DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Italië an Oostenrijk-Hongariia. Van hat oostelijk ooriogstoirein, Van let westelijk oorlogsterrein. Aflevering van gevorderde Wol, No, m Honderd en zeventiende Jaargang» 1915 I mmtmm m 2 mmim WM, k p* ml ft-. 4 mi gab Mfes *ssfliafefÉfe Bdwa k I. M~ m Mf^nMi her% COSJERdZOOM, talsi C8. Telefoons I D ÖNBERDAG 3 JUNI Uitkeering vergoediueen MILITIE en LANDWEER. Brood- en Meelkaarten. Inkwartieringslijst. 11 O QF® H Sieniawa Przemysl R Lemberg Stryj ALKMAAR, 3 Juni. Het belangrijkste bericht van heden is, dat Przemysl gevallen is, d.w.z. aan de Russen, die de vesting sinds 22 Maart hebben bezeten, ontnomen is. Teneinde de beteekenis van deze herovering duidelijk te kunnen maken, hebben wij hierboven de onderlinge ligging van de voor de operaties in Galicië zoo belangrijke plaatsen Przemysl, Stryj en Lemberg aangegeven. Men ziet, dat de rechte lijnen, welke de drie steden, verbin den, ongeveer een rechthoekigen driehoek vormen, waarvan de eene rechthoekzijde (PrzemyslLemberg) 80 K.M., de andere (LembergStryj) 60 K.M. en de schuine zijde. (PrzemyslStryj) 100 K.M. bedraagt. Meet men deze afstanden op de Nederlandsche kaart uit en neemt in de plaats van Przemysl Alkmaar, dan wordt Lemberg voorgesteld door Kampen en Stryj door Arnhem. Langs de rechthoekzijden pogen de Duitsch-Oostenrijksche troepen door oostwaarts en noordwaarts op te trekken, zich bij Lemberg te veree nigen en dan de Russische strijdkrachten in Polen en Galicië van elkaar te scheiden, terwijl de schuine zijde een deel van het front voorstelt, dat zich in de richting van noord-west naar zuid-oost uitstrekt. Teneinde de vereeniging van de troepen uit het wes ten en het oosten te voorkomen welke immers zou beteekenen een verdrijving der Russische strijdkrach ten uit Galicië en een splitsing bovendien poogden de Russen bij Sieniawa, eveneens hierboven aangege ven, door te breken. Lukte deze doorbraak, dan was er een scheiding tot stand gebracht tusschen de in Gali cië en in Polen strijdende Duitsch-Oostenrijksche le gers. Nu is zooals men weet Stryj in handen der Oosten rijkers gevallen, waardoor deze een gelegenheid heb ben gekregen, om in noordelijke richting verder te rukken. De Duitschers bij Przemysl konden echter nog niet vooruit. De poging der Russen bij Sieniawa heeft in zooverre doel getroffen, dat de stad niet om sloten is kunnen worden. Ware dit wel geschied, dan had het gros der Duitsche troepen verder in Oostelijke richting kunnen trekken. Maar met de vesting in de rug kon men niet voorwaarts gaan. Men heeft toen niet gelijk bijv. bij Luik gepoogd de vesting bij strategische verrassing te nemen, en dus geen troepen geofferd, voordat de artillerie den storm-aanval be hoorlijk had voorbereid, maar kalm de zware kanon nen opgesteld. En nu is de vesting verrassend snel ge vallen. Eerst werden drie forts op ongeveer 7 kilo meter afstand en daarna nog twee in stormaanval ver overd, de veroverde vermoedelijk oorspronkelijk Oostenrijksche kanonnen werden onmiddellijk om gedraaid en konden dienst*. n bewijzen bij de beschie ting van-de kern-vesting, welke dag en nacht werd voortgezet. Toch is het waarschijnlijk niet juist om naar aanleiding van dezen val opnieuw te beweren, dat tegen het zware geschut niets bestand is. Want wel zullen de Russen hard met cement en beton ge werkt hebben, maar de tijd is voor hen te kort ge weest, om deugdelijke vestingwerken te maken, die een krachtdadig beleg zouden kunnen doorstaan. Door de bres in de fortenlinie waren de Duitschers natuurlijk al een heel eind hun doel genaderd, het was te voor zien, dat ze het weldra zouden bereiken, wanneer er geen onverwachte dingen gebeurden, die in den oor log altijd mogelijk zijn alleen dat de stad zoo spoe dig is gevallen, verrast. Nadrukkelijk zij er op gewe zen, dat het Russische garnizoen naar alle waarschijn lijkheid naar Lemberg is ontsnapt, zoodat het succes der Duitschers en Oostenrijkers