De Wilde Olijf.
FEUILLETON.
NEDERLAND.
schillende soorten, verspreid zijn. Exemplaren daar
van zijn over die geheele wereld geplaatst en hebben
vaak hun doel bereikt, waar andere middelen taalden.
Merkwaardig genoeg, zijn vooral zeer vele vragen
naar die aanplakbiljetten ingekomen uit Nederland en
andere neutrale landen.
Verschillende bekende teekenaars en illustrators heb
ben de ontwerpen voor deze platen geleverd.
DE SULTAN VAN TURKIJE.
Daar de Khalif sedert eenigen tijd aan blaassteen
lijdende is, werd na herhaalde consulten door. den uit
Berlijn ontboden prof. Israël en de behandelende ge-
neesheeren eenparig besloten een operatie te verrich
ten, welke gisteren met goed gevolg heeft plaats gehad.
KORTE BERICHTEN.
Het Engelsche stoomschip „Llama" berichtte, dat
t gisteren de bemanning heeft opgepikt van de traw-
's „Quetwaters" en „Viceroy" die bij de Shetlanda
landen tot zinken zijn gebracht. 5 andere trawlers
zjn ter zelfdier tijd gezonken.
De Noorscne boot „Nova" is gisteren te Bergen
aangekomen met de bemanning van de Noorsche
stoomboot „Trauma", die Woensdagmorgen in de na
bijheid van de Shettlandisei landen werd getorpilleerd
en in brand gestoken. De Duitschera sleepten de redr
dingboot met de bemanning aan de „Nova" die in zich
was gekomen.
Op 22 Mei werd in de Oostzee een Russische on
derzeeër blijkbaar van het Akala-type, door een
Duitsch vliegtuig 25 mijlen ten oosten van Gotland
met bommen beworpen. Het resultaat kon toentertijd
niet worden vastgesteld. Nu wordt van Russische zij
de erkend, dat de onderzeeër verloren is gegaan, meldt
het BerLjjnsche Wolff-bureau.
DE „ZAANSTROOM" EN DE „BATAVIER V".
Het prijsgerecht te Hamburg heeft naar het Hbld.
verneemt uitspraak gedaan in de zaak van de
„Zaanstroom" van de Hollandsche Stoomboot-Maat
schappij en de „Batavier V" der Batavier-lijn.
Naar men weet wat de niet-contrabande van de naar
Zeebrugge opgebrachte „Zaanstroom" destijds reeds
vrijgegeven en uit Zeebrugge teruggehaald.
De procedure voor het „Prisengericht" liep dus
over de contrabande (o. a. de duizenden eieren, die
aan boord van het schip waren).
Het prijsgerecht heeft zich op het standpunt ge
plaatst, dat de levensmiddelen, die bestemd waren
voor Engeland en Zuid-Afrika, verbeurd verklaard
werden.
Daarentegen werden de levensmiddelen, bestemd
voor Engelsch-Indië, Australië en Réunion vrijgege
ven.
De verbeurd verklaarde lading der „Zaanstroom" is
pl. m. 60 pet. van de geheele lading.
Daar meer dan 50 pet. van de lading als contraban
de beschouwd wordt, is volgens de Londensche decla
ratie, ook de „Zaanstroom zelve verbeurd verklaard.
Wat de „Batavier V" aangaat, ook van dit schip is
een groot deel der lading door het prijsgerecht ver
beurd verklaard. Op grond, dat aan boord van dit
schip minder dan 50 pet. der lading contrabande was,
werd de „Batavier V" vrijgelaten. Naar men weet be
vonden zich echter op de „Batavier V" minder levens
middelen dan op de „Zaanstroom".
Het is nog niet bekend, of tegen dit vonnis van het
prijsgerecht hooger beroep zal worden aangeteekend
VERBANNEN.
De territoriale bevelhebber in Friesland, Groningen
en Drente heeft aan H. Smit, W. A. A. Bryan en Jl. E.
