DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Van het zoidellik oorlogsteirein
Brood- en Meelkaarten.
Goedkoope Groenten.
No. 28G
Honderd en zeventiende jaargang.
1915
SiioHwwtsariR 0 8 p. po?! U.?i HnMnA 10 (L p. regel, pot# letters naar plaatsruimte, Hm fr. N. V, Beek- en MMnttol li. BBEffls. COSTER4ZOON. Toariam CS. ïelefom
MAANDAG DECEMBER
YARIA.
NEDEHLAND.
ALKMAAR, 6 December.
Reuters correspondent op het Westelijk oorlogstoo-
neel meldt, dat het weder koud blijft en dat 't aanhou
dend regent, doch dat ondanks weer, regen en koude
de Engelsche troepen „steeds vroolijk en opgewekt
zijn."
Het is mogelijk, dat de loopgraven met hun guur
heid en hun verschrikkelijkheid een opwekkenden en
opyroolijkenden invloed uitoefenen op het humeur
der arme stuqperds, die gedoemd zijn daarin te ver
blijven, maar heel waarschijnlijk klinkt dit niet. Im
mers het slechte weer, zoo herinnert het Fransche
communiqué ons nogmaals, verhindert de operaties
en alleen welgeslaagde operaties kunnen den krijgs
man tot opgewekter stemming brengen, omdat deze
slechts de spoedige komst van het begeerde einde van
den oorlog kunnen bevorderen.
Er heerscht thans overal stilstand van het krijgsbe
drijf en van alle kanten wordt verzekerd, dat de toe
stand onveranderd is en er geen gebeurtenissen van
beteekenis zijn te vermelden.
Ook uit Servië vernemen we niets nieuws. Omtrent
het lot van Monastir blijven we nog steeds in het on
zekere. Zaterdag heette het eerst, dat Oostenrijksche
troepen deze Servische stad waren binnengedrongen,
daarna dat het Bulgaarsche soldaten waren geweest
en nu weet Reuter te berichten, dat geen troepen de
stad zijn binnengerukt, doch alleen een Duitsch, een
Oostenrijksch en een Bulgaarsche officier er zijn ge-
komen om vlaggen op de regeeringsgebouwen te
plaatsen
Duidelijk is dit alles niet en te vreemder zijn al die
geruchten, omdat de officieele communiqué's blijven
zwijgen over Monastir.
Het schijnt, dat de Duitsche, Oostenrijksche en Bul
gaarsche legers in Servië opnieuw worden gegroe
peerd en zich thans voornamelijk naar het zuiden wen
den, teneinde voeling te krijgen met de Fransche en
Engelsche troepen.
Een Fransch legerbericht spreekt van vijandelijke
v verkenningen aan het Tsemafront feitelijk staat er
„achter ons front" doch dat zal wel een vergissing
zijn. i i pliü
En ook van twee mislukte Bulgaarsche pogingen
om de rivier de Tsema over te trekken, benevens van
een beschieting der Bulgaren van den linkervleugel
der Engelsche stelling op het Stroemitza-front.
Met het te verwachten krijgsbedrijf in deze streek
wordt in verband gebracht de benoeming van gene
raal Joffre tot aanvoerder van alle Fransche legers,
behalve die, welke zich in de koloniën bevinden. Tot
dusverre was het de Fransche regeering, die aangaf te
gen welken tegenstander de hoofdmacht moest wor
den ingezet. Het. is volgens het rapport van den minis
ter van oorlog Gallieni echter gebleken, dat de on
misbare eenheid van leiding slechts mogelijk is, wan
neer het opperbevel van alle legers, de beschikking
over alle middelen van actie en hulpbronnen wordt
gegeven aan één man, die verantwoordelijk is voor de
militaire operaties als zoodanig.
De Times-correspondent te Parijs wijst er op, dat
bij deze verandering twee zeer belangrijke kwesties
gemoeid zijn: de Saloniki-expeditie, welke thans ge
plaatst is onder het bevel van generaal Joffre en
waarvoor hij nu in militair opzicht de verantwoorde
lijkheid draagt; ten tweede de bevordering van de sa
menwerking tusschen de verbondenen.
Aan generaal Joffre, die het vertrouwen van geheel
Frankrijk bezit met uitzondering dan misschien
van den oud-minister Clémenceau, die in zijn blad
wrang vraagt of de benoeming een gunst is of een be
wijs van ongenade, voorafgaande aan vervanging
zal thans dus de beslissing zijn of de Fransche expe-
ditie zal worden voortgezet, d. w. z. krachtiger dan
iot heden, dan wel of de Fransche troepen weer zul
len worden ingescheept, teneinde elders of later betere
diensten te kunnen bewijzen. Het verdient vermelding,
dat een Havas-bericht gewaagt van nieuwe Engelsche
tr oepen, die te Saloniki zijn ontscheept.
Vermoed wordt, dat er thans een nieuwe opperbe
velhebber aan het Fransche front zal worden be
noemd.
Men spreekt en schrijft in Engeland de laatste da
gen weer veel over Duitsche vredespogingen. Het is
niet duidelijk, waar men het over heeft, wel echter wat
men wil: geen vrede sluiten, die voorbarig moet wor
den geacht. Een Engelsch onderstaatssecretaris aan
het departement van binnenlandsche zaken, de heer
Brace, zeide in een redevoering, dat de gelegenheid
voor Duitschland om vrede te sluiten nooit mooier
stond, als de entente maar gek genoeg was om er op
:n te gaan.En de Momingpost verzekert, dat
Duitschland den vrede kan krijgen, wanneer het maar
wil, doch op de voorwaarden der entente en nimmer
op eigen voorwaarden. Het blad spreekt met een
herinnering aan de Duitsche complotten in Amerika,
waaraan geen einde schijnt te zullen komen en waar
uit voortdurend meer vervolgingen voortvloeien
geestig van een „Duitsche vredessamenzwering."
Begrijpen we het wel-, dan loopt men in Londen
vooruit op de debatten, welke dezer dagen in den
Duitschen Rijksdag verwacht worden.
Uit Amerika worden allerlei, deels grappige, bij
zonderheden gemeld over dq vredes-expeditie van den
heer Ford. Toen de Oscar II vertrok, riep iemand
aan den wal „God straffe hen," hetgeen groote op
winding veroorzaakte.
Toen de brug wegenomen werd, verscheen de heer
Ford aan de verschansing en de menigte zong: „Voor-
u aarts, christelijke soldatenIemