DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Van tiet zuidelijk oorlopterreln
Tan bet westelijk eirlogsterreln.
No. 278
Honderd en zeventiende Jaargang,
1915
Ahoniwatspriii m 3 roaiuÉnft—,Jr. p. post 11.35. AdYGitentiepriis 10 ct. p. regel, groote letters naar
Y R 1J I) A O
Brieven fr. N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v.h. HERIWs. COSTER 5 ZOON, Voordam C9. Telefoonsr, 3.
26 NOVEMBER
FRANKRIJK.
Melkvoorziening.
ALKMAAR, 26 November.
Het Servische gezantschap te Parijs heeft meege
deeld, dat de toestand van het Servische leger verbe
terd is en dat het Bulgaarsche leger tot tweemaal toe
ten noord-oosten en ten zuid-oosten van Prizrend ver
slagen is. Uit de berichten van de tegenpartij blijkt
zulks echter heelemaal niet en zonder nadere bevesti
ging dient er ook weinig vertrouwen aan te worden
gehecht. Het is vermoedelijk een stemmingsbericht,
dat moet dienen om er den goeden moed in te houden.
De Fransche senator Clemenceau schreef dezer dagen:
„men heeft ons zoolang men kon, met eenige onbe-
teekenende militaire voordeelen trachten te verblin
den, welke, door de dappere soldaten van generaal
Sarrail verworven waren." Het schijnt, dat men thans
hetzelfde wil beproeven met Servische soldaten. Een
lid der Servische regeering moet volgens het Petit
Journal hebben medegedeeld, dat Servië voornemens
is, het offensief te hernemen, zoodra de Engelsch-
Fransche hulptroepen in Macedonië sterk genoeg zul
len zijn.
De heei Aaquith, de Engelsche minister-president,
moet de Servische regeering telegrafisch hebben ver
wittigd, dat Engeland vastbesloten is de expeditie
voort te zetten. Men zou weldra verrassingen op den
Balkan beleven. Volgens de Daily Telegraph zou ook
de Tsaar persoonlijk telegrafisch beloofd hebben, dat
Russische troepen binnen een week in Bulgarije zul
len zijn, het heet, dat er 250.000 Russen aan de
Roemeensche grens staan terwijl de Italiaansche
regeering de zending van een expeditieleger toezegde:
er zouden 40.000 man beloofd zijn.
Het zeifde blad meldt, dat de toestand der Fransch-
Engelsche troepen tegenwoordig moeielijk is en dat
generaal Sarrail herhaaldelijk heeft verklaard, dat hij
alleen een grooten slag zal aanvaarden met aanzien
lijke strijdkrachten. Eigenaardig is het, dat men offi
cieel over deze troepen de laatste dagen niemendal
verneemt, aan beide kanten zwijgt men over den mili
tairen toestand in dit gebied wij hadden dit reeds
geschreven, toen het telegram kwam, meldende, dat
de Franschen bij Krivolak (20 K.M. van de Grieksche
grens) de Bulgaren hebben teruggeslagen.
De Telegraph beweert verder, dat aan Servië van
Duitsche zijde een afzonderlijke vrede is aangebo
den, die evenwel door den Servischen kroonprins
werd geweigerd.
Geruchtsgewijze verluidt voorts, dat de Grieksche
koning bereid is den eisch van demobilisatie, wegens
redenen van binuenlandsche politiek in te willigen,
maar ook, dat de entente geen demobilisatie heeft ge-
eischt, doch alleen er op heeft aangedrongen, dat er
geen Grieksche troepen aanwezig zullen zijn in het
gebied, waar de verbondenen opereeren. Het wordt
ons tegenwoordig niet gemakkelijk gemaakt achter de
waarheid te komen!
Noch van het Oosten noch van het Westen is er
eenig nieuws. Volgens de Morning Post hebben de
Duitschers afgezien van hun voornemen om Riga en
de Dwina-linie te veroveren en reeds Mitau, de voor
ste basis hunner troepen, ten deele ontruimd.
De langste officieele communiqué's komen tegen
woordig van het Italiaansch-Oostenrijksch front. Of
eigenlijk is het niet juist van een front te spreken,
want men heeft hier niet te doen met één doorloopen-
de linie zooals in het Westen en in het Oosten. Er is
hier geen gesloten front: op 150 K.M. van de grens
lijn wordt Wel, op 200 K.M. echter niet gevochten.