Oosterrood, arbeiders te Barger Compascuum, het ver
blijf in die in staat van beleg verkeeren.de gemeente ont-
1
ok aan Th. Weinans, scheepsjager te Ter Apel, is
het verblijf in bedoelde gemeenten ontzegd.
Door den commandant van het veldleger Is het ver
blijf in het In staat van beleg verklaard gebied ontzegd
aan: Th. E. M. Ariens, koopman te Nijmegen, O.
Vier boom, winkelier te Uuboergen, David Ariëns te
Nijmegen, L. N. Aelberts te Hees, G. Peperkamp te Nij
megen en' M. Diniasen te Cleve.
HET MIJNONGEVAL IN DE ZEEUWSCHE
WATEREN.
Hedenmorgen vond men op het strand te Kadzand
het lijk van den visscher A. HoogBtad uit Breskens,
een der vier personen, die verleden week bij het stooten
der hoogaars „B. R. 19" op een mijn, om het leven
kwamen. De doode was alleen aan het gelaat eenigs-
zins geschonden. Hij werd naar het lijkenhuis van
Kadzand overgebracht meldt de Tel.
CERTIFICATEN VAN OORSPRONG.
Ter kennis van belanghebbenden wordt door de
Staats-Courant gebracht dat voortaan geen certificaten
van oorsprong meer worden gevorderd voor verzen
ding, onverschillig naar welk land, van bloembollen,
k. as, boter, gecondenseerde melk, eieren, visch, kaar-
si n en jenever
BINNENLAND.
SCHRIFTELIJK BEANTWOORDE VRAAG
Op de volgende vraag van den heer K. ter Laan,
omtrent het deelnemen van kiesgerechtigde landweer-
Roman naar het Engelsch.
30) o
„Of zich terug te trekken," voegde zij er zacht bij._
Met zijn armen rustend op de leuningen van zijn
stoel en zijn lichaam ietwat voorovergebogen, staarde
hij haar een oogenblik aan en dacht daarbij minder
aan haar woorden dan wel aan haar schoonheid
zooveel edeler in werkelijkheid dan hij zich die herin-
nerdie. j x u i
„Ja," antwoordde hij bedaard. „Ik begrijp, dat het
u zoo moet voorkomen. Zoo kwam het mij ook voor
in het eerst. Maar ik moest de zaak van alle kanten
bekijken
„Dat hoef ik niet te doen."
Hij staarde haar weer aan. Zij zei die woorden met
een beslistheid, die hij moeilijk kon overeenbrengen
memt het medelijden in haar oogen en de teedere
zachtheid van haar glimlach.
„U bedoelt, dat u met hetgeen voor mij noodzakelijk
was geen rekening wenscht te houden."
„Ik bedoel dat wanneer Ik inzie, wat het eenige goe
de is om te doen, ik dan verder niets in aanmerking
hoef te nemen."
„Het eenige goede om te doen voor u? of
voor mij
„Er is geen reden waarom ik er aan te pas zou ko
men. Ik verwacht van u, dat u mij er buiten laat.
Hij aarzelde een oogenblik voordat hij besloot of hij
zich tegenover haar zou dekken of haar met open vi
zier tegemoet gaan.
„Door van Evie af te zien en uit te knijpen zei
hij min of meer uitdagend'.
„Ik zou niet op uw uitknijpen aandringen
„Maar wel op het afzien van Evie."
mannen aan de stemmingen voor de gemeenteraden
(ingezonden 8 Juni 1915): „Zijn de heeren Ministers
van Marine en van Oorlog bereid tot medewerking,
opdat aan de kiesgerechtigde landweermannen gele
genheid wordt gegeven, voor zoover de dienst het toe
laat, om deel te nemen aan de op handen zijnde stem
mingen voor de gemeenteraden? hebben de Ministers
van Marine en Oorlog, de heeren Rambonaet en Bos
boom, geantwoord dd 24 Juni
„Aan kiesgerechtigde militairen zal, voor zoover de
belangen van den dienst het toelaten, gelegenheid
worden gegeven om van hun kiesrecht gebruik te ma
ken."
