Van bet westelijk oorlogsterreln.
Yi 1st ziiili irlöffeim
FEUILLETON.
DE WELDOENSTER
NEDEKLAND.
Telegrammen yan heden.
Nederland.
ia een militair hospitaal, waar twintig gewonden een
prooi der vlammen werden.
Oerwraal de Wet heeft zijn jongste dochter door
ziekte verloren. Hij is onder bewaking, herhaaldelijk
aan haar ziekbed geweest en heeft de begrafenis bijge
woond.
DE DUITSCH-NEDERLANDSCHE INCIDENTEN
In verband met de Duitsch-Nederlandsche scheep
vaart-incidenten is men, naar de Telegraaf meldt, in
welingelichte kringen te 's-Gravenhage van meening,
dat de Duitsche regeering, zoowel wat de „Medea" als
de „Zaanstroom" en „Batavier V" betreft, zich op het
standpunt der Declaratie van Londen zal stellen. Ons
gouvernement zal echter de wettigheid van dit stand
punt betwisten en in geen geval met een ongunstige uit
spraak van een Duitsch prijzenhof genoegen nemen.
Mocht een Duitsch prijzenhof op grond der Declaratie
van Londen de „Zaanstroom" en „Batavier V" ver
beurd verklaren en het in den grond boren van de „Me-
dtea" sanctioneeren, dan zal onze regeering voorstellen,
deze kwestie na afloop van den oorlog voor een Hof
van arbritrage te brengen.. Daar naar alle waarschijn
lijkheid Duitschland een dergelijk voorstel zal aanvaar
den, is het thans reeds zoo goed als zeker, dat de veel
besproken scheepvaart-incidenten op vredelievende wij
ze zullen worden bijgelegd.
VERGOEDINGEN AAN GEMOBILISEERDEN.
De Minister van Oorlog beeft op een schriftelijke
vraag van het Kamerlid Duymaer van Twist medege
deeld, dat het overleg van de Commissarissen der Ko
ningin met de burgemeesters in him provinciën ter be
vordering eener meer gelijkmatige toepassing van de
vergoedingsregelen voor de gezinnen van miliciens en
landweermannen, die onder de wapenen zijn, in som
mige provinciën reed3 heeft geleid tot het verstrekken
van een leiddraad, waarnaar zich de burgemeesters bij
de vaststelling van de vergoedingsbedragen kunnen
richten. In andere provinciën is eenzelfde maatregel te
wachten.
Ter beantwoording van een drietal vragen van den
heer Albarda is een antwoord bij de Tweede Kamer
ingekomen van de Ministers van Oorlog en van Mari
ne, waaruit blijkt, dat, voor zoover uit de bij hun de
partementen ingekomen vergoedingsbescheiden valt op
te maken, de maatregelen ter bevordering van een ge
lijkmatige toepassing van het vergoedings-instituut
tot bevredigende uitkomsten hebben geleid.
Het is genoemden Ministère niet bekend, dat er vele
gemeenten zouden zijn, waar te lage vergoedingen
worden toegekend of rechtmatig toekomende vergoe
dingen worden geweigerd'. Mocht dit nog voorkomen,
dan zal het overleg tusschen de Commissarissen der
Koningin en de burgemeesters daarin verbetering kun
nen brengen.
Naar aanleiding van een vraag van den heer Albar
da om de vergoedingen zoo noodig op hoogere be
dragen te bepalen, antwoorden de Ministers, dat, be
halve de wettelijke bepaling van het maximum-ver
goedingsbedrag er slechts eén andere bepaling is, die
v rhooging boven een zeker peil buitensluit. Deze
paling houdt in, dat niet meer vergoeding mag wor-
n toegekend' dan het bedrag, hetwelk de dienstplich-
ft in het gezin inbracht, verminderd met de som,
ie hij aan het gezin aan levensonderhoud kostte. Deze
bepaling is redelijk en noodig, en sluit geheel aan bij
de bepaling der wet, die strekt om het behoud van het
noodige tot levensonderhoud te verzekeren, in zoover
het ontbreken van dit noodige het gevolg zou zijn
van de dienstvervulling van den dienstplichtige. Voor
wijziging van de besluiten en instructiën betreffende
de toekenning van vergoeding bestaat dan ook, wat
dit punt betreft, volgens genoemde Ministère geen
aanleiding.
