i VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN No. 118 Honderd en zeventiende jaargang. ZATERDAG 22 MEI FEUILLETON. '19 li Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar 10,80; franco door het geheele Rijk fL Afzonderlijke nummers 3 Cents. Telefoonnummer 3* Prfjs der gewone Advertentiën: Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Qroote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- on Handelsdrukte^ v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. Afsluiting Scheepvaartverkeer Sluis aan de Zes Wielen. Spaarzaam en zuinig in het gebruik tedere ik het beste Apotheek of Voedingsmiddel drogisterij Voor Kinderen voorhanden KIEZERSLIJST BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK MAAR brengen ter algemeene kennis, dat de van kracht geworden SUPPLETOIRE KIEZERSLIJST 1915/16 dezer Gemeente voor een ieder op de Secreta rie ter inzage nedergelegd en tegen betaling der kos- icu, evenals de van kracht gebleven KIEZERSLIJST 1914/15, verkrijgbaar is. Alkmaar, 18 Mei 1915. 1 Burgemeester en Wethouders voornoemd, v O. RIPPING, Voorzitter. DONATH, Secretaris. VERJARING VAN SCHULDVORDERINGEN. BURGEMEESTER en WTHOUDERS van ALK MAAR herinneren belanghebbenden er aan, dat de SCHULDVORDERINGEN ten laste der Gemeente over het jaar 1914, ingevolge de bepalingen der Wet van 3 November 1815 (Staatsblad No. 51), vóór ol op den iaaisten JUNI a.s. moeten worden ingediend, bljj gebreke waarvan zij verjaard ol nietig zijn. Voor zoover nog vorderingen moeten inkomen, wordt een spoedige inzending daarvan aanbevolen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. RIPPING, Voorzitter. DONATH, SecretariB. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK MAAR brengen ter algemeene kennis, .dat de SCHUT SLUIS aan de ZES WIELEN op WOENSDAG, 2 6 MEI a.s., van des voormiddags 6 uur af tot zonson dergang voor het SCHEEPVAARTVERKEER zal zijn AFGESLOTEN. Het is echter niet uitgesloten, dat reeds des middags de sluis weder voor het verkeer zal kunnen worden opengesteld. Alkmaar, 20 Mei 1915. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. RIPPING, Voorzitter. DONATH, Secretaris. Dina moe was, zij liet haar nauwelijks een uurtje van huis gaan om wat frissche lucht en beweging. Dina door HéLèNE SWARTH. (Nadruk verboden). Zegenend lei de stervende moeder de wasbleeke, uit geteerde hand op Dina's diepgebogen hoofd. Je bent een engel voor me geweest, zei zacht de zwakke stem der lij der es, God geve dat 't je goed ga, lief kind, je hebt een hemel op aarde verdiend. Dina snikte te zeer om een woord uit te brengen. Haar handen omklemden de hand, die op het dek lag; de ijzige kou des doods ging er al van uit. In je armen stervenfluisterde de zieke bijna on hoorbaar. Dina nam het bleeke hoofd van haar moe der aan haar borst en kuste bet klam gelaat, dat die laatste liefkozing al niet meer voelde. Een half uur later sloot zij de oogen van haar lieve doode. Dina had een zware en langdurige taak vervuld aan de moeder, die door haar alleen verpleegd hadf willen worden. Als eenige dochter vond zij 't haar plicht, hoewel zij sinds zeven" jaar verloofd was, haar huwelijk uit te stel len tot den üood van haar moeder. Albert berustte in het besluit "van zijn dapper meisje, maar zijn brieven waxen vaak vol zelfzuchtige klachten. Hij had het zoo eenzaam in den vreemde ea 't was toch overdreven van Dina, haar jonge jaren op te offeren aan haar moeder. Jeugd had recht op vreugd en zij liet hem maar wach ten op het beloofd liefdegeluk. Hield