Gemengd Nieuws.
BIJNA EEN GOEDE VANOST.
Aan een der woonwagens, stationneerend nabij
Amersfoort, vervoegden zich Dinsdagnamiddag twee
woonwagenbewoners van elders, welke den aangebon
den hit losmaakten,, ondier voorwendsel, dat deze door
een van hen was gekocht.
De wagenbewoner kwam in verzet en een kogel
vloog door een emmer, welke hij als wapen bezigde.
Groot tumult; van den nabijgelegen politiepost
snelde men toe. Een der bezoekers werd ingerekend,
de ander ontsnapte op een rijwiel, dat hij ook van den
wagen had losgemaakt. De agent Appel en een bewo-
der der wagenbuurt op de fiets snelden hem na. Nabij
Blaricum in het Gooi haalde men den vluchteling in,
reed hem langs zij en deed hem tuimelen
De man' vluchtte het land in en wachtte met ge
opend mes den naderenden agent af. Deze liet zijn re
volver spelen en zijn optreden bracht den achtervolgde
in arrest te Blaricum, onder de hoede der politie al
daar.
Woensdagmorgen zou het transport naar Amers
foort plaats hebben. De proefhoudende truc van de
morgenbehoefte diende ook thans weer en de Blari-
cumsche politie werd verschalkt: het heerschap ont
snapte. Jammer, want deze mijnheer, zekere Kwartels,
moet nog meer op zijn boekje hebben, o. a. mishande
ling van een maréchaussée te Deventer.
EEN ZONDERLINGE NAAM.
Van de Nijmeegsche schoolvoetbalcompetitie is
kampioen geworden een vereeniging met den voor een
voetbalclub wel zeer zonderlingen naam.... „Harten
Aas".
Niettemin is bij deze vereeniging „Schoppen" troef.
SMOKKELENDE HONDEN.
Onder Kotten, aan de Pruisische grens, heeft de
grenswacht een hond aangehouden, welke met een
flesch over de grenzen was gericht om olie van Hol
land, naar Pruisen te brengen, meldt de Amh. Crt.
DOOR EEN KROKODIL VERSLONDEN.
Zondag had midden in de kotta Sidoardjo een nood
lottig voorval plaats, meldt het Soer. Hand. Een jonge
inlandsche vrouw had aldaar in de kali Sidokare een
bad genomen en was reeds weer op den oever, toen
zij plotseling door een grooten krokodil werd aange
vallen. De ongelukkige vrouw schreeuwde om hulp,
en de mannen in de buurt haastten zich om deze te
brengen, doch helaas, de hulp kwam te laat. Voor zij
ter plaatse waren aangekomen, was het ongure beest
reeds met zijn slachtoffer in de kali verdwenen. Men
zag dat een plek in het water door het bloed der onge
lukkige rood; gekleurd werd, doch van den krokodil
werd verder geen spóor meer gevonden.
LIEVE OUDERS.
Bij de politie te Utrecht kwam gisteravond een groot
moeder onderdak vragen voor haar 7 kleinkinderen,
van 1 tot 11 jaar. De ouders waren er vandoor ge
gaan zonder adres achter te Laten meldt de Tel.
Door de stadsaalmoezenierskamer is den kinderen
tijdelijk een tehuis bezorgd, terwijl door de politie naar
die verblijfplaats der ouders gezocht wordt
UIT HEILOO.
De Noord-Holl. Prop.-Comm. van de Ned. Ver. tot
afsch. van alcoholh. dranken, belegt Zondag 4 Juli a.s.
haar Provinciale meeting voor Oeh.-Onth. en Plaats.
