DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Van het oostelijk oorlogsterrein.
Van het westelijk oorlogsterrein.
Van liet zuidelijk ooriogstooneel.
N o. 163
Honderd en zeventiende jaargang.
AboMNueittfriis per 3 masndsn L—fr, p. pon f 125. AffterteuJiepriis 10 et p. regel» froota etters naar plaatsruimte. Brieven fr. N.V. Boek- en Handelsdrukkerij Y.h. HERMs. COSTER 6 ZOON, Voordans C 9. Telefir» S.
HOND E li I) A U
15 JULI
YAIUA.
N EDEL LAM).
ALKMAAR, 15 Juli.
Vandaag vraagt het Argonnen-woud het allereerst
de aandacht
Dit zeer begroeide heuvelgebied tusschen de rivieren
Aisne en Aire werd in de eerste helft van Januari voor
een groot gedeelte door de Duitschers veroverd. Des
tijds werd het Argonnen-woud als een der belangrijk
ste slagvelden beschouwd. Het is een uiterst moeielijk
begaaubaar, boschachtig, moerassig gebied, door tal-
looze ravijnen doorsneden,' en derhalve zeer lastig
voor operaties. Vooral het vervoer der kanonnen le
vert er groote bezwaren op en de artillerie is dan ook
bijna uitsluitend op de bergwegen aangewezen. Som
mige plaatsen dragen namen, welke op de griezelig
heid der streek wijzen in het Duitsche legerbericht
van lieden wordt genoemd la Fille morte (het doode
meisje), verder is bekend de Moulin de I'Homme mort
(de molen van den dooden man) De ligging van het
woud is van dien aard, dat de operaties hier kunnen
leiden tot een nauwere insluiting van Verddn of wel
tot een openbuiging van den ring, dien de Duitschers
nu al zoo lang bezig zijn om deze vesting te leggen.
Van Duitsche zijde iieeft men het indertijd voorgesteld,
dat het geheele woud weldra in het bezit der Duit
schers zou zijn, doch deze voorspelling heeft gefaald.
In het voorjaar heeft er geruimen tijd rust ge-
heerscht in de Argonnen. Wel keerden af en toe de na
men der hier liggende plaatsen in de legerberichten
terug, doch belangrijke wijzigingen werden er in het
front niet aangebracht. De laatste dagen evenwel ga
ven de communiqué's den indruk, dat er spoedig iets
belangrijks te wachten kon zijn. Het Fransche legerbe
richt van Maandag bijv. vertelde, dat er groote bedrij
vigheid had geheerscht en het noemde verschillende
plaatsen, welke aan den oostelijken rand van het woud
ongeveer evenwijdig aan de rivier de Aisne zijn ge
legen.
Het Duitsche communiqué meldt, dat een aanval
hier thans tot een volledig succes heeft geleid. Stor
menderhand werd een Fransche heuvelstelling ter
breedte van 3 en ter diepte van 4 Kilometer genomen
en wel ten zuid-westen van Boureilles, dus op 25 K.M.
afstand van Verdun. Dat er 2581 ougewonde rran-
schen krijgsgevangen en allerlei materiaal buit ge
maakt is, getuigt van een succes. Doch dat men 'ka
nonnen heeft kunnen vernielen, die thans tusschen de
beide linies staan, bewijst, dat men het genomen ge
bied niet geheel heeft kunnen behouden, doch terug
moest Volkomen hiermede in overeenstemming is het
Fransche middag-communiquc, waarin wordt ver
klaard: „Op de plaats, waar de linie reeds terugge
keken was, hebben de Franschen de vorderingen der
„Duitschers gestuit met krachtige tegenaanvallen".
Het Fransche avond-communiqué deelt mede, dat
men in het Westelijk deel der Argonnen bij een aan
val vasten voet in de Duitsche loopgraven heeft gekre
gen. Overigens wordt de terreinwinst der Duitschers
teruggebracht tot niet meer dan 400 voet, hetgeen on
gelooflijk weinig sdiijnt.