Men strijdt ten westen en ten oosten van het Garda-
meer, maar dan komt er een 40 K.M., waar men niet
vecht, dan komt er een gevechtsterrein van 40 K.M.,
waar de Italianen 10 a 15 K.M. hebben gewonnen en
een gebied hebben bezet, dat ongeveer het honderdste
gedeelte van ons land is. Vervolgens krijgt men een
gaping van ruim 20 K.M., waarna er over 15 a 20
K.M. weer gestreden wordt daar hebben de Italia
nen een gebied veroverd zoo groot als de stad Am
sterdam. Honderd „vredeskilometers" vindt men dan
aan de grens en eerst wanneer men de Isonzo is ge
naderd, begint de strijd opnieuw, waar hij met een
kleine onderbreking voortduurt tot aan de zee. Oos
tenrijk heeft in dezen strijd een machtigen bondge
noot: het moeielijke terrein. In verband met deze om
standigheid is het niet onmogelijk, dat de Italianen
tenslotte alleen aan de Isonzo zullen volhouden, waar
zij een goede kans hebben het veelgenoemde Görz en
daarna misschien ook Triëst te veroveren. De Italia
nen hadden dit terrein ook kunnen krijgen zonder
een schot te lossen, maar ze hebben het Oostenrijk-
sche aanbod destijds niet willen aanvaarden. Zij moe
ten het begeerde gebied thans in bloedige gevechten
met opoffering en moeite veroveren.
DE STRIJD TEGEN SERVIë.
Het officieele Oostenrijksche legerbericht van giste
ren luidde: De Montenegrijnen zijn ook ten oosten
van de Toca teruggeslagen. Ten zuidwesten van Sje-
nica overschreden wij de Montenegrijnsche grens. Bij
de inneming van Mitrowitza namen de Oostenrijksch-
Hongaarsche troepen 10.000 Serviërs gevangen en
maakten zij zes mortieren, 12 veldstukken, een groot
aantal voertuigen, allerlei munitie, zeven locomotie
ven, 130 wagens en veel ander oorlogsmaterieel buit.
Een Oostenrijksch-Hongaarsche colonne, die van Mi
trowitza verder oprukte, veroverde de streek vah
Wuschitzu. Ten zuiden daarvan staan Duitsche en
Bulgaarsche troepen gereed over de Sisniza te trekken.
In de gevechten om Pristina werden 6800 man ge
vangen genomen en zes Servische kanonnen buitge
maakt.
Het Bulgaarsche legerbericht van 23 Nov. luidde
aldusSedert tien dagen waren verbitterde gevechten
om Pristina aan den gang. Nadat ons leger heden
de Serviërs geheel en al in het noorden, oosten en zui
den omsingeld had, deed de vijand nog de uiterste po
gingen om Pristina te verdedigen. Hij kon onzen
druk echter niet weerstaan en werd uit zijn laatste stel
lingen geworpen, waarop hij genoodzaakt was terug
te trekken naar het westen. Te half drie 's namiddags
rukte eerst een cavalerie-regiment de stad binnen,
waarop onze troepen van het noorderfront en afdee-
lingen van de naburige Duitsche colonne volgden. Het
aantal der gevangenen is nog niet vastgesteld.
DE STRIJD IN BELGIë EN NOORD-FRANKRIJK.
Het Fransche middag-communiqué meldde gisteren:
In Artois en Lotharingen op enkele plaatsen ge
vechten met handgranaten in den loop van den nacht.
Onze artillerie gaf werkzaam vuur af op vijandelijke
mitrailleurs-opstellingen bij Frise en op de stations
van Beuvraignes en Laucourt. Op het overige front
de gewone artilleriebeschieting.
DE INSCHRIJVING OP DE OORLOGSLEENING
Gisteren was de eerste dag van de inschrijving op
de nationale oorlogsleening. Deze had een succes, dat
alle verwachtingen te boven ging. De toeloop in alle
bureaux, waar inschrijving werden aangenomen, was
buitengewoon. Overal moest een ordedienst worden
ingesteld om de menigte tegen te houden.
De bladen vermelden inschrijvingen van verschei
den millioenen. De „Association fraternelle van che-
minos frangais" heeft voor een millioen ingeteekend.