wel mooi, maar geenszins volledig is, daar de verliezen, den Russen toegebracht, niet groot zullen zijn. De kalme bezadigde militaire medewerker van het Tageblatt, majoor Moraht, schrijft, dat het uur van Lemberg en de rest van het Russische hoofdleger ge slagen heeft. Duitschland's en Oostenrijk's gelukkige coalitie, zegt hij, staat voor het einde van de zegenrijke gevechten in Galicië. Die gevechten hebben een boven verwachting groot resultaat bereikt. Hun invloed op het Oostelijk oorlogsterrein en verder op den politie- ken toestand op den Balkan (men denke aan de hou ding van Bulgarije en Roemenië!) tenslotte op den eind-uitslag van den geheelea oorlog zal weldra blij ken. Zoover is het echter nog niet. Al Is het stuk bezet gebied door de operaties der laatste maanden aanzien lijk verkleind, nog altijd zijn de Russen in Galirië, nog steeds staan zij aan den San, en bij de Dnjestr, hebben zij de Lemberg-Tomaszow-hoogten in bezit. Maar stellig treedt thans, zooals na het bovenstaan de duidelijk zal zijn, op het Oostelijk oorlogsveld een belangwekkende, maar ook een belangrijke periode in. Het is heel wat anders dan op het Westelijk oorlogs- tooneel. Daar vecht men een halve maand om.... een suikerfabriek. Den 17den Mei berichtte een Fransch communiqué, dat om die fabriek bij Souchez gevochten werd en thans meldt het Fransche communiqué, dat deze stelling genomen is nadat zij de laatste dagen herhaaldelijk van bezitters verwisselde. Aan de Dardanellen vecht men ook al om loopgra ven. Van het Italiaansch-Oostenrijks tooneel weten we alleen, dat de Italianen door vrijwel alle toegangen Zuid-Tirol zijn binnen gevallen. Ter zee werd een Engelsch stoomschip de „Sidieh" (3300 ton) in de Noordzee getorpilleerd. De Zeppelin-aanval boven Londen leidde tot betoo gingen tegen daar gevestigde Duitschers, en bij onge luk ook tegen Russen en Pólen. De meeste Londenaars vernamen den aanslag het eerst uit de bladen, welke overigens geen bijzonderheden mochten mededeelen, hetgeen weer aanleiding heeft gegeven tot geruchten over allerlei rampen, welke in het bijzonder openbare gebouwen zouden hebben getroffen. DE GEVECHTEN AAN DE GRENS. Het Oostenrijksche legerbericht meldde gisterenDe vijand had tot dusverre niet het minste succes bij al hetgeen hij ondernam. De met veel verbruik.van ge- schutmunitie gepaard gegane beschieting van het pla teau Lavazone—Folgaria en van enkele Karinthische sperforten, richtte geen noemenswaardige schade aan onze versterking aan. Overigens hadden noch aan de Tiroolsche, noch aan de Karinthische grens groote ge vechten plaats. In het kustland werden aanvallen van den vijand met groote verliezen voor de Italianen afgeslagen. Het resultaat van het bombardement van Pola, zoo als dit wordt aangegeven in het communiqué van den Italiaanschen marinestaf, is niet juist. Weliswaar zijn vier bommen ontploft, de materieele schade is echter gering en branden zijn niet uitgebroken. De beschieting van Monfalcone heeft geen andere uitwerking gehad, dan dat een burger door eteensplin- ters gewond' werd. DE STRIJD AAN HET OOSTELIJK FRONT. Het Russische legerbericht meldde gisteren: Op het gevechtsterrein bij Schawli geen wijziging van beteekenis. Ten Westen van het dorp Koertoviany duurt de strijd voort op het front Traifliany—Gailiski. Den 31en maakten wij ons na een bajonetgevecht meester van het laatste dorp, dat krachtig versterkt was en met verbittering door de Duitschers werd ver dedigd. Aan den linker-Weichseloever gaf de vijand in den nacht van 31 Mei een heftig artillerievuur af op het geheele front ten noorden van de Pilitza. Tegen vier uur in dien morgen ontwikkelde hij een. massa rook en viel onder dekking van een groote hoeveelheid vergifti ge gassen met aanzienlijke strijdkrachten onze stel- aanriel aan den Beneden Rafka op het front Mezirka VoliaTsjidlofska. Niettegenstaande het verbruik van een geweldige hoeveelheid vergiftige gassen, waar van de stank tot dertig