DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. IÏI1SÏI U Opleiding dlpl. A Costuumnaaien. Groote Paardenmarkt te ALKMAAR op Woensdag 21 April 1915. Indnstrieonderwijs. Huishoudonderwij s. No. 86. Honderd en zeventiende Jaargang. 1915 WOENSDAG 14 APRIL» FEUILLETON. DE WELDOENSTER Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door het geheele Rijk f 1.—. Afzonderlijke nummers 3 Cents. Telefoonnummer 3. Prijs der gewone Advertentiën: Per regel f0,10. Bij groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. te ALKMAAR °P Maandag 19 April 1915. BINNENLAND. Aanvang der Cursussen Mei a s. S1/?"jarige cursus, aanvangsleeftijd 12 Èt 13 jaar, schoolgeld f 25.—, f 20.—, f 16.—, f 12.50, f 10 en f 4.— per jaar. Onderw. vakken»ged. U/2 jaar: naaien en verstel len v. onderkleeding, voortgez. onderw. in Ned. Taal, rekenen, teekenen, strijken en vouwen der wasch. Oed. 2 jaarcostuumnaaien, teekenen, fr. handw. en boekhouden. Aanv. leeftijd 16 jaar, schoolgeld f 40.— jk jaar, voor leerl. die den 3i/2-jarigen cursus gevolgd heb ben v. f 25.— tot f 4 p. jaar. Opleiding dienstbode, duur van den cursus 2 jaar, aanvangsleeft. 12 h 13 jaar. Lestijden dagel. 2'/27 uur, Woensdagsavonds en den geheelen Zaterdag vrij. Leermiddelen kosteloos, schoolgeld f 0.20 p. week. Teekencursus, 1 les p. week, Woensdag van li/2—31/2 uuri f 25-~ P- Jaar' Cursus 1. h. naaien en verstellen v. onder kleeding, 1 h 3 maal p. week, f 15.— en f 30.— p. jaar. Cnrsns ln dekken, dlencü en voorsnijden, 6 lessen voor f 7.50. Aangifte voor al deze cursussen tot en met 30 April, Maandags en Vrijdags van 24 uur in het Burger weeshuis. Inlichtingen versferekt de Directrice J. F. BEUMER. door de schrijfster van „Elizabeth and her German Garden". 77) HOOFDSTUK XIV. Wat Anna in de dagen die volgden het meest ver langde, was een moeder. „Als ik moeder had," dacht zij niet ééns, maar telkens weder, en haar oogen had den zulk een peinzenden, verlangenden blik als zij dlat dacht „als ik maar een moeder had, een lieve moe der voor mij alleen, dan zou ik mijn hoofd tegen haar dierbaren schouder aanleggen en net zoo lang schreien totdat ik mij weer gelukkig voelde. Eerst zou ik haar alles vertellen, en het zou haar niet kunnen schelen hoe dwaas het ook was en het zou haar niet vervelen hoe lang het ook duurde, en zijn zou zeggen: „Mijn lieveling, je bent toch eigenlijk nog maar een klein kindje," en ze zou een beetje op mij knorren en mij veel kussen en dan zou ik haar rustig naar haar luiste ren, al dien tijd met mijn hoofd tegen haar lieve, zach te japon en ik zou mij zoo veilig voelen en zoo zeker en zoo lekker verzorgd, terwijl ze mij zei wat ik nu moest doen. Het is eenzaam en koud en moeilijk zon der moeder. Het huis was in algemeene verwarring. De barones was ontwaakt uit haar bewusteloosheid en was tot ijl hoofdigheid vervallen, en de doktoren, wetende dat zij gem familie om zich heen had. spraken openlijk van sterven. Er waren nu twee doktoren bij en twee ver pleegsters; Anna drong er op aan zelf ook mee te verplegen, zij gaf zich te meer moeite daar zij voelde de van hoe weinig belang het eigenlijk voor iemand ter wereld was of de barones in leven bleef ja of neen. Het waren allen vreemdelingen, de personen die deze zwakke vrouw in haar strijd tegen den dood bijstonden, en zij deden dat met de onverschilligheid, aan vreem delingen eigen. Een vrouw van middelbaren leeftijd, die waarschijnlijk sterven zou; indien zij stierf zou nie mand iets aan haar verliezen, en indien zij bleef leven kon het evenmin iemand schelen. Men kon van dokto ren en verpleegsters, die aan zulke dingen gewend wa ren, niet verwachten, dat zij. zulk een diepe belangstel ling zouden koesteren voor een onbelangrijk gevalme vrouw Von Treumann merkte op zijn minst eens per dag op, dat het schrecklich was en ging dan weer voort