zij dan meer van haar moeder dan van hem? Was hij dan niet haar Al meer? Was 't niet zelfzuchtig van de zieke, Dina te weerhouden, naar hem toe te gaan? Dina schreef terug dat moeder haar niet kon missen, de kwaal ondermijnde de krachten der zieke, 't zou niet lang meer duren en na 't volbrengen van haar kinder plicht, zou Dina. zonder wroeging onverdeeld zich mo gen wijden aan haar Al. De zieke, die veel pijn leed en die veeleischend en lastig was geworden, vond het niet meer dan natuurlijk dat Dina zich opofferde. Het zachtmoedige meisje had haar altoos verwend. De zieke zag het niet als Vervolg van bet andere blad» F enigen tijd later bevond hij zich op zulk een ge ringen afstand van een der tallooze kleine hotelé aan het meer, dat hij met iemand daar had kunnen spre ken. Stroomen licht vielen uit open deuren en ramen, terwijl van de veranda, den tuin en de kleine pier een schaterend gelach klok of uitroepen van jonge men- schen bij het een of ander spel. Af en toe kon hij de stem hooren van een jongen man, die een meisje plaag de, dat hem grappig boos antwoordde. De luidruchti ge vroolijkbeid van dit alles etrcelde zijn ooren als een liefelijke herinnering aan muziek in zijn kinderja ren gehoord. Het vertegenwoordigde het soort leven, waarvan hij zelf zooveel had gehouden. Voordat zijn verdriet als een nachtmerrie over hem was gekomen, was hij het weinig eischende type van den Ameri- kaanschen jongen geweest, die liet prettig vindt op zo meravonden in portalen" of op „stoepen" of „piaz za's" gekheid te zitten maken met „de jongens" of te flirten met „de meisjes" en praten over allerlei onder werpen, dwaas of ernstig, gewoon of verheven. Hij bezat den goedaardigen, gezelligen, luidruchtigen, de- monstreerenden geest, eigen aan zijn leeftijd en stand. Mij had zich bij dezen kring van vreemdelingen kim- klaagde nooit. Toch leed zij onder de lange scheiding, ent, apeloozen nacht vol k wffÊ het beloofd en uitgesteld geluk, weer nieuwe zilverdra- toch ontsnapte haar een zucht, wanneer zij, 's morgens, na een slapeloozen nacht vol koortsig verlangen naar ien zag glinsteren in het al doffer bruin van beur ïaar. Maar haar geduld was onuitputtelijk. Vriende- ijk verdroeg zij de kregele buien 'dei zieke, en genoot, Is een plantje in den winter van een zonnestraal, van den zaj g haar. Maar haar geduld was onuitputtelijk. Vriende lijk verdroeg zij deler elke goede betere luim van haar moeder. Dan toonde de lijderes zich dankbaar voox Dina's toewijding en liefde, dan verontschuldigde zij haar norsche buien't was ook zoo tergend, zoo afmattend, altijd die knagen de kloppende pijn. Maar dan kon Dina tranen van haar arme moeder niet aanzien ea steide zij alles in het werk om haar te bedaren en af te leiden. Haar uitzet vergeelde in de linnenkast. Vóór moeders ziekte had ze er zoo blij aan gewerkt, later, uit kieschheid, nodt meer. Toen Dina kennis maakte met Albert was zij al ze- ven-en-twintig jaar. Hij was de eerste man die haar ten huwelijk vroeg en wat zijn liefde voor haar betee- kende besefte hij ternauwernood. Wijl hij zoo spoedig j na hun verloving naar Transvaal was gereisd, had zij een dagboek aangelegd, dat de gesprekken moest ver vangen en waarvan zij hem telkens een pakje dichtbe schreven bladzijden toezond. Zij stortte er haar hart in uit, vertelde al wat haar te binnenschoot van haar kindertijd, van haar geestelijke ontwikkeling, van haar jonge meisjes indrukken. Hij moest 'haar innig leeren kennen, hij moest alles weten van haar hart, dat no, niemand andera dan haar moeder had toebehoor 't Was haar eenig genot, 's avonds, in haar eigen ka mer, als zij de zieke had toegedekt en goedenacht ge kust, zich te wijden aan haar verren geliefde, dien zij onbewust hoe langer hoe meer geïdealiseerd had. 