DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN, ïan liet westelijk oorlogsterrein. Van M oostelijk oorlogsterrein. f O o it 1 o s*. Honderd en ze «tiende Jaargang. T B IJ I) A O 14 MIL Ter zee. flmraiMi WI i»phiIIJI, E i pit li—. Iliéiffi I! ii i r^pl 'fr%& W*m m Mtm fr. P I-. M- k Idblsfcikkii ?i ES& £@!HII0O1, Vkséh Cl TéfMH» 1 J J '1! C3OTBt55)® SI* 1 IbltesJtm, «aBag&aKj^aiBa^ ALKMAAR, 14 Mei. Als uitgangspunt voor de kenschetsing van den toe stand op het Westelijk oorlogstooneel kunnen we he den een telegram van de Times nemen, waarin wordt gezegd, dat er tusschen het Fransche Atrecht en de Noordzee (een afstand van 100 K.M., in rechte lijn gemeten dus van Alkmaar naar Wageningen), drie af zonderlijke en geweldige veldslagen zijn geleverd, die vroeger het lot der volkeren beslist zouden hebben, doch thans aan beide zijden slechts in uitputting eindi gen. De verliezea zijn zoo groot, dat er in geen strijd gedurende dezen oorlog zooveel manschappen in een zelfde tijdsverloop zijn gevallen. Zooals men weet, komt dit voornamelijk, doordat de artillerie zulk een beslissende rol bij het offensief vervult. Volgens de of- ficieele berichten zijn in den winterelag in Champagne veel meer dan 100.000 schoten per etmaal gelost door de Fransche kanonnen, zoodat alleen reeds de artille rie van de eene partij elke seconde een schot lostte. In 't voorwoord van een tweeden druk van 'n aardig En gelsen boekjé over den aard en het gebruik van de moderne wapens, wordt dan ook door den schrijver opgemerkt, aai elke oorlog wijzigingen brengt in de tactiek, welke tevoren niet kunnen worden vastgesteld, en dat in dezen oorlog de belangrijkste verandering is, dat de invloed van de artillerie dien van de infan terie aanzienlijk belemmert. In de drie door de Times bedoelde groote gevechten ging het initiatief uit van de drie verschillende oor logvoerende groote mogendheden. De Duitschers begonnen met een poging om de stad Yperen te nemen en door het front der verbonde nen heen te breken, een poging, welke leidde tot een in dezen oorlog belangrijke en langzaam nog toene mende terrein-winst, maar verder tot dusverre geener lei gevolg heeft gehad. Of de verbondenen het oogenblik aangebroken acht ten voor het langbeloofde voorjaars-offensid, dan wel of ze het slechts wenschelijk vonden tegenover den druk der Duitschers op htm front een tegendruk te stellen op het Duitsche front, is nog niet met zekerheid te zeggen, maar wel mag worden ver klaard, dat ook deze operatie er een is op groote schaal. Trouwens men heeft er de troepen voorl De Duitschers hebben de militaire transporten van Groot- Brittanje naaf Noord-Frankrijk niet kunnen verhinde ren en het schijnt, dat daar thans vrij wel het maxi mum staat, hetwelk de regeering van het eilandenrijk beschikbaar wil stellen. Ook Frankrijk zal wat het van elders (bijv. van Parijs en van andere deeien van het front) te missen had, met de nieuwe formaties voor het offensief tusschen Paschen en Pinksteren ingezet heb ben. De gezamenlijke aanval heeft plaats gehad ten zui den van Rijssel. De Engelschen staan aan het noordelijkste gedeelte van het betrokken front, maar zij zijn slechts een klein beetje vooruitgekomen ten noord-oosten van het wel bekende Nieuw Capelle. De Franschen hebben aan het zuidelijk gedeelte van het front, in de streek, die be paald wordt door La Baisèée en Atrecht, met heel wat nws-r *uoü» geopereerd Het Flavas-bericht over drijft waarschijnlijk, wanneer hel zegt, dat