Generaal Joffre zei in een gisteren verschenen leger
order Een ieder kent Frankrijk's welvarendheid. Al
len vertrouwen in zijn toekomst en den gunstigen af
loop van den strijd. Allen, die op de leening teekenen,
doen niet alleen hun plicht als Franschen, doch zul
len er zelf baat bij vinden. Na 1870 hebben wij een
bevfijdingsleening uitgegeven. Ditmaal zal het, door
uw inspanning, een overwinningsleeriing zijn. Denkt
over deze dingen na. Schrijft er over aan wie achter
bleven. Door in te teekenèn, vechten zij voor Frankrijk
met u en helpen zij op de meest doeltreffende wijze.
Het geldt de verzekering van uw toekomst en van die
uwer kinderen.
KORTE BERICHTEN.
Het garnizoen van Monaco, hetwelk uit 200
man bestond, die deels Van Fransche,deels van Itali
aansche nationaliteit waren, is geheel en al opgelost,
doordat de manschappen door de militaire overheden
hunner landen zijn opgeroepen.
-In DuitsChland zijn maximum-prijzen voor wild
vastgesteld.
In een spoedvergadering van de Fransche Ka
mer van Afgevaardigden zijn middelen beraamd om
de stijging der levensmiddelen tegen te gaan.
De levering van couranten door de Duitsche pos
terijen heeft aan de Duitsche schatkist over 1015 een
zuivere winst geleverd van 16.1 millioen mark, tegen
11.1 millioen mark over 1914.
BINNENLAND.
GEZANT BIJ HET VATTCAAN.
Naar met zekerheid vernomen wordt, kan de benoe
ming van jhr. mr. O. F. A. M. van Nispen tot Seve-
uaer, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
en oud-voorzitter dier Kamer, tot "gezant in tijdelijke
en bijzondere zending bij den Pauselijken Stoel, bin
nen zeer korten tijd worden tegemoet gezien.
De weldra te benoemen gezant in tijdelijke en bij
zondere zending bij den Pauseiijken Stoel, jhr. mr. O.
F. A. M. van Nispen tot Sevenaer, behoort tot de
meest begaafde leden der Katholieke Staatspartij in de
Tweede Kamer.
Op 2 October 1867 te Arnhem geboren, bezocht hij
het Gymnasium te Nijmegen, promoveerde op 19 De
cember 1892 in de rechtswetenschap aan de Rij les-Uni
versiteit te Leiden en vestigde zich spoedig daarna als
advocaat en procureur te Arnhem. In Juni 1901 werd
hij gekozen tot lid van de Tweede Kamer voor het
kiesdistrict Nijmegen, welk district hij sedert dien on
afgebroken vertegenwoordigde.
Tijdens het presidium van den heer Van Bylandt
als nummer twee op de voordracht voor het Kamer
presidium gebracht, werd hij na diens aftreden be
noemd tot voorzitter en wist hij ook in woelige en
rumoerige parlementaire episoden de Kamer te leiden
met vaste hand en op een wijze, die algemeen werd
geroemd. In 1913, toen mr. Goeman Borgesius als
voorzitter optrad, werd hij met mr. Troelstra als on
dervoorzitter benoemd, welke functie hij is blijven
vervullen tot het thans ingetreden zittingjaar, toen hij
den wensch te kannen gaf voor eene herbenoeming
niet in aanmerking te willen komen.
Reeds toen er voor het eerst sprake was van eene
aanstelling van eenen tijdelijken en buitengewönen ge
zant bij den Pauselijken Stoel, werd in de pers zijn
naam het allereerst genoemd onder degenen, die voor
dit ambt het meest in aanmerking kwamen.
Bekend is het belangrijke aandeel, dat hij als lid
van de commissie van rapporteurs heeft gehad in de
totstandkoming van de wet op het Arbeidscontract.
Zijne verdiensten in dit opzicht werden toen van re-
geenngswege erkend door zijne benoeming tot Ridder
in de Orde van den Nederlandschen Leeuw. Nadat hij
gedurende een jaar het voorzitterschap der Tweede
Kamer had vervuld, werd hij bevorderd tot Comman
deur in die Orde.
PROV. STATEN VAN NOORD-HOLLAND.
Gisteren was ingekomen het rapport van den heer H.