'tWas niet enkel een liefkozende verkorting van zijn naam als zij hem haar Al noemde. Haar jong en rein gebleven hart verwachtte van hem een zóó zuiver en zóó vol maakt geluk dat de gedachte er aan haar deed trillen en duizelen en zij de oogen sluiten moest om niet ver blind te worden door de zon, die aan den einder van haar toekomst verrees. Toen de telegram, die de doodstijding aan Albert moest brengen, verzonden was en zij, nu in dofzwart gekleed, weer m de sterfkamer zat haar tranen liet vloeien, kwam er voor 't eerst een onbestemde angst voor de toekomst in haar op. 'Haar jeugd was voorbij, zij was een oud meisje geworden in die zeven eindeloo- ze jaren. Al had zij, elk jaar, Albert haar portret ge stuurd, zou hij niet teleurgesteld zijn als hij haar weer zag? Mannen letten zoo erg op het uiterlijk, zijn zoo gesteld op de jeugd van een vrouw. En die jaren kon zij wel, als een krijgsman zijn oorlogsjaren, verdubbeld rekenen. Haar melkblanke gelaatskleur met die têere blosjes op de wangen, de glans en de weligheid van haar zijzacht bruin haar, het lachen van haar blauwe oogen onder de lange donkere wimpers, de kersenfrisch had van haar roo.de lippen, waar' waren m gebleven? Maar zóó oppervlakkig en wuft zou haar Al toch niet zijn. Was de liefde, die hen verbood; niet voor eeuwig, wijl zij hoog boven zinnenpassie, van ziel tot ziel haar etherische draden gespannen had? Haar ijler haren zou hij streelen, den bias en den glimlach id g< zeven jaren ten oïfèr heb gebracht, fluisterde zij weè- zou hij weer wekken op haar vermoeid gelaat. Neen, Moesje, ik héb er geen bi van dat ik je send en zij kuste eerbiedig het niurmemit'gelaat, ver beven kalm nu, veredeld sa verreiad. •Na de droeve drukte dier begrafenis voelde Dina pas boe afgemat rijj was vsa de tè - tts gerh-u 'ar verple ging, van haar langdurige zeifbehèersching en nam zij eindelijk de al lang noodige rast. De dokter ried haar een rustkuur van versterkende boschlucht aan eer zij de vermoeiende reis naar Transvaal aanvaardde Maar Dina antwoordde dat zij geen tijd meer te ver liezen had. Zoodra zij bericht had van haar verloofde wou zij naar hem toe. Maar nu zij rustig lag, den heelen dag op den divan, in de serre, waar de lentezon de planten bescheen en den heelen nacht in bed, zonder op te schrikken om, sluipend op haar slofjes, te gaan kijken of de zieke wel sliep, nu voelde zij toch wel dat, de zorgzame dokter gelijk had en dat haar kracht was uitgeput. Maar zij wou gauw weer aansterken en ge dwee slikte zij de melk en de bouillon, die Antje, de oude meid, haar bracht. Zij sliep veel en dat zou haar nen aansluiten naar alle waarschijnlijkheid voor het meerendeel vreemden voor elkaar en in den tijd van tien minuten zou hij een van hen zijn geweest. Bij hun uitroepen, hun neusgeluid, hun „slang", htm jo lige scherts en hun vroolijke dwaasheid zou hij zich behagelijk hebben gevoeld. Maar hij was Norrie Ford, bij ieder van hen door zijn naam en zijn onge luk bekend. De jongens en meisjes op de pier, de ou dere dames in de schommelstoelen, zelfs de kellnerin- nen met haar hooggehakte laarsjes en kunstige kap sels, die eenigszins minachtend de gasten in de eetka mer met houten vloer bedienden, hadden zijn leven, zijn