DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Van let westelijk oorlogsterrein.
!§s bot oestsiijk gorloistarreii.
Uitkeering vergoedingen
MILITIE en LANDWEER.
Ne, 117.
Honderd en zeventiende Jaargang.
1915
m m
*hww*p* 9» 3 MMfa IW. !t. i. ml SMmMenfe Is «ttmk m* Wtw n* pMtntafc. JHewn It I T. M-m bMWN tA HHHk CIKTER ZOOR, Mui C 9. TsWooim. t
VRIJDAG
21 MR L
JO* O O TT I O @r.
Ter zee.
Nederland.
Aizetting van Eloctrischeu
Stroom.
Afsluiting Scheepvaartverkeer
Sluis aan de Zes Wielen.
I
ITALIË.
ALKMAAR, 21 Mei.
De beslissing is gevallen.
In het palazzo di Monte Citoria hebben van de 508
Italiaansche afgevaardigden er 481 gestemd, van wie
er 407 zich verklaard hebben voor het wetsontwerp,
waarbij aan de regeering buitengewone volmacht
wordt gegeven in geval van oorlog, terwijl er nog 74
zich daartegen uitspraken blijkbaar hebben vele
volksvertegenwoordigers er de voorkeur aan gegeven
het land in den oorlog dan in een revolutie te storten,
want er scheen voor het Italiaansche volk geen andere
keuze meer te wezen dan opstaan of mee-vechten.
Dat Italië oorlog voeren zal staat dus nu vast. Het
is thans alleen maar de vraag, wanneer en hoe dit zal
geschieden. Vandaag, morgen, de volgende week?
Zullen de vijandelijkheden bij verrassing worden be
gonnen of zal er een oorlogsverklaring aan vooraf
gaan? De oplossing van deze vragen kan elk oogen-
blik komen.
In officieele taal wordt gezegd, dat de regee
ring besloten heeft, Italië's goed recht met de kracht
der wapenen te verdedigen. Maar de officieele taal
dient dikwijls om de waarheid te omhullen en te ver
bergen 1
En inderdaad mag gevraagd worden, wat erger is,
de schending van een contract, 75 jaar geleden aange
gaan, of het plegen van verraad jegens een bondge
noot, met wien men het bondsverdrag op gezette tijden
heeft vernieuwd, en het aansporen daartoe door hef
doen van beloften en het schenken van iinancieele
hulp.
Doch wat baten dergelijke vragen? Ze kunnen
hoogstens dienen om sommigen wat redelijker te doen
denken en misschien tot de erkenning te brengen, dat
oorlog enkel op geweld is gebaseerd, dat in oorlogs
tijd macht het hoogste recht geeft en er voor redelijk
heid in de regeeringsburchten geen plaats is.
Er zal dus een nieuw.leger van 1 millioen man,
met een eersten ban van ruim V. millioen en een twee
den ban van ruim 1'/. millioen man aan den oorlog
deelnemen, 10 dreadnoughts, 12 prae-dreadnoughts, 8
pantserkruisers, 17 pantserdekkruisers, 5 kaaonneer-
booten, 40 torpedojagers, 84 torpedooooten en 25 on
derzeeërs zullen bij de strijdkrachten ter zee nieuw
worden ingedeeld.
Waar de troepen en de schepen zullen worden inge
zet, valt niet te zeggen. Zien we wel, dan zal Italië's
meedoen in dien stand van *aivoorloopig althans
weinig verandering brengen. Het voornaamste gevolg
is, dat de oorlog waarschijnlijk langer zal duren en
dat men de hoop op een beëindigen der vijandelijkhe
den vóór den afloop van 1915 wel voorgoed mag op
geven. Het groote voordeel van Italië's onzijdigheid,
waarvoor zij dan ook een zeer hoogen prijs wilden be
talen, was, dunkt ons, voor Duitschland en Oostenrijk
vooral gelegen in de verkorting van den oorlogsduur.
Want dat beide rijken hun strategische reserves voor
de Italiaansche legermacht hadden afgezonderd en
dat zij dus, zoowel op het Westelijk ais op het Ooste
lijk oorlogstooneel den strijd onverzwakt kunnen
voortzetten, lijkt ons moeielijk aan twijfel onderhevig.