Is het inderdaad de bedoeling van den Duitschen
^kroonprins geweest om hier een strategische door
braak te ïorceeren een plan, dat hij onder den vorr-
gen opperbevelhebber von Moltke tevergeefs heeft
trachten te verwezenlijken dan is de aanval inder
daad mislukt. Doch dan is het niet juist te spreken
van „een volledige nederlaag", omdat de aanval in eik
geval geleid heeft tot een winst, die op deze plaats en
in dezen oorlog, stellig niet onaanzienlijk zal mogen
heeten.
We zullen thans moeten afwachten, of het Duitsche
offensief hier zal worden voortgezet.
Over het geheel is wel zeker, dat de Duitschers
thans op het Westelijk ooriogstooneel meer initiatie!
ontwikkelen dan de verbondenen Of zij echter ook
meer succes zullen behalen, is iets anders. Wel zijn
volgens de Fransche berichten de Duitsche gelederen
met 11 nieuwe divisies versterkt, doch er zijn ook
weer troepen van „Kitchener's nieuw leger" aangeko
men lord Lansdowne verklaarde Dinsdag in het
Engelsche Hoogerhuis, dat er thans 22 of 23 Engelsche
divisies op het Westelijk ooriogstooneel zijn (een di
visie is goed 20.000 man).
Op het Oostelijk oorlogsterrein zijn in het
Zuiden de operaties nog niet weer herbegonnen en
van het midden en Noorden wordt er weinig belang
rijks gemeld. Over v. Hindenburg hoort men niets
mcer de Duitsche bladen bevatten tegenwoordig al
len een serietje onbeduidende artikelen „Neues von
Flindenbürg". Van Fransche zijde beweert men dat
de veldmaarschalk in ongenade gevallen is, van naar
het heet welingelichte zijde wordt aan de Tijd ge
schreven, dat von Hindenburg doende is aan de voor
bereiding van iets, dat binnenkort de wereld zal ver
rassen en wellicht den oorlog beslissen.
Wij zijn echter sceptisch gestemd tegenover te voren
aangekondigde verrassingen in oorlogstijd.
Veranderingen zijn evenwel niet buitengeslo
ten. De vesting Ossowitz, al zoo lang door de Duit
schers begeerd en beschoten, komt blijkbaar meer en
meer in het nauw. Dezer dagen was er een Russisch
bericht over een uitval van het garnizoen en van
Duitsche zijde wordt gezinspeeld op een spoedigen val
dezer noordelijke Russische vesting
En Warschau wordt nu weer van het Noorden uit
bedreigd. Het pas ontvangen Russische communiqué
maakt van veel actie daar melding. Op het Narew-
front, zoo vernemen we, gingen de Duitschers over tot
liet offensief, op de beide oevers dér Wkra wordt ver
bitterd gevochten en voor de oprukkende aanzienlijke
strijdkrachten trokken de Russische troepen tusschen
de riviertjes Orjitsj en Lydinia (o. i. ten zuiden van
Mlawa en Brasnitz en ten noorden van Warschau)
zonder beslissend gevecht terug.
Blijkens een Times-telegram wordt te St. Petersburg
groot belang gehecht aan de pogingen van de Duit
schers en Oostenrijkers ont bedrijvigheid aan de linie
van den Boeg en den Dnjester in Oostelijke richting
te ontwikkelen. Indien zoo wordt gezegd die po
gingen een succes mociiten hebben, zou het noodig
runnen zijn, dat de Russen de lime van de Zlota Lipa
ontruimen en een nieuwe linie, bij voorkeur langs de
^ereth, bezetten.
In elk geval heeft de Russische opperbevelhebber het
volhandig.
Een inzender in de Times vraagt of het nu niet eens
uit kan zijn met redevoeren. We behooren nu alles te
weten, wat noodig is, meent hij Er moest „sluiting
van 't seizoen" zijn voor openbare redevoeringen tij
dens den oorlog, want al dat spreken is vermorsen
van kracht.
Het kan niet ontkend worden, dat er veel gesproken
wordt. De laatste dagen vooral in Parijs en Londen.
In de Fransche hoofdstad heeft het nationale feest van
14 Juli aanleiding gegeven tot patriotische redevoerin
gen. President Poincaré heeft na de overbrenging van
het stoffelijk overschot van Rouget de l'Isle, den dich
ter en toonzetter der Marseillaise, naar het Palais der
Invalides nog eens gewaagd van den wil en de zeker
heid der overwinning, van het vaste besluit om „den
oorlog voort te zetten, tot aan de aigeheele nederiaag
van den vijand en tot aan het einde van de nachtmerrie
die de Duitsche grootheidswaan Óver Europa brengt."