werst achter het front werd waargenomen, werden alle aanvallen afgeslagen. In Galicië begon de vijand, na in de laatste dagen dte noodige voorbereidende maatregelen te hebben ge troffen, den 30en een hevig bombardement, waarna hij een reeks aanvallen deed op het westelijk en noordwes telijk front van Przemysl tusschen de forten zeven en elf. In den loop van den nacht van 31 Mei slaagde de vijand erin eenige der aangevallen sectoren tot op 200 pas te naderen en zelfs een der forten binnen te dringen, waaromheen een hardnekkig gevecht ontstond dat dluurde tot twee uur in den middag van 31 Mei, toen de vijand met ontzaglijke verliezen werd terugge worpen. De rest van de vijandelijke troepen, die fort zeven waren binnengedrongen, werden gevangen ge nomen, ten getale van 23 officieren en 600 man. Aan de overzijde van den Dnjester wierp de vijand voor het meerendeel Duitsche troepen zijn reser ves in den strijd bij Stryjhet resultaat van dit ge vecht is nog niet duidelijk. Aan de Swika zetten onze troepen hun succes voort. Hier werden door ons reeds 10.422 soldaten en 238 officieren krijgsgevangen gemaakt. (Reeds in een deel onzer vorige oplaag vermeld). Het Duitsche hoofdkwartier meldde gisteren: Bij Neuhausen, 50 K.M. noordoostelijk, en bij Shidiki, 65 K.M. zuidoostelijk van Libau, hadden succesvolle ge vechten plaats tegen zwakke Russische troepen. Het zelfde geschiedde bij Shawli en aan de Doebissa. Ten zuidoosten van Kielmy en tusschen Oegiani en Eiragola maakten wij 500 krijgsgevangenen. Weder werden twee werken van de vesting Przemysl, thans bij Doenkowitsjki, in storm genomen. Na dé overwinning bij Stryj drongen de verbonden troepen gisteren voorwaarts in de richting van Mede- nistsj. In den loop van de maand Mei zijn op Galicische oorlogstooneel 863 officieren en 268,869 man krijgs gevangen gemaakt, terwijl 251 kanonnen en 576 mi trailleurs werden buit gemaakt. Voor rekening van het leger-Mackensen komen 400 officieren, onder wie twee generaals en 152,254 man benevens 160 kanon nen, waaronder 28 zwale, en 403 mitrailleurs. Met de gevangenen op het oostelijke operatietooneel bedraagt het totaal aantal krijgsgevangenen in de maand Mei ongeveer 1000 officieren en ruim 300.000 man. (Reeds in een deel onzer vorige oplaag vermeld). Het Oostenrijksche legerbericht meldde gisterenDe vijand heeft zijn hevige aanvallen op de troepen der bondgenooten ten oosten van de San herhaald. Die aanvallen werden met groote verliezen voor den vijand geregeld afgeslagen. Aan het noorderfront van de vesting Przemysl zijn wederom twee versterkingen stormenderhand genomen. Het veroverde gebied werd behouden. Ten zuiden van de Dnjester hebben wij succes met onzen aanval. De vijandelijke stellingen tusschen Stryj en Drohobycz werden gisteren stormenderhand veroverd. Een talrijke Russische krijgsmacht, die in Zuidoost- Galicië in de streek van Solotwine onze stellingen al daar aanviel, leed zware verliezen en trok terug, hier en daar zelfs vluchtend1. In de maand Mei werden door de troepen der bond genooten, die door den Oostenrijksch-Hongaarsehen opperbevelhebber gecommandeerd werden, 863 offi cieren en 268.869 manschappen gevangen genomen en werden buitgemaakt: 251 stuks licht en zwaar ge schut, 567 machine-geweren en 189 munitiewagens. Daarbij moet nog gevoegd worden allerlei oorlogs- materieel; door de Karpathenlegers alleen werden buitgemaakt 8500 bommen en granaten, 5% millioen infanteriepatronen, 32000 Russische repeteergeweren en 21000 blanke wapens. DE STRIJD IN BELGIë EN NOORD-FRANKRIJK. Het'Fransche middag-communiqué meldde gisteren. De heftige strijd in den sector van Atrecht wordt voortgezet. De Franschen behaalden opnieuw ter reinwinst. Niettegenstaande verschillende hevige aan vallen, konden de Duitschers de Franschen niet ver drijven uit de door hen veroverde loopgraven in de aan den weg AixNouletteSouchez grenzende bos- schen. De Franschen wisten eveneens het veroverde terrein ten noord-oosten