Lohr, directeur der Provinciale Geldersche Electrici-
teitsmaatschappij, in zake de vraag, op welke wijze de
Kennemer Electriciteit-Maatschappij en andere be
staande inrichtingen de provincie Noord-Holland zoo
economisch mogelijk van electrischen stroom kunnen
voorzien. Het rapport, is echter pas ingekomen en
kan niet meer in de winterzitting aan de orde worden
gesteld.
Ged. Staten zullen daarom bevorderen, dat in een
buitengewone zitting, te houden in de eerste maanden
van het volgend jaar, aan de Staten de gelegenheid
zal worden geboden, om zich uit te spreken over de
electriciteitsvoorziening.
BENOEMING EERSTE KAMER-LID.
Zooals we gisteren nog in een deel onzer vorige
oplaag mededeelden, werd door de Provinciale Sta
ten van Noord-Brabant in de vacature-mr. Regout ge
kozen de heer R. J. A. Diepen.
De heer R. J. A. Diepen werd in 1875 geboren. Hij
studeerde aan het R. K. gymnasium te Katwijk en
kwam in 1895 in de lakenfabriek zijns vaders, die al
ruim 100 jaar een uitstekende reputatie geniet. Later
zette hij met twee zijner broers de zaak voort onder
de firma Gebrs. Diepen. In Juli 1901 werd de heer
Diepen lid van den fTilburgschen gemeenteraad, ter
wijl hij in 1913 gekozen werd tot lid der Provinciale
Staten van Noord-Brabant.
STADNIEUWS.
DE MASSA-VERGIFTIGING.
Het onderzoek door het Centraal Laboratorium te
Utrecht, van de voedingsmiddelen door de soldaten
van het dépót-bataljon te Alkmaar gebruikt op 18 en
21 November, heeft, naar wij vernemen, tot nog toe
geen schadelijke bestanddeelen daarin kunnen aantoo-
uen. Intusschen wordt het chemisch onderzoek nog
verder voortgezet.
DE MELKPRIJS.
De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel
heeft den burgemeester gemachtigd den prijs der melk
te bepalen op 9 cents, voor de melkverkoopers, die
haar weer mogen verkoopen voor 11 cents per liter.
Deze prijzen gelden van morgen af aan. In verband
met deze vaststelling van den prijs vergadert de ver-
eeniging van melkveehouders hedenavond in het café
„Het Paardshoofd", ter bespreking van de te nemen
maatregelen.
GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS.
Gisteravond trad in de bovenzaal van „De Unie"
op de heer A. Folmer, secretaris der vereeniging van
Nederlandsche Arbeidsbeurzen om de wenschelijkheid
van de oprichting van een gemeentelijke Arbeidsbeurs
voor Alkmaar te betoogen.
De voorzitter van de Tijdelijke Arbeidsbeurs, de
heer Jb. Cloeck, opende de flink bezochte vergader-
ring, heette allen welkom en deelde mede dat van B.
en W. en van de K. v. K. en F. bericht was gekomen
dat zij verhinderd waren de vergadering bij te wonen.
Vervolgens zette de heer Cloeck in eenige woorden uit
een waarom deze vergadering was bijeengeroepen.
Op denzelfden dag dat, tengevolge van de mobili
satie, het steuncomité werd opgericht, werd ook beslo
ten tot de oprichting van een tijdelijke arbeidsbeurs.
Toen het in den gemeenteraad ter sprake kwam, de
ze tijdelijke arbeidsbeurs om te zetten in een gemeente
lijke, werd aan het Burgerlijk Armbestuur om advies
gevraagd welk rapport zeer gunstig luidde. Ook de
K. v. K. betoogde het groote gemak dat er voor den
handel en industrie in was gelegen om direct te kun
nen beschikken over geschikte arbeidskrachten.
B. en W. zagen echter het nut niet in dat een ge
meentelijk arbeidsbeurs in normale tijden heeft, doch
zij zeiden: toon ons dat er werkelijk behoefte bestaat,
en wij zullen desnoods ruim subsidieeren.
Nu echter wordt er èn in provincie, èn in stad ge
vraagd naar de oprichting van arbeidsbeurzen, of,
voor kleinere plaatsen, het oprichten van een corres-
gondenischap. Dit is, opdat, wanneer in het eene
deel van het land behoefte bestaat aan bepaalde ar
beidskrachten, en in het andere deel veel aanbod is,
vraag en aanbod dan direct met elkaar in contact zul
len komen, en ook voornamelijk voor degenen, die
straks, als de mobilisatie beëindigd is, opeens zonder
werk zullen komen te staan. Deze laatsten zullen dan
direct weten, waar ze werk kunnen vinden.