met haar borduurwerk; Fraulein Kuhrauber EEN „GEHEIMZINNIGE" FABRIEK IN HET GOOI. In de buurt van Bussum staat een „geheimzinnige" fabriek, waar althans oogenschijnlijk, niet gewerkt wordt, doch waar geheimzinnige tonnen worden heen gebracht en vanwaar niet minder geheimzinnige ton nen worden verzonden. Een handlanger van onzen Oostelijken buurman? Meo zou van een flfeawe blek te „tonitis" kunnen spreken. Een verslaggever van het Hbld. is op informatie ge weest. Inderdaad staat dé fabriek in kwestie, een elec- troradiatorenfabrieken stil. Ze heeft zelfs nog nooit ge werkt. Kort voor het uitbreken van den oorlog a hawerd de electro-enz. fabriek in dit fabrieksge bouw gevestigd, dat aan den heer Wolff toebehoort en door hem, wat het benedendeel aan de voorzijde betreft, aan genoemde fabriek werd verhuurd. Maar het bedrijf van den heer Wolff bleek in het overige deel van den fabriek, aan de achterzijde en op de bovenverdieping gevestigd. Dit bedrijf betreft o.a. de vervaardiging van chloor- zinkloog, dat gebruikt wordt als bederfwerend middel in de houtindustrie en in de textielindustrie dient om garens te sterken. Voor de vervaardiging daarvan wordt zinkafval gebezigd1, dat in tonnen wordt aange voerd; en het chloorzimkloog, dat er door bewerking met zoutzuur uit wordt verkregen, wordt eveneens in tonnen verzonden. De eleetroradiatorenfabriek staat nog steeds stil, wachtend op kapitaal. Maar de chloorzinkloogfabriek aan de achterzijde werkt, als het wachten tenminste niet is op zoutzuur, zooals thans het geval is. Ziedaar de eenvoudige verklaring van de geheimzin nige fabriek, die werkt terwijl ze stilligt. Om reeds bij voorbaat eventueel geschokte gemoede ren gerust te stellen, deelt het Hbld. mede, dat het niet onmogelijk is, dat de fabriek ook wel eens zinkafval zal krijgen uit.Duiltschland, met opheffing van het daar te lande bestaande uitvoerverbod. PASTEURISATIE VAN DE WEI. Blijkens de memorie van antwoord betreffende het wetsontwerp tot aanvulling van de wet van 20 Juli 1870 (Staatsblad no. 131), tot regeling van het vee- artsenijkundig staatstoezicht en de veeartsenijkundige politie, ligt het geenszins in de bedoeling om, nadat dit ontweiT? tot wet zal tzijn verheven, algemeene pasteuri- satie in alle fabrieken voor te schrijven. Bij de uitvoe ring der wet, zal integendeel de noodige gematigdheid worden betracht, ten einde langs zeer geleidelijken weg te komen tot een toestand, dat alle zuivelfabrieken de noodige inrichtingen hebben voor volledige toepassing der pasteurisatie. Uiteraard zal zoo ook rekening wor den gehouden met de mogelijkheid, dat in verband met de tijdsomstandigheden dé noodige pasteuriseerinrich- tingen bezwaarlijk ini het buitenland zijn te verkrijgen. Een behoorlijk toezicht op de naleving der wet, is in derdaad noodzakelijk, wil haar gezag geen schade lij den en haai" döel niet wordten gemist. Behalve door het gewone politiepersoneel, zal dit toezicht worden schreide een beetje, toen zij op weg naar haar slaapka mer de barones hoorde ijlen, maar zij schreide licht en voor ijlen was zij bang; de prinses begreep, dat de dood in dit geval een zegen zou zijn; en Letty en miss Leech vermeden het huis en brachten deze brandend warme dagen door rondzwervende in de bosschen, waar alles bloeide en tierde in vroolijkm overvloed. En Anna! al3 men haar ip de ziekenkamer zag, zou men denken dat zij de naaste, liefste bloedverwant was van de baronesen toch was het vuur dat haar beziel de geen liefde, maar alleen een eindeloos, onpeilbaar diep medelijden. „Als zij beter wordt, zal zij zich nooit meer ongelukkig voelen," was de gelofte, die An na in die dagen aflegde, toen zij meende de voetstap pen van den dood reeds op de trap te hoeren. „Hier of ergens anders waar zij maar wil zal zij wonen en gelukkig zijn. Zij zal inzien, dat haar arme