En dat, gegeven de groote reserves, waarover Duitsch
land nog beschikt, de ontzettende veldversterkingen,
welke, in België en Frankrijk zijn aangelegd, en de ver
dedigingsmiddelen binnen de eigen landgrenzen, Ita
lië er toe zal overgaan zijn beste krachten af te staan,
teneinde te trachten aan het Westelijk front eene spoe
dige beslissing te verkrijgen en Duitschiand tot onder
werping te brengen, klinkt zeer onwaarschijnlijk.
Vermoedelijk zal de Italiaansche deelneming aan den
oorlog zich, afgezien wellicht van de Dardanellen,
uitsluitend bepalen tot strijd in Oostenrijk en zal die
deelneming eerst meer beslissende beteekenis krijgen,
wanneer zij het aanvalssignaal mocht vormen voor de
nog niet betrokken Balkanstaten. En tenslotte vergete
men niet, dat thans in Europa Rusland, Engeland,
Frankrijk en Italië, groote mogendheden met verschil
lende neigingen, verschillende wenschen en verschil
lende belangen aan den eenen kant staan en aan den
anderen slechts Duitschland en Oostenrijk, één van zin
in elk opzicht, een onderscheid, dat hoe langer de
oorlog duurt, des te meer gelegenheid krijgt, om zich
te doen gelden.
Laten we echter den loop der dingen niet vooruit-
loopen, maar kalm afwachten, wat er verder staat te
gebeuren, op de oorlogstooneelen zoowel als in de
politieke centra.
Over den toestand in het Oosten schrijvende, zegt
de Times, dat in de Meimaand voor Rusland de vruch
ten van den winterveldtocht in de Karpathen grooten-
deels verloren zijn gegaan, dat in Polen de Russen ter
rein verloren en dat er over het geheel een leelijke te
rugslag voor de zaak der bondgenooten op het Ooste
lijk oorlogstooneel is geweest.
E>e schrijver hoopt nog, dat de Russen met verster
kingen uit Polen hun hoofdstelling in Galicië zullen
kunnen houden. Die hoop doet hem heenzetten over de
teleurstelling, welke hij niet verheelt en hij vraagt zelfs
waarom de Russen, die een maand voordat de aanval
in Weat-Qaliciê begon, daarvan reeds wisten, zich niet
beter hebben voorbereid. Maar, zegt hij, laten we niet
mismoedig worden. Het is in het Oosten meer op en
neder gegaan. Waar het nu op aankomt, is den samen
hang van de Russische legers te handhaven en de al-
gemeene linie ongeschonden te houden. Wat von Fal-
kenhayn, de nieuwe M.oltke, zou mee ten doen is de
Russische legers zoo te verslaan, dat ze machteloos
worden en de Duitsche troepen voor een nieuwen cp-
marsch naar Parijs kunnen worden gebruikt. Maar als
zoo'n groote strategische overwinning niet wordt be
haald, dan loopt het ten slotte verkeerd voor den vij
and af, net als in 1812 met de Franschen, meent de
Times-man.
Aan Duitschen kant heeft men echter hoop, dat een
dergelijke overwinning met zal uitblijven.
De Duitschers en Oostenrijkers maken inmiddels
niet onaanzienlijke vorderingen aan de San-rivier.
„Sterke vijandelijke strijdkrachten, zegt het Russische
communiqué, slaagden er in na een hardnekkig gevecht
stellingen in te nemen in den sector Jaroslaw, Radau
ra, Sieniawa." Laatstgenoemde plaats ligt 20 kilome
ter ten noorden van de eerstgenoemde op den Ooste
lijken San-oever en is een belangrijk knooppunt van
wegem Het begint hier eenigszins te lijken op een
beslissende front-doorbraak, welke, wanneer zij ge
lukt, de Russen dwingt midden-Gal icië geheel prijs te
geven. Ten zuiden van Przemysl slagen de Oostenrij
kers en Duitschers er in voorwaarts te dringen in
noordelijke richting, nadat hun aanslagen aanvankelijk
werden afgeslagen ten noorden van Sambor wer
den de Russen uit hun hoofdstelling verdreven. En aan
de overzijde van den boven-Weichsel aan de Pilitza
schijnen ze ook terrein'te winnen. Weinig goeds voor
de Russen belooft hier de mededeeling in het Russische
communiqué, dat de strijd voortduurt en dat er Duit
sche troepenafdeelingen optreden, die op dit front nog
niet in actie zijn geweest, hetgeen wil zeggen, dat er
hier óf nieuwe formaties óf troepen uit het Westen,
in elk geval frissche strijdkrachten zijn geplaatst.