gerechtelijk verhoor, zijn vonnis, zijn vlucht be- raat en hun opinies over hem gevormd. Als zij nu onden weten, dat hij daar vanuit de duisternis hun silhouetten gadesloeg en naar hun stemmen luisterde, dan zou er zulk een misbaar en geschreeuw ontstaan, als het meer Champlain niet gehoord had sedert de Indianen dat voor net eerst zagen. Deze gedachte wekte een diepen wrok bij hem op. Tijdens de vijftien maanden van zijn arrest was hij te druk bezig of te ongerust geweest of te verbijsterd door den zoo zonderlingen toestand waarin hij zich bevond', om tijd voor bepaalde woede over te hebben. In zijn slechtste tijden had hij nooit het geloof verlo ren, dat de wereld of het gedeelte daarvan, waarmee goeddoen. Kennissen zonden mooie bloemen en fijne vruchten, die Antje op een tafeltje bij haar bank plaats te en waar zij droomerig naar keek als zij wakker werd. Zacht gleed de Meiwind binnen en bracht geuren van jong" groen en van bloemen uit de tuinen en de lente zang van een merel, de zoete roep van een houtduif ver- vroolijkten de zonnige serre, 's Avonds zong de nach tegaal in een bloéienden Meidoorn en luisterend vie! zij weer in slaap. Nu zou het voor haar ook lente wor den en zomer, zomer voor altijd., Haar hart was jong gebleven, de toekomst was nu toch nabij. Zij was de tel der dagen kwijt en als zij al eens vroeg naar den datum, vergat zij aanstonds het antwoord weer. Daarom verwonderde zij zich niet over het uit blijven van bericht van Al. Maar, een helderen maannacht, onder het luisteren naar den nachtegaal, die zijn hartstochtelijk liefdelied zong, werd zij plots zóó beangst alsof haar ongeluk bedreigde. Zij kreeg 't benauwd in bed en ging voor 't open venster zitten. De lucht was zoel als of er geen onweer broeide en zij trachtte zich wijs te maken dat die drukkende zoelte de eenige reden was van haar angstgevoel. Smart om van het verlies van haar moe der was het niet, dit was anders —'als een voorgevoel. Een paarsige wolkenkrans omr de de volle maan en van tijd tot tijd, bedekten die wolken de maan geheel. Bedwelmend steeg de geur van den Meidoom, waarin de nachtegaal zong, tot Dina op, vermengd met den geur der seringen, die in alle tuintjes bloeiden. On danks de zoelte, kroop een koude rilling Dina langs den rug Zij trachtte zich op te dringen dat zij weer wat kootsig was zij was nog zóó zwak, dat alles haar te sterk aangreep. Zij moest maar weer naar bed gaan. Maar als betooverd bleef zij turen naar het spel van de wolken en luisteren naar het lied van den nachtegaal. Nu was 't geen jubelen meer, 't leek hartstochtelijk kla- 1 opeens ging een hond huilen, bassend tegen de maan. Dina Bloot het venster, trok de gordijn dicht en ging weer naar bed. Haar hart bonsde, haar ooren suisden. Wat was er toch? waarom was zij zoo vreemd ontroerd? Zij dronk een glas water en het glas glitste haar tusschen de tanden, zoo beefde haar hand. Het licht van de kaars viel op een scheurkalender, die sedert den sterfdag van haar moeder niet was afge haald. Maar hoe lang was dat al geleden? Had er niet al bericht van Al kunnen zijn? Plots wist zij dat haar angstgevoel op haar verloofde betrekking had. Een geweldige smartkramp greep haar aan. Zij voelde dat Al zou sterven. Zij vouwde de handen en trachtte te bidden. Toen week de kramp uit haar borst en met tranen op de wangen sliep zij opeens in. Maar weldra werd zij weer wakker. En toen wou zij niet meer sla pen. Zij had gedroomd dat Al dood was, zij had hem zien liggen, marmerbleek en geheimvol zooals