zuster geen verschil gemaakt heeft, behalve dat er nu geen schaduw meer tusschen ons bestaat." Maar geioiten doen, wat helpt dat? Toen de tweede week in Juni was aangebroken, kwam er langzaam en aarzelend verandering ten goede in baar ziekte; en on middellijk nadat zij dat keerpunt had bereikt en de uit putting na die inspanning over was, werd zij twist ziek. „U zult een moeilijken tijd krijgen', had Axel ge zegd dien dag, toen luj hun vriendschap was komen verstoren; en dat was waar. Die moeilijke tijd begon, nadat het keerpunt achter den rug was, en hoe verder de barones zich van dat punt verwijderde, hoe dichter zij haar volkomen herstel naderde, hoe moeilijker werd het leven voor Anna. Want het hernam zijn gewonen loop en zij allen werden weer de ouden, dezelfde ou den, zelfs tot de schim van de nooit genoemde Lolli toe. Axel had wel gezegd dat ze die nooit van zich af zou zetten. Maar met dit verschil, dat de eigenaardig heden van mevrouw von Treumann en de barones meer uitkwamen dan ooit en dat geen een van het trio een woord met de twee anderen wou spreken. Mevrouw von Treumann was nog zeer vast aan het huis verbonden, zonder het geringste voornemen te laten blijken, te willen vertrekken. Zij dteed den gehee len dag niets anders dan op de lier liggen naar Anna en een gelegenheid af te wachten om weer over Karl- chen te beginnen. Anna was den onvennijdelijken dag, dat zij gevan gen moest worden, tot nu toe ontkomen; maar einde lijk kwam hij, en zij werd overvallen in den tuin, waarheen zij de wijk had genomen, om na te denken hoe zij het best toenadering zou krijgen tot de tot nu toe ongenaakbare barones en met haar over de bran dende kwestie Lolli spreken. uitgeoefend door ambtenaren van den veeartsenijkun- digen dienst. Zekerheid omtrent het besmettingsgevaar van onge- pasteuriseerde wei bestaat ook bij de seruminrichting te Rotterdam niet. Het ware echter een zeer bedenke lijk standpunt op het ongevaarlijke karakter der wel te vertrouwen. UIT SCHERMERHORN. Bij den jaarlijkschen kolfwedstrijd, gehouden door de leden van de alhier bestaande Kolfclub „Die red em", werden de prijzen behaald door de heeren P. Blokker met 112 punten, J. Smit met 109 punten, G. Langedijk en D. van Graft met 106 punten, terwijl de serieprijs werd behaald door den heer D. van Graft met 46 punten. De prijzen bestonden uit kunstvoor werpen. Tot tijdelijk onderwijzeres aan de openbare la gere school is benoemd mej. G. Hoogvorst te Schoorl. Tot administrateur van den Proeftuin is benoemd de heer Joh. Krul, in plaats van den heer J. de Leeuw, die als zoodanig had bedankt. Staats-Courant No. 85 bevat de akten betreffende de Naamlooze Vennootschap: Vereeniging tot het be reiden van kaas „Voorwaarts", in de Schermeer, ge meente Schermerhom. VAN TEXEL. Bij Koninklijk besluit is aan den opzichter bij 's Rijks kustverlichting te de Cocksdorp op Texel, den heer J. Buis Pzn., op zijn verzoek, wegens meer dan 65-jarigen ouderdom, eervol ontslag uit zijne be trekking verleend. KORTE BERICHTEN. Naar gebleken is, moet de medeplichtige aan den moord te Roosendaal niet zijn L. van Zundert, maar de harmonica-speler Jan Bogers te Breda, die nog ge zocht wordt. Hij is vermoedelijk te Antwerpen. Het Staphorster boertje heeft cassatie aangetee- kend tegen het vonnis der rechtbank te Heerenveen, waarbij hij wegens het onbevoegd uitoefenen der ge neeskunde is veroordeeld tot 50 boete of 50 dagen hechtenis. De zaak zal dus nu voor den Hoogen Raad dienen. In politieke kringen verwacht men, dat de behan deling van het Buitengewoon Krediet voor Oorlog in de Kamer vrij langen tijd1 zal vorderen. Men heeft o. a. reden aan te nemen, dat van sociaal-democratische zij de breedvoerige discussies zullen worden gevoerd. Naar het Handelsblad uit zeer bevoegde bron verneemt, heeft tusschen den Minister van