ZILVERBONS.
De Minister van Financiën brengt in de Staats
courant in herinnering, dat de zilverbons van ƒ1,
en 2,50 (ouden vorm), welke op 6 April 1915 buiten
omloop zijn gesteld, tot en met 14 April 1915 (mor
gen) kunnen worden ingewisseld aan de kantoren der
betaalmeesters en van de ontvangers der directe be
lastingen, alsmede aan de postkantoren (met inbegrip
van de bijkantoren). Het publiek wordt derhalve met
aandrang verzocht de nog in zijn bezit zijnde bons
van 1,— en van 2,50 (ouden vorm) uiterlijk 14 dé
zer maand aan een der bovengenoemde kantoren ter
inwisseling aan te bieden.
EEN OUD-NEDERLANDER VEROORDEELD.
De oud-Nederlandsche predikant dr. van der Weg,
sinds vier jaren in Zuid-Afrika, is, naar het Chr.
Schoolbl meldt, door het rondgaande hof te Lindley,
O. V. S., tot drie maanden en twee weken en nog een
terechtwijzing veroordeeld op aanklacht van seditie
(oproer) 'enz. Tot zijne veroordeeling had bijgedragen
eene uiting van anti-Britsche gevoelens in een brief
aan zijne stiefmoeder hier te lande, welke brief door
den censor geopend en teruggehouden was.
EEN VERBETERD BERICHT.
Het verbod namens den territorialen bevelhebber in
Zeeland aan de dagblad-correspondenten in die pro
vincie uitgevaardigd, luidt woordelijk als volgt: „Dat
het van bijzonder belang wordt geacht, dat door cor
respondenten van couranten enz geen mededeelingen
geschieden nopens troepenbewegingen, zoo tnin van
het Nederlandsche als van buiten landsche legers. Mits
dien wordt dit door mij verboden."
door de schrijfster van
„Elizabeth and her German Garden".
76) o
Hij draaide zich plotseling om. Het gevoel, dat zij
zoo dicht bij hem stond, nam het laatste beetje zelfbe
dwang weg. „Je weet dat ik je liefheb", zei hij met
een stem, trillende van hartstocht.
In een oogenblik verdween alle kleur van haar ge
zicht. Zij stond heel Istil, en raakte hem bijna aan, het_
was of zij zich niet durfde bewegen. Haar oogen wa-'
ren op de zijne gevestigd met een verschrikten, starren
blik.
„Je weet het. Je hebt het al lang geweten. Wat zal
je nu tot mij zeggen?"
Zij keek hem aan, zonder te spreken, zonder zich te
verroeren.
„Anna, wat zal je tot mij zeggen?" riep hij uit; en
hij greep haar handen en kuste die; hij wist nauwe
lijks wat hij deed, buiten zich zelf van liefde.
Zij stond hem wanhopig aan te zien. Zij voelde zich
weë en ziek. Ze had een allertreurigsten dag gehad en
was geheel overstelpt door dit laatste ongeluk. Haar
beste vriend Axel was weg verloren voor altijd.
Die heerlijke vriendschap was weg. In plaats van den
vriend, dien zij zoo zeer noodig had, van de vriend-
hap die haar zulk een steun gaf kwam dit nu.