Keuze alhier. Om één uur vertrekt een optocht van de
Kanaalkade te Alkmaar. Door vier sprekers zal het
woord worden gevoerd. De heer D. raber te Andijk
zal behandelen Geheel Onth. en matigheid", de heer
J. L. Klein te Edam „Drankbestrijding bezien uit ze
delijk oogpunt", terwijl de heer F. M. Schmidt te Am
sterdam zal spreken over „Plaatselijke Keuze" en de
heer M. de Vries te Zaandam als onderwerp heeft
„Onthouding een Volkseisch." Vereenigde Geh. Onth.
Zangkoren, onder leiding van den heer H. Stolp te
Wonnerveer en muziek zullen de meeting opluisteren.
Na afloop wordt de stoet op het Waagplaan te Alk
maar ontbonden.
IN DEN REGEN.
(Van een onzer Amsterdamsche waarnemers).
Gistermiddag tusschen 12 en 2 heeft zich boven Am
sterdam een zwaar onweer ontlast. Het heeft geplas-
regend, het heeft gehageld, de donder heeft de ruiten
doen trillen en de bliksem heeft menigeen met angst
vervuld Gedurende enkele kwartieren was het nood
weer. Maar in den namiddag beterde het, het onweer
bedaarde, de regen hield op en de zon probeerde af en
toe weer door te komen.
Wij Amsterdammers houden allen van goed weer en
wij kunnen ons amper voorstellen, dat er ook men-
„Begrijpt u niet", begon zij op betoogenden toon,
„dat, wat mij betreft, ik er niets mee te maken heb? Het
ligt niet op mijn weg te zeggen, dit of dat moet ge
daan worden. U weet niet hoe moeilijk het voor mij is
om in 't geheel iets te zeggenen als ik spreek is het
niet persoonlijk het is ais de stem van de situatie.
U moet even goed als ik begrijpen wat die situatie
oplegt."
„Maar ik ben niet van plan mij door een situatie iets
te laten opleggen. Ik wil handelen naar eigen goed
vinden."
„Maar ik ben niet zoo onafhankelijk en niet zoo
sterk en Evie ook niet. U houdt geen rekening met
haar.".
„Ik hoef met niemand1 rekening te houden. Wanneer
ik Evie gelukkig maak, doe ik alles wat er van mij ver
langd' kan worden."
„Neen, u zou geroepen zijn. om haar geluk te besten
digen. En zij zou niet gelukkig kunnen blijven wan
neer zij met u getrouwd was. Dat is onmogelijk. Zij
zou evenmin met u kunnen leven als als een kolibrl
met een havik."
Beiden glimlachten wat zenuwachtig.
„Maar ik ben geen havik", beweerde hij. „Ik ben
veel meer een kolibri dan u denkt. U vindt mij een
soort roofdier, omdat u gelooft dat ik deed
waarvan ik werd beschuldigd
Het verleden scheen nu zoo ver van hem af en was
zoo onbestaanbaar met wat hij was geworden, dat hij
er met moeite van gewaagde.
„Ik hecht daaraan niet het minste gewicht", zei zij
met een kalmte, die hem verbaasde. „Ik moest dat
mogelijk wel doen, maar ik heb het nooit gedaan. Al
hadt gij uw oom gedood, dan komt mij dat heel
natuurlijk voor. Hij tergde u. Hij verdiende het. Mijn
vader zou het zeker hebben gedaan."
„Maar ik heb 't niet gedaan, geloof me. Dat werpt
een ander licht op de zaak."