zij haar moeder op haar sterfbed had gezien. En, terwijl zij de hand uitstrekte om de kaars op te siiken, voelde zij een haud op haar schouder, hoorde zij, heel zacht, ais uit de verte, haar naam fluisteren. En zij herkende de stem van Al. Toen het doodsbericht van Albert kwam zei Dina:— „Ik wist hef' en verloor haar bewustzijn. De dokter vreesde voor haar levnen, maar haar uur was nog niet geslagen. Toen zij herstelde was haar haar sneeuw wit. Zij wijdde aan ziekenverpleging de vele jaren die M ven, gesteund do M zij nog moest doorleven, met Al voor eeuwig vereenigd te zijn. loor de hoop eens BÏNNBNIiAt©. Gemengd Nleum UITVOER VAN KAAS EN KAASVERKOOP IN HET BINNENLAND. J Omdat van velschillende zijden wordt beweerd dat 8 het percentage der gekochte of geproduceerde kaas, hetgeen uitsluitend moet worden bestemd voor de binnenlandsche consumptie, voor aiie prijzen mag worden verkocht, tenzij de bestellingen door het Rijks- centraalbureau voor den Uitvoer van Kaas geschieden, vestigt het Rijks Centraalbureau voor den Uitvoer van Kaas er nogmaals de aandacht op, dat a 11 e kaas, die voor het binnenlandsch verbruik wordt afgeleverd, voor geen hooger prijs mag worden verkocht, dan de door Z.E. den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel vastgestelde maximumprijzen, onverschillig of de kaas door het Rijkscentraalbureau wordt besteld, dan wel of zij voor het binnenlandsche verbruik wordt hij had te maken, zou leeren inzien dat zij een fout had begaan. Hij had zijn gevangenschap en het gerechte lijk onderzoek meer of minder als opwindende avon turen beschouwd. Zelfs de woorden van zijn vonnis verloren voor hem veel van het verschrikkelijke door zijn innerlijke overtuiging dat het slechts ijdele klan ken waren. Van de verwarde gebeurtenissen op den avond van zijn vlucht herinnerde hij zich het best, dat hij honger had gehad, terwijl hij aan de weken in de hut doorgebracht, dacht als aan een „pic-nic". Even als zijn goed humeur hem zelden in den steek had ge laten, had het hem bijna nooit aan geduld ontbroken. Dergelijke verschillende emoties als hij had onder vonden, werkten op den duur het optimisme in de hand. Diep in zijn gemoed koesterde hij de verwach ting, bijna het voornèmen om ter eeniger tijd aan zijn toom lucht te geven, doch slechts dan wan neer hij in zijn rechten zou hersteld zijn. Maar hij voelde dien nu opkomen, vóór dat hij er op voorbereid was. Die overviel hem onverwacht en zonder geldige oorzaak, nu hij bij toeval merkte, dat hij van alle kameraadschap, die hem van rechtswege toekwam, was buitengesloten. Tot dusver had niets hem de beteekenis van zijn toestand zoo duidelijk on der 't oog gebracht als het gepraat en gelach van deze jongens en meisjes, die plotseling voor hem werden verkocht. HeT spreekt cok wel van zelf, dat geen andere prij zen kunnen worden berekend. Dit blijkt voldoenae uit de overeenkomst der Noord-Hollandsche kaashan delaren, waarbij i9 bepaald, dat voor het in Neder land te houden percentage, (voor Noord-Hollandsche E unmerkaas 10 procent, zie circulaire 24 April), de producenten 2 beneden den vastgestelden maximum en gros prijs zal worden betaald. Evenals de Noord-Hollandsche exporteurs dienen ook anderen met hun inkoopen er rekening mede te houden, dat voor het in Nederland te houden percen tage niet meer wordt betaald, dan de vastgestelde maximumprijs. De risico voor het reserveeren van den verplichten voorraad, wordt daardoor ook veel min der. Omdat verschillende exporteurs de meening