Als we nu komen, vervolgde spreker, en den Raad
verzoeken de oprichting van een. gemeentelijke arbeids
beurs te steunen, zal deze zeker niet weigeren. En de
burgemeester, die te Amsterdam verklaarde, dat de
oprichting van een nationale arbeidsbeurs hem sym
pathiek was, zal zeker niet den kap van het gebouw
willen hebben, zonder mede te werken aan de fundee
ring, d.i. de oprichting van een gemeentelijke Arbeids
beurs.
Met deze woorden gaf de heer Cloeck het woord aan
den heer Folmer.
Deze begon met te zeggen dat hij volgaarne gehoor
had gegeven aan de uitnoodiging van het bestuur der
tijdelijke arbeidsbeurs alhier om in een openbare ver
gadering het nut dat een gemeentelijke arbeidsbeurs
heeft, uiteen te zetten.
Spreker begon met het doel en de beteekenis van een
arbeidsbeurs te verklaren.
Toen de oorlog uitbrak was een van de eerste za
ken waaraan gedacht werd, de oprichting van steun-
comité's en daarnaast van tijdelijke arbeidsbeurzen.
Deze waren echter een soort van philantropische in
stellingen, en een arbeidsbeurs moet in de eerste plaats
beschouwd worden als een bemiddeling waarvan alle
phüantropie vreemd is.
Wat is nu het doel van een arbeidsbeurs? Daar
van is de volgende définitie te geven: Een arbeids
beurs is een instelling die ten doel heeft zich geregeld
te bemoeien met 't in aanraking brengen van werkge
vers en werknemers. Waar in onze maatschappij werk
gevers zoowel als werknemers bestaan, spreekt 't van
zelf dat beide categoriën tot elkander moeten komen
om een harmonisch geheel te verkrijgen. De behoef-
De Burgemeester der gemeente ALKMAAR brengt
hierbij ter algemeene kennis, dat dë Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel hem, met intrekking
van de vroeger ter zake verleende machtiging, bij be
schikking van 25 November 1.1. heeft gemachtigd om
den MAXIMUM-PRIJS van de door producenten te
leveren CQNSUMPT1EMELK aan melkverkoopers
te bepalen op 9 CENT en van die, door laatstgenoem
den te leveren aan de consumenten, op 11 CENT PER
LITER, en dat deze maximum-prijzen, met intrekking
van de bestaande, zullen gelden van ZATERDAG 27
NOVEMBER a.s. af.
ALKMAAR, 26 November 1915.
De Burgemeester voornoemd,
G. RIPPING.
De BURGEMEESTER van ALKMAAR;
Gelet op zijn besluit tot uitvaardiging van een alge
meen verbod tot het tappen van sterken drank aan mi
litairen van het tijdelijk garnizoen;
Overwegende de wenschelijkheid om bedoeld ver
bod in te trekken;
Besluit:
bedoeld verbod, met ingang van heden, in te trek
ken., met dien verstande, dat indien deze intrekking
aanleiding mocht geven tot wanordelijkheden of ge
vallen van ernstig drankmisbruik, onverwijld opnieuw
maatregelen zullen worden genomen om zulks krach
tig te bestrijden.
Afschrift enz.
Alkmaar, 25 November 1915.
De Burgemeester voornoemd,
G. RIPPING.
te aan geschoolde arbeiders is achteruit gegaan, ter
wijl daarentegen de vraag naar ongeschoolde arbei
ders is toegenomen. Nu is het een feit dat de totnog
toe gevolgde manier, die werkgever en werknemer ge
bruiken om tot elkaar te komen, veel te omslachtig is.
Voor den werkgever b.v. staan er verschillende we
gen open. Hij kan aan de poort van zijn fabriek een
aanvrage om arbeidskrachten doen aanplakken, hij
kan advertenties plaatsen of hij kan bepaalde plaat
sen bezoeken waar de arbeiders in een bepaald vak
zioh aanbieden, zooals b.v. bij de bootwerkers ge
beurt. Doch dit Heeft het groote bezwaar dat dan
de loonen misschien in 't gedrang komen.