Landbouw en zijn collega van Financiën van te voren geen over leg plaats gehad over de bekende circulaire ia zake de verschaffing van levensmiddelen van rijkswege voor on- en minvermogenden. Het nieuwgekozen Eerste Kamerlid voor Zeeland, mr. C. Lucassen, werd gisteren geïnstalleerd. In den nacht van Maandag op Dinsdag is inge broken in een pakhuis van de Nederlandsche Handels maatschappij aan de Boompjes te Rotterdam. Twee en Daar kwam mevrouw von Treumann plotseling aan; zij was zachtjes over het grasveld geslopen, zoo dat er geen tijd was om weg te loopen. „Anna", riep zij verwijtend uit toen zij Anna een beweging zag ma ken alsof zij wou wegloopen, en dat was ook zoo, „Anna, heb ik de pest?" „Ik hoop van niet", zei Anna. „Je behandelt mij precies of het wel zoo was." Anna zei niets. „Waarom blijft zij hier? Hoe kan zij hier blijven, na hetgeen er gebeurd is?" had Anna zichzelf vaak afgevraagd. Misschien kwam zij haar aanstaand vertrek aankondigen. Zij bereidde zich dus voor met een welwillend oor te luisteren. Zij zat in de schaduw van een bruinen beuk en keek naar de kalme zee en de kust van Rügen, trillende aan den overkant in den warmen nevel. Zij deed niets, het scheen dat zij nooit iets uitvoerde, zooals de da mes met haar ijverige vingers dikwijls opmerkten. „Blauw en wit", zei Anna, en zij keek naar de zee meeuwen en de lucht, om Frau von Treumann tijd te geven „de Pommersche kleuren. Nu begrijp ik waar die vandaan komen." Maar mevrouw von Treumann was niet naar buiten gekomen om over de kleuren van Pommeren te pra ten. „Mijn Karlchen is ziek geweest", zei ze, met de oogen op Anna's gelaat gericht. Anna keek naar de meeuwen boven haar hoofd te- het het donkere blauw. „Else ook", merkte zij op. „Lieve hemel", dacht mevrouw von Treumann, „wat een wrok." Zij legde haar hand op Anna's knie; déze nam er geen notitie van. „Kun je het hem niet vergeven?" zei ze vriendelijk. „Kun' je de onbescheidenheid van een oogenblik niet vergeven?" „Ik heb niets te vergeven", zei Anna, met al haar aandacht aan de zeemeuwen gewijd; de eene kwam plotseling naar beneden en rees weer omhoog met een visch in zijn bek, de schubben schitterden een oogen blik in de zon. „Het is mijn zaak niet. Het is aan Else hem vergiffenis te schenken." Mevrouw von Treumann begon te schreien; deze manier om dé zaak te beschouwen was zoo wanhopig onverstandig. Zij haalde haar zakdoek uit. „Wat moet zij er een massa gebruiken", dacht Anna; zij had nog nooit menschen ontmoet, die zoo veel en zoo gemak kelijk schreiden als de Uitverkorenen; zij was tegen woordig heelemaal gewend aan roode oogende een of andere van haar zusters had ze bijna dagelijks, want hoe verder hun oude lichamelijke kwellingen en echte bezorgdheid achter hun lagen, hoe teederder en dertig blokken Bankatin, elk blok wegendë 35 kilo gram en een gezamenlijke waarde van 2400 tot 2500 vertegenwoordigende, zijn gestolen. Aan P. Hendriks en A. Mulders te Bergem (L.) is het verblijf ontzegd' van het in staat van beleg ver- keerend gebied. Ze zijn door dé marechaussees naar Arnhem gebracht. Gisternacht is aan de grens te Valkenswaard de milicien de Groof, terwijl hij op wacht stond, door een smokkelaar, dien hij wilde aanhouden, in de kuit geschoten, waardoor een ernstige schotwond ont stond. De Koningin-Moeder heeft gisteren ontvangen den heer von Kühlmann, belast met de tijdelijke waar neming van het Duitsche gezantschap. Door de Amsterdamsche politie is een 20-jarige bewoonster van de Servaes Noutstraat aangehouden. Het meisje moet aan haar familie buiten de stad tele grammen hebben verzonden, onderteekend met een valschen naam, en op deze wijze haar bloedverwanten hebben bewogen geld te zendén. Te Bergen op Zoom is aangehouden een 18-jari- ge dienstbode uit Rotterdam, verdacht van diefstal van 700 en zes spaarbankboekjes met