DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN De Oorlog. Van iet westelijk oorlogsterreie, Van let oostel oorlogsterrein. ra M IVEllltle. Vrijstellingen. No. 97. Honderd en zew®ntiende Jaargang, rr 3 mwlm. fOJ®, L h pi? ft— DINGDAG 10 et p, regel greets letters naar pliaternSmte» Brieyen fr, ft l Boek- en HandefciNkkerii y,t HBRlDls, COSTER S ZOON, Voorde Ct, Metaer, i 27 APRIL. Ter zee. DUÏTSCHLAND. FRANKRIJK. ALKMAAR, 27 April. Waar in de voorafgaande artikelen voornamelijk werd gesproken over de groote gewichten aan boord, mochten de torpedo en het aniti-torpedogeschut, als zijnde geen „zware" factoren, voorloopig wel terzijde gelaten worden. Toch zou het verkeerd zijn in een be schouwing over het geschut dit aanvals- en verdedi gingswapen geheel onbesproken te laten Het mocht eens kunnen blijken, dat het beslissende woord ten slotte komt uit een torpedo-lanceerbuisVroeger werd de torpedo slechts als een hulpwapen naast het ge schut beschouwd, omdat de afstanden, waarop zij bruikbaar was en hare trefkansen gering waren. In 1880 was de aanvangssnelheid van de torpedo 20 knoopen en haar afstand ongeveer 600 M., in 1895 bedroegen deze gegevens 30 .en 650 en tegenwoordig legt zij met een sneltreinsnelheid van 50 h 80 K.M. per uur een afstand van 10 kilometer af 1 Het anti-torpe- dogeschut, bij de Dreadnoughts 7,6 C.M., is de laatste jaren dan ook gestegen tot 8,8 en 12 C.M., terwijl zelfs 15 c.M. kanonnen tegenwoordig dienst moeten doen als bestrijders van het torpedogevaar. Dit gevaar dreigde tot dusverre slechts van schepen op zee. „Zooals de toestand op het oogenblik is schreef de Ned. luit.-ter-zee Putman Cramer in 1913 zal de onderzeeboot nog niet gebruikt kunnen worden voor die offensieve operaties, waarbij de vloot op grooten afstand van hare oorlogshavens zal moeten ageeren; of zulks echter in verband met de buitenge wone snelheid waarmede dit wapen zich ontwikkelt, nog lang zoo zal blijven, mag op goede gronden be twijfeld worden." Het is bij de oorlogservaring der afgeloopen maan den, vrij waarschijnlijk, dat ook de onderzeeërs een rol in dten beslissenden zeeslag zullen spelen. Verras singen daargelaten, zullen ze natuurlijk niet deelne men kunnen aan het gevecht dat wel in snelle vaart zal worden gevoerd, omdat daarvoor hun snelheid bij lange na niet toereikend is Maar niet onmogelijk zul len ze vóór den slag op een gunstig punt gestation- neerd liggen en zal het de tactiek van den vlootvoogd zijn, den tegenstander daarheen te drijven. Onwille keurig is men geneigd eenig verband te zoeken tus- schen de kruistochten der Duitsche vloot in de Noord zee en den stilstand in den onderzeeërskrijg aldaar. Ook de Engelsche onderzeeërs zullen wel reeds op post zijn, ze hebben daartoe tenminste volop gelegen heid gehad, wijl ze, sinds de zeeën schoongeveegd wa ren, anders niets te doen vonden. Wie weet, welke verrassingen er nog te wachten zijn I Was men er vroeger op uit zooveel mogelijk kanon nen op een oorlogsschip te plaatsen honderd was geen uitzondering 1 later heeft men het meer ge zocht in goed beschermd opgestelde kanonnen, maar daar deze bescherming een zwaar gewicht aan boord bracht, was beperking in het aantal stukken geschut noodzakelijk. Men begon dus de schepen op die plaatsen, waar „treffers" de ergste gevolgen konden hebben, te versterken door dikke ijzeren, later stalen en tegenwoordig nikkel stalen platen. Maar de wapen fabrikant vergrootte het geschut en daardoor de uit werking van het projectiel, zoodat de pantsering, wil de zij iets beteekenen, wel zwaarder moest worden. Dit nu heeft de wedstrijd tusschen pantsering en ge schut in het leven geroepen, welke geleid heeft tot steeds grootere afmetingen var de schepen, nog steeds niet geëindigd is en in de Dreadnought-politiek tot uiting is gekomen. Stond vroeger de artillerie van een oorlogsbodem verspreid