„Niet voor mij. En ook niet voor zoover het Evie
betreft. Of u onschuldig of schuldig is en ik be
weer niet, dat ik u voor schuldig houd ik heb er
schenkiaderen zijn, die wel eens naar een regentje ver
langen. De zomer vinden wij heerlijk, als het tenmin
ste niet al te warm wordt Echter vergeten we, ieder
jaar opnieuw, dat een mooie zomer zonder onweer niet
denkbaar is en dat juist de dagen, die zoo mooi inzet
ten, dikwijls door onweer onderbroken worden. Wij
vinden dit zoo'n treurig feit dat wij het niet willen
aannemen, voor we het voor de zoovee Iste maal aan
den lijve hebben gevoeld, alias, wanneer we zijn uit
getogen in licht wandeltoilet met al of niiet echte Pa
nama, en plots moeten vluchten, vluchten voor de bui,
die het stof opjaagt, maar meteen, als het ware om de
stofjacht te temperen, de eerste groote druppels met
kracht naar beneden werpt
We vluchten dan allemaal. De dokter, die zijn pa
tiënten wil bezoeken, vlucht; de leeraar, die uit school
komt, vlucht, hoewel hij weet, dat hij kans loopt, te
midden van zijn discipelen terecht te komen, die hem
zooeven nog een stuk van zijn zenuwen hebben ge
kost; een slagersjongen vlucht en neemt de verant
woording voor zijn rekening, wanneer mevrouw zich
straks beklagen zal, dat het vleesch te laat*kwam; een
assuradeur vlucht en laat toe, dat mijnheer X. nog lan
ger zal voortleven, zonder geassureerd te zijn tegen
brand, braak, longontsteking, oorlog of verkeerd recht,
alleen koetsiers en chauffeurs blijven op hun post, om
wind en weer te trotseeren, en hen, die er beslist
„dOor" moeten in de gelegenheid te stellen, droog hun
doel te bereiken.
En waar ze vluchten, die bonte schaar? O, ruime
portieken hebben wij in overvloed. Geen stad in Ne
derland, misschien wel geen stad op Europa's vaste
land, is zoo „portiekrijk" als het oude Amsterdam.
Portieken zijn er in oude huizen en nieuwe huizen. De
bouwstijlen hebben zich gewijzigd, maar door alle tij
den heen heeft de Amsterdamsche bouwmeester een
portiek even noodig geoordeeld als een paalfundee-
ring.
En in die portieken staan ze dan mannetje aan man
netje, de arme vluchtelingen. Zij voelen zich lotge-
nooten en joviaal spreekt de deftige heer met den
hoogen hoed tegen het voddenmannetje, terwijl de re-
serve-officier een woordje meent te moeten spreken te
gen den druipnatten politie-agent, die zoolang moge
lijk op zijn post gebleven is, maar die het Jiardst" van
de bui toch ook meende te moeten ontloopen. De
straatjongen meent den hoogen „dop" er toch weieens
tusschen te mogen nemen, maar hij doet het zoo
schalks, dat de deftige heer er zelf het hardst om
lachen moet. Zoo beleeft men in het portiek de ver
broedering der standen, en een onverwachtsche bui
tempert meer den klassestrijd dan de uitvoering van
een schoon program.
ONWEER EN BRAND.
Tijdens het hevige onweder, dat gistermiddag boven
Arnhem woedde, is de bliksem op de bovenleiding
van de gemeente electrische tram geslagen, waardoor
het veiligheidstoestel in de electrische centrale den
stroom uitschakelde en vermoedelijk defect geraakte,
meldt de N. Rott. Crt. Het duurde twintig minuten
voordat de stroom weer kon worden ingeschakeld. Ge
durende dien tijd stond het tramverkeer op alle lijnen
stil.
Te Hoogblokland bij Gorinchem is Donderdag
ochtend tijdens een kort doch hevig onweer de blik
sem geslagen in een boerderij, toebehoorend, aan den
landbouwer C. de Jong. Het woonhuis is gedeelte
lijk, de stal en schuur geheel afgebrand.
Gedurende een hevig onweer, dat zich Donder
dagmiddag boven Groningen ontlastte, sloeg de blik
sem in de boerderij van den heer A. Wolf en bewoond
door den heer Huizinga in Paterswolde. Alles brandde
af.
Te Rotterdam is de bliksem geslagen in het ge
bouw van het Kon. Ned. Meteorologisch Instituut aan
de Stieltjesstraat. Alleen het electrisch licht werd ge
stoord.
