van den eersten commensaal had gebruik gemaald, doch weder vertrokken was met achterlating van een ge dragen costuum. Dit werd ter griffie gedeponeerd en men hoorde verder niets meer van de zaak, tot Vrij dagavond j.l. Toen kwam de hospita uit de Van Wou- suaat op het politiebureau Stadhouderskade vertellen, dat zij den tweeden commensaal, die verdacht werd van diefstal van de kleediugstukken van den eersten, had ontdekt in een woning bij haar in dezelfde buurt. De man werd door een rechercheur aangehoudenhij hield vol geheel onschuldig aan de zaak te zijn en pas in September, dus na den diefstal, uit Diutschland iu ons land te zijn gekomen De man, artist" van beroep, gaf zichzelf een gewichtig air door het te doen voor komen alsof hij verbonden was aan een der departe menten. Dit laatste bleek bij onderzoek onjuist te zijn uit de nasporingen der politie van het bureau Stad houderskade bleek evenwel nog meer. Het oude cos- t'ium. dat verleden 'aar in de woning aan de Van Woustraat was achtergelaten, werd van de griffie op gevraagd en op een iapje aan de binnenzijde van een der zakken vond men den naam van den eigenaar (een anderen naam dan dien de aangehoudene had opgege ven), alsmede den naam van een bekend kledingmaga zijn. Het bleek, dat iemand van den naam, als op het lapje voorkwam, was gesignaleerd wegens diefstal van een tasch uit een hotel op het Damrak. De hotelier en een bediende van het kledingmagazijn werden op het bureau Stadhouderskade ontboden en herkenden den man beiden beslist. Deze legde daarop een volle dige bekentenis af Maandag is hij ter beschikking der justitie gesteld. (Hbld.) DE REGIMENTSZOON De correspondent van de N. Rott. Crt te 1 lilversum schrijft: Het geval met den z.g n. regimentszoon moge wat de feiten betreft, in hoofdzaak juist zijn, het heeft ech ter ock een donkere zijde Wat betreft het schoolverlof, dat voor den knaap zou zijn aangevraagd en gege ven. wij kunnen verzekeren, dat dit beslist is gewei gerd. Het hoofd der school heeft geen verlof gegeven, inte gendeel is den vader uitdrukkelijk verzekerd, dat de knaap voor ongeoorloofd verzuim zou worden geno teerd. Wat nu het feit zelf betreft, kunnen we mededeelen, dat deze 9-jarige knaap een jongen is, die het onder wijs zeer noodig heeft, hij behoort tot de minste leer lingen in zijn klasse en is bovendien zeer ondeugend. Het onderwijzend personeel van dc school is over een en ander geheel niet gesticht en beraamt maatrege len om den militairen autoriteiten aan het verstand te brengen, dat zij niet goed handelen met dezen knaap te steunen in zijn drijven om van de school te blijven, en hun tevens duidelijk te maken, dat het opvoedkundig verkeerd is dezen knaap als een belangrijk personaadje in den kring zijner schoolmakkers terug te leiden. NOG EEN REGIMENTSKIND Niet alleen het kamp van Laren mag bogen op zijn regimentszoon, ook een landweer-compagnie, geiegcrü op Oud Bussum, heeft haar pupil, den 10-jarigen An dreas, uit Amsterdam. Reeds bij h begin der mobili satie in 1914, toen de compagnie nog le Bussum lag, voelde deze jongat, die aldaar zijn vacantie door braad, zich iot 't soldatenleven aangetrokken. Met de reveille 's morgens was hij er reeds op zijn post, of trok hij mee uit. Verleden week heeft hij op vertoon van een schriftelijke machtiging van zijn vader met toestem ming van den comp.