„Zou u zou u mijn handen alsjeblieft willen los
ten", zei Ze met zwakke stem. Zij kende hem niet
eer. Was het mogelijk, dat deze hevige liefde voor
aar was? Zij kende zich zelf zoo goed o, zij wist
oo goed wat het was, waarvoor hij zijn hart scheen te
breken Hoe wonderlijk, hoe onuitsprekelijk droevig,
In het gisteren aan N. Rott. Ct. ontleend bericht
hieromtrent stond„dat volgens de opvamng van ueu
bevelhebber het opzenden van oerionen over oorlogs
gebeurtenissen in de nabijheid van de grenzen in
strijd is met de neutraliteit van ons tand.;-
VELOVEN AAN GEMOBILISEERDEN.
In antwoord op scnritteiijke vragen van het Kamer
lid Albarda heeft de minister van oorlog meegedeeld,
dat het niet de bedoeling is om de regeling der z.g.
iandbouwverloven voor gemobiliseerden te doen gelden
voor arbeiders van industrie en landbouw, teneinde
dezen in staat te stellen den grond, waarop zij levens
middelen voor bun gezinnen verbouwen, behoorlijk te
bewerken. De minister kan die regeling niet tot be
doelde arbeiders uitbreiden, daar dam het getal per
sonen, dat aan d sterkte van de onder de wapenen zijn
de manschappen tijdelijk wordt onttrokken, te groot
zou worden. Alleen wanneer de te bewerken grond
een voor arbeiders bijzonder groote oppervlakte be
slaat, b.v. meer dan een hectare, zal in overweging
kunnen worden genomen, hen te rekenen tot degenen,
aan wie landbouwverlof wordt verleend.
Ter beantwoording van eten vraag van het Kamerlid
De Jong heeft de minister van Oorlog medegedeeld,
dat omtrent de veriofsaanvragen van onder de wape
nen zijnde veehouders, evenals omtrent die van de
landbouwers, advies wordt ingewonnen bij een voor
eike provincie aangewezen landbouworganisatie. Van
den inhoud van het advies hangt af, of de aanvraag
wordt ingewilligd en, zoo ja, voor welken duur. De
duur is zeer verschillend.
Den heer De Muralt, die gevraagd had om een uni
formen maatregel voor het verleenen van tijdelijk ver
lof aan onder de wapenen zijnde landbouwers, heeft de
minister verwezen naar het antwoord, aan den hpprr De
Jong gegeven.
KON. NAT. STEUNCOMITé 1914.
De 33e lijst van ingekomen bijdragen van 28 Maart
tot en met 3 April bedraagt totaal 58,301.04. Hier-
bij, is een storting van 50,000 van het Centraal Comi
té voor Ned.-lndiè te Batavia.
Het totaal dier ontvangen bijdragen en toezeggingen
is thans gestegen tot 1,984,398,92^.
BINNENLAND.
Gemengd Nieuws.
STAATSLEENING 1914.
De minister van financiën maakt bekend, dat op de
Staatsleening 1914 is gestort een bedrag van
271,021,000.
De minister van financiën deelt verder nog in de
St. Crt. mede, dat tot en met 10 dezer uit de opbrengst
der Staatsleening 1914 aan provinciën en gemeenten
uit 's Rijks schatkist rentedragende voorschotten zijn
toegezegd tot een gezamenlijk bedrag van 31,279000
waarvan was uitbetaald of betaalbaar gesteld een to
taal bedrag van 11,148,400.
WERKLOOSHEIDVERZEKERiNG.
De op 14 dezer te Utrecht te houden bijeenkomst
van bestuurders van gemeentelijke werk ino/^nu.nriK^
ter bespreking van moeielijkheden, bij de uitvoering
van de noodregelmg inzake werkloosheidverzekeruig
gerezen, zal worden bijgewoond door afgevaardigden
van ongeveer tachtig gemeentelijke fonusen, terwijl
van een dertigtal nog bericht verwacht wordt.
DE HARWICHUJN.
Naar het i landeisülad uit goede oron verneemt, zaï
met de boot van de Harwxchiijn weer een Deperkte
passagieisuienst worden geopend.
STAND DER WINTERGEWASSEN.