in den bfckgevmg&xirlog der zeven laatste «taanden door geen der partijen cao. resultaat werd bereikt, als thans door de frmsehen is behaald, wij hebben nog niet den indruk kunnen krijgen, dat de winst der verbon denen hier opweegt tegen hei ««a-lies bij Yperen» maar wel hebben de Duitschers hier zware verliezen gele den.. De Franschen zijn er in geslaagd zich gunstige posities te veroveren xoodat de Duitschers het dorp Carency en het westelijk gedeelte van Ablaing hebben moeten ontruimen, tusschen welke een spoorlijn van Lens naar Bethune loopt. Waar het Duitsche commu niqué verklaart: „Helaas valt daarbij ook het verlies te betreuren yan een aantal onzer dappere manschap pen en van oorlogsmateriaal", daar kan men er staat op maken, dat de verliezen hier inderdaad ernstig zijn Het Fransche communiqué deelt mede, dat hier 1050 Duitschers gevangen genomen werden, onder wie een 30-tal officieren, o. a. een kolonel en een com mandant der jagers, en meldt voorts vorderingen bij Souchez, dichter bij den bekenden Notre-Dame-de Lo- rette-heuvel gelegen en bij Neuville. Een nog later communiqué zegt, dat bij Carency buitgemaakt werden twee veldstukken, drie zware mortieren, veel machine geweren, 3000 geweren eneen groote hoeveelheid mu nitie, bij Neufville 17 kanonnen en zware mortieren, dat het dorp Ablain geheel werd veroverd, waarbij verscheiden honderden krijgsgevangenen gemaakt wer den. De Franschen hebben dus aanvankelijk succes be haald. Maar van een doorbraak zijn ze minstens nog even ver verwijderd als de Duitschers bij Yperen ter vergelijking diene nog, dat de posities der Duit schers in een halven boog Westelijk om Lens liggen, zooals de posities der verbondenen in een halven boog om Yperen. Voorloopig zullen ze wel tevreden moe ten zijn met de winst, ontstaan door het nauwer maken van de bocht, waarvan de voordeden duidelijk zijn voor wie gevolgd heeft, hetgeen wij omtrent den toestand bij Yperen schreven. De oogst, dien de Ehiitschers en Oostenrijkers fn West-Galicië binnengehaald hebben, wordt thans al dus opgegeven: 103,500 Russen gevangen genomen, 69 stukken geschut en 255 machine-geweren stormen derhand veroverd. Uitvoerig wordt in een Oosten- rijksch communiqué uiteengezet, dat ook het nieuwe plan der Russen om naar Duitschland op te rukken, mislukt is, dat de zegepraal bij Tamof en Gorlice, niet slechts West-Galicië bevrijd heeft, maar ook het Russische Nida-front en het Karpathen-front tot wij ken bracht. De Oostenrijkers verzekeren verder, dat nu ook ten Oosten van de Oeszok-pas de Russische li nie wankelt, zij zetten hun opmarsch voort en rukken op Przemysl en Jarislau aan. Inmiddels hebben de Duitschers aan het Nida-front Kielce veroverd. Maar al kunnen de Russen de tegenstanders niet rechtstreeks stuiten, zij pogen het zijdelings te doen. Krachtig vallen zij in Oost-Galicië aan. Zij trokken over de Dpnestr en brengen den tegenstanders zware verlie zen toe. Of hun poging, om den opmarsch van de Oostenrijkers te stuiten, zal lukken, valt te betwijfelen. Alleen wanneer de legers, goed versterkt en nieuw ge groepeerd zijn, zullen ze in staat zijn den toestand weer te beheerschen, Voorloopig echter lijkt het hierop niet. In het uiterste Noorden, waar veldmaarschalk von Hindenburg zelf de operaties moet leiden, maar waar de Russen kunnen profiteeren van een goed spoorweg stelsel, blijft het Russische tegen-offensief vorderingen maken. De Duitschers doen talrijke pogingen om Schawli, een kruispunt van