In het Westen gebeurt er nog niets. Tusschen Nieuw-
poort en Atrecht bleef de grond vochtig en onbegaan
baar, zegt het Fransche communiqué.
Een trawler uit Hull is in de Noordzee getorpil-
leerd, de bemanning werd gered, een Fransche bark
„St: Juste Aragon", is vermoedelijk eveneens getorpil-
leerd, maar de kapitein is hier de eenige overlevende
van een bemanning van 13 koppen.
DE STRIJD IN BELOIë EN N.-FRANKRIJK.
Het Duitsche legerbericht meldde gisterenNevelig
weder belemmerde gisteren in Noord-Frankrijk de ge
vechtsactie. Op de Loretteheuvel maakten wij kleine
verdringen. Bij Atolain werd een nachtelijke vijande
lijke aanval in een gevecht van zeer nabij afgeslagen.
Tusschen Maas en Moezel was de artilleriestrijd) zeer
hef tig, 's morgens begonnen de Franschen ten Oosten
van Ailly over een breed front esa aanval die overal ge
deeltelijk in een verbitterd man-tegen-man gevecht werd
afgeslagen.
(Reeds vi
vermeld in een deel onzer vorige oplaag).
DE STRIJD AAN HET OOSTELIJK FRONT.
Het Duitsche hoofdkwartier meldde gisteren:
Mét de uit de linie Shagorifrauenburg voortruk-
kende, reeds gemelde, groote vijandelijke troepen
macht kwam het tot geen gevechtsactie. Aan de Doe-
bissa werden Russische aanvallen afgeslagen en 900
gevangenen benevens 2 mitrailleurs bleven in onze
handen. Gisteren vielen wij ten noorden van Dodoebis
aan en namen den heuvel 105, terwijl wij nog 500 ge
vangenen maakten. Ten zuiden van den Njemen dron
gen sterke Russische troepenmachten door, maar wer
den bij GrisjkaboedaSyntoftySjaki geheel versla
gen. De rest van den vijand vluchtte in oostelijke rich
ting in de bosschen. Kleine afdeelingen houden zich
nog op bij Soelki. De verliezen der Russen zijn zwaar
en bloedig. Het getal gevangenen steeg tot 2200. Wij
namen hier 4 mitrailleurs.
Onze troepen die over de San ten noorden van
Przemysl waren voortgerukt, zijn opnieuw door de
Russen met vertwijfelde stormaanvallen aangevallen.
De vijand werd overal met aanzienlijke verliezen te
ruggeslagen. Heden vroeg gingen wij aan den vleugel
tot een tegenaanval over en bestormden de vijandelijke
stellingen. De vijand vluchtte ijlings.
(Reeds in een deel onzer vorige oplaag vermeld).
Het Oostenrljksche legerbericht meldde gisteren:
Ten Oosten van Jaroslaf en bij Sieniawa zijn krach
tige Russische aanvallen onder zware verliezen voor
den vijand afgeslagen. De verbonden troepen wonnen
naar het Oosten en Zuid-Oosten terrein.
In de gevechten aan de Boven-Dnjester werden nog
weer 5600 gevangenen gemaakt.
De Russen werden in een sector ten noorden van
Sambor uit hun hoofdverdedigingsstelling geworpen.
Een plaats tien kilometer ten zuidwesten van Moseis-
ka is in een storm genomen.