In het overzicht, van den stand der wintergewassen
op 9 April j.l. wordt de stand van het koolzaad in
Noord-fiolland zeer goed genoemd, die van de karwij
is matig.
UIT HOORN.
In de vacature Prins (S. D. A. P.) werden gisteren
officieel candidaat gesteld voor het raadslidmaatschap
dezer gemeente de heeren J. te Lintel Hekkert (A.-R.)
en H. Wihnea (Ltb^.
UIT WIERINGERWAARD.
Voor rekening van het Polderbestuur werd publiek
aanbesteed het bouwen van twee arbeiderswoningen.
Laagste inschrijver was de heer Joh. Schenk te Bar-
singerhorn voor 2585, aan wien het werk is gegund.
De begrooting was 2650.
UIT GRAFT.
Door Burgemeester en Wethouders dezer gemeente
zijn op de voordracht voor onderwijzeres aan de open
bare lagere school te West-Graftdijk geplaatst de da
mes: G. Bakker te Opmeer, Z. Sieffers te Oost-Graft-
dijk en G. N. Smit te Kwadijk.
UIT HEERHUGOWAARD.
Bij de Herv. Gemeente alhier werden in het kies
college gekozenvoor de vacature A. Koelemeij de
heer C. Groot Dz. en voor de vacature Jb. Hoogland
de heer Chr. Vis.
UIT HENSBROEK.
Na nauwkeurige onderzoekingen en vele bespre
kingen inzake het eventueel op, te richten electriciteits-
bedrijf besloot onze gemeenteraad de eerst vastgestelde
prijs van 25 ct. per kilowatt-uur te verhoogen tot 30
ct„ met het oog op de rendabiliteit van het bedrijf. In
verband met deze prijsverandering worden onze ge-
meemenaren opnieuw bezocht, terwijl dan tevens het
aantal begeerde lichtpunten nauwkeuriger kaa worden
opgegeven.
dat een goed menaeh als Axel lijden moest ter wille
van haar. Eu zelfs te midden van baar angst en ellen
de, kon zij de gedachte niet van zich afzetten dat, als
zij er bij toeval uitgezien had ais de barones of als
Fraulem Kuhrauber, en innerlijk dezelfde gebleven
was, hij zijn hart niet om harentwille had laten bre
ken. „Och, laat mij los fluisterde zij, en zij keer
de haar hoofd af en sloot de oogen, daar zij de liefde
en wanhoop in zijn oogen niet langer kon aanzien.
„Maar vrat zult u mij antwoorden?"
„Och, dat weet u wel dat weet u wel
„Maar u trekt u altijd het lot van menschen die lij
den zoo aan
„O zwijg o zwijg!"
„Neen, ik wil niet zwijgenik ben veroordeeld ge
weest toe te zien, terwijl u uw liefde verkwist aan men
schen die u niet noodig hebben, die liever niet willen,
die er niet van gediend zijn die niet weten hoe kost
baar ze is, hoe onschatbaar, terwijl ik honger en dorst,
o sterf van verlangen naar, één droppel van die liefde
Zijn stam beefde en nogmaals bedekte hij haar
handen met kussen, die haar inwendig schenen te ver
zengen.
Het was vreeselijk. Zij was inwendig nog nooit ver
zengd. Er moest iets gedaan worden om het hem te
beletten. Zij kon daar niet altijd blijven staan met ge
sloten oogen en haar handen laten kussen. „Please
laat mij los," smeekte zij zacht en in haar wanhoop
begon zij te schreien.
Dadelijk liet hij haar los en daar stond zij voor hem
te schreien. Hoe vreeselijk was het haar vriend te ver
liezen, genoodzaakt te wezen hem pijn te doen. „Het
was nooit in mij opgekomen, dat u En zij schreide.
„Wat, dat ik u liefhad?" vroeg hij ongeloovig maar
vriendelijker, overwonnen door haar groote smart. Zijn
gezicht begon een wanhopige uitdrukking te krijgen.