wegen, dat ze bij verras sing namen, doch toen weer prijs moesten geven, te heroveren, maar de Russen konden alle aanvallen af slaan. In Italië ie een kabinets-crisis uitgebroken. De mi nisterraad besloot, zoo wordt gemeldt, met het oog op het feit, dat er bij de regeering omtrent de richtlijnen van de internationale politiek geen eenstemmigheid heerscht en zij de goedkeuring der constitutioneele partijen mist, die bij den ernst van den toestand noo- dig is, bij den Koning haar ontslag in te dienen. De Koning behield zich zijn besluit nog voor, heden zou hij, na den voorzitter der Kamer te hebben ge sproken, met andere leidende personen van gedachten wisselen. Vermoedelijk is de toestand nu zoo, dat het kabinet- Salandra te ver is gegaan in zijn onderhandelingen met de entente-mogendheden, dat het zelf moeielijk terug kan en dat een nieuw ministerie met den heer Giolitti als leidende persoonlijkheid den terugtocht moet dekken hij is een „parlementaire rot", die van de Kamer meer dan een ander gedaan kan krijgen! Is deze veronderstelling juist en slaagt de poging, dan zal, ondanks het steeds wilder wordend oorlogsgehuil in een deel der Italiaansche pers, ondanks geestdriftige woordvoerders als d'Annunzio, Italië niet aan den oorlog deelnemen. Ook Griekenland heeft er de voor keur aan gegeven, neutraal te blijven, „omdat de en- tmte-mogendfaedea niet m staat waren de gewenschte waarborgen te geven" 1' Aan de DmtlaneUïsa verloren de Engelschen het J wij-oude Unica chip „Goliath" (bijna de oudste Prae- Dreadnought, van stapel gcloopen in 1898, groot 13150 ton, met mi snelheid van 19 kneopen). Men vreest dat er va» de 750 man 500 zijn omgekomen. In de Noordzee ging 1 Mei het wordt nu weer bekend gemaald de hulpkruiser „Columbia" ver loren ie een gevecht tegen, twee Duitsche torpedoboo ten, welke latex door Britsche torpedojagers vernield werden in het bericht van 2 Mei over dit gevecht, dat bij de lichtschepen Noord-Hinder en Galloper plaats vond, werd gesproken van „trawlers", waaruit dus mag wordt» afgeleid, dat er heel wat trawlers als hulpkruisers worden gebezigd. Dit verklaart maar verschoont geenszins het feit, dat er weer een Nederlandsche trawler, naar ons uit IJmuiden gemeld wordt, door een vliegmachine bebornd is. Stof tot juichen geeft den Engelschen couranten de bezetting van Windhoek, de hoofdstad van Duitsch Zuid-West Afrika. De Daily Chronicle zegt hierover: „De inneming van Windhoek door de strijdkrach ten van Generaal Botha beteekent de bijna geheele ver overing van Duitsch Zuid-West Afrika, waarvan het de bestuurshoofdstad was. Generaal Botha en zijne mannen zijn allerhartelijkst geluk te wenschen voor een stuk werk, dat waarschijnlijk geen andere troepen der wereld binnen dien tijd bereikt zouden kunnen hebben. Sedert den inval ernstig was begonnen, zijn er slechts drie maanden verloopen en een blik op de kaart zullen de enorme afstanden doen zien, welke meest door zandwoestijnen zonder water onder een brandende zon moesten worden afgelegd. Generaal Botha heeft versch'e lauweren gevoegd aan een mili taire loopbaan, welke de grootste is, die ooit in het Zuid-Afrikaansche land bereikt is." Het is duidelijk, dat Groot-Brittanje bij het opma ken van den balans hierdoor weer een nieuwen post in te brengen heeft. In Engelsche steden en koloniën hebben uitbarstin gen van verontwaardiging en onlusten tegen Ehiit schers, of zij die het vroeger waren, plaats over de vernieling der „Lusitania". Wanneer wij de