DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Van list oostelijk oorlogsterreln.
Van het westelijk oorlogsterreln.
Van het zuidelijk oorlogsterreln.
Luxe Automobielen
AdresJAC. MET.
J1TJ.Og|£. i
No. 287 ©it nammer bestaat uit 3 biadon. Honderd en zeventiende Jaargang. 1915
Atamntsprjis per 3 maanden f 1— X p. post 1.25. Advertentieprijs 10 et. p. regel, groots letters naar plaatsruimte. Brieven ir. II. V. Boek- en Handelsdrnkkerll v.h. HERMs. COSTERAZOON, fonrdam C9. Telelnonnr. 3.
ZAT K 111» A (i 9 OCTOBER
TARIA.
NEDERLAND.
ALKMAAR, 9 October.
Er zijn veel berichten van groote verscheidenheid, er
zijn talrijke, zeer uiteenloopende beschouwingen over
de ontwikkeling der gebeurtenissen op den Balkan,
maar zij brengen weinig nieuws en belangrijks.
Een deel der Engelsche pers schept er behagen in de
Britsche regeering te kapittelen over haar Balkan-
iouten en zelfs wordt er geschreven, dat diplomatieke
nederlagen dikwijls voorafgaan; aan militaire nederla
gen. Ook wordt de schuld van hetgeen in Griekenland
is gebeurd, gegeven aan den heer Venizelos, die in dte
parlementszitting te veel ten nadeele van Duitschland
gezegd en daarom het misnoegen van koning Konstan-
tijn opgewekt zou. hebben.
Van Fransciien kant wordt medegedeeld, dat de
ürieksche koning met geen der oorlogvoerende partijen
in botsing wil komen, zoo min met de centrale als met
de verbonden mogendheden. Voorts dat Griekenland
slechts een Grieksdie politiek wil volgen, dat de re
geering de ontwikkeling van de gebeurtenissen op den
Balkan zal afwachten en een gewapende onzijdigheid
zal bewaren en dat zij hier enkel van zal afwijken, in
dien nationale belangen van groote beteekenis haar
daartoe mochten nopen.
Volgens Duitsche berichten heeft Bulgarije Grie
kenland laten weten, dat hetgeen te Saloniki geschiedt
niet in overeenstemming is met de verklaringen, die
de Grieksche regeering door haar gezant te Sofia had
laten afleggen en dat, indien Griekenland zijn houding
niet verandert, de Bulgaarsche regeering niet kan in
staan voor de instandhouding van een vriendschappe
lijke gezindheid der openbare meening in Bulgarije.
Ook wordt gemeld, dat de Bulgaarsche koning den
minister van oorlog, generaal Jekof, het bevel over het
leger te velde heeft opgedragen.
Inmiddels vindt de aanval der Duitsch-üostenrijk-
sche troepen op Servië voortgang, blijkbaar achten de
Serviërs het oogenblik nog niet gekomen om hevigen
tegenstand te bieden. De troepen rukken over een zeer
'-reed front op, in twee richtingen, die loodrecht op
elkaar slaan. Volgens de Times zijn er verschil lendte
aanvallen gedaan op de forten-stelling van Belgrado
en ook op Semendria, dat 40 K.M. oostelijker ligt.
Voorts verscheen er een vliegtuig boven Nisj. Het
was niet te zien, of het een Oostenrijksch dan wel een
Bulgaarse' was maar een Engelsch bericht meldt, dat
er drie Oostenrijksche krijgsgevangenen, een meisje en
een kind gedood werden en dat er geen materieele
schade wyd aangericht. Volgens de Daily Mail zouden
oe Bulgaarsche strijdkrachten aan de Grieksche grens
bevel hebben gekregen om naar de Servische grens te
gaan. Te Saloniki zouden tot Donderdag 32000 man
geland zijn, waarvan 5000 Engelschen.
in net Tageblatt wijst majoor Moraht er op, dat de
•groote Duitsche legergroepen zoo'n geweldig eind van
t'ikaar staan. Verbindt men de punten Rijssel, Riga en
Belgrado met elkaar, dan krijgt men een driehoek,
welks zijden i500 K.M. bedragen. De ontzaglijke moei
lijkheden, welke hierdoor aau de legerleiding worden
gesteld, zullen eerst later kunnen worden begrepen
voorloopig kan, zegt de Ehiitsche deskundige, de pres
te tin van het groote hoofdkwartier zonder weerga wor
den genoemd.