De werknemer kan eveneens verschillende wegen
bewandelen. De z.g.n. plaatsingsbureaux zijn slechts
een vorm van arbeidsbeurzen. Zij kunnen echter aan
leiding geven tot verschillende misbruiken, welke dan
ook de oorzaak zijn, dat de gemeente zich met de zaak
bemoeide.
Een arbeidsbeurs toch is niet alleen een sociaal be
lang voor werkgever en werknemer doch ook voor de
gemeente waar, ze gevestigd is, waarvan zij de bloei
zeer kan bevorderen. Maar dat kan alleen wanneer
de arbeidsbemiddeling goed is. Zij moet niet automa
tisch, doch doelbewust zijn, d.w.z. zij moet den juis-
ten man brengen op de juiste plaats en vooral moet
ze snel handelen. Geen bepaalde voorkeur moet er
zijn, zonder te letten op politieke richting of geloof
moet de bemiddeling verleend worden.
De vrije keus blijft natuurlijk bestaan, daar het ten
slotte toch aan werkgever en werknemer ligt een arbei
der aan te nemen of bij een patroon in dienst te komen.
Vervolgens moet de arbeidsbeurs gelegenheid ge
ven om kinderen, die in het economisch, het maat
schappelijk leven willen binnentreden, hun juiste
plaats aan te wijzen. Zij moet hiertoe het advies van
deskundigen (onderwijzers, artsen) inwinnen, die kun
nen zeggenv oor welke plaats het kind het meest ge
schikt is. Natuurlijk blijft og weer de vrije keuze der
ouders.
Aan het hoofd' der arbeidsbeurs moet staan een be
stuur waarin evenveel werkgevers als werknemers moe
ten zitting hebben, en dat gepresideerd' wordt door
een onpartijdig voorzitter, noch werkgever noch werk
nemer.
De gemeentelijke overheid hier te lande is reeds een
jaar of 10 bezig met het regelen van de arbeidsbemid
deling, door arbeidsbeurzen. De clientèle stroomde
in den beginne wel niet toe, och, het was nieuw, en het
nieuwe wil er nooit gauw in. Bovendien, het was
totnutoe ook goed gegaan. De ervaring leerde ech
ter dat degenen die zoo redeneerden het mis hadden,
daar er steeds meer gebruik vanw erd gemaakt. De
groote gemeenten hebben het initiatief genomen voor
een gemeentelijke arbeidsbeurs, daarna volgden de
kleinere. Hier voelde men echter de behoefte niet zoo,
omdat daar de markt beter te overzien was, doch het
voorbeeld van steden als Zwolle, Hilversum, Apel-
door en Delft plaatsen ongeveed zoo groot als Alk
maar doet ons zien dat een gemeentelijke arbeidsbeurs
ook in kleinere plaatsen een zeer groot nut kan hebben
Nu, onder den invloed van de crisis, zijn er pogir
gen in het werk gesteld om te komen tot de oprichtte
van een nationale arbeidsbeurs. De tijdelijke arbeicL.
beurzen toch voldoen maar betrekkelijk.
In de Tweede Kamer gingen, onder den druk der
finantieele crisis eenige jaren geleden reeds stemmen
op dat de regeering zich zoude bemoeien met de na
tionale arbeidsbemiddeling in -verband met de werk
loosheid.
De Staatscommissie, dientengevolge ingesteld, oor
deelde eveneens dat van regeeringswege de nationale
arbeidsbemiddeling moest worden ter hand genomen.
In alle landen van Europa werkt men aan arbeids
bemiddeling; in Engeland en Denemarken is ze reeds
wettelijk geregeld, terwijl Duitschland, België en
Frankrijk bezig zijn die zaak zoo spoedig mogelijk te
behandelen. Ook in ons land zal ze na den afloop van
den oorlog ongetwijfeld wettelijk geregeld worden.
Ofschoon het nu zonder arbeidsbeurs te Alkmaar
tot nu toe betrekkelijk goed is gegaan is spreker er
van overtuigd, dat het met een dergelijke instelling
nog veel beter zou zijn gegaan en dat een gemeentelij
ke arbeidsbeurs voor Alkmaar is een sociale instel
ling van groot nüt.
Na de pauze werden door eenige afgevaardigden
van de 28 corporaties uit Alkmaar, die vertegenwoor
digd waren, vragen gesteld, welke door spreker, die
met den trein van 10 uur weg moest, in het kort en
bevredigend werden beantwoord.
ALKMAARSCHE COURANT
i