Aan de linie van de Proeth is de toestand onveran
derd. Ten noorden van Kolomea werden bij een korte
tegenbeweging 1400 gevangenen gemaakt.
SCHEPEN IN DEN GROND GEBOORD.
De Engelsche trawler „Chrysolite" van Hull is in de
Noordzee door een Duitschen onderzeeër op 40 mijlen
afstands van Kinnaird Head in den grond geboord
De bemanning is gered.
Lloyds bericht uit Fraserburgh (Schotland) dat
een Deensch zeilschip de bemanning aan wal bracht
van den Engelschen trawler „Lucerne" die gisteroch
tend door een Duitschen onderzeeër was getroffen op
40 mijl afstand van Rattray-Head.
ITALIë EN DE OORLOO.
De Kamer nam gisteren met 407 stemmen tegen 74
en één onthouding, onder luide toejuichingen, het wets
ontwerp aan, waarbij aan de regeering in geval van
oorlog buitengewone volmachten worden verleend.
KORTE BERICHTEN.
De Engelsche admiraliteit meldt dat het aanta'
schépen in de week, eindigende op 19 dezer, door Duit
sche onderzeeërs tot zinken gebracht bedraagt twee;
verder werden twee visschersbooten tof zinken gebracht.
Het getal aankomsten en afvaarten bedraagt in de af-
geloopen week 1438.
De Koning van_Engeland heeft gisteren een ge
schutgieterij aan de Tyne bezocht.
Te Glasgow (Engel.) hebben nagenoeg 170,000
inwoners boven de 14 jaar de gelofte van geheelont
houding gedurende den oorlog geteekend.
De Turksche stad Konia (klein-Azië) heeft aan
generaal von Hindenburg een tapijt, waarin een zeer
nauwkeurige landkaart van het Masoerische gebied ge
weven is, als eeregeschenk aangeboden.
Naar het Berl. Tagebl. meldt is de graanvoor
raad in Duitschland meer dan voldoende, zoodat de
prijs van roggemeel met 15, die van tarwemeel met
30 per ton verlaagd is.
VORDERING VAN WOL.
Door tusscheakomst van de Commissarissen der
Koningin is den burgemeesters betreffende de beschik
king over alle wol ten behoeve van het leger nog me
degedeeld, dat: het scheren van de schapen op den ge
wonen tijd moet geschieden; de wol m goede condi
tie, droog en zonder vuil moet worden afgeleverd; de
gewone handel in schapen zijn voortgang kan hebben;
in de vordering niet is begrepen het artikel brokken,
doch wel de wol van dé z.g. overhouders en mitsdien
geen gevorderde wol verhandeld, noch eventueei ver
handelde woi mag worden afgeleverd.
Met het in ontvangst nemen van de te leveren wol
zullen door het legerbestuur daartoe gemachtigde per
sonen worden belast.
LEQER-TREKHONDEN.
Men schrijft uit Venlo aan de „Geld.":
len behoeve van ons leger zal worden overgegaan
tot aanschaffing van trekhonden op groote schaal.
Morgen zullen op bevel van den generaal-majoor,
inspecteur der infanterie, de inwoners van Tegelen,
Maasbree, Belfeld, Velden, Arcen, Kessel en Grabben-
vorst, die in het bezit zijn van trekhonden van het
mannelijk geslacht met 65 c.M. schofthoogte, deze op
liet Gasplein alhier ter keuring moeten aanbieden.
Goedgekeurde honden worden aangekocht.
NEDERLANDERS IN ITALIë.
Uit Genua wordt aan de „Neue Züricher Zeitung"
gemeld dat twee Nederlanders, de heer en Van den
Bosch en Limburg, die van Java op reis naar Neder
land waren, door die bevolking, die hen voor Duitschers
aanzag-, mishandeld werden.
AFSCHEID VAN GEZANT VON MüLLER.
Gistermiddag 3 uur heeft de heer F. von Müller, af
getreden gezant van het Duitsche Rijk bjj het Neder-
landsche Hof, de residentie verlaten, na 7% jaar bjj
Hr. Ms. Hof geaccrediteerd te zün geweest.
HOOI-VERLOVEN.