De bliksem sloeg gistermorgen in den toren der
Gereformeerde Kerk te Gorinchem. De top is ge
scheurd en helt over. Van een hoek zijn de leien afge
slagen.
Op de Oranjesluizen bij Durgerdam wreden gis
teren tijdens het onweer een 80-tal electrische lampen
stukgeslagen. Aan den weg naar Roldorp werd een
telegraafpaal getroffen en te Durgerdam een toestel
van het hulptelegraafkantoor.
KORTE BERICHTEN.
Eergisteren heeft te Garderen, gemeente Barne-
veld, over een groote uitgestrektheidl een hevige heide
en boschbrand gewoed. De bosschen behoorden* aan
het Kroondomein, de Ned. Herv. Kerk te Garderen en
aan een particulier.
Zondagavond tegen 10 uur zou door ongenoode
gasten een bezoek zijn gebracht aan een perceel in de
N. Weede v. Dyckveldstraat in Den Haag, na welk be
zoek de eigenaar en dé dienstboden geld misten. Door
eenige uitlatingen van een der dienstboden kreeg de
politie evenwel tegen deze vermoedens met het gevolg
dat het meisje volledig bekende. Zij had om. 100
van haar meester weggenomen.
Het grootste gedeelte van het ontvreemde geld werd
nog in de keuken verborgen, terug gevonden.
Gisteren is te Drouwenennond een Landbouwer
door de bliksem gedood.
nooit veel over gedacht maar of u schuldig is of
niet, uw leven is een soort tragedie, die Evie niet met
u zou kunnen deelen. Het zou haar dooden."
„Het zou haar niet dooden, als zij er ooit iets van
te weten kwam."
„Maar zij zou het te weten komen. Men kan zoo
iets niet voor een vrouw geheim houden. Zij zou nog
geen jaar met u getrouwd zijn of zij had reeds ont
dekt, dat u is een
„Een ontsnapte gevangene. Waarom dat niet te zeg
gen?"
„Ik wou dat niet zeggen. Maar zij zou ten minste
weten, dat u iemand is, die beweerde iets te zijn, wat
hij niet was."
„U bedoelt een bedrieger. Wel, ik heb u reeds uit
gelegd, dat ik slechts een bedrieger ben, omdat de
maatschappij zelf mij daartoe gemaakt heeft. Ik ben
niet te laken
„Ik zie dat heel goed in, maar Evie zou dat niet
doen. Begrijpt u dat niet? Dat is 't wat ik bedoel. Zij
zou er slechts het afschuwelijke van zien en er door
verpletterd worden. Het zou bij haar niets geven of u
al argumenten kondt aanvoeren ter uwer verdediging.
Zij zou die niet kunnen begrijpen. U moet toch zelf
zien, dat zij zoowel geestelijk als lichamelijk zoo
broos is als een vlinder. Zij zou aan geen storm
weerstand kunnen bieden; zij zou er door geknakt
worden."
„Ik geloof niet, dat u haar recht doet. Wanneer zij
mocht ontdekken ik bedoel als het tot het allererg
ste mocht komen wel u weet hoe het u zelf is ge
gaan. U heeft alles van het begin af geweten wat er
viel te weten en toch
Zij wilde met die korte bekentenis zijn aandacht van
hemzelf afleiden, maar zij bemerkte, dat het beiden tot
inzicht bracht. Terwijl zij haar innerlijke stem kon
hooren zeggen: „Ik zou liever op hem wachten al
was het te vergeefs", hoorde hij een zilveren stem de
woorden lispelen: „Mama dacht altijd, dat zij op
iemand verliefd was, van wien wij niets afwisten." F.n
beiden schoot de scène aan den oever van het meer te
Bij Mi Hingen zffn drie Russen over den grens
gekomen. Zij hadden in geen 4 dagen iets te eten ge-
Van het stadhuis te Nieuw-York wappert van
daag de nieuwe stadsvlag met de kleuren oranje, wit,
blauw, de kleuren der Hollandsche kolonisten, die
Nieuw Amsterdam in 1628 hebben gesticht.
