernietiging van de Medea onrechtmatig
was omdat de voorwaarden door de verklaring voor
het vernietigen van een neutralen prijs gesteld, niet
aanwezig waren en dat in ieder geval de onherstelba
re maatregel van vernietiging in geenerlei verhouding
stond tot het belang daarvan uit strategisch oogpunt,
n.l. het verhinderen, dat een lading sinaasappelen het
vijandelijk land zou bereiken. Aan het protest is toe
gevoegd het voorbehoud van een eisch tot volledige
schadevergoeding.
De regeering blijft dus gelukkig een krachtige hou
ding aannemen en kloek opkomen voor de rechten der
neutralen.
Uit het bovenstaande blijkt, dat de Medea niet in
den grond geboord is, omdat zij absolute contrabande
aan boord had, gelijk beweerd werd.
Over het lot dat aan de Batavier V krachtens uit
spraak van den Duitschen prijsrechter zal te beurt val
len, moet men in de naastbetrokken kringen zeer ge
rust zijn. Het moet vaststaan, dat in elk geval de con
trabande die het zou vervoerd hebben, minder dan de
helft der lading heeft bedragen, zoodat van verbeurd
verklaring van het schip geen sprake zou kunnen zijn.
Zondagmorgen is, ver buiten ónze territoriale wate
ren, het Britsche stoomschip „Harpalyce" (gebouwd
1911, 6000 ton), zonder voorafgaande waarschuwing
door een Duitschen onderzeeër getorpilleerd. Van de
bemanning, van welke de schepelingen Chineezen wa
ren, zijn vermoedelijk twaalf omgekomen. Een Ne
derlander, die in de machinekamer werkzaam was,
werd gered.
De „Harpalyce" voerde de vlag van het Belgische
ondersteuningscomité (the Commission for Relief in
Belgium). Of dit terecht of ten onrechte geschiedde,
zal nader moeten blijken. Er wordt verklaard, dat de
Duitsche en Amerikaansche regeeringen een overeen
komst hebben gesloten, waarbij aan de schepen voor
bedoeld comité garantie verleend werd voor behouden
overtocht naar Europa en terug, maar ook, dat de ga
rantie alleen voor de heenreis gold.
Men begrijpt niet, welk belang Duitschland er bij
kan hebben om het schip, leeg en bemand met Chi
neezen, het schip, dat de taak der Duitschers in België
nog wel hielp verlichten, in den grond te boren, tenzij
de overweging, dat het een Britsch schip was, uitslui
tend den doorslag geeft.
Uit Liverpool wordt geseind, dat het stoomschip
„Wayarer" van de Harrison-lijn getorpilleerd werd,
bijzonderheden ontbreken.
Wij moeten verder volledigheidshalve nog even re-
leveeren, dat in het Kanaal het Fransche zeilschip
„Chateaubriand" Vrijdag getorpilleerd is en dat de
bemanning, na twee dagen en twee nachten roeiens,
geheel gered werd. Bij Texel zag men twee onder
zeeërs, waarschijnlijk Duitsche in Oostelijke richting
varen. De Duitsche hulpkruiser „Kronprinz Wilhelm"
(in 1901 gebouwd, eigendom van den Nordd. Lloyd,
15000 ton, snelheid 23 knoopen), is de haven New
port News binnengeloopen (waar thans de „Prinz Ei-
tel Friedrich" aan de ketting ligt), wegens gebrek aan
kolen en levensmiddelen volgens een ander be
richt waren er vele gevallen van beri-beri aan
boord.
De „Kronprinz Wilhelm" boorde begin-Maart het
Fransche koopvaardijschip „Guadeloupe" in den
Atlantischen Oceaan in den grond. Het zal thans wel
geïnterneerd worden.
DE STRIJD IN BELGIE EN NOORD-FRANKRIJK.
Het Fransche communiqué meldde gistermiddag:
In België, aan de Aisne en in Champagne hebben
artillerie-gevechten plaats gehad.
Aan de Ome en de Maas is niets gebeurd.
Bij Les Eparges is noch de Duitsche infanterie noch
de artillerie tot eenige actie overgegaan en is het den
lOden April rustig gebleven. De geheele stelling is in
handen van de Franschen.
Uit mededeelingen van krijgsgevangenen is de
grootte van het succes der Franschen nog duidelijker
gebleken. Op het einde van Februari hadden de Duit
schers de geheele 33ste reserve-divisie bij deze stel
ling in het veld gebracht en nadat deze divisie uitge
put was, de 10de actieve divisie van het 5de leger
corps, de beste troepen dus. Deze divisie nu heeft de
zware vesting, waartoe men de hoogte van Eparges
had gemaakt, moeten opgeven. De Duitsche troepen
hadden herhaaldelijk order ontvangen tot eiken prijs
te volharden en men had hen er op gewezen, dat het
van buitengewoon belang was de stelling te behou
den. Hun generaal had gezegd, dat hij daarvoor des
noods een divisie, een legercorps, 100.000 man zou
opofferen.