-commandant, den 3-daagschen marscli geheel te voet meegemaakt van Oud-Bussum, over Hilversum, Utrecht, Baarn, Hoevelaken naar Amersfoort en terug over Eemnes en Laren naar het kwartier. Hoewel enkele soldaten onderweg uitvielen en per spoor terugkeerden, heeft deze jeugdige vrijwilliger den marsch geheel te voet meegemaakt en bij 't afcom- mandceren heeft de kapitein hem een pluimpje gegeven en hem benoemd tot „Ridder in de orde van de Land- weerconipagnic". Lr zijn intusschen nog meer regimentskinderen, zegt het N. v. d. D. De te Groningen geïnterneerde Engel- sche militairen hebben zich indertijd over een verlaten knaap uit Antwerpen ontfermd, die steeds bij hen ge bleven is en ook nu te Groningen is geïnterneerd. TREURIG. Een boerenarbeider te Loosduinen had te weinig melk, omdat een der koeien een emmer had omver ge schopt. Zeker uit vrees een standje van zijn baas te krijgen, vulde hij de kannen aan met slootwater meldt de Msbd. Dat was echter gezien en aan de politie medegedeeld, waarop de boer hem gedaan gaf. De man trok zich dit sterk aan en Icwam niet bij zijn vrouw thuis. Thans heeft men zijn lijk gevonden in een schuurtje. SEPTEMBER. De meteorologische herfst is begonnen De snelle af koeling, die de laatste dagen van Augustus reeds te Wek,- J-- 1~ bemerken viel, mag nu weer enkele weken worden te gengehouden, toch staat het vast, dat een nieuwe da ling van temperatuur kan worden verwacht, hetzij om streeks het midden der maand, hetzij tegen het eind. September is overigens niet zelden een mooie maand. De wind, die op het oogenblik, dat wij dit schrijven 31 Augustus in den ochtend nog stevig uit het Noorden waait, zal spoedig gaan luwen. De barometer is stijgende. Welaan, laten we hopen, dat de wind spoedig in den Oosthoek komt. we kunnen dan een praclitigen nazomer hebben. Het Oostenwindwecr is het eigenlijke September weertype. Het barometrisch hoog nestelt zich dan in Noord-, Oost-, of Oost-Europa \ast, en ver in het Wes ten, wellicht midden tusschen Amerika en de oude we reld, hecrschcn diepe depressies, waar wij echter weinig van bemerken. Dagen en dagen kan de lucht dan vlek keloos blauw blijven. Dit geschiedde oa. gedurende de laatste tien jaar driemaalvan den eersten tot den laatsten September was het bijna steeds goed weer, en er was zelfs een September, die slechts één regenbui opleverde, en die in vele deelen van Engeland zelfs ab soluut droog verliep. Bevindt het hoog zich in het Zuid-Oosten, dan kan het weer eveneens gedurende weken uitstekend zdjn. De temperatuur ligt dan hooper, maar ook het vochtig heidsgehalte is grooter, en een ploselinge weeromslag is dan te wachten. Hoewel September meer dan eens met April wordt vergeleken bestaat er toch tusschen beide maanden een groot onderscheid. April is lichter maar kouder. Een nachtvorst in September kont weieens voor, maar in April gebeurt dit soms nacht aan nacht. In April do mineert een Noord-Wester, in September niet zelden een Zuid-Ooster. In verband met een en ander is het verstandig, in September van z'n vacantie te profitee red als dit mogelijk is. De kans op goed weer is dan veel grooter dan in Augustus, terwijl warmte-onweders niet dikwijls meer voorkomen. Er is slechts eén nadeel aan verbondende dagen zijn kort. MANNELIJKE „SCHOONMAAKSTERS" Men schrijft ons uit Amsterdam: Het mannelijk „dienstmeisje" heeft niet lang ge leefd. Het was een paar weken in betrekking bij een zonderling echtpaar, maar toen schijnt het er den brui aan te hebben gegeven. Op het oogenblik zou Betje weer opperman zijn. Een mannelijke „schoonmaakster" is echter iets an ders Die schijnt werkelijk in een behoefte te kunnen voorzien. De ontelbaar vele glazenwasscherijen toon den aan, dat het ruwe buitenwerk en het grove binnen werk door den man beter kon worden gedaan dan door de vrouw Zoo kwam de schoonm a k e r er in. Doch door de crisis kwamen duizenden mannen zonder werk. Hun respectievelijke vrouwen probeerden teen als schoonmaakster was te verdienen, hetgeen dik wijls gelukte. Het gebeurde echter, dat de schoon maakster ziek werd, en dat haar man dan kwam vra gen of hij het werk niet mocht doen. Hetgeen hem zoo goed geviel, dat hij zich er speciaal cp toelegde. Op het oogenblik kan men, wanneer men 's morgens omstreeks zeven uur langs de grachten loopt, in de groote kantoren verschillende „manspersonen" als schoonmaakster aan het werk zien. Weliswaar hebben zij zich overeenkomstig onze politieverordening niet gestoken in „de kleeding van de andere kunne", maar door allerlei kleinigheden hebben zij toch liet karakter van de schoonmaakster aangenomen. Zij nemen stof af, ze wrijven de bureaux, en doen voorts wat hun hand vindt cm te doen. Het aantal mannelijke „schoonmaaksters" zou a! om streeks 80 bedragen Ze zouden uitstekend voor hun taak berekend zijn. We! zouden zij iets langzamer dan hun vrouwelijke collega's werken, maar ookmeer precies. Met dit schoonmaken kan een man. die des morgens en des avonds een kantoor heeft, 9 èt 12 per week verdienen. EVANGELIST EN KANTONRECHTER. Het Rott. Nsbld. vertelt Voor den nog jeugdigen, dus nog niet strengen, zelfs zeer coulanten en beminnelijken plaatsvervangcn- den kantonrechter te Rotterdam, dienden een aantal huurzaken. Deurwaarder, volgende zaak. Een rustige magere man verscheen, nam dadelijk het woord en sprak, wijzende op den rechter: Gij zijt maanziek en van den duivel bezeten Ik? schrok de rechter. Ja gij- De rechter herstelde zich, tikte met den hamer en zei Wil je er om denken, dat je voor den kantonrech ter staat? Jawel. Erken je je huis gehuurd te hebben van IJ? Nee! Neen? Nee! Alles is van den Vader, zegt Paulus, hoe kan IJ, dan eigenaar zijn. Je hebt kinderen? Nee! Neen? NeeAlles van den Vader. Ben jij dan de vader niet? Nee! De rechter maakte er een einde aan en bepaalde, wel willend, over veertien dagen de ontruiming. En nu sprak de gedaagde ernstig Je bent een slecht wetsgeleerde en ik veracht je. Dank je. Deurwaarder, volgende zaak EEN PRAATJE OVER HOOIBROEI. Willem Practijk schrijft in het Ned. Landb. Wkbl. Het is Zondagmiddag. Een brandspuit met bijbe- hooren, gaat voorbij mijn huis. Brandsignalen hoorde ik niet. Vandaar vroeg ik aan G.: Wat is er te doen? Zijn antwoord is: bij J. moet men „spnten". Uit voor zichtigheid gaat die spuit daar heen. t Kan er wel spannen. Er is reeds vuur gezien. Ik zeg, ochja, nog al te vaak wordt er niet aan gedacht, dat het hooi zoo veel voedzamer is en daardoor ook gevaarlijker dan vroeger. Door het gebruik van hulpmest, door in het land bijvoederen met lijnkoek enz.; en door betere be werking is het land krachtiger dan vroeger. Daardoor maait men veel vroeger en dient men 't hooi goed „be storven" en liefst geheel droog in huis te haien en in den „berg" op te tassen. Dit eischt meer arbeid en arbeidshulp is vaak moeilijk te bekomen. Geluidüg is daarin ten deele te voorzien door paar den. Werktuigen om te maaien te harken en te schud den zijn reeds veel in gebruik en in de laatste jaren be wijzen „zwadkeeiders" beste diensten. Gebruikt men die werktuigen met eenig overleg en brengt het hooi daarna op „klaverruiter", dan is het gevaar niet groot meer. Behoefte aan de „etgroen' verlokt sommigen tot hooitijden bij ongunstig weer, maar omdat ik het broei en wil vermijden, doe ik dit niet en bovendien strooi ik 2 kilo zout over elk voer hooi. G. vraagt: Maar een beetje broeien is toch wel nut tig te achten? Ik zeg: Zelfs geringe broei acht ik toch verlies van voedcrwaarde en daarom ongeacht de kans op scha de en gevaar, niet toelaatbaar 't Kan wel, zegt G„ maar met al die nieuwigheden kan men wel dagwerk krijgen ik antwoord: het gebruikeu van zout in het hooi is gtxn nieuwigheid. Meer dan 50 jaar geleden paste mijn vader het reeds toe en bij mij is dit al reeds meer dan 30 jaren gedaan. In al diai tijd hebben onze koeien en paarden nooit gebroeid of „stoffig" hooi behoeven te eten. BIJ ONS OP HE T DORP. Men schrijft uit Vrijhoeve Cappel aan „De Tijd": lil de atgeioopen week was lner een raadsvergade ring oeiegd. Benaive B en W. versclieen maar één raausiid ter kapuoie, zoodat de vergadering wegens ouvoltalligheid niei zou kunnen doorgaan. A laar men schalie