Zij schreide omdat zij bedroefd was om hem.
„Ik weet het niet ik geloof dat ik het gedroomd
heb verleden eens of twee maal maar ik heb
Benoemd als onderwijzer met teekenacte aan de
scnooi voor Jager en méér uitgebreid iager onderwijs
te Zierikzee de heer D de Jong, aihier.
UIT EGMON D-BINNEN.
Zondag gaf de Fanfare „Eensgezindheid" een con
cert in café Swart. De muziekstukken onder leiding
•van den directeur P. Kuijs werden flink uitgevoerd en
ook het tooneelstukje „Peer van Zundert" en de voor
drachten vielen zeer in den smaak van het talrijke pu
bliek. Een gezellig bal besloot den avond.
KORTE BERICHTEN.
Mie van der Linden, bekend onder den naam van
„Mie de giftmengster", die een 25-tal jaren geleden te
Leiden ongeveer 20 personen, volwassenen en kinde
ren, heeft vergiftigd, teneinde aldus geld machtig te
worden uit ziekenfondsen, is in hoogen ouderdom in
de gevangenis te Gorinchem overleden.
De voorzitter van de vereeniging Tehuis voor
Belgische kinderen te Amsterdam heeft van de Chris
tian Herald Hollandsche commissie voor steun aan
weduwen en weezen in den oorlog een comité, in
het leven geroepen door the Christian Herald te
Nieuw-York, 5000 gekregen om daarvoor een door
gangshuis voor Belgische kinderen te huren en in te
richten.
Waar na 12 Maart niet meer voor uitvoer is ge
slacht, berustte het gisteren vermelde bericht, waarin
een conclusie werd getrokken uit het aantal varkens in
Februari en Maart in het abattoir te 's-Gravenhage ge
slacht, niet op goede gronden.
Te Urk zijn weer twee geïnterneerde officieren
van de Wierickerechans aangekomen. Met het elftal
reeds op het eilandje aanwezige geïnterneerden zijn
ze ondergebracht in het nieuwe dépót, dat plaatsing
verleenen lean aan 52 geïnterneerden.
Het Dfciitsche stoomschip „Main", dat van het
begin van den oorlog af te Vlissingen in de binnen
haven lag, heeft de haven verlaten en moest gisteren
naar Antwerpen vertrekken.
HET DUITSCHE LEGERBERICHT.
BERLIJN, 13 April. (Officieel). Het groote
hoofdkwartier meldt: De Franschen beweren 150
bommen op maritieme stations en gieterijen te
Brugge geworpen te hebben. In werkelijkheid
werden negen bommen bij Ostende en twee bij
Brugge gowrpen, zonder schade aan te richten.
Wij wierpen in den afgeloopen nacht rijkelijk
bommen op de door de Engelschen bezette plaat
sen Poperinghe, Hazebrouck en Cassel.
Bij Berry au Bac drongen de Franschen voor
waarts tot in onze loopgravenlinie, maar werden
direct teruggeslagen.
Een vijandelijke vlieger-aanval in de streek ten
oosten van Reims, mislukten. Ten N.-O. van Suip-
pe weiden tegen ons weder projectielen met ver-
doovende gassen gebruikt. Tusschen Maas en
Moezel werden Fransche aanvallen op afzonder
lijke plaatsen met groote hevigheid, maar zonder
succes voortgezet. Drie aanvallen in de voormid
daguren ondernomen bij Maizeray, ten O. van
Verdun, werden onder zware verliezen gestuit.
Aanvallen die des middags en des avonds bij
Marcheville, ten Z.-W. van Waizeray werden on
dernomen en waarbij de vijand met sterke colon
nes voorwaarts rukts, namen een geleidelijk ver
loop.
Een aanval, die heden bij het aanbreken van den
dag aan het front Maizeray, Marcheville gevoerd
werd, werd onder zeer belangrijke verliezen voor
den vijand teruggeslagen.