Doordat Duitschland geen eieren meer kocht liep
het Donderdag op'de eiermarkt te Bamevelde mis. De
prijzen gingen, tot grooten schrik der boertjes, meer
dan een cent per stuk naar beueden, waardoor velen
hun eieren weer mee naar huis namen.
STADNIEUWS.
„NIEMANDS LAND"?
De redactie van „Ons Blad" schreef onlangs, dat zij
er niets onbillijks in zag, wanneer de Alkm. Ct. de
primeur had van vergaderingen van liberale kiesver-
eenigingen. Blijkbaar is het de bedoeling geweest
„Ons Blad" de primeur te geven van het besluit, 'ge
nomen op de vergadering der Roomsch-Katholieke
Kiesvereeniging. Althans is er, naar ons verzekerd
werd, in dien geest gesproken, heigeen echter niet
heeft verhinderd, dat ook wij gisteren dit besluit kon
den melden.
Maar op denzelfden avond vergaderde ook de Anti-
Rev. Kiesvereeniging. Nu deelt „Ons Blad" wel mede,
dat de R. K. kiezers in district III worden uitgenoo-
digd te stemmen op den candidaat door de anti-rev.
kiesvereeniging, te stellen in de vacature-Glinderman,
maar de lezers vernemen niet, dat als zoodanig de
heer mr. D. Sluis is aangewezen.
Zou „Ons.Blad" de consequentie zoo ver trekken,
dat zij de R. K. Kiesvereeniging voor haar zelve op-
eischt, de Liberale Kiesvereeniging aan de Alkm. Crt.
schenkt en de andere kiesvereenigingen als gebied, dat
tusschen twee linies in ligt, als „niemand» land" be
schouwt?
O E ME ENTE R AADSVERKIEZ ING.
De stemming voor de gemeenteraadsverkiezing zal
plaats hebben op Dinsdag 13 Juli, en zoo noodig de
herstemming op 27 Juli.
An. Dinsdag is het Candidaatstelling.
Naar wij vernemen heeft de Christelijk-Historische
Kiesvereeniging zich aangesloten bij het tusschen de
verschillende kiesvereenigingen met uitzondering
van de S. D. A. P. overeengekomen accoord.
De heer C. de Boer, secretaris van „Eensgezind
heid", verzoekt ons te melden, dat het voorstel tót die
overeenkomst niet is uitgegaan van deze kiesvereeni
ging, doch dat haar bestuur namens de besturen der
drie rechische kiesvereenigingen de vraag ontving, of
het in principe bereid was een dergelijk voorstel aan
de algemeene vergadering te doen.
OP DE AANBEVELING.
Voor de betrekking van leeraar in de wis- en natuur
kunde aan de H. B. S. en het gymnasium te Kampen
bevelen B. en W. aldaar als No. 1 aan den heer dr. K.
W. Walstra, alhier.
GESLAAGD.
Onze vroegere stadgenoot, de heer N. Peereboom
Jr. heeft heden met goed gevolg het candidaatsex-
amen In de rechtswetenschap aan de Universiteit te
Amsterdam afgelegd.
Geslaagd aan de Technische Hoogeschool te
Delft voor het prop. examen voor scheikundig in
genieur, de heer E. J. 0. Schermerhorn, vroeger
alhier,
BENOEMD.
Tot onderwijzersaan de R. K. Jongensschool alhier
is benoemd de heer A. H. J. Wissing, van Beverwijk.
„HUISVERZORGING".