In Champagne beschoten, de Duitschers hevig de
Fransche stellingen tusschen de wegen van St. Hilaire
St. Soupiet en SouainSomme-Py. De Fransche bat
terijen beantwoordden het vuur overal zeer krachtig.
De strijd wordt voortgezet in de verbindiugsloopgra-
vern ten zuidoosten van Tahure in de richting van de
Butte de Mernil.
Tusschen Argonne en Maas werd de Duitsche sap-
penarbeid in het bosch van Malancourt verstoord
door een Fransche mijn.
De Duitsche staf rapporteerde gisteren:
Na de vergeefsche pogingen der Franschen om door
te breken op 5 en 6 October was de dag van gisteren
betrekkelijk rustig. Het gedeelte loopgraaf ten oosten
van de hoeve Navarin, dat de Franschen nog bezet
hielden, is van vijanden gezuiverd, waarbij eenige ge
vangenen en twee mitrailleurs in onze handten vielen.
Tegen den avond nam het vijandelijk artillerievuur
weer toe. Des nachts kwam het op enkele plaatsen tot
infanterieaanvallen, die alle werden afgeslagen. Bij
een succesvollen aanval op een vooruitgeschoven vij
andelijke stelling ten zuiden van St. Main-h-Py maak
ten wij zes officieren en 250 man krijgsgevangen.
Ten oosten Van de Argonnen bij Malancourt hebben
wij verschillende mijngangen van den vijand in de
lucht laten vliegen.
(Reeds in een deel onzer vorige oplaag vermeld).
DE STRIJD AAN HET OOSTELIJK FRONT.
Het Duitsche hoofdkwartier meldde gisteren:
Legergroep von Hindenburg: De aanvallen der
Russen ten Noorden van Kosjany en ten zuiden van
het Wischniefmeer werden afggeslagen.
Legergroep prins Leopold van Beieren: De toe
stand is onveranderd.
Legergroep von Linsingen: Bij Newel en Orayt,
ten Zuid-Westen van Pinsk, verdreven wij Russische
posten. Onze aanval in de streek ten Noord-Westen
van Czarlorysk maakt vorderingen. De Duitsche troe
pen van het leger van Bothmer sloegen verscheidene
aanvallen af
(Reeds in een deel onzer vorige oplaag vermeld.)
Het Oostenrijksche legerbericht meldde gisteren
De vijand viel gisteren aan, over het geheele front
in Oost-Galicië en Wolhynië. Deze aanvallen, welke
uitgevoerd werden met numeriek sterkere strijdkrachten
en met veel munitie, leverden geen resultaat op. A;
de Bessarabische grens, op de hoogten ten Noorden
van de Dnjester en aan de Strypa mislukten de pogin
gen der aanstormende Russische colonnes, voor zij tot
onze versperringen genaderd waren.
Ten Noord-Westen van Tamopol drongen de Russen
op twee plaatsen onze loopgraven binnen en werden
door de aansnellende Duitsdie en Oostenrijksch-Hon
gaarsche reserves hedenmorgen teruggeslagen. Het
zelfde gebeurde bij den vijandtelijken aanval op het ten
noord-westen van Kremunce gelegen dorp Sapanof,
dat gisteren het middelpunt vorjnde van verbitterde
geveohien, en nu eens in ons bezit dan weer in dat van
den vijand was, maar dat zich thans weer in onze han
den bevindt.
Eveneens wierpen wij ten Zuid-Westen van Olyta
numeriek sterkere Russische strijdkrachten in een ge
vecht van man tegen man terug, waarbij het 89ste in-
fanterie-regiment en heit 31ste landweerinfanterie-regi-
ment Teschin zich onderscheidden. Zeer hevig werd
ook gestreden ten Zuiden van Olyta.
Ten Noorden en Noord-Oosten van Kokir wonnen wij
door onze tegenaanvallen opnieuw terrein. Wij ver
overden op den vijand de dorpen Lissour en Galuzia.