opgesteld, daarna werden de zware stukken in het middengedeelte samengetrokken en daar werd de romp gepantserd. Maar langzamerhand heeft men de kanonnen geplaatst in groote gepantserde geschut- torens, waardoor èn het offensieve èn het defensieve vermogen werd verhoogd. De bescherming is dus van tweeërlei aard: eensdeels van het schip, anderdeels van het kanon. Op zooveel plaatsen als dit in verband met de grootte van het schip mogelijk is, wordt dit door pantserplaten beschermd, hetgeen geschiedt op twee manieren, in de eerste plaats door een pantser gordel, in de tweede plaats door een pantserdek (die nende ter dekking tegen van boven invallende projec tielen), terwijl natuurlijk ook de commandotorens ge pantserd zijn. Men is misschien geneigd te vragen, waarom het heele schip niet gepantserd wordt. Het is echter onmogelijk gebleken het pantser verder dan on geveer 2 meter onder water voort te zetten en tot dus verre behoefde dit ook niet, daar een projectiel, uit een kanon voortgeschoten, bij treffen door het water oppervlak öf opspringt óf zooveel van zijn snelheid verliest, door den grooten weerstand van het water, dat het zoo goed als onschadelijk wordt. Doch of de onderzeeër het wel zeer gewenscht heeft gemaakt om de pantsering nog verder onder de waterlijn voort te zetten, dat zal wellicht de toekomst leeren tot he den is er evenwel nog geen enkel modern oorlogsschip op deze tevoren niet vermoede wijze tot zinken ge bracht. Zee v. Marmora Sfr ft. Medidieh ft. Tschanak ZIÉ NamazieA/ ft. Hamidieh Dardanus Orkaaieh Sed-el-Bahr Q K Hm Kalessi Van de operaties wordt de aandacht, de laatste da gen op Yperen samengetrokken, weer geleid naar de Dardanelles Reuter meldt, dat daar de algemeene aan val door leger en vloot der verbondenen is hervat, dat het leger op verschillende punten van het schiereiland Gallipoli ontscheept, dat er groote troepenmachten aan land gezet zijn en dat de landing en de opmarsch wor den voortgezet. Dit bericht zal vermoedelijk de voorbode zijn van een geheele reeks tegenstrijdige berichten over de her begonnen actie. Men herinnert zich nog wel de tri- umftelegrammen van de Engelsche bladen in Februari en begin-Maart, toen het scheen alsof het forceerings- werk al half gedaan was de Times heeft dezer da gen geconstateerd, dat de onderneming haastig en met onvoldoenden overleg is ondernomen, dat zij niet goed was ontworpen, dat groote fouten zijn gemaaki en de eigenlijke operatie nog beginnen moest Zal het ditmaal anders zijn? Het zou voorbarig wezen, deze vraag thans reeds te willen beantwoorden Toch zouden we voorloopig in de landing van Fransch-Engelsche troepen op het Turksche schiereiland slechts een feit van historische en politieke beteekenis willen zien. Of zij van mili tair gewicht is hangt wel vooral namelijk van de troe penmacht af, welke de verbondenen voor deze operatie beschikbaar hebben. De landing moge een voorloo pig succes zijn, het zal nader moeten blijken of men hier te doen heeft met een werkelijk ernstig bedoelde actie de mogelijkheid, dat het hier een schijn-ver- tooning geldt, om uit de impasse te komen, waarin men is geraakt, toen de verwachte hulp der onzijdigen uitbleef, en om de ontstemming, welke den laatsten tijd vooral te Londen opkomt, wat te doen luwen, is zeker niet geheel weg te cijferen en zoo ja of er in derdaad een legermacht opereert, sterk genoeg om in samenwerking met de vloot de zeestraat te forceeren. Van de sterkte der troepenmacht, welke zoodanig samengesteld en uitgerust moet zijn, dat zij, wanneer het noodzakelijk mocht blijken, in staat is, ook geheel zelfstandig op dit uiterst lastige terrein, tegen een te genstander, die er thuis is en die er zich sterk heeft kunnen maken, te vechten, zal dus alles afhangen. Maar wanneer men het schiereiland in bezit heeft ge nomen, en er niet even vlug naar zee geworpen wordt als men aan