iaad en zond üen veldwachter uit om de afwezigen op te haien. Eén raadslid vond hij thuis, doch deze Icon n;et ko men, omdat hij op de kinderen moest passen, wijl vrouwiiet buurten was; een andere vrocue stond juist in den baktrog en kon. het deeg niet laten verzuren. Lie vclclwacntcr liet ztcii niet ontmoedigen en slaag de er ten laatste iu, genoeg leden te bewegen tot op komst om de vergadering te laten doorgaan. Men zegt, dat tegen de lakse raadsleden door de politieke tegenstanders uit een en ander munt zal wor den geslagen. UIT NOORDSCHARWOUDE. Nauwelijks had de klok half negen geslagen, of met klokgelui en fanfares werd de feestdag ter etre van het ingebruik nemen der lijn station—dorp ingeluid. Bij het beireden van den toegangsweg trof ons reeds bij liet pasoteren der eerepooit het portret van wijlen den heer C. Kroon Mz., vroeger Burgemeester van Noorscharv oude, de man, die verscheidene jaren gele den teeds den eersten stoot gaf om te komen tot het geen waarvoor nu feest gevierd wordt. De eerepoort was opgetrokken met alle producten, die in dezen tijd kunnen worden aangevoerd. Een en ander, smaakvol gerangschikt, maakte een zeer aar dig effect. Op de toegangsbrug naar het veilingsgefcouw waren de verschillende commissies en genoodigden opgesteld van waaruit de heer Brugman als voorzitter van de feestcommissie het woord voerde, en ongeveer als volgt sprak Dames en Heer en „Wanneer u 't hart tct spreken dringt, zoo spreek heeft onze „De Genestet" geezd, en wie me kent in het vereenigingsleven, zal begrijpen, dat het me op dit oogenblik goed is, iets te mogen zeggen, een oogen blik te mogen spreken tot een brtede schaar van be langstellenden, bij wien, evenals bij me zelf thans een feestelijke stemming voorzit, door wien deze le Sep tember wordt beschouwd als mi schitterend succes op hun streven en werken voor een thans bereikt ideaal. Ja Bondsvlag het was me aangenaam op deez' dag u te mogen hijschen; waai uit en toon der wereld de vreugde van deze schoone omgeving met z'n nijve re bevolking, die broodnoodig had de spoorlijn, welke gereed voor ons ligt, noodig voor meerdere welvaart, een bevolking, die noodig had pok een markt als de onze, waar tuinbouwer en handelaar elkaar kunnen vinden voor een gezonden handel, bij een goed willen van beide zijden. Ja thans zoo heerlijk klinkende klokketonen, galmt over onze huizen en hoven, over onze vaarten en akkers, en roept het toe den volke: „Ik nood u tot feestbetoon Waar ons een huivering nog bevangt bij de herinne ring aan uw zoo diep weemoedig geklep op 31 Juli van 1914, aan uw luid en lang gebeier, ons in de ooren klinkend toen, als een „ach en wee" geroep ook over eigen huis en hof, aan uw metaalklank, ons als liet ware toe donderde: „Sta af uw zonen, uw broeders, uw verloofden, uw mannen, uw vaders", waar we ons herinneren hoe d a t klokgebrom ons gemoed in op stand bracht tegen dat ontzettend wereldgebeuren, daar zijn thans uw tonen voor ons heerlijk schoone muziek; want trots alle wereldellende, trots alle we reldsmart, is er voor ons thans reden te over tot vreug debetoon. Is daar niet tot stand gekomen, na veel strij- dens, na veel werkens, na velerlei teleurstelling, een heerlijk werk des vredes. dank zij eendrachtige samen werking van zeer, velen? Moge het zijn tot welvaart, tot vooruitgang in deze omgeving! Wanneer we, feest- genooten, bedenken, dat reeds langer dan 30 jaar voor dit doel is gearbeid en gestreden, mogen we ons dan niet ten zeerste verheugen over het feit. dat een schoon ideaal werkelijkheid is geworden?! Is het wonder, dat daar is gekomen uit den boezem der bevolking een spontane uiting, welke riep en drong om feestviering! O, ik weet het, daar zijn er en wellicht zelfs in ons midden - die de tijden voor feestviering ten eenenmale ongeschikt vinden, die feest betoon op dit oogenblik ais 