In het geheel werden, de gevechten van gisteren en eer
gisteren meegerekend, in Wolhynië ongeveer 4000 Rus
sen gevangengenomen. De vijand leed zeer groote ver
liezen
Natuurlijk wordt het die legerleiding zoo moeielijk
mogelijk gemaakt. Op het Westelijk oorlogstooneel
duren de hardnekkige gevechten voort. Het laatste
Fransche communiqué gewaagt van een tevergeefschen
Duitschen aanval op Loos en van terreinwinst in
Champagne, ten zuid-oosten van Tahure, waar loop
graven en twee forten genomen werden, die de Duit
schers nog in het vooruitspringende gedeelte tegen
over hun tweede linie bezet hielden.
Op het Oostelijk oorlogstooneel vallen de Russen in
het noorden en in het zuiden aan. Ten noordwesten
van Tarnopol zijn zij op twee plaatsen dte Oostenrijk
sche loopgraven binnen gedrongen, maar volgens het
Weeusche legerbericht werden zij door de toesnellende
Duitsche en Oostenrijksch-Hongaarsche hulptroepen er
weer uitgeworpen. Ook in Wolhynië vallen de Russen
met sterke troepenmachten aan en daar schijnen zij
andermaal Loetsk en Doebno te bedreigen. Daarente
gen wonnen de Duitschers terrein in het Pripet-gebied.
Ook de Italianen hebben op de hoogvlakten van Fol-
garia (Trentino) met sterke strijdkrachten een aanval
gedaan, die naar het Oostenrijksche hoofdkwartier
meldt, bloedig werd afgeslagen, evenals een aanval in
het noordelijk deel van het Doberdo-gebied (in den
Karst).
Het Italiaansche legerbericht, deelt mede, dat beide
aanvallen voortduren.
DE STRIJD IN BELGIë EN NOORD-FRANKRIJK.
Het Fransche legerbericht meldde gistermiddag:
Ten noorden van Atrecht werd de artilleriebeschie-
nng in den nacht van weerszijden voortgezet, evenals
bij Souchez en omgeving en in de sectoren van hoogte
140 en La Folie. Vrij groote bedrijvigheid van de Duit
sche artillerie en beantwoording van dit vuur door de
Fransche artillerie in de streek van Rove ten noorden
van de Aisne en bij Tracy-le-Val in het St. Mardbosch
AAN HET ITALIAANSCH-OOSTENRIJKSCHE
FRONT.
Het Oostenrijksche legerbericht meldde gisteren:
Op de hoogvlakte van Vielgereuth deden de Italia
nen gistermiddag een nieuwen aanval over het geheele
front met een sterke strijdmacht, maar deze werd bloe
dig afgeslagen.
Zeer hevig werd gestreden om een der Oostenrijk
sche steunpunten ten noordoosten van den berg Maro-
ma. Hier deden drie vijandelijke bataljons aaneengeslo
ten een stormaanval, drongen door dte vernielde ver
sperring heen, maar werden door afdeelingen van het
Opper-Oostenrijksche 14de infanterie-regiment terug
geslagen. De geheele aanval eindigde met dte vlucht der
Italianen.
In het noordelijk gedeelte van den Doberdo-sector
deed de vijand wederom vergeefsche aanvallen.
Bij Sely verjoegen afdeelingen van het 87ste infante
rie-regiment de Italianen uit de in hun gevechtslinie
gelegen steengroeve, sloegen een tegenaanval af en lie
ten de vijandelijke stellingen in de lucht vliegen.
DE STRIJD TEGEN SERVIë.
Het Duitsche hoofdkwartier meldde gisteren:
De overgang over de Drina, de Save en den Donau
namen een gunstig verloop. Ten zuidwesten van Bel
grado werden 4 officieren en 296 man gevangen geno
men en 2 mitrailleurs buitgemaakt. Tegenover Ram
vielen na een gevecht drie stukken geschut in onze
handen.
De Oostenrijksche generale staf deelde gisteren het
volgende mede
De overtocht van de Oostenrijksch-Hongaarsche en
Duitsche strijdkrachten over de Beneden-Drina, Save
en Donau, is voortgezet. Pogingen van de Serviërs om
ons daarin te storen of te belemmeren, mislukten op
alle punten.
EEN BETOOGING VAN ISADORA DUNCAN
VOOR VENIZELOS.