Het 2de jaarverslag van „Huisverzorging", welke
zich ten doel stelt „tijdelijk hulp te verschaffen in min
der gegoede- en arbeidersgezinnen", is in opgewekten
toon gesteld. Meer en meer blijkt, dat deze Vereeni
ging in een behoefte hier ter stede voorziet: de warme
dankbetuigingen van gezinnen, waar in de hopelooze
verwarring bij ziekte van de vrouw door een verzorg
ster van „Huisverzorging" weer orde werd gescha
pen, getuigen ervan en menige vrouw, die anders in
het Ziekenhuis had moeten verpleegd worden, kon nu
rustig thuis uitzieken.
In 1914 kwamen 59 aanvragen voor hulp in. Hier
van werd in 54 gevallen hulp verleend, met een totaal
van 983 heele en 421 halve hulpdagen. Viermaal werd
aanvraag gedaan, doch was hulp ten -hotte niet noo
dig, doordat familie of kennissen bijsprongen en éénr
maal werd een baker aangevraagd.
Meermalen' is nog langs niet officieelen weg ge
vraagd of „Huisverzorging" een baker wilde geven,
doch dit is steeds geweigerd, daar het bestuur van be
gin af aan het principe heeft voorgestaan, in normale
gevallen geen bakerhulp te verkenen; het gezin toch,
weet tijdig genoeg wanneer een baker noodig zal zijn
en kan dus langs dien weg van sparen in de meeste
gevallen zelf daarvoor zorgen. Een andere kwestie
wordt het bij een ontijdige bevalling, hetgeen dan ook
meer als ziektegeval wordt beschouwd.
Hieruit vloeit voort, hoe eigenlijk elk geval, waarin
hulp wordt gevraagd, op zichzelf moet worden be
schouwd en hoe het bijna onogelijk is zich aan strikte
regels te houden.
In 't algemeen wordt niet langer dan 6 weken ach
tereen geholpen. Het kan echter voorkomen dat,, bij
chronisch lijden, nadat gedurende 6 weken hulp ver
strekt is, de zieke en haar gezin die hulp nog evenmin
kunnen missen als op den lsten dag. In zoo'n geval
de hulp onttrekken, zou het gedane werk nutteloos
maken. Ook wordt dan wel eens getracht van een an
dere liefdadigheidsinstelling hier ter stede een bijdrage
voor het gezin te krijgen. Een enkele maal kwam een
aanvraag in voor een zieke vrouw, die tengevolge der
tijdsomstandigheden niet langer haar eigen hulp kon
bekostigen. Nu had „Huisverzorging" een harer ver
zorgsters kunnen zenden, maar was 't niet veel pradi-
scher, dat de oude hulp, waaraan 't gezin gewend
was, bleef en deze als 't ware verzorgster van „Huis
verzorging" werd? Tevens was dit geldelijk voordee-
liger voor de vereeniging, want nu kon met een toe
slag van 1.50 of 0.75 per week aan het gezin wor
den volstaan; daartegenover stond echter dat in deze
gevallen geen bijdrage van het gezin werd ontvangen,
wat anders wel het geval geweest zou zijn.
binnen, toen hij gezegd had: „Mijn leven zal u toebe-
hoorenu kan daarover beschikken", en elk van hen
was bang, dat de ander daaraan dacht.
Opeens zag zij zichzelf, zooals zij zich verbeeldde,
dht hij haar moest zien een vrouw, die de vervul
ling van een oude belofte kwam opeischen, de betaling
van een lang uitstaande schuld. Hij moest denken, dat
zij Evie tot voorwendsel nam en slechts streed voor
haar eigen voordeel. Zijn gelofte als het een ge
lofte was was de oorzaak van zoovele romantische
gedachten bij haar geweest, dat zij die ook een eerste
plaats in zijn gemoed toekende. In alles wat zij zei,
zou hij een aanneming vermoeden, om die gelofte te
vervullen. Welnu, heel goed; als hij haar zoo ver
keerd kon beoordeelen, dan moest hij diat maar doen.
Zij kon niet toestaan, dat de vrees daarvoor haar mo
reel laf zou maken, of haar zou weerhouden te doen
wat recht-was.
(Wordt vervolgd.)