verhalen lezen over de verdrinken de mannen, vrouwen en kinderen, over deze weerlooze slachtoffers, dan kunnen wij ons de stemming van de Engelschen heel goed voorstellen hoe was men in ons land gestemd, toen tijdens den Boeren-oorlog de verhalen van de vrouwen en kinderen uit de concen tratie-kampen loskwamen; en ons land was niet eens in oorlog I Koning George heeft verschillende Duitsche en Oostenrijksche ridders van den Kouseband (o. a. de beide Keizers) van de lijst geschrapt en speciale regee- ringsmaatregelen worden overwogen tegenover nog in Engeland toevende Duitschers. Tenslotte zij aangeteekend, dat lord Haldane, oud minister van oorlog, thans lord-kanselier, in het Hoo- gerhuis met nadruk gezinspeeld heeft op de invoering van verplichten militairen dienst „in verband met de noodzakelijkheid, welke zich voor het land op het oogenblik voordoet." DE STRIJD IN BELGIë EN N.-FRANKRIJK. Het Fransche communiqué meldde gistermiddag om.De Franschen hebben ten noorden van Atrecht schitterende successen behaald in den avond van 12 Mei en den daarop volgenden nacht. Te Notre Dame de Lorette zijn het blokhuis en de kapel in hunne han den. In den nacht van 12 Mei namen de Franschen even eens het dorp Carency en het bosch ten noorden van heuvel 125. Het Duitsche garnizoen, dat het dorp en het bosch verdedigde, ofschoon zeer gedimd door de verliezen van den vorigen dag bood dien geheelen nacht een hardüekkigen tegenstand. Deze werd echter afgebro ken en bij het aanbreken van den dag bleven de Fran schen totaal meester van de stelling. De Franschen doodden in een bajonetgevecht onge veer 100 Duitschers en maakten 1050 krijgsgevangen, waaronder 30 officieren, onder deze een kolonel en een majoor van de jagers. Een aanval van de Franschen op het dorp Sonchey en ten noorden daarvan liep uit tot hun voordeel, zoo dat zij eenige honderden meters vorderden. De Fran schen maakten zich meester van den spoorweg, die van Neuville naar Givenchy loopt. Van het doro zelf be zetten de Franschen in den ochtend van 12 Mei slechts het zuidelijke gedeelte, terwijl de Duitschers nog in het bezit bleven van het midden en het noorden. In den middag werd echter in een aanval huis voor huis het geheele centrum van het plaatsje genomen. De Duit schers zijn nog aan het noordelijk uiteinde. In het Le Prêtre-bosch veroverden de Franschen op 12 Mei opnieuw Duitsche loopgraven. Veldmaarschalk French berichtte gisterenHet ge vecht ten oosten van Yperen duurt voort. Door het hevige bombardement van heden op het noorden van den Meenenschenweg werd een gedeelte van onze loop graven vernield. Dit gaf aanleiding, dat onze linie tijdelijk verlegd moest worden; zij is echter thans we der hersteld. Het Duitsche hoofdkwartier meldde gisteren: Ten oosten van Yperen namen wij wederom een steunpunt van den vijand. In den namiddag werden zware aanvallen der Fran schen op ons front Ablain—Neuville met zeer hevige verliezen voor den vijand afgeslagen. Daar het grootste deel van het dorp Carency om singeld was, doordat de Franschen zich in onze voor ste loopgraven tusschen Carency en Neuville hadden genesteld, werd dit dorp en het westelijk gedeelte van Ablain in den afgeloopen nadit door ons ontruimd. Daarbij zijn helaas een aantal onzer dappere man schappen gesneuveld en is materieel verloren gegaan. De Franschen deden een poging om het door ons ten noordwesten van Berry-au-Bac in de bosschen ten zui den van Ville-aubois genomen stuk loopgraaf te her overen. Die