Isadora Duncan was te Athene aangekomen op den
dag, dat de Grieksche minister-president Venizelos zijn
ontslag indiende, 's Avonds verscheen zij, volgens
een telegram uit Athene van den Italiaanschen journa
list Betitto, op het Constitutieplein, gekleed in oud-
Grieksch gewaad, begeleid door haren broeder, die
een grammofoon droeg en danste een sluierdans, cie
eindigde met een hulde aan Venizelos.
Toen noodigde zij het publiek uit haar te volgen naar
die woning van de gevallen grootheid. Een gedeelte
van de menigte volgde de dansende kunstenares, die
den heer Venizelos in zijn huis een ruiker aanbood. De
gewezen minister-president aanvaardde den ruiker,
maar weigerde op straat te komen, waarop Isadora
zich teleurgesteld naar haar hotel terug begaf.
KORTE BERICHTEN.
In dte tweede helft dezer maand zal in Duitsch
land worden begonnen met de uitgifte van de ijzeren
vijfpfennig-stukken.
De „Times" verneemt, dat Lord Spencer van zijn
beroemde verzameling het Rembrandt's jongensportret
verkocht heeft, vermoedelijk voor 420.000.
Naar de Duitsche bladen melden, is de in. aan
bouw zijnde brug over de Oder bij Fürstenberg inge
stort. Hierbij zijn negen personen, meerendeels vrou
wen om het leven gekomen.
MIJNEN.
Blijkens mededeeliSgen vani de Britsche admiraliteit,
moet een oppervlakte van zes mijlen rondom het licht
schip de „Gallopper", het vuurschip bij de Theems-
monding in het Kanaal, als gevaarlijk, wegens mijnen
beschouwd worden.
WOLOPVORDERING.
Op de door ons onlangs vermelde vragen, welke het
Tweede Kamerlid mr. de Meester tot den minister van
oorlog heeft gericht, is het volgende antwoord ingeko
men:
Alle in het land beschikbare inlandsche wol moest
voor zoover daartoe geschikt, voor den aanmaak van
militair laken bestemd worden. Aangezien bij de vor
dering zelf niet uitgemaakt kon worden welk gedeelte
van de wol wèl en welk gedeelte niet de vereischte ge
schiktheid bezat, moest alle wol gevorderd worden, ten
eindte aan de behoefte van den krijgsdienst te kunnen
voldoen. De wol, welke ongeschikt wordt bevonden,
wordt aan dte Wolcommissie overgegeven ter distribu
tie aan de industrie. Al heeft de vordering niet met
het oog op deze distributie plaats gehad, toch is ook
hierbij een groot militair belang betrokken, aangezien
het, bijvoorbeeld, dringend noodig is, dat de sajetfa-
brieken en dekenfabrieken van de noodige grondstoffen
zijn voorzien en dus kunnen werken, zulks in verband
met de behoefte aan militaire sokken, dekens enz.
In de practijk moge de wettelijke figuur ten aanzien
van de regeling der schadeloosstelling wellicht som
tijds niet duidelijk zijn uitgekomen, vast staat, dat
aan die regeling dfe wettelijke bepalingen tóch steeds
ten grondslag hebben gelegen. De wolvordering heeft
over de burgemeesters geloopen. Werd niettemin van
militaire zijde een prijs aangegeven, dan was dit slechts
om bij voorbaat in het licht te stellen, welke prijzen als
maximum voor het militair gezag aannemelijk zouden
zijn.
Aangezien daarbij gezorgd werd voor een volkomen
deskundige taxatie, kon deze maatregel tevens strek
ken tot voorlichting van de burgemeesters. Geenszins
waren de burgemeesters aan den van militaiïe zijde
aangegeven prijs gebondenzij waren geheel vrij naar
eigen inzicht een anderen prijs te bepalen Waar zij
dit echter niet deden, moeten zij geacht worden den
van militaire zijde aangegeven prijs te hebben overge
nomen en vastgesteld.
Van een regeling van de schadeloosstelling door een
andteren autoriteit dan de burgemeesters der gemeenten,
waar de vorderingen zijn geschied, kan dan ook geen
sprake zijn.
Met de beschikkingen van den commissaris der Ko
ningin in de provincie Noordholland is de minister se
dert kort bekend.
De wolprodücenten zullen niettemin bij den commis
saris der Koningin in beroep moeten komen.
Dat de beteekenis van den van militaire zijde aan
gegeven prijs niet overal Is begrepen, kan geen aanlei
ding zijn om van'de wettelijke regeling af te wijken.