land is gekomen, er zich kan handhaven, dan heeft men wel is waar een belangrijken stap ge daan, maar het einddoel bereikt, heeft men nog niet. Een militaire correspondent van de Times erkent, dat het weerstandsvermogen der oude Dardanellenfor- ten verrast heeft, dat de Turksche soldaat goed vecht, geleid wordt door Duitsche officieren generaal Li man von Sanders is de verdediger van Gallipoli, maar schalk von der Goltz van Konstantinopel en een niet te versmaden vijand is, terwijl er volgens dezen onverdachten schrijver flinke versterkingen zijn aange richt. Het scheireiland Gallipoli, zoo betoogt hij verder, is een doolhof van heuvels, dalen, kleine rivieren, bergruggen en alpen, die geen regelmatige keten vormen en die speciaal door de natuur ontworpen schijnen, om bij de verdediging aan de Straat te hel pen. fn deze heuvelachtige streek zijn ontelbare plaatsen, waar kanonnen verborgen kunnen worden, in dalen, achter heuvels of onder boomen. Wanneer een kanon of batterij door een vliegmachine ontdekt is, is het soms noodig recht over den top van verscheidene heu velruggen te vuren. De Aziatische kust van de Straat is lager en wordt over bijna de geheele lengte door de Europeesche zijde beheerscht. De correspondent is van meening, dat het bezetten van het schiereiland Gallipoli het mogelijk zal maken de Straat voor de schepen vrij te maken, omdat de Noordelijke oever den Zuidelijken beheerscht en de Turksche artillerie aan de Aziatische zijde daardoor op een afstand kan worden gehouden. In hoeverre deze zienswijze juist is, zal de toekomst moeten leeren. Inmiddels is ook in de Zware Zee de actie door de Russen voortgezet en heeft de Russische Zware-Zee- vloot de forten aan den Bosporus beschoten. In de buurt van Yperen wordt voortgevochten, zon der dat er veel wijziging in den stand van zaken komt. Maarschalk French bevestigt het verlies van St. Ju- lien en deelt mede, dat de Engelschen de Duitschers groote verliezen hebben toegebracht, maar zelf ook zware verliezen hebben gekregen. Voor het Maas- en Moezel-gebied geldt hetzelfde èn voor den toestand èn voor de verliezen. Het laatste Fransche communiqué erkent, dat in de Vogezen de Hartmannsweilerkopf, een bergtop van 950 meter, waarin de Alpenjagers zich in loopgraven verschanst hadden, bij tegenaanvallen door de Duit schers genomen is De Fransche president Poincaré en de minister van oorlog Millerand hebben Zondag en Maandag ver toefd bij de legers aan de Aisne, verschillende perso nen het Legioen van Eer en de militaire medaille ver leend, in tegenwoordigheid van generaal Joffre, den opperbevelhebber, nieuwe vaandels aan de regimenten uitgereikt en daarbij het vertrouwen uitgesproken dat deze weldra tot een schitterende overwinning zuilen worden geleid. Alle Engelsche havens zijn thans voor alle schepen, ook Engelsche, gesloten. Uit Washington wordt gemeld, dat de commandant van de „Kronprinz Wilhelm" heeft besloten het schip te Newport News maar aan den kettting te doen leg gen. DE STRIJD IN BELGIë EN N.-FRANKRIJ1K. Het Fransdie communiqué van gistermiddag luid de: In België duurt de strijd voort onder voor de ge allieerden gunstige voorwaarden. Twee Duitsche aan vallen, zich ontwikkelend van Passchendaele tot Brod- seinde, werden door Britsche troepen tot staan ge bracht. De Duitschers beschoten Yperen daarop he vig. De Franschen vorderden aan den rechteroever van het Yserkanaal door heftige tegenaanvallen. Bij Notre Dame de Lorette sloegen de Franschen een Duitschen aanval af. Aan de hoogten van de Maas ontwikkelt zich de slag. De aanval op de loopgraaf van Calonne, waar van op 25 April melding werd gemaakt, werd! door Fransche tegenaanvallen tot staan gebracht. De Duit schers werden teruggeworpen. Zij deden toen verder oostelijk een aanval op St. Remy, blijkbaar met het doel Eparges te hernemen. Een hevig gevecht, voor afgegaan