In Londen verheugt men zich bijzonder over het
weislagen der oorlogsleemng. Men spreekt van het
„financieel mirakel" gelijk bekend is er in 17 dagen
oijna zeven milliard gulden bijeen gebracht Het resul
taat is heel mooi. Vermoedelijk zal dn vooral ook zoo
worden gevonden in Amerika, waar wel veel van dat
geld zal heenvloeien!
Oostenrijk-Hongarije wil blijkbaar ook nog wel wat
geid aan de Vereenigde Staten kwijt De regeering te
Weenen heeft aan die te Washington een nota gezon
den, waarin zij vraagt óf beèinuiging van de levering
van oorlogstuig aan dc verbonden mogendheden, ut
en liever nog mogelijk making van dergelijke
levering aan Duitschland en Oostenrijk, door de ver
oonüencn te dreigen met stop zetten van den Cevoei
van levensmiddelen en grondstoifen voor liet geval ik
wettige handel in oorlogstuig niet toegelaten mocht
worden.
De Oostenrijksch-Hongaarsche doet „op grond van
de uitnemende betrekkingen, welke altijd tusschen
Amerika en de OostenrijK-rlongaarscne monarchie heb
ben bestaan, een werkelijk vriendschappelijk beroep op
de regeering der Vereenigde Staten, om het door haar
m deze zoo hoogstbeiangrijke aangelegenheid tot nog
toe ingenomen standpunt nogmaais rijpelijk te overwe
gen."
Tenslotte zij gewezen op het uitbreken van de alge
ineene staking onder de mijnwerkers in Zuid-Wales,
welke de Engeische regeering niet heeft kunnen voor-
Kuinen en welke er bedenkelijk uitziet.
Het officieel Oostenrijksche bericht van gistermid
dag luidt: Op het oostelijk ooriogstooneel is de toe
stand onveranderd.
Uit het Duitsche groote hoofdkwartier wordt ge
meld: Tusschen de Njemen en den Weichsel hadden
onze troepen in de omstreken van Kalwarja, ten Zuid
westen van Kolno, bij Prasnitz en ten Zuiden van Mla
wa eenig plaatselijk succes. Op het Zuidoostelijk oor
iogstooneel is bij de Duitsche troepen de toestand 'on
veranderd.
Uit het Duitsche groote hoofdkwartier wordt offi
cieel gemeldHedennacht werd opnieuw een aanval
mét handgranaten bij de suikerfabriek van Souchez af
geslagen.
De Franschen deden in den omtrek van Troyon, ten
westen van Craonne en bij Perthes in Champagne zon
der succes eenige mijnen springen. Onze handgrana
ten beletten hun zich vast te zetten in de gevormde
kraters.
In de Argonnen hadden Duitsche aanvallen een vol
komen succes Ten noordoosten van Vienne-le-Chateau
werd een Fransche loopgravenlinie ter breedte van
ongeveer 1000 meter genomen. Een ófficier en 137
man werden gevangen genomen; 1 mitrailleur en een
mijmverper buitgemaakt.
Ten zuidwesten van Boureuilles bestormden onze
troepen een Fransche hoogte-positie ter breedte van 3
en ter diepte van 1 kilometer.
Hoogte 285 (La fille morte) is in ons bezit.
2581 Franschen, onder wie 51 officieren, vielen on-
gewond in onze handen Bovendien werden 300 fot
400 gewonden gevangenen door ons in verpleging ge
nomen. Twee bergkanonnen, twee rcvolverkanonnen
0 mitrailleurs en een groote menigte oorlogsmateriaal
werden buitgemaakt.
Onze troepen drongen door tot de Fransche artille
rie-stellingen en maakten 8 kanonnen onbruikbaar,
die thans tusschen de beide linies staan.