zijn toegedaan, dat behalve de volgens de geteekende ver klaring te houden voorraad, ook nog een voorraad moet worden gevormd, uit het percentage der van pro- ekochte kaas, dat verplich- ducenten of haridelaren tend in Nederland moet bli de, dat deze opvatting niet dat van den inkoop in het volgens geteekende verklari ven, deelt het bureau me- uist is. Uit het percentage and moet blijven, kan de ng verplichte voorraad worden gevormd. Wanneer door de diverse inkoopen meer kaas in voorraad komt, dan men verplicht is te houden, dan mag deze kaas door de exporteurs wor den verkocht voor de binnenlandsche consumptie, tot een prijs die den door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel vastgestelden maximumprijs niet te boven mag gaan, en qp die voorwaarden aat men bij den verkoop ervan overtuigd is, dat de verkochte kaas werkelijk in het binnenland wordt geconsumeerd. Het Rijkscentraalbureau kan de exporteurs alleen aan sprakelijk stellen, voor het geval, dat deze kaas op eene of andere wijze mocht worden geëxporteerd. Mochten zich dergelijke feiten voordoen, dan zou voor de verkoopers dier kaas, intrekking der consenten hiervan het gevolg zijn. Omdat de binnenlandsche kleinhandelaar tot heden in het geheel niet of met groote moeite kaas voor zijn afnemers kon verkrijgen, heeft het Rijkscentraalbuxeau voor den Uitvoer van Kaas bepaald, dat ook deze cate gorie van personen door bemiddeling van het Bureau in het vervolg kaas zal kunnen betrekken, op nader te bepalen voorwaarden. Om den tusschenhandel bij het verkrijgbaar stellen dezer kaas voor verlies te besparen, ligt'het in de be doeling de kaas voor deze groep handelaren voor 2 beneden den maximumprijs beschikbaar te stellen, ter wijl zij deze kaas bij wekelijksche leveringen van min der dan 10 stuks, voor 2 boven den maximum en- gros prijs mogen verkoopen. Bij den verkoop van 10 stuks en meer mag niet meer dan de maximumprijs worden gerekend. De leveringen voor deze kleinhandelaren zullen spe ciaal worden opgedragen aan die exporteurs, die niet het verplichte percentage van hun gekocjite kaas voor binueufandseh verbruik zelf hebben geplaatst. Steeds INGEZONDEN MEDEDEELINGEN. I KINDERMEEL) wat Lazarus in Abraham's schoot was voor den Rijke in de hel. Een paar riemslagen brachten hem buiten het ge zicht en de geluiden van het hotel; doch de sombere verontwaardiging en toom bleven in zijn hart en uit ten zich in de hevigheid waarmee hij de cano bij het licht der sterren naar het noorden stuurde. Voor het oogenblik was het een blinde, doellooze toom, die te gen niets en niemand in 't bijzonder was gericht. Hij was niet bedreven in het anlyseeren van gevoelens of in het nagaan van oorzaak en gevolg. Een paar uur lang was zijn gramschap de woede van het razende dier, dat van pijn brult, zonder te letten óp de hand, die haar veroorzaakte. Andere gezelschappen van roei- booten kwamen binnen het bereik van zijn gehoor, maar hij sloeg er geen acht op; stoombooten kwamen in 't zicht, maar hij had geleera ze te vermijden; klei ne steden doken met tusschenruimten van een paar mijlen aan de oevers op, doch hun lichten, die van huiselijkheid spraken, schenen den spot met hem te drijven. Het herboren worden tot een nieuw wezen was een pijnlijk proces en toch was hij overtuigd, dat ondanks al zijn verwarde gevoelens en vaag tijdelijk lijden een nieuw wezen zfjn recht op het leven eftechte. (Wordt vervolgd.) ALKMAARSCHE i» mm

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1915 | | pagina 13