In het Prieterwoud werden over dag en des
nachts hardnekkige gevechten van man tegen
man geleverd, waarhij wij langzaam terrein won
nen.
Ten Z. van de Harimannsweilerkopff werden
gisteravond Fransche aanvallen afgewezen.
In hei Oosten is de toestand onveranderd.
''hÉt^lF'tt'ANStilft'ÉTEGBRBÏiStïïir
PARIJS, 13 April. Het communiqué van gis
teravond elf uar luidde: Een Duitsehe tegenaanval
te Las Eparges op Maandagochtend om half vijf
werd afgeslagen. Een vijandelijke aanval op Zon
dagavond in het Prêtrewoud werd zonder moeite
tot staan gebracht. Een Duitsch luchtschip wierp
Maandagochtend bommen op Nancy, waardoor
twee branden veroorzaakt werden, welke spoedig
gebluscht waren.
HET RGSSISCHE LEGERBF.RISHT.
PETROGRAD 13 April (Officieel). Ten
Westen van de Midden Njemen werden op 11
April gedeeltelijke gevechten geleverd. Bij Os-
sowits en in de streek bij jodwalomo en tns-
schen Ptssa en Omedef had een artiileriege-
vecht plaats. Een aanval der Duitschers op het
dorp Szafrankl mislukte. In de Karpaten hebben
wij op 10 dezer door vuren op korten afstand
nooit getfroc d dat het zoo erg was dat u - dat u
zulk s en - zulk een vulkaan w§s. Ach Axel, waar
om beu je een vulkaan?" riep ze uit, en zij sloeg de
oogen naar hem op, terwijl de tranen haar langs de
wangen reiden. „Waarom héb je alles bedorven? Het
was eerst zoo prettig. Wij waren zwikt goede vrienden
En nu hoe kan ik goede vrienden zijn met zulk een
vulkaan?"
„Anna, als je met mij spotten gaat
„O neen, neen alsof ik dat zou willen alsof Ik
zoo iets vreeselijk» kon doen. Maar wij moeten niet
zoo tragisch zijn. Ge kent mijn plannen ge kent
mijn plannen, van het begin tot het eind, hoe kan ik nu
met iemand trouwen?"
„Lieve hemeldie vrouwen die vrouwen die niet
gelukkig zijn, die uw geluk verknoeid hebben, zullen ze
mijn geluk ook bederven het onze, Anna?" Hij
greep haar arm alsof hij haar, het kostte wat het wilde
wilde döen ontwaken uit een noodlottigen slaap. „Wou
je zeggen dat je mijn vrouw zou willen worden als die
menschen er niet waren?"
„Och, als je nu maar niet zoo tragisch wou wezen."
„Meen je dat dit de reden is?"
„Nu, is dat geen reden genoeg
„Neen. Indien je iets om mij gaf zou het geen reden
hoegenaamd zijn.'
Zij schreide bitter. „Maar dat doe ik ook niet,"
snikte zij. „Zoo niet niet op die manier. Het is af
schuwelijk van mij niet te ik weet hoe goed u is, hoe
vriendelijk, hoe hoe van alles. En toch kan ik niet.
Ik weet niet waarom niet, maar ik kan niet. O Axel,
het spijt mij zoo kijk toch niet zoo ongelukkig ik
kan het niet uitstaan."
„Maar wat kan het je schelen hoe ik kijk, als je
toch niets om mij geeft."
„Ach! ach!" snikte Anna handenwringende.
Hij vatte haar bij de pols. „Maar kijk mij eens aan."
Maar zij wou hem niet aanzien.