't ware uit den booze ach ten. Ten deele sta ik aan hunne zijde en geheel zou ik naast hen staan, wanneer ik in me om moest dragen de wetenschap dat het wereldlijden ons koud had gela ten. Maar heeft Nederland niet reeds veel, zeer veel gedaan tot leniging van het smartelijk lijden onzer me de-wereldburgers. En wordt niet aan ons feest een zekere wijding gegeven door een daad van piëteit, wanneer daar de eerste waggons in stemmig kleed zul len vertrekken met een feestgave voor onze oostelijke en westelijke naburen? En is onze feestviering niet ook een uiting van warme dankbaarheid aan dien stoeren werker temid den uwer vaderen, wien we mogen noemen en eeren als de grondlegger dezer spoorlijn. Wederom, geeft het geen wijding aan ons feest, waar uw comité zich, vóór alle festiviteit naar den dooden akker begaf he denmorgen, om namens een dankbaar nageslacht, na mens u dus een lauwerkrans te leggen op den deksteen van het graf waarin rust het stoffelijk overschot van hem, wiens levensideaal door ons werd uitgewerkt, door ons mocht worden bereikt. En dan mag er niet honderd-, ja duizendvoudi ge vreugde zijn over het feest, dat ons landje is ge spaard gebleven voor het geweld des orlogs, zoodat ons spoorlijntje toch is kunnen komen. O. ik zou het bij deze gelegenheid reeds willen vragen: Laat wappe ren alom uw driekleur, laat beieren alom uw klokken, maar dan als uiting van diepgevoelde vreugde, wan neer de dag mag aan breken, waarop ge moogt weder- keeren naar de hunnenuw zonen, uw broeders, uw verloofden, uw mannen, uw vaders, zonder dat ze de wapen» hebben moeten keeren tegen hunne mede we reldburgers! En ook dit wil ik vragen nog: is geen feestelijke stemming, en uiting daarvan ook, geoor loofd, waar we met rechtmatigen trots, maar met groo te dankbaarheid tevens, mogen zeggenons Landsbe stuur heeft tot heden kunnen handhaven onze neutra liteit, het heeft kunnen voorkomen de totale ontwrich ting der eeonomischen samenleving, zoodat we met groote dankbaarheid mogen aanvaarden het feit, dat op deze stand feestviering mogelijk is. En, daarom, Dames en Heeren, laat ons feestvieren van ganscher hart, dat ons feest worde wat er in de korte spanne tijds van voorbereiding van te maken is, laat het wor den een onvergetelijke dag voor ons allen, in dien zin dan, dat we er met waar genot op kunnen terug zien, elk voor zich met het bewustzijn in zich. dat zijnerzijds niets is gedaan tot vermindering der feestvreugde, doch alles, wat in zijn vermogen was, haar te ver'noo- gen! Dames en Heeren, zal ik me thans als met arends- blilcken zetten aan het sorteeren van hoog- en minder hoogstaanden onder U, om als voorzitter van het Feestcomité een orficicel welkom toeroepen, eerst aan dien en dan aan dien enz? Me dunkt ge verlangt het van mij niet. Laat ik U thans welkom Tiet-ten allen en allen als mede feestgenooten, laat ik u allen brengen den meest hartelijken feestgroet van het Comité, door u met de uitwerking der feeatplannen belast. Ik wensch u toe een schoonen feestdag Mede Comité-leden en sub-comité's, u wenscht ik ge luk, met het succes van onzen arbeid, waarvan, door de zoo sympathieke en krachtige medewerking van zoove- len, dit feest, laten we zeggen: ons spoorfeest, het re sultaat mocht wezen. Als Noordeimaiktbonds-voorzitter dank ik rn'n me de comité-leden voor de eer tien Bond bewezendoor zijn terrein te bestemmen tot de piaats, waar de eer ste feestklanken tot uiting zouden konten. Dames tn Heeren, een ver uitgebreid feest-program wacht op atwerking, ik zou een slecht voorbeeld geven, indien ik van den beschikbaren tijd een te groot deel opeischte ler opening van t spoorfeest. Trouweus, we zullen elkaar vandaag meermalen ontmoeten en in ver schillende feestlokalen elkaai kunnen toespreken en -- daarom, Kleine Kapel van Noord-Scharwoude, laat weerklinken thans uw