poging bleef echter vruchteloos. Na een krachtige voorbereiding door artillerie deed de vijand gisteravond een aanval op onze stellingen tusschen Maas en Moezel bij Crois-des-Carmes en het gelukte hem op een breedte van 150 tot 200 M. onze voorste loopgraven binnen te dringen. Na verbitterde gevechten werden onze stellingen echter wedter geheel en al door den vijand ontruimd. Een aantal gevange nen bleef in onze handen. Twee blokhuizen aan de westelijke helling van den Hartmannsweilerkopf werden door onze artillerie plat geschoten. DE STRIJD AAN HET OOSTELIJK FRONT. Het Russische legerbericht meldde: In de streek van Schawli zetten onze troepen op 11 dezer met suc ces de vervolging voort van de terugtrekkende Duit schers, die uit de stad Schawli verdreven zijn in zuid westelijke richting. Aan den linkeroever van de Nje- men en het Naref-front is het bijna overal rustig. Aan den linkeroever van den Weichsel ten zuiden van Sokhatsjof, maakte een afdeeling infanterie, die ge durende den nacht over de Bzoera was getrokken, zich na een bajonetgevecht meester van een groep Duitsche loopgraven en nam daarbij eenige tientallen soldaten en een officier gevangen. Pogingen der Duitschers om onze verspreide troepen ten zuiden van Skemewitsj en Rawa aan te vallen, werden verijdeld. In West-Glicië zetten onze troepen ten noorden van de richting Loetovick hunnen terugtocht op de aange wezen stellingen voort. Aanvallen van den vijand werden door onze tegenaanvallen gestuit. In de richtingen van Oejok en de Stryj werden ami vallen der Oostenrijkers met groote verliezen aan de zijde van den vijand afgeslagen. Bij de Beneden-Rojanka liet de vijand mijnen sprits gen bij onze loopgraven en deed toen een aanval op de sectoren, die aan onze stellingen grensden. Het geluk te hem een deel der gemaakte holen te bezetten, onze troepen verdreven hen echter weder daaruit in een ver woeden aanval. De Oostenrijkers lieten het terrein in den steek en vluchtten in wanorde. Honderden zijn ge sneuveld en ook hebben wij een groot aantal krijgsge vangenen gemaakt. In de streek van de Javomik ten westen van Lomnit- za voltooiden wij ons succes door een krachtigen aan val. De vijand leed daar in de laatste dagen ontelbare verliezen, hij liet meer dan 5000 dooden achter op de hellingen der bergen. In de streek aan de overzijde van de Dnj ester aan het front ObertynTsjemowitsj, meer dan 60 wersten lang, gingen onze troepen tot het offensief over en rukken zij met groot succes voort, brengen den vijand zware verliezen toe en verhinderen zijn voortdurende pogingen om ons tegen te houden door tegenaanval len. Wij maakten hier tal van krijgsgevangenen; op den lOden zelf meer dan 5000. Bovendien verover den wij zes kanongen, acht mitrailleuses en een groo- ten oorlogsbuit. De vijand, die overhaast terugtrekt, heeft den ge heelen linkeroever van de Dn jester ontruimd en is uit de stad Zalescyki verdreven. Het Duitsche legerbericht meldde gisterenDe toe stand1 is onveranderd. Het gevecht bij Schawli duurt nog voort. De legegroep van „General-Oberst" Mackensen heeft gisteren, den vijand vervolgend, de streek van Dubiecko aan de San bereikt, Lancut aan de Wislok en Kolbusrowa ten noordoosten van Debica. Ten gevolge daarvan weken de Russen ook uit hunne stellingen ter noorden van dén Weichsel. Daar kwam het leger var generaal von Woyroch, dat den vijand op den voe. volgde, tot -in de streek ten noordwesten van Kielce. In die Karpathen veroverden de