Bii Frezenberg. ten noordoosten van .Yperen, werd
een Engelsch vliegtuig tot dalen gedwongen
Het Fransche namiddag-communiqué luidt. Gedu
rende de beschieting van de Fransche en Engelsche
linies in België op den 13den Juli, maakten de Duit
schers gebruik van gasbommen. Na de beschieting
vielen de Duitschers de loopgraven ten zuidwesten van
Pilkemaan, die de Engelsche troepen in den nacht van
den 5en Juli genomen hadden aan den oostelijken
oever van het kanaalzij werden echter teruggeslagen.
In de streek ten noorden van Atrecht had een bijzon
der hevige artilleriebeschieting plaats, waarvan nieuwe
materieele schade in Atrecht het gevolg is. In den loop
van den 13en Juli had geen infanterie-actie plaats. In
dien nacht werden enkele gevechten met handgranaten
geleverd tusschen de loopgraven ten noorden van het
keesteel Carleul en bij het „labyrinth." Atrecht en
Soissons werden beschoten met groot kaliber granaten.
In de streek van Somme, bij Frise en Fay tën westen
van Péronne en in Champagne bij Perthes hadden
mijn-gevechten plaats.
In de Argonne hernam het leger van den kroonprins
het offensief van den weg DinarvilleVienne le Cha
teau, tot aan de Hau'te Chevanchée doch leed nieuwe
nederlaag.
Na een zeer hevige beschieting en na stinkbommen
geworpen te hebben, deden de Duitschers een aanval
met aanzienlijke krachten; vijf verschillende regimen
ten van het Vle corps werden reeds herkend. Krachti
ge Fransche tegenaanvallen beletten den voortgang
der Duitschers op een punt waar de linie reeds was te
ruggeweken.
De Duitsche aanvallen die zich concentreerden op
het veroverde terrein tusschen Marie-Thérèse en de
Haute Chevanchée werden definitief teruggeslagen.
Tusschen Maas en Moezel wordt de beschieting
voortgezet voornamelijk in het Bois-d' Apremont en in
het Bois-le-Prétre, waar de Duitschers na het misluk
ken van den aanval in den nacht van 1213 Juli,
geen nieuwe aanvallen bepreofden. Tusschen Fey-en
Haye en het bosch wonnen de Fransche terrein bij een
aanval met handgranaten.
In den nacht van 13 op 14 Juli had een hevige be
schieting met geweer- en artillerievuur plaats zonder
infanterie-actie.
Van het overige front is niets nieuws te melden.
Het Oostenrijksche legerbericht luidt: Aan de Ita-
liaansche grens zijn, afgezien van enkele artilleriebe
schietingen, ge enbijzonderhoden voorgevallen.
EEN TREFFENDE ONTMOETING.
Dezer dagen was ik zoo schrijft een der corres
pondenten van de N: Crt. getuige van een treffende
ontmoeting tusschen e envader en zoon van koninklijke
bloede. Naar men weet is de oudste zoon van koning
Albert ingedeeld bij het 9e regiment aan den Yser. De
Prins doet daar denzelfden dienst, als ieder ander. Nu
stond de koningszoon, die zeer veel gelijkt op zijn moe
der dezelfde fijne trekken en den kleinen mond
maar het rijzige heeft van den vader, dezer dagen in
den vroegen morgen op wacht. Daar trof hem de ko
ning aan. Als ieder ander bracht hij de verschuldigde
eerbewijzen, waarna de koning hem de hand biedende,
toevoegde: „Wel m'n jongen, maakt ge het wel?
Daarin is iets treffends, dat ook de koningszoon het lot
deelt van de andere jonge Belgen, 't Geen den koning
mede het liefste is, deelt nu ook de gevaren met de an
deren.
Deze oorlog geeft naast veel ellendigs, ook staaltjes
van menschelijkheid te zien die zullen heugen. Van an
dere soldaten vernam ik dat de prins dezelfde behan
deling ondergaat als ieder gewoori soldaat. De prins
voelt zich zeer op z n gemak onder z'n kameraden,
DE RECHTER- EN DE LINKERHAND.
De oorlog heeft de oude kwestie van het gebruik
van de rechter- en de linkerhand weer op het tapijt ge
bracht. Duizenden zullen zich in het vervolg met hun
linkerhand moeten behelpen, en het is een gelukkig
verschijnsel, dat in alle oorlogvoerende landen niét
alleen getracht wordt, zooveel mogelijk munitie te ma
ken, maar dat men zich ook bekommert om het lot
van de ongelukkige invaliden. In Fransche, Duitsche,
Engelsche, Russische en Italiaansche tijdschriften
worm oe kwestie öesproken, en zij, die de zaak wil
len bestudeeren, kunnen wij verwijzen naar het zeer
lezenswaardige en volledige artikel van prof. A.