door een verwoed bombardement, volgde weldra op de oostelijke helling van deze stelling. De Duitsche aanval mislukte. legerbericht, reeds in een deel onzer vorige editie opgenomen, meldde Het Duitsche isteren: Bij Ype ren duren de gevechten voort. Aan den westelijken oever van het Kanaal is Lizeme, dat de Franschen beweren heroverd te hebben, nog in ons bezit. Ook het ten oosten van het Kanaal veroverde terrein bleef behouden. Het aantal veroverde kannonnen steeg tot 44, waaronder zich nog steeds de 4 zware Engelsche kanonnen bevinden. Ten noordwesten van Zonnebeke zetten wij de aanvallen voort en namen daarbij ge vangenen. Het totale aantal gevangenen steeg tot 5000. Merkwaardig is hoe op een betrekkelijk klein gebied hier allerlei volken bijeen zijn: Senegaleezen, Engelschen, Turco's, Indiërs, Franschen, Canadeezen, Algerijnen. In Champagne sloegen wij ten noorden van Beau Sejour twee nachtelijke aanvallen der Franschen af. Op de Maashoogten vorderden onze aanvallen goed. Verschillende bergruggen achter elkaar werden tot aan de hoogten ten westen van Eparges bestormd en vermeesterd. Vele honderden Franschen en eenige mitrailleurs vielen in onze handen. In het bosch van Ailly mislukten vijandelijke aan vallen. In de Vogezen voerde onze aanval tot herove ring van den Hartmannweilerkopf. Wij namen elf officieren en 749 soldaten gevangen en maakten zes mijnwerpers en vier mitrailleurs buit. DE STRIJD AAN HET OOSTELIJK FRONT. Het Oostenrijksche legerbericht meldde gisteren: Op het Karpathenfront duren de gevechten in den sector ten oosten van den Oeszokerpas voort. Een onzer aanvalsgroepen veroverde gisteren ten zuid oosten van Koziowa een nieuw steunpunt van den vij and en maakte zeven officieren en meer dan 1000 man krijgsgevangen. Teneinde de verloren hoogte te heroveren, deden de Russen nu een aantal hevige tegenaanvallen en tevens eenige aanvallen in de na burige sectoren. De vijand richtte zijn hoofdaanval tegen de hoogte van Ostry en de stelling, ten oosten daarvan gelegen. Na een langdurig gevecht werd deze stormaanval met zeer zware verliezen bij de Rus sen afgeslagen. Twee bataillons van den vijand wer den daarbij bijna geheel en al in de pan gehakt en eenige honderden manschappen gevangen genomen. Door onmiddellijk begonnen vervolging vielen den Oostenrijkers 26 loopgraven benevens een groote hoe veelheid materieel in handen. Ook op andere punten werd de nachtelijke aanval afgeslagen. Voor de stellingen aan den Oeszoker pas week de vijand, nadat de aanval was afgeslagen, vluchtend achteruit. In de gevechten van gisteren werd het tot dusverre De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR, Gelet op art. 52 der Militiewet, in verband met art. 60 van 't K.B. van 13 April 1912 (Staatsbl. No. 145), brengt ter algemeene kennis, dat Gedeputeerde Sta ten dezer provincie bij hun besluit van 21 April 1.1. No. 60, hebben vrijgesteld wegens kostwinnerschap de na te noemen ingeschrevenen der militie dezer ge meente voor de lichting 1916: H. van dien Berg, P. Bol, J. N. van Diepen, W. Jl. Göttwer, K. de Haan, C. J. Hoeben, W. Kamp, J. Muelink, C. den Nijs, P. Peereboom, K. van Thijn, D. Toorenburg, N. Ursem, Jl. E. Verbeme, D. G. J. Welbergen en P. Wit; dat zij bij hun besluit van denzelfden datum No. 114 de aangevraagde Vrijstelling wegens kostwinnerschap hebben geweigerd aan dè na te noemen ingeschreve nen: J. F. Blankendaal en H. L. Dekker en dat zij bij hun besluit van 14 April, N. 154, heb ben Vrijgesteld wegens hetbekleeden van een geestelij of een Godsdienstig menschlievend ambt of de op leiding daartoe de hieronder vermelde ingeschrevenen voor de militie dezer gemeente voor de lichting 1916: J. J. Bruno, N. J. A. Cassee, A. J. S. Leesberg O. F. Schneiders, J. F. Vaske, N. M. A. Velze- boer, J. A. B. M. Winkel en C. J. de Wit. Van deze uitspraken kan gedurende tien dagen, te rekenen