van de kapel van Notre Dame de Lo- rette te behouden. De verbitterde gevechten, welke sinds twee dagen geleverd worden om de suikerfa briek bij Souchez, eindigden in het voordeel van de Franschen. Dezen veroverden het gebouw, de Duit schers heroverden het in den nacht van 31 Mei op 1 Juni, maar de Franschen dreven hen den volgenden morgen er uit en bleven meester van de stelling, niet tegenstaande alle Duitsche tegenaanvallen. De Duit schers leden zware verliezen. In Neuville-St. Vaast veroverden de Franschen een groep huizen, waarin zij zich handhaafden, ondanks eenige tegenaanvallen. In het Labyrinth ten zuid-oosten van Neuville gaan de Franschen voort het eene Duitsche werk na het an dere te nemen; zij behaalden een groot voordeel in het noordelijk gedeelte van dit loopgravencomplèx. Al het veroverde terrein is behouden. Het aantal hier sinds Maandag door de Franschen gemaakte krijgsge vangenen is ruim 450. Aan den zoom van het Prêtrebosch heroverden de Duitschers na een heftig bombardement eenige loop- gravengedeelten, den 30sten door de Franschen geno men. Het overige gedeelte van het veroverde terrein op dit deel van het front behielden de Franschen. Verder valt niets te vermelden dan een tot tweemaal toe herhaalde beschieting van Reims, in het bijzonder van de kathedraal. Het Duitsche Hoofdkwartier meldde gisteren: Bij Bixschoote ten noordoosten van Steenstraete schoten wij een Engelsch vliegtuig naar beneden. De inzitten den, een Belgisch eneeo. Engelsch officier, werden ge vangen genomen, De suikerfabriek ten westen van Souchez, welke de Franschen gistermiddag bezetten, is door ons heroverd Een Fransche aanval in den avond op onze stellin gen bij en zuidelijk van Neuville is afgeslagen. Slechts werd een klein gedeelte van een loopgraaf langs den straatweg Neuville— Ecurie genomen. In het Prêtrebosch duurt het handgemeen in enkele loopgravengedeelten voort. (Reeds in een déél onzer vorige oplaag vermeld). KORTE BERICHTEN. De „Trion" is vlot geraakt en thans in de Downs geankerd. Eenige textiel-fabrikanten te Chemnitz hebben aan het Saksische ministerie van Oorlog een bedrag van 600 ter hand gesteld, voor de eerste twintig Duitsche soldaten die zich op Engelsch grondgebied onderscheiden. Heeft een invasie van Engeland in den loop van den oorlog niet plaats, dan komt het geld ten goede aan het ondersteuningsfonds voor invaliden. Het Engelsche schip „Saidieh" is gisteren ge torpilleerd in de Noordzee. Het stoomschip bevond zich op reis van Alexandria naar Huil. Zeven leden der bemanning en de stewardess verdronken. De ove rige schepelingen en acht passagiers zijn geland. Ter gelegenheid van den verjaardag van den En- gelschen koning is Lord Kitchener benoemd tot ridder in de orde van den Kouseband. De luitenant-kolonel van het 3de Italiaanscfae re giment zouaven te Constantine heeft bekend gemaakt, dat hij koning Victor Emmanuel III benoemd heeft tot kor per aal bij de le escouade van de eerste compagnie van het eerste bataillon van zijn regiment, evenals in dertijd geschied is met Victor Emmanuel I op dten avond van den slag van Palestro. BINNENLAND. Gemengd Nieuws. LIJKVERBRANDING. De minister van justitie heeft in aütwoord op de vragen van den heer Beumer betrekkelijk het ver- De Burgemeester van Alkmaar brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de uit betaling der vergoedingen, loopende over het tijdvak van 26 Hei tot en met 5 Juni,.zal plaats hebben ten Stad hul ze op Haandag 7 Juni a.s., voor zooveel de LANDWEER aangaat van 10—11 en voor zooveel de MILI TIE betreft van 11—18 uur. Alkmaar, 3 Juni 1915. De Burgemeester voornoemd, O. RIPPING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK MAAR herinneren er belanghebbenden aan, dat nog steeds een vrij aanzienlijk aantal brood- en meel kaarten, welke indertijd zijn aangevraagd, NOG NIET ZIJN AFGEHAALD, en noodigen hen uit deze kaarten alsnog niterlijk 4 Jnnl a.s. ter secretarie te komen afhalen, hetgeen