een ingeschre ven bedrag van 600. STADNIEUWS. ARRONDISSEMENTSRECHTBANK. Zitting van 13 April. Tegen den Helderschen timmerman K- K. werd 25 boete sub. 10 d. h. geëischt, omdat hij 7 Maart in staat van dronkenschap een ruit heeft ingeslagen in de wo ning van J. B. Muldérs, smid te Heidér. De Heldersche schoenmaker Th. M. v. N. (van de Marine gepensionneerd met 8 per week) heeft 19 Februari uit dé gang van F. J. Raebel, aldaar, een paar schoenen gestolen en deze verkocht voor 1.25 aan de koopvrouw Duifje Groen. Eisch 25 sub. 10 dagen hechtenis. De Hoomsche onderwijzer E. L. was in appèl ge komen van een vonnis van den kantonrechter in zijn woonplaats, waarbij hij wegens het passeeren van het bekende voetpad over den spoorweg der H. IJ. S. M., terwijl de boomen bij den Koepoortsweg waren neerge laten, veroordeeld werd tot 3 boete, sub. 3 dagen h. Bekl. beriep zich op art. 7 alinea 4 van het algemeen spoorwegreglement en op het feit, dat niet kon worden bewezen, dat de trein in aantocht was, welke punten be strijding vonden bij den president. Het O. M. op wien bekl. een onaangenamen indruk had gemaakt door de wijze waarop hij zich volgens het proces-verbaal zou hebben uitgelaten tegen den agent van politie, die hem geverbaliseerd had, werd ƒ10 boe te sub. 5 h. gevorderd. De 19-jarige koopman J. S. te Heerhugowaard was 7 Maart in het café Molenaar aldaar. Daar toef de o. m. ook de landbouwer P. J. Entius. Belkl. bood Entius een half borrelglaasje vol bier aan. Entius weerde dit af en nu kwam er wat van het vocht op be- kl.'s pak. Hij nam daarop, naar twee getuigen ver klaarden, het'glaasje op en wierp het E. naar het ge- kwetsbaarder werden hun gevoelens. „Hij kon het niet uitstaan dat je bedrogen werdt", zei mevrouw von Treumann. „Zoodra hij het zeker wist van die vreeselijke zuster, kon hij niet anders dan zich ijlings hier naar toe begeven om je te redden. „Moeder", zet hij, toen hij bet begon; ie vermoeden, „als bet waar is, mag zij niet besmet worden." „O, Anna, je weet toch wel dat hij alleen aan jou denkt „Ozei Anna, „het kan mij niet schelen of ik be smet word." „Och lief kind, een mooi jong meisje moet zoo op passen en er heel veel om geven." „Nu, ik geef er toch niet om. Maar u zelf? Is u niet bang voor voor besmetting?" Zij schrikte van haar eigen durf toen zij dit gezegd had en zou voor niets ter wereld mevrouw von Treumann hebben aan gekeken. „Neen, lief kind", antwoordde deze dame op een toon tot tranen toe bewogen van liefheid, „ik ben te oud, het kan bij mij in geen enkel opzicht kwaad met rare menschen in aanraking te komen." „Maar ik dacht dat een Treumannfluisterde Anna, meer en meer verschrikt over zich zelf, maar zij kon niet anders dan voortgaan. „Lieve Anna, een Treumann is nooit teruggedeinsd voor zijn plicht." Anna was tot zwijgen gebracht. Na die uitspraak kon zij niet anders doen dan naar dé zeemeewen kij ken. „Zul je barones dus houden?" „Als zij graag blijven wil ja." „Dat dacht ik wel. Het staat aan jou te beslissen wie je in huis wilt hebben. Maar wat zou je doen als die die Lolli overkwam om haar zuster te bezoe ken?" „Dat kan ik waarlijk niet zeggen." „Nu van één ding kan je zeker zijn", barstte me vrouw von Treumann vol geestdrift uit, „ik zal je niet verlaten, lieve Anna. Je positie is op 't oogenblik uiterst lastig, ik zal je niet verlaten." Dus zij ging niet weg. Met een zuchtje stond Anna op. „Het is hier vreeselijk warm", zei ze; „ik geloof dat ik even naar Else zal gaan." „O, ik wou je juist wat van mijn arm Karlchen ver tellen en nu ontloop je mij je wilt mij niet aan- hooren. Als ik in huis ben, is het in huis te warm. Als ik in den tuin kom, is het in den tuin te warm. Je wilt liever niet meer met mij in gezelschap zijn." ALKMAARSCHE ODRANT. „Wie?"

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1915 | | pagina 5