Voor de beste soort wol is de prijs aangenomen, wel
ke ten tijde der vordering op de markt te Londen voor
eerste kwaliteit grove wol gold.
De prijs voor de mindere soorten is naar evenredig
heid bepaald, waarbij steeds in het voordeel van de
producenten is gerekend.
Ten behoeve van de industrie is geen wol gevorderd;
alle wol werd gevorderd ten behoeve van den krijgs
dienst. Daarmede is niet in tegenspraak, dat de voor
den militairen dienst onbruikbaar geblekèn wol later
aan de industrie werd afgestaan. Met deze omstan
digheid kon uiteraard bij de vordering geen rekening
gehouden worden en zij kon dus ook niet van invloed
zijn op prijsbepaling.
STADNIEUWS.
DANKBETUIGING BELGISCHE VLUCHTE
LINGEN.
Op dezen droeven dag, waarop het reeds een jaar
geleden is, dat de inwonrs van Antwerpen en om
streken door de beschieting der Duitsche belegeraars
uit hunne haardsteden werden verdreven en hun heil
zochten in Nederland, betuigen de nog in Alkmaar
vertoevende Belgen hunnen oprechten en besten dank
aan het stadsbestuur, aan de inwoners, aan het comité
voor vluchtelingen, en vooral aan de heeren B. Kuijper
en L. C. Oudt, onder wier leiding zij van Rozendaal
uit veilig te Alkmaar aanlandden, voor de liefdevolle
verzorging en de bijna meer dan menschelijke goedheid
hun allen betoond en welke zooveel hebben bijgedra
gen om hun moed en troost te brengen in hun hache
lijken en deemisvollen toestand.
DIENSTWEIGERAARS.
Men meldt ons uit den Haag
De milicien der infanterie A. J., afkomstig uit Am
sterdam, is ter zake een klein voetgebrek van het veld
leger overgeplaatst naar een ander troependeel. Er
was door den geneeskundigen dienst geconstateerd, dat
hij In zeer lichten graad platvoeten had, doch zeer
goed gewone excercitiën en kleine marschen kon mede
maken.
Bij een excercitie op 3 September op de binnenplaats
TE HUUR
legert billijk tarief
Telefoon 572.
GEVONDEN VOORWERPEN.
Drie gouden broches; twee bankbiljetten; twee zilve
ren horloges; een gouden horloge; drie portcmon-
naies met geld; een gouden medaillon; een zilveren
ringetje met gouden piaatje; een mondstuk van een mu
ziekinstrument; een rijwiel; twee zilveren armbanden;
een gouden manchetknoop; een koperen gewicht; een
koralen kettinkje met gouden sluiting; een zak anthra-
ciet; een witte kat; een kóralen beursje; een ring met
zwarten steen; een knipmes; een kindertaschje; een
broche met zilveren rand; een konijn; een handschoen
een charivari en een kil ometer kaart.
Alkmaar, 8 October 1915.
De Commissaris van Politie,
W. Th. VAN GRIETHUIJSEN.
van de Cadettenschool te Alkmaar, beweerde bekl.
reed8 na 20 minuten te hebben geëxcerceerd, niet meer
mede te kunnen. Na herhaalde order van den onder
officier met de oefening belast, bleef hij weigeren,
voegde den onderofficier toe„je hebt me niets te ge
lasten" en ging ten slotte tegen een boom zitten. Later
constateerde de officier van gezondheid, luit.-kolonel
Costerman Boodt, dat bekl. wèl in zeer lichten graad
platvoeten had, doch bovengenoemde oefening zeer
goed had kunnen medemaken.
Nu als getuige gehoord, deelde de overste als zijn
meening mede, dat bekl. zijn gebrek in erge mate over
dreef.
De auditeur-militair, bekl. schuldig achtend aan
dienstweigering, vorderde veroordeeling tot 4 maan
den militaire gevangenisstraf, in te gaan 13 September.
Bekl. ontkende opzettelijke dienstweigering en had
ook den sergeant niet toegevoegd' dat déze hem niets
te gelasten had. Zeker, de dokter kon wel zien of hij
platvoeten had, maar de dokter kon niet oordeelen of
hij vreeselijke pijn in de voeten had.