Brandt (Dorpat) in Heft 8/9 van het bekende tijd
schrift „Aus der Natur" (Verlag Quelle Meyer,
Leipzig).
Ongetwijfeld' kan de linkerhand zoo getraind wor
den, dat zij haast tot hetzelfde in staat is als de rech
ter Alleen in vingervlugheid en ook, naar het schijnt,
in gevoeligheid, schijnt dé linkerhand evenwel van na
ture de mindere van de rechter te zijn. Merkwaardig is
voorts nog, dat bij verreweg de meeste menschen de
rechterhand grooter is dan de linker Daarentegen had
den een aantal beroemde mannen een grootere linker-
dan rechterhand. Dit zou het geval geweest zijn o. a.
bij Goethe, Beethoven, Napoleon en ook met Leonard!
la Vinei.
EEN BUREAU VOOR UITVINDINGEN.
Aan het Amerikaansche departement van marine
zal een bureau voor uitvindingen en proefnemingen
worden verbonden onder leiding van Edison. Hét
doel is de Amerikaansche zeemacht te versterken door
nieuwe vindingen, en zooveel mogelijk partij te trekken
van de lessen uit den tegenwoordige» oorlog.
DE VERHOUDING TUSSCHEN VLAMING EN
DUITSCHFR
En Hbld. corresipondent doet zien, hoe goed de vei
houding is tusschen Vlaming en Duitscher in de nabij
heid van het front. Niet dat de eerste zijn waardigheid
wegwerpt, door den overwinnaar als vriend te behan
delen en met hem te heulen. Maar de verhouding
draagt niet 't kenmerkt van vijandschapwel van zui
vere menschelijkheid.
Een heel groot gedeelte van het Duitsche leger ach
ter het front is ingekwartierd bij de boeren en op de
dorpenzoodat er langzamerhand een kameraadschap
pelijke verhouding ontstaat tusschen de ingekwartierde
Duitschers en de Vlaamsche bevolking.
De laatste verheugen zich als de Duitsche soldaten
ongedeerd van het front terugkeeren; en toonen omge
keerd hun diepe droefheid als er gesneuveld zijn.
Wanneer etweer Duitsche soldaten naar het front
moeten is er een algemeene treurigheid. Men neemt
afscheid van hen, en menigmaal blinkt er een traan in
't oog eener moeder, die mogelijk denkt aan haar zoon,
aan de overzijde der loopgraven; eener vrouw, gedach
tig aan haar echtgenoot en den vader harer kinderen,
zoo korten afstand verwijderd en toch zoo onbereik
baar ver.
In echte naïvieteit gaf eens zulk eene vrouw een brief
aan een Duitschen soldaat mede, die naar 't front te
rugging: „Als gij mijn man ziet, overhandig hem
dan dezen brief,was haar verzoek. Velen denken
dan ook, dat er eigenlijk tusschen de beide strijdlinies
een soort brievenvervoer bestaat, want telkens worden
de Duitsche soldaten, verzocht brieven voor Yperen me
de te nemen.
Treffender en teerder was de ontmoeting, die een
Duitsche soldaat met een Vlaamsch meisje had.
Dat aardige kind met haar vertrouwelijke oogen
komt tot den soldaat, van wien zij wist, dat hij spoedig
naar het front zou gaan. „Ach meneer de soldaat! ik
kom u vragen, wilt gij mij een groot genoegen doen?"