van heden, bij de koningin in beroep worden gekomen lo. door den ingeschrevene, wien de uitspraak geldt, of door zijn vader, moeder, voogd of curator; 2o. door elk der overige voor de gemeente ingeschre venen of door zijn vader, moeder, voogd of cura tor; 3a door dien Commissaris der Koningin in deze pro vincie. De Burgemeester voornoemd: G. RIPPING. Alkmaar, 26 April 1915. gewonnen terrein, ondanks de hevige tegenaanvallen van de Russen, niet alleen gehandhaafd, maar ten zuidoosten van Koziowa zelfs nog uitgebreid. Op het front ten westen van den Oeszoker-pas, fn Galicië, Polen en aan den Dnjestr in de Boekowlna, hebben artilleriegevechten plaats, overigens is het er rustig. DE BESCHIETING DER DARDANELLEN. Het Londensche Persbureau bericht: De algemee ne aanval op de Dardanellen door vloot en leger is gisteren hervat. De ontscheping van het leger begon, onder dekking van de vloot, voor het opgaan van de zon op verschillende punten van het schiereiland Gal lipoli en slaagde uitstekend, ondanks den emstigen tegenstand van den vijand in zijn sterke verschansin gen, beschermd door prikkeldraad. Voor de avond aanbrak, was een sterke legermacht geïnstalleerd op het strand. De ontscheping van het leger en de op marsch duren nog voort. De Engelsche Admiraliteit bericht nog, dat een le ger van de geallieerden ontscheept is op verschillen de punten van het schiereiland Gallipoli. TWEE NOORSCHE BARKEN IN DEN GROND GEBOORD. De twee Noorsche barken, „Oskar" en „Eva", zijn door een Duitschen onderzeeër aangevallen, zoowat 170 mijl ten noordoosten van Longstone. Eerst werd de „Eva" om haar papieren gevraagd, vervolgens de „Oskar". De bemanningen kregen tien minuten om de schepen te verlaten en de „Anna" kreeg bevel van den onderzeeër om te stoppen en de bemanningen op te nemen. HET GEBEURDE MET DE ELLISPONTOS. Uit Athene wordt aan de Köln. Ztg. gemeld, dat de regeering de Grieksche verzocht heeft de officieele Grieksche gegevens nopens het in den grond boren van het Grieksche stoomschip „Ellispontos" door een Duitschen onderzeeër over te leggen. Op grond van hetgeen tot nu toe is gebleken schijnt men met een on gelukkig toeval te doen te hebben. Duitschland legt er nadruk op, dat de bedoeling verre is geweest een Grieksch stoomschip te vernielen en belooft, nadiat de feiten bevestigd zijn, behalve een betuiging van leed wezen, ook de betaling van een schadevergoeding. „EEN GEVECHT MET EEN SPOOKSCHIP." Het Wolff-bureau meldt: „De Daily News and Le ader heeft in een bericht van 6 April uit Buenos Ayres gemeld, dat op 11 Februari aan de Chileensche kust van den Stillen Oceaan een zeegevecht is geleverd tus schen den Engelschen hulpkruiser Orama en den Duit schen hulpkruiser Navarra. Het gevecht zou van kor ten duur geweest zijn, maar hevig, en was natuurlijk met de overwinning van het Engelsche schip geëindigd De Duitsche bemanning zou krijgsgevangen naar dit: Falklandeilanden gebracht zijn. Wij kunnen begrijpen, dat de Orama trotsch is oj haar schitterend wapenfeit, doch wij moeten tot on. leedwezen vaststellen, dat zij met een spookschip moet hebben gevochten. Want de hulpkruiser Navarra, van de Hamburg-Amerikalijn, was reeds den 16den No vember uit eigen beweging door den kapitein tot zin ken gebracht, daar het door Engelsche kruisers werd achtervolgd en de gezagvoerder het schip liever op den bodem der zee wenschte dan in de macht van den vij and." NAAR HET FRONT. De commissie uit de Kamer voor legeraangelegenhe- den heeft, naar de Temps meldt, het wetsontwerp-Dal- biez aangenomen, volgens hetwelk alle Fransche man nen, die in staat zijn om de wapens te dragen en tot dusver nog niet tot den dienst aan het front waren op geroepen of in administratieven dienst van den staat, van een departement of van een gemeente waren aan- COURANT

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1915 | | pagina 1