fanfares, meng uw tonen met die der feestklokken, opdat van nabij en van verre men moge wetenHet spoorfeest is met deze vreugdeklanken geopend! Hierna zong men gezamenlijk het bondsvlaggeniied en nam de firma Regter en de Jong enkele cinemato grafische opnamen, vervolgens betraden allen het vei- liagsgebouw en nam dev eiling een aanvang. De Burgemeester van Noordscharwoude, eere-voor- zitter van het feest-comité sprak een klein woord en zei met veel blijdschap liet bewijs van groote erkentelijk heid te hebben aanvaarriit Spreker hoopte dat deze feestdag hij ieder vreugde mocht verwekken en sprak een wensch uit, daun aikt en spoor een zegen mogen zijn voor Noordscharwoude De heer W. Bakker reikte namens de koopliedenver- eeniging een geschenk over aan den voorzitter van den N. M. B. De heer Brugman aanvaardde dit dank baar en zei o.a. dat hij, wat hij ook mocht verwachten, niet van deze zijde ditb lijk van waardeering had ver wacht. Spr. wees er op, in hoofdzaak te zijn aangewezen om de belangen der landbouweis te behartigen, Spr. vtr- laarde dat men er echter van verzekerd kon zijn, dat hij niet zal nalaten de belangen van beiden zooveel het kan te laten samengaan. Hierna kwam het eerste vaartuig voor de klok Aan dit vaartuig; (van J. Weel te Oudkarspel) was een prachtige symbolische versiering aangebracht, n 13 teekeningeu waarvan no. 1 voorstelde het oude veiling- ebouw aan het Gortersdiepje; no. 2, het veilingge- ouw aan de Laansloot en net 3e het nieuwe veiling gebouw aan de Wuivers'.oot. Daar boven was de volgende spreuk aangebracht Met vasten wil en stoeren hand, brengt men door eenheid veel tot stand. Een en ander was vervaardigd door den heer C. Kok, schilder te Oudkarspel. Het vaartuig bevatte 330 stuks witte kool die den prijs van 16.70 per 100 opbracht. Vervolgens kwam een vaartuig ter veiling, dat de volgende prijzen maakte: gelekool a 12,20, roode a 12.40, bloemkool a 17,30, reuzen a ƒ13,30 enz. UIT EGMOND AAN ZEE, Alhier is aangespoeld het lijk van een ongeveer 20-jarigen jongeman, in blauw en wit badcostuum, zonder andere kenteekenen dan trouw- en zegelring. KORTE BERICHTEN. In een woning aan de Assendelftstraat te 's Ilage werden de huisgenooten onwel na het eten van be dorven vleesch. Met een 11-jarig meisje wat dit in die mate het geval, dat voor haar de gemeentelijke genees kundige dienst werd geroepen om hulp te verleenen. Gistermorgen is tusschen Amersfoort en Apel doorn iemand in een vlaag van waanzin uit een in vol len vaart zijnden trein gesprongen. Zijn toestand is ernstig. Te Ambt-Hardenberg zijn 3 Russische korporaals aangekomen, die 8 maanden in Duitsdie krijgsgevan genschap waren geweest. Gedurende hunne driedaag- sche vlucht hadden ze zich met rauwe aardappelen ge voed. Te Dinxperlo zijn 2 Belgen en een Hollander aangekomen die uil Duitsche krijgsgevangenschap wa ren ontvlucht. De Hollander heeft hier echter nog 6 maanden tegoed, zoodat de vrijheid voor hem van kor ten duur is. De paardenuitvoer neemt een enormen omvang aan. Te Tiel vertrokken gistermorgen 40 wagons met paarden naar Duitschland. Een handelaar kocht in die streken 860 stuks paarden op. Door den bliksem is gisteren nabij het kamp van Oldebroek een Belgisch geïnterneerd militair getroffen en gedood Te Maassluis is gisteravond binnengekomen de sleepboot „Poolzee", die bij het Galloopervuurschip een reddingboot zonder naam heeft opgevischt. Voer den commissaris van politie te Bergen op Zoom is geleid een te den Helder gearresteerden man, die verschillende Belgen voor aanzienlijke sommen had opgelicht. Te Zwartsluis is iemand door een 11-tal jongelui danig mishandeld. Hem werd een messnee van 17 cen timeter over het gezicht toegebracht, waardoor hij verbazend vee! bloed verloor en per brancard naar zijn woning moest worden vervoerd. Bij een vechtpartij te Amsterdam werd Maandag