„Zeker mijn kindwas 't vriendelijk antwoord. „Nu,
neem dan diezen sinaasappel van mij aan, en ik zal u
morgen vragen, wat ik van u begeer. Den volgenden
morgen komt de kleine terugin haar hand draagt zij
een klein pakje, ze maakt dat met bevende vingertjes
voorzichtig open. Er liggen twee portretten in. „Van
mijn Vader en van mijn broer" zegt de kleine. „Beidfe
zijn zij in den oorlog; ach meneer de soldaat, bezie z
eens goed, dat ge ze kent. Als gij nu in den oorlo
zijt, gaat gij ze dannietdoodsohieten
Men moet wel een hart van steen hebben, om dooi
dat roerend vertrouwen, die beminnelijke naïviteit van
dat kind niet getroffen te zijn. Is die vraag van dat
kind niet een beroep op het geweten en het hart van al
die menschen, die den oorlog hebben ontketend en be
stendigen? „Als gij u niet verandert en wordt als de
kinderkens, zegt Jezus, zulkt gij het koninkrijk der he
melen niet ingaan."
Geen wonder, da;t de Duitsche soldaat zich in die
streek tehuis gevoelt.
Eén, die in het begin van den oorlog, ten westen
van Metz was, nog op Duitsoh, hoewel Eranschgezindi,
gebied, vertelde, dat hij hoe meer hij naar 't Westen
gekomen was, te beter het bevonden hadzoodat hij
ten laatste in de nabijheid van Dixmuiden gekomen,
daar eene bevolking had getroffen, waar hij op de aan
genaamste wijze mee kon omgaan. Vlak bij het front
kunnen de Duitsche soldaten daar zonder wapens rus
tig over het land rondloopen, en van de eene boerderij
naar de andere'gaan.
Er wordt zelfs vriendschap hier en daar gesloten,
zoodat er menige uitnoodiging door Duitsche land
weermannen gedaan is aan hun Vlaamsche gastheeren,
om na den oorlog bij hen te komen logeeren."
RUSLAND ERKENT DE N. O. T.
Naar het N. v. d. D. van betrouwbare zijde ver-
neemt hebben te s-Graveuiiage en Petrograd gevoerde
onderhandelingen er deze week toe geleid, dat de
Russische regeering het voorbeeld harer bondgenoo-
ten heeft gevolgd, en van nu af aan de Nederlandsche
Overzee-Trust-Maatscliappij erkent, wat te voren niet
liet geval was.
Voorioopig is hiervan alleen het gevolg maar
dat is voor Nederland dan ook van het grootste be
lang dat Rusland voortaan toestemming verleent
voor den uitvoer van aan de N. O. T. geconsigneerd
hout. Wel zijn de vrachten en de verzekeringspremies
zeer hoog, maar voor hen, die de kans riskeeren wil
len, bestaat nu in ieder geval gelegenheid hout uit
Rusland te betrekken Nu zal niet meer gebeuren, wat
nog niet lang geleden is geschied, dat in de Witte Zee
spoorbeels voor rekening van de Nederlandsche re
geering wilde halen, eenvoudig geen lading kreeg,
maar te Arcitangel wel dadelijk geholpen werd toen de
kapitein een houtvracht voor Engeland aannam
Voorioopig geldt de erkenning van de N. O. T.
door Rusland alleen voor hout, ofschoon met recht
verwacht mag worden, dat spoedig ook andere artike
len voor uitvoer naar ons land. mits aan de N O. T.
geconsigneerd natuurlijk zullen worden toegelaten
SCHIP AANGEHOUDEN
Volgens rapport van het stoomschip „Eemland',
v'an kosario te ijinutden binnengekomen, is het Ne
derlandsche schoenerschip „Zeemeeuw" nabij Dfial ge
praaid en verzocht de kapitein van dit schip te Ijmui-
den te rapporteeren, dat de „Zeemeeuw" in de
Downs moest ankeren, na door de Engelschen te zijn
aangehouden.
Het vaartuig is met een lading visch onderweg van
Faro naar IJmuiden, en zal thans nadere orders bij
«Deal moeten afwachten.
SCHOOLGELD EN DE TIJDSOMSTAN
DIGHEDEN.
De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft aan
de Gedeputeerde Staten in de provinciën medegedeeld,
dat het te vreezen is, dat bij het voortduren van de te
genwoordige buitengewone tijdsomstandigheden, zich
meer en meer gevallen zullen voordoen, waarin
schoolgeldpïichtige personen, door financieelen ach
teruitgang, niet in staat zijn, het door hen verschul
digde tijdig en geheel te voldoen.
Het zou noodlottig zijn zoo schrijft de Minister
wanneer als gevolg hiervan, door toepassing van
het dwangmiddel „wegzending van de school" liet on