Oostenrijkech-Hoo- gaarsche en Duitsche troepen onder generaal von Lin- singen een hoogte ten oosten van Boven-Stryj. Zij nar men 3650 man gevangen en maakten zes machinege weren en kanonnen buit. Nu de legers van Mackensen de vesting Przemysl aan de Beneden-San naderen, kan bij benadering die buit geschat worden, gemaakt in den slag van Gorlice- Tamow en in de daaropvolgende vervolgingsgevechten. Deze legers hebben tot dusverre 103,500 Russen ge vangen genomen en 69 kanonnen en 255 machine-ge weren veroverd. Daarbij is niet gerekend de buit van de ten noorden van den Weichsel strijdende troepen dier bondgenooten. Deze hebben meer dan 40.000 man krijgsgevangen ge maakt. Het Oostenrijksche legerbericht luidde: Ten noor den van den Weichsel dringen de Oostenrijksch-Hon- gaarsche troepen vooruit over Stopnica, de Duitsche troepen hebben Kielce veroverd. Ten oosten van den Oeszokerpas namen Duitsche en honvedtroepen gisteren een aantal hoogtestellingen der Russen, drongen voort tot Toerka ai maakten 4000 man krijgsgevangen. De aanval wordt hier en in de richting van Skoli voortgezet. In zuidoostelijk Galicië déden sterke vijandelijke troepen een aanval op Horodenko. HET VERGAAN VAN DE „LUSITANIA". Het Amerikaansche gezantschap te Londen heeft be kend gemaakt, dat 139 Amerikanen, die passagiers wa ren op de „Lusitania", verdronken zijn. De Rotterdamsche sleepboot „Poolzee", welke in opdracht van de Cunard-maatschappij Maandag was uitgevaren o mnaar mogelijk nog ronddrijvende lijken van de opvarende der „Lusitania" te zoeken, heeft on geveer 20 m;jl bezuiden de piek waar het schip gezon ken is, een aantal drijvende lijken gevonden, die aan boord werden genomen en naar Queenstow zijn ge bracht. Het waren drie kinderen, onderscheidenlijk van 1, 3 en 5 jaar, verder 5 vrouwen en 8 mannen. Alle dooden dreven in reddingsgordels. Later kwam nog een sleepboot de „Flying Fox", met 10 lijken te Queenstown binnen; voorts bracht de „Castle Townshend" er nog 6 aan. De familie Vanderbilt heeft een belooning van 12,500- toegezegd voor het vinden vaü het lijk van den heer Alfred Vanderbilt. De nota der Vereenigde Staten, die naar Berlijn werd geseind, is gesteld in krachtige bewoordingen en stelt Duitschland strikt aansprakelijk voor den dood van Amerikanen en inbreuken op de rechten van Amerika, meldt Reuter uit Washington. Verder wordt geëischt, dat een herhaling van voor vallen als met de „Lusitania" niet zal voorkomen en wordt duidelijk verklaard, dat de Vereenigde Staten, voor het geval Duitschland zich aan de gestelde eischen niet mocht houden, op alle eventualiteiten voorbereid is. DE ACTIE AAN DE DARDANELLEN. Uit Londen wordt gemeldt, dat het Engelsche slag schip „Goliath" door een Tuiksche torpedoboot in den grond is geboord. Vijfhonderd man vonden den dood in de golven, 20 officieren en 150 man werden gered. Een Engelsche onderzeeboot drong de Zee van Mar mora binnen en boorde er een Turksch transportschip en twee kanonneerbooten in den grond. Het Turksche Hoofdkwartier maakte gisteren be kend: Hedenochtend deed een deel onzer vloot een aanval op e enEngelsch pantserschip, dat zich in de nabijheid van Mor to bij den ingang der Dardanellen bevond Het schip werd op drie plaatsen door projectielen ge troffen, op de eommandantsbrug. in het midden en aan den achtersteven, en zonk onmiddellijk. EEN GEVECHT IN DE NOORDZEE. De Engelsche Admiraliteit bericht: De kleine hulp- i

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1915 | | pagina 1