De Minister van Oorlog heeft zijn belofte, aan de
Kamer gedaan, naar aanleiding van een vraag van den
heer Duijmaer van Twist, ingelost door in een nota
de regeling mede te deelen omrtent de verloven, welke
gegeven worden aan onder de wapenen zijnden, die
meeneq, dat hun tijdelijke tegenwoordigheid onmis
baar is voor het doen slagen van den hooibouw of
anderen veldarbeid, waarbij zij zijn betrokken.
De regeling komt hierop neer, dat de aanvragen
worden gericht aan het landbouw-bemiddelingsbureau
in de provincie van hun woonplaats. Dat bureau on
derzoekt dan en adviseert dan gunstig of ongunstig,
en in het eerste geval overlegt de commandant met
den betrokkene omtrent het meest geschikte tijdstip van
het verlof, in verband ook met de belangen van den
dienst.
Omtrent grootte van den te bewerken grond of aan
tal verlofdagen heeft de Minister geen voorwaarden
gesteld. Wel wordt gewaakt tegen „overvragen",
waardoor niet alleen de dienst, doch ook de andere
belanghebbenden zouden worden geschaad.
BINNENLAND.
Gemengd MeuWs,
TWEEDE KAMER.
Na aaneming van verschillende wetsontwerpen,
meent de heer de long (U-L., Hoorn) bij de aan de
orde stelling van het ontwerp, regelende de kosten van
de maatregelen ter bestrijding van het mond1- en
klauwzeer en regelende de wachtgelden, dat nu de wei-
detijd is aangebroken, met het afmakingsstelsel niet
kan worden voortgegaan. Ook klaagt spr. over de wei
nige zorg, die bij het vervoer van verdacht vee in acht
worden genomen.
De heeren van Foreest (V.-L.) en Brummelkamp
(A.-R.) verklaarden zich beide voor het afmakingsstel
sel te staken.
De heer Van Nispen (R.-K., Rheden) meent, dat men
zich moet houden aan het advies van ae deskundigen.
De heer Van de Velde (A.-R., Delft) is tegen het af
makingsstelsel, waarvoor z. L te minder reden is, nu er
toch haast geen uitvoer is. Men late nu doorzieken.
De Minister van Landbouw verdedigt zijn tot dus
verre gevolgde gedragslijn in zake de afmaking van
verdacht vee en betoogt uit de geschiedenis van vorige
mond- en klauwzeer-cpidemieën, dat ook in den weide-
tijd, zij het op voorzichtige wijze, moet worden voortge
gaan met afmaken.
Zoodra de omstandigheden het toelaten, zal de mi-
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen ter algemeene kennis, dat hoog
spanningsnet der K.E.M., wegens verschillende uit te
voeren werkzaamheden te Beverwijk en IJmuiden, op
den eersten en tweeden Pinksterdag, 23 en 24 Mei a.s.,
van des morgens 4 uur tot des middags 12 uur buiten
stroom zal worden gezet.
Alkmaar, 19 Mei 1915.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen ter' algemeene kennis, dat de SCHUT
SLUIS aan de ZES WIELEN op WOENSDAG, 2 6
MEI a.s., van 'des voormiddags 6 uur af tot zonson
dergang voor het SCHEEPVAARTVERKEER zal zijn
AFGESLOTEN.
Het is echter niet uitgesloten, dat reeds des middags
de sluis weder voor het verkeer zal kunnen worden
opengesteld.
Alkmaar, 20 Mei 1915.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
De Burgemeester van Alkmaar brengt ter
kennis van belanghebbenden, dat de uit
betaling der vergoedingen, loopende over
het tijdvak van 16 tot en met 35 Mei, zal
plaats hebben |ten Stadhuize op Woensdag
36 Mei a.s., voor zooveel de LMDWEEE
aangaat van ÏO—11 en voor zooveel de MOU
TTE betreft van U—13 uur.
Alkmaar, 21 Mei 1915;
De Burgemeester vooraoeand,
O. RIPPING.
uister geen vee meer doen afmaken.