De verliezen, door de Duitschers in de twee laatste
maanden geleden, bedragen 30.000 man.
In het Mortmare-bosch is het door de Franschen
veroverde front door de verovering van nieuwe loop
graven uitgebreid naar het oosten. Verscheiden tegen
aanvallen werden afgeslagen.
Ten noorden van Regniéville hebben de Franschen
hun stelling versterkt en eenigszins uitgebreid.
In het Le Prétre-bosch zijn wij vooruitgegaan.
In Lotharingen werd een halve compagnie, die in
den nacht van 9 op 10 April was doorgedrongen tot
aan het dorp Bezanges le Grande, omsingeld en krijgs
gevangen gemaakt.
Op den lOden den geheelen dag regen- en sneeuw
vlagen.
Het Duitsche groote hoofdkwartier meldde gisteren:
Aan het Yserkanaal bij Poeseles, ten westen van
Driegrachten, veroverden wij drie door de Belgen be
zette boerderijen en maakten daarbij een officier en 14
man krijgsgevangen.
In kleine aanvallen in de richting van de Ankerbeek
bij Albert maakten wij 50 Fransche gevangenen.
In het Westen van de Argonnen mislukte een Fran
sche aanval.
De gevechten tusschen Maas en Moezel namen gis
teravond in hevigheid toe. In het boschterrein noor
delijk van de hoogten bij Combres concentreerden de
Franschen een sterke troepenmacht voor eed nieuwe
poging om onze hoogtestelling te veroveren. De aan
val gebeurde eerst hedenmorgen vroeg en mislukte
totaal. De stelling is nog geheel in onze macht.
Ten zuidoosten van Ailly hadden den heelen nacht
door hevige gevechten van man tegen man plaats, die
te onzen gunste verliepen.
Bij een hevigen, maar vruchteloozen, aanval der
Franschen ten noorden van Flirey, beliepen zij zware
verliezen.
In een gevecht in het Le Prêtre-bosch veroverden
wij op de Franschen vier machinegeweren. Zeer ver
bitterde nachtgevechten te dezer plaatse verliepen gun
stig voor ons.
De zeer zware Fransche verliezen tusschen Maas en
Moezel zijn zelfs bij benadering nog niet te schatten.
Alleen tusschen Selouse en het Lamorville-bosch tel
den wij in een kleine stelling noordelijk van Regné-
ville 700 Fransche lijken. Wij namen daar elf Fran
sche officieren en 804 man gevangen en veroverden 7
machinegeweren.
Een ballon captif, die was weggedreven ten gevolge
van het doorschieten van den kabel, is niet, zooals de
Franschen vertellen, binnen hun liniën terecht geko
men, maar bij Moerchingen geland en geborgen.
In de Vogezen kwam het ten gevolge van een
sneeuwstorm niet tot groote gevechten.
DE STRIJD AAN HET OOSTELIJK FRONT.
De Russische staf berichtte: Aan het front ten wes
ten van den Njemen deden wij op 9 April bij het aan
breken van den dag een aanval op de Duitsche stel
lingen tusschen Kalwarja en Loedwinow en verover
den, na een hardnekkig bajonet-gevecht, twee linies
loopgraven. Wij namen 600 manschappen en verschel
den officieren gevangen en maakten zes mitrailleuses
buit.
In de Karpathen begonnen wij een offensief in de
richting van Mezolaborez vanaf de stellingen bij Sja-
boiocs en wierpen den vijand uit Wirawa.
Ten zuiden van Wolja Michowa namen wij' hoogte
909, zoodat de vijand teruggeslagen is over de geheele
lengte van de hoofdketen der Karpathen in het gebied
van ons offensief.
In de richting van Rostoki kreeg de vijand belang
rijke versterkingen. Op 8 April begon hij hardnekkige
tegenaanvallen, die wij met succes afsloegen. Wij
maakten daarbij 1000 krijgsgevangenen, waaronder 20
officieren.
Ons offensief van af de linie NyniadastoeszicaWo-
losateBoekowesj in zuidelijke richting duurt voort,
ondanks den hoogst moeilijken toestand van 't terrein.
Onze troepen zijn al wadend door de 2 meter hooge
sneeuw tot op 5 werst van de Oeszok-vallei genaderd.
Bij Rososjasj en Rozanika deed de vijand twee ver-
geefsche aanvallen.
In de andere sectoren van ons front heeft geen noe
menswaardige verandering plaats gehad.
Uit Weenen werd gisteren officieel gemeld: In die Bes-
kiden is niets voorgevallen.