„Kijk mij eens aan. Ik geloof niet dat je je eigen
een sterke vijandelijke legermacht afgeslagen,
d!e ons eenige malen achtereen had aangeval
len. Wij maakten eenige vorderingen, terwijl
zich een hevig gevecht ontwikkelde in de streek
van den Oeszok-pas, dten de vijand nog steeds
behield. Wij veroverden drie kanonnen en
maakten ongeveer 700 krijgsgevangenen. In de
streek van Stryj sloegen wij de aanvallen af
aan het front bij Rosocasz Crauzik, Koziefka
en Rizamkawaarbij de vijand ontzaggelijke
verliezen leed.
De vijand houdt sedert den 9en de hoogte
992 bij Kozioefka bezet. De aangrenzende stel
lingen zfjn In onze handen gebleven. Van de
andere seetoren vallen geen bijzonderheden te
vermelden.
MIJNEN.
'b-GRAVENHAGE, 13 April. Sedert het uit
breken dei- vijandelijkheden zijn thans tot 1 April
j.l. in het geheel 487 mijnen op onze kust aange
troffen, aldus naar oorsprong verdeeld: Engel-
sche 259, Fransche 54, Duitsche 28, onbekende
oorsprong 146.
EEN VLIEGTUIG BOVEN WALCHEREN.
MIDDELBURG, 13 April. Hedenmorgen ma
noeuvreerde geruimen tijd boven Walcheren een
Duitsche tweedekker, die uit Oostelijke richting
kwam en weer in die richting verdween. De inzit
tenden lieten boven Middelburg een bus vallen,
waaruit papieren vielen. Deze bus is teruggevon
den, de papieren echter nog niet. Door de mili
taire wacht werd het vliegtuig beschoten. Het
keerde terug en landde bij Goes. Beide inzitten
den, een officier en een mindere, zijn geïnterneerd.
Volgens sommigen zou nog een ander vliegtuig
zijn gezien.
OPPOSITIE IN DE S. D. A. P.
'a-GRAVENHAGE, 13 April. Morgenavond
zal alhier door verschillende invloedrijke letten der
Haagscfae federatie der S. D. A. P. naar aanlei
ding van de op het Paascheongres der partij geno
men beslissing inzake het nationale standpunt en
de landverdediging, een vergadering worden ge
houden, om van gedachten te wisselen over de
wijze, waarop het best zal kunnen worden stel
ling genomen tegen de nationale richting.
In den loop dezer week zullen ook in andere af
deel ingen van het land dergelijke bijeenkomsten
plaats hebban.
STADNIEUWS.
DIEFSTAL VAN EEN STUK MIJN.
Den len Maart spoeldë op het strand te Egmond
aan Zee een mijn aan, welke den daarop volgenden
dag door de kustwacht tot ontploffing werd gebracht.
Onder de belangstellenden in dit buitengewone kar
weitje behoorde ook de visscher T. Z. Hij zag dat een
„flinke scherf" in zee vloog het was hoog water. Z.
hield die plaats in zijn gedachten en tegen den avond,
toen het laag water was, ging hij met een kriel (mand)
op den rug het strand op. Het duurde al niet lang of
hij stootte met zijn voet tegen iets hards, dat onder het
zand bedolven was. „Jan, je bent net te laat'' zei Z.
triomfantelijk tegen den timmerman J v d Plas, die
daarop wel zoo welwillend was het zware stuk koper
in de mand te leggen. Bekl.'s schoonzoon was met het
kopei naar Alkmaar gegaan, waar het aan Hambur
ger, die eerst 7 bood, tenslotte voor ƒ11.23 werd
gekocht. De schoonzoon kwam wel weer in Egmond
aan Zee, maar het geld met, want de Alkmaarsche po-
l'tie had het hem afgenomen.