Het wetsontwerp wordt aangenomen, waarna het
wetsontwerp tot afschaffing van invoerrecht op sinaas
appelen en oudheden aan ae orde is.
De heer Kooien (R.-K., Grave) bestrijdt dit ontwerp
en zegt o.m., dat het volstrekt niet in de neutrale zóne
ligt.
Het wetsontwerp wordt verdedigd door den heer De
Beaufort (V.-L., Amersfoort), die o.a. aanvoert dat
deze minister dezelfde gedragslijn volgt als zij voor
ganger ten opzichte van de zuidvruchten.
Ook de heer Knobel (V.-L., Zwolle) verdedigt het
wetsontwerp.
De vergadering werd wegens afdeelingsvergadering
geschorst tot hedenmiddag halftwee.
HET AFMAAK-SYSTEEM.
Aan het Kamer-overzicht van de N. Rott. Crt. ont-
leeneu we het volgende:
Een paar maanden geleden, toen het voorstel tot
verplichte pasteuriseering van de bijproducten der
zuivelfabrieken in behandeling was, heeft de heer
Brummelkamp steen en been geklaagd over de tot dus
ver toegepaste wijze van bestrijding van het mond- en
klauwzeer. 1 egen dit „afmakingssysteem" voerde de
afgevaardigde van Loosduinen artsenijkundige en eco
nomische argumenten, ervaringsgronden en zelfs mo
tieven van godsdienstigen aard aan. Ofschoon de heer
Lieftinck (behoudens de formuleering van de argu
menten) de zijde van den heer Brummelkamp koos,
liet Minister Posihuma zich niet overtuigen; hij bleef
een voorliefde koesteren voor tiet stelsel, dat indertijd
ook Minister Talmat voorkeur had. Gisteren bleek
lit opnieuw ten duidelijkste. Twee suppletoire land
bouwbegrotingen waren gisteren in behandeling en
beide strekten schier uitsluitend tot dekking van de
kosten der maatregelen ter bestrijding van het mond
en klauwzeer genomen. Geen geringe kosten inder
daad; voor 1914 wordt een verhooging van vijf en een
halve ton, voor 1915 zelfs een verhooging van vijftien
ton aangevraagd. Nu moge het waar zijn, dat hierte
genover „een niet onbeduidend bedrag" staat „aan
ontvangsten, welke voortvloeien uit den verkoop van
liet voor de consumptie geschikte vleesch en de huiden
der afgemaakte dieren", in financieel opzicht geeft
het afmakingsstelsel inderdaad tot de jammerklacht
van den heer Van de Velde alle aanleiding. Maar he
laas, niemand weet iets beters. Het daartegenover
staande doorziekings-systeem toch moge bij tal van
landbouwers meer in den geest vallen, de meeste
veeartsenijkundigen moeten daarvan niets hebben.
Trouwens, de stemming der tot dusver ontevreden
roeren zal wel eenigszins verbeterd zijn door de om
standigheid, dat thans ook eene vergoeding van de
door afmaking van vee geleden) bedrijfsschade wordt
uitgekeerd, maatregel, die den Minister billijk toe
scheen, aangezien zelfs goede koopprijzen niet altijd
voorkomen, dat de veehouder door verstoring van den
normalen gang van het bedrijf nadeel ondervindt.
Voor deze tegemoetkomendheid was de heer Van Nis
pen (Rheden) zeer erkentelijk; echter heeft zij hem
evenmin tot een voorstander van het afmakingsstelsel
cunnen maken als den heer Van Foreest of enkele an
dere afgevaardigden, die het woord voerden.
De heer De Jong stond van dezen nog het dichtst bij
den Minister, maar diens voornemen om vooreerst
nog voort te gaan met afmaking zal ook den afgevaar
digde voor Hoorn niet in verrukking gebracht hebben.
L profetie, waaraan de heer Lieftinck zich op 23
Maart waadde, zijne voorspelling: „over enkele dagen
zal de Minister vanzelf wel met hert slachten moeten
ophouden, want er loopt nu al vee in de weide", is
dus niet in vervulling gegaan. Intusschen valt van
harte te hopen, dat binnenkort van toepassing van de
COURANT