In het Woudgebergte duren dé gevechten in eenige
sectoren ten oosten van den Oeszoker-pas voort.
Bij de vervolging na ons succes van 9 April werden
nog negen officieren en 713 man gevangen genomen
en twee machinegeweren buitgemaakt
Aan het front in zuidoostelijk Galicië haden slechts
een artillerie-gevecht en kleine nachtelijke schermutse
lingen plaats. In West-Galicië en Russisch-Polen is
het rustig.
Het Duitsche hoofdkwartier melddè gisteren: Bij
Mariampol en Kalwarja en eveneens bij Kloeicki aan
de Skwa, werden aanvallen der Russen afgeslagen.
Uit een plaatsje bij Bromierz, ten westen van Plonsk,
werden de Russen verdreven, waarbij 80 man en drie
machinegeweren in onze handen vielen.
In Polen, ten zuiden van den Weichsel, onderhielden
de Russen gedurende den geheelen nacht een levendig
artillerie- en infanterievuur.
IN DEN KAUKASUS.
De generale staf van het Russische Kaukasus-leger
berichtte gisteren: Aan de kuststreek heeft op 8 April
een artillerie- en infanteriegevecht plaats gehad. In de
richting van Olty werden geweerschoten gewisseld.
Aan de andere fronten is niets veranderd.
Tozr üzoo.
DE „HARPTYCE" GETORPILLEERD.
Zaterdagmorgen te 10 uur is het stoomschip „Har-
patyce", van het Amerikaansche Steuncomité voor de
Belgen, zonder voorafgaande waarschuwing bij het
lichtschip Noordhinder getorpilleerd door een Duit
schen onderzeeër. Het schip zonk binnen 5 minuten,
zoodat de bemanning geen tijd had de booten uit te
zetten.
Het stoomschip „Elizabeth" van de Holland-Ame-
rika-lijn, dat tegelijkertijd' uit Rotterdam was vertrok
ken, zette onmiddellijk booten uit en redde 22 man.
De eigenlijke bemanning bestond uit ChCineezen, van
welke er 5 gered zijn door de „Constnce Catharine".
In het geheel telde het schip 42 opvarenden.
De „Elizabeth" keerde met de geredden naar Rotter
dam terug. Het Amerikaansche schip „Rugby" nam
nog twee man op.
Zes officieren zijn gered, de kapitein is hoogstwaar
schijnlijk verdronken. Twee Chineezen en twee offi
cieren kwamen gewond te Rotterdam aan.
EEN SCHANDAALZAAK.
Door de Duitschers was het Zweedsche stoomschip
„England", geladen met maïs en zemelen, naar Stettin
opgebracht om daar gelost te worden. De lading was
door de Zweedsche staatsproviand-commissie in Ame
rika aangekocht voor het Zweedsche rijksverbond van
landbouwers. Dit rijksverbond had een deel van de
lading verkocht aan de provinciale afdeeling te Gefle,
welke afdeeling haar aandeel weer had overgedaan
aan een van haar leden. Deze particulier verkocht dit
echter weer aan een Duitsche firma, die de Duitsche
marine waarschuwde. Deze zorgde, dat het schip op
gebracht en de lading der Duitsche firma gelost werd.
Van Zweedsche zijde tracht men nu het niet aan de
Duitschers verkochte deel der lading te redden.
EEN LASTIG GEVAL.
Volgens een bericht uit Petrograd, heeft onlangs
aan de Bulgaarsche grens bijna een ontmoeting
plaats gehad tusschen den Duitschen generaal-veld-
maarschalk von der Goltz-Pascha en den Franschen
generaal Pau Toevallig kwamen beiden tegelijkertijd
in Roestsjoek, hetgeen het Bulgaarsche stationsperso-
neel in groote verlegenheid bracht. Toch gelukte het
hun tenslotte met groote moeite een persoonlijke
ontmoeting der beide tegenstanders te voorkomen;
terwijl dé heer von der Goltz het salonrijtuig door de
eene deur verliet, stapte generaal Pau de wagon door
de andere deur binnen.
EEN INTERVIEUW MET DEN PAUS.
Carl von Wiegandt, de correspondent van de „New-
York World" heeft een intervieuw met den Paus gehad,
waarin deze o.m. aan het Amerikaansche volk vroeg,
zonder ophouden en zonder eigenbaat voor den vrede
te arbeiden, opdlat het aan bloedvergieten en aan de
verschrikkingen van den oorlog zoo spoedig mogelijk
een eindfe wordt gemaakt.
„Wanneer uw land alles vermijdt wait den oorlog
kan verlengen waarbij het bloed van honderdduizenden
vloeit, dan kan Amerika door zijn grootheid en zijn in-