Vervolgens stond terecht de milicien der infanterie
P. J. H. C. van W., die op 2 September bij een marsch-
je van Alkmaar naar Heiloo, het reeds, na een 600 h
800 meter gemarcheerd te hébben, opgaf en op de or
der van den 2en luitenant Bischof weigerde verder te
gaan.
Bekl., die in het burgerlijk leven kok is, gaf thans op
steken in de zijde gehad te hebben en behept te zijn
met een breuk, die hem veel last veroorzaakt.
De luitenant verklaarde, dat er na dezen bekl. tel
kens om de 100 meter weder een uitviel.
Overste Costerman Boodt verklaarde, dat bekl. meer
malen over steken in de zijde klaagde, doch niets heeft
kunnen vinden waardoor deze veroorzaakt kan wor
den1, en wat bekl. een breuk noemt, Is geen breuk.
De auditeur-militair vorderde schuldigverklaring en
veroordeeling tot 4 maanden militaire gevangenisstraf,
in te gaan 18 September.
De volgende bekl. was de milicien-korporaal B. H.
B., afkomstig uit Kampen, in het burgerleven eveneens
kok. Ook aan hem is gelijk feit ten laste gelegd als aan
den vorigen bekl. Bij denzelfden marsch is ook hij uit
gevallen en beweerde hij niet verder te kunnen wegens
pijn in de lies.
Bekl. verklaarde, dat hij sedert de mobilisatie nim
mer dienst deed. Eerst is hij eenigen tijd in 't hospi
taal verpleegd, vervolgens geopereerd en daarna is hij
alleen geschikt bevonden voor huishoudelijke diensten
en werd hij in de keuken geplaatst. Na een door hem
aangevraagde herkeuring werd hij geschikt bevonden
en moest hij dienst doen. Bovenbedoelde marsch was
de eerste dienst die hij medemaakte.
De overste Costerman Boodt, omtrent dezen bekl.
als getuige gehoord, verklaarde, dat de operatie die
bekl. heeft ondergaan, van weinig beteekenis is en niet
de minste kwade gevolgen voor hem heeft gehad. Bekl.
wordt door hem geschikt geacht voor alle diensten.
De auditeur-militair vorderde tegen dezen bekl. 4
maanden militaire gevangenisstraf, in te gaan 18 Sep
tember, met degradatie.
Bekl. verzocht een nieuw deskundig onderzoek en
vond de straf in led. geval te hoog.
De vierde diens tv geraar, die bij het marschje uit
viel en niet verder wilde, was de milicien der infante
rie F. J. P. Ch. P., afkomstig uit Lochem. Deze man
beweerde door pijn in de voeten niet verder meer te
kunnen Reeds in 1913 had hij daar last van en bij ge
legenheid dat hij toen een marsch maakte, na zich te
hebben gemeld voor hetzelfde euvel, doch toch mede
moest, viel hij in zwijm en is daarna ernstig ziek ge
worden, Nu, na de mobilisatie, diende hij eerst bij het
veldleger, doch daarvoor werd hij ongeschikt bevon
den. Hij heeft te Alkmaar nooit anderen dienst ge
daan dan als „gamellen wasschen", zelfs behoefde hij
nog geen kamerwacht te zijn.
Pres Dus je had een gemakkelijk leventje?
Bekl. Dat had ik zeker.
Overste Costerman Boodt verklaarde, dat bekl. lij
dende is aan platvoeten in zeer lichten graad' en zeer
goed geschikt is voor huishoudelijke diensten en kleine
marschen.
Bekl. hield vol, dat hij lijdt aan pijnlijke voeten, p
in den rug en in het hoofd en dat hij herhaaldelijk af
gekeurd is voor verschillende diensten.
De Pres., het strafblad van bekl. inziende, vroeg den
bekl of de hoofdpijn waarover bekl. klaagt, ook het
gevolg is van die straf voor dronkenschap, die hij ge
noteerd ziet.
Bekl.: Neen.
Ook voor hem luidde de eisch 4 maanden militaire
gevangenisstraf, in te gaan 18 September.
Ten slotte stond terecht de milicien der infanterie
Ph. O., afkomstig uit Amersfoort, die, evenals de vo
ride beklaagden, bij denzelfden marsch zich liet uit
vallen en opgaf, niet verder te kunnen Hij was duize
lig en gevoelde zich erg ziek. Aan de grenzen heeft hij
ALRMAARSGHE COURANT.