avond een der vechtenden den neus afgesneden. De man is in het Binnengasthuis ter verpleging opgeno men. Te Rotterdam is een 7iarig jongetje door een sle perswagen overreden. Het voor- en achterwiel gingen het kind over het hoofd, waardoor het onmiddellijk dood was. Hedenmorgen is te IJmuiden een commies bij de H. IJ. S. M de heer Breet, door een rangeerenden trein overreden en gedood. Tusschen Koewacht en Clinge is het verkoolde lijk van een man aan de draadversperring gevonden. Men vermoedt dat het een smokkelaar was, daar er een paar zakjes met meel bij lagen. STADNIEUWS. VOORDRACHTEN-SCHOOLHOOFD. Op de voordracht ter benoeming van een hoofd der le gemeenteschool zijn geplaatst: 1. J. A. Zwarteveen, eerste onderwijzer aan de 4de Gemeenteschool te Alkmaar. 2. R. J. Klaren, hoofd der school te Aalsmeer. 3. D. de Vries, hoofd der school te Midwoud. Voor die aan de 4e gemeenteschool: 1. G. Hellinga, hoofd der school te Enkhuizen. 2. J. Tolsma, hoofd der school te Franekeradeel. 3. A. H. Bijleveld, eerste onderwijzer aan de Burger school te Alkmaar. EEN JUBILEUM. De heer J. Beun, onderwijzer aan de Burgerschool alhier, vierde heden zijn veertigjarig jubileum. Ofschoon de jubilaris zijn verlangen had te ken nen gegeven, om er geen olficieelen feestdag van te maken, ging deze dag toch niet onojsgemerkt voorbij. Onder den morgenschooltijd ontving hij een waar- deerend schrijven van Burgemeester en Wethouders, waarin het college hem gelukwenschte, terwijl de Burgemeester en de arrondissements-schoolopziener, de heer Dr. A. R. van Hattum, hem persoonlijk kwamen complimenteeren. Na twaalven u/erd de heer Beun door het Hoofd der school en de overige collega's ontvangen in het spreeklekaal, waar de heer F.J Aukes hem toesprak. Spreker zeide, dat men geëerbiedigd had het ver langen van den jubilaris om dit feest op de meest eenvoudige -wijze te vieren, doch dat het zeer na tuurlijk was, dat de onderwijzers en onderwijzeressen, waarvan er valen reed» zoo langen tijd met hem aan dezelfde school hadden »amengewerkt, gemeend had den, dat deze dag niet geheel onopgemerkt mocht voorbijgaan. Veertig jaren, twee derden van een menschenleef tijd, aei spr., hebt ge aan deze school medegewerkt om van kinderen menschen te maken van wie ver wacht kan worden, dat ze berekend zullen zijn voor hunne taak in de maatschappij. Ge hebt dat gedaan, ofschoon voor u het pad niet altijd over rozen ging, met voorbeeldigen ijver en toewijding. Ge hebt u geheel aan uw werk gegeven en dat is zeker wel de mooiste getuigenis, die een onderwijzer kan ge geven worden. Met Uw collega's hebt ge steeds aangenaam kun nen samenwerken. Van harte hopen we, dat dat zoo mag blijven ui de jaren, die ge nog als onderwijzer aan deze school zult doorbrengen. Dii meenden wij U als collega's op dezen dag te moeten zeggen, maar bovendien wilden wij ook door U een stoffelijk blijk van onze waardeering aan te bieden U deze dag maken tot een waaraan gij de aangenaamste herinnering moogt behouden. De jubilaris werd daarop een gemakkelijke stoel en een porterhanteau, benevens een bloemstuk aan geboden. De heer Beun dankte daarop voor de woorden van waardeering tot hem gesproken en voor het aandenken, dat hij had mogen ontvangen, de verze kering gevende, dat hij het op hoogen prijs stelde. De dag werd door den jubilaris verder in den huiselijken kring gevierd, waar des middags o.a. nog het Bestuur van de afdeeling Alkmaar van den Bond van Nederlandsebe onderwijzers hem kwam geiuk- wenschen. DROEVIG ONGEVAL. Maandag heeft aan het strand ter hoogte van het Badpaviljoen te den Helder een droevig ongeluk plaats gehad Daar aan het zwemmen zijnde, verdween de op Zeefront thuis behcorendc sergeant der artillerie, d" 21 jarige heer W. Peereboom, van hier, een bekend

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1915 | | pagina 2