Z., die vanmorgen voor de arrondissements-recht-
bank terecht stond, ontkende het koper wederrechtelijk
te hebben meegenomen, hij had er niet over gepiekerd
of dit koper misschien zou toebehooren aan den Staat
der Nederlanden of het militaire gezag, maar zich ge
steld op het standpunt: „Wat men in de lucht laat
springen, daar wil men niets meer van hebben!"
v. d. Plas, die zei 's avonds wat op het strand te heb
ben geloopen, omdat het lichte maan was en ook eenigs
zins uit nieuwsgierigheid de president oordeelde,
dat het wel alleen om wat te vinden geweest zou zijn
v. d. P. had n.l. ook het springen van de mijn gezien
(„op een afstand", voegde hij er uitdrukkelijk aan toe)
verklaarde evenals Z. dat de militairen de grootste
stukken van de gedemonteerde mijn hadden meegeno
men, maar de kleinere hadden laten liggen, waaivan
verschillende personen als souvenir iets hadden mee
genomen.
Het O. M. achtte bekl. niet te goeder trouw. Het
vorderde ƒ10 boete sub. 5 dagen hechtenis.
VOORDRACHTEN OVER INDIë.
De heer A. Boes, oud-inspecteur van het Inlandsch
onderwijs zal voor de afd. Alkmaar van het Ned. Ond.
Genootschap in de Unie een vijftal voordrachten over
Indië houden op 16, 21 26 en 30 dezer en 4 Mei resp.
over Bestuur enz.; het leven van den Javaan; Land
bouw, Nijverheid enz.GodsdienstenGroote cultuj.es.
Voor belangstellenden, ook buiten hei onderwijs, zijn
toegangsbewijzen verkrijgbaar bij het bestuur.-
Men verzoekt ons er ae aandacht op te vestigen, dat
de voordrachten beginnen om precies kwart voor acht
en om precies kwart voor tien eindigen.
NED. BOND VOOR VROUWENKIESRECHT.
Men verzoekt ons er even de aandacht op te vestigen,
hart kent. Ik moet je in de oogen zien. Die zijn al
tijd eerlijk geweest kijk mij aan."
Maar zij wou hem niet aankijken.
„Wil je dat dat alleen nu niet voor mij doen?"
„Er is niets aan te zien," zei ze schreiend, „er is
werkelijk niets aan te zien. He is vreeselijk van mij,
maar ik kan het niet helpen."
„Ja, maar kijk mij nu eens aan."
„O Axel, waar dient het voor je aan te zien riep
zijn in wanhoop uiten zij rukte haar zakdoek weg en
deed het.
Oplettend bekeek hij een oogenblik stilzwijgend haar
gezicht, alsof hij meende dat, indien Mj slechte in haar
ziel kon lezen, hij haar beter begrijpen zou dan zij het
zich zelf deed. Die lieve, dierbare oogen zij waren
vol medelijden, vol smartmaar hoe ernstig, hij zocht,
Mj kon niet andera vinden.
Zonder een woord te zeggen draaide hij zich om.
„Wees nu niet tragisch," zei ze smeekend en zij
volgde hem vol bezorgdheid een paar stappen. „Als je
nu maar niet tragisch bent, dan kunnen wij vrienden
blijven
Maar hij keek niet om.
Een dienstmeisje kwam de kamer binnen om het kof
fiegoed weg te nemen, Anna begreep dat het onmoge
lijk was haar betraand gezicht te verbergen voor den
onderzoekenden blik van het meisje. „O Johanna," zei
ze, „die arme barones is zoo ziek ze is zoo heel erg
En zij liet zich zelf in een stoel neervallen en ver
borg haar gezicht in de kussens en ze schreide zoo ze
nuwachtig en gaf zich over aan haar smart, hetgeen
een bewijs was van haar buitengewoon groote genegen
heid voor de barones.
„Gott, die arme Baronesse," betuigde Johanna zor
geloos. En voor zich zelf maakte zij de opmerking,
dat de freule zeker zooeven bedankt had voor een huwe
lijksaanzoek van den gnadigen Herr.
'"rrriiHi t 1 "Bw'rcjy^itissr-r*p ii 'arm
T -TT ^VT'-nn O TT TT—7 ft ft T"»T~\
L t k kV j kwhilNL>L.AVV AAlvL/.
i
Wordt v«rvi,l«d.