noodzakelijk is met het oog op de voorbereidende werkzaamheden voor de vernieuwing dier kaarten voor het volgende 14-daagsch tijdvak. Voor het geval de kaarten op genoemden datum niet zijn afgehaald, zal het er voor worden gehou den, dat men van de gelegenheid tot het bekomen van goedkoop brood en meel, voor het loopende tijdvak tct 8 Juni a.s., geen gebruik wenscht te maken. Het ligt in het voornemen de verwisseling der broodkaarten te doen geschieden door de bakkers, die de nieuwe kaarten daartoe op 8 Jnnl na de morgenlevering, tegen inlevering der onde, ter gemeente-secretarie in ontvangst kunnen nemen. Alkmaar, 1 Juni 1915. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. RIPPING, Voorzitter. DONATH, Secretaris. De BURGEMEESTER van ALKMAAR brengt te kennis van de houders van Schapen in deze gemeenf dat de ten behoeve van het Departement van Oorlog gevorderde Wol door hen in GOEDEN DRO GEN toestand moet worden afgeleverd bij de firma J. J. BAK en Co., aan de Noorderkade te Alkmaar, in het tijdvak van 7 tot en met 22 Juni a.s., uitgenomen de Zaterdagen. Alkmaar, 3 Juni 1915. De Burgemeester voornoemd, G. RIPPING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK MAAR brengen ter algemeene kennis, dat, overeen komstig art. 17 der wet van 14 September 1866, Staatsblad No. 138, door hen is herzien de lijst, be- vattende de namen der inwoners die in aanmerking komen voor het verleenen van inkwartiering en on derhoud van militairen en paarden, welke lijst ter inzage voor een ieder is nedergelegd ter gemeente secretarie gedurende 14 dagen na heden. Bezwaren tegen die lijst kunnen schriftelijk bij Burgemeester en Wethouders worden ingediend binnen 14 dagen na afloop van den tijd voor de inzage der lijst bestemd. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. RIPPING, Voorzitter. DONATH, Secretaris. Alkmaar, 1 Juni 1915. branden van lijken, ip verband met de Begrafeniswet medegedeeld, in de eerste plaats dat hij, nu döor het arrest van den Hoogen Raad van 1 Maart j.l. de rechterlijke macht in hoogstén aanleg een uitspraak neeft gegeven omtrent de beteekenis van de Begrafe niswet ten opzichte van het verbranden van lijken, meent zich van het nader uitspreken van zijp per soonlijk oordeel t#moeten onthouden. Ver dér deelde de minister mede, dat inderdaad om trent de vaststelling van de redactie van verschillende formulieren, die bij een lijkverbranding in het crema torium Westerveld door belanghebbenden moeten wor den ingevuld, overleg met hem (minister) is gepleegd. Aangezien de minister van binnenlandsche zaken, bij wien in de eerste plaats dé uitvoering der Begra feniswet berust, het niet gewenscht oordeelde na het bovengenoemde arrest van den Hoogen Raad thans nieuwe maatregelen te nemen tot het tegengaan van het verbranden van lijken van de zijde der Vereeni ging voor facultatieve Lijkverbranding achtte d'e mi nister van Justitie zich verplicht in hef belang der ju stitie zorg te dragen, dat lijkverbranding alleen dan zal plaats vinden, indien geenerlei gevaar bestaat, dat door de crematie de sporen van een eventueel tegen gepleegd misdrijf zullen verdwijnen. Wijziging der Begrafeniswet zou moeten worden ter band genomen door den minister van Binnenlandsche aken. Voor den minister van Justitie bestond geen reden, om daarop aan te dringen, waar thans voldoen de waarborgen aanwezig zijn tegen een uit justitieel oogpunt ongewenschte lijkverbranding. HET TIJDELIJK GEZANTSCHAP BIJ DEN PAUS. De „Nieuwe Courant" eindigt een artikel, getiteld „De Urgentie van het tijdelijk gezantschap", als volgt: „Derhalve zou het te verwonderen zijn, indien men hetzij uit de te verwachten Memorie van Antwoord, hetzij bij de mondelinge beraadslaging in de Tweede Kamer de overtuiging opdeed, dat onze regeering wegens de veranderde omstandigheden, opeendrin- gende afdoening van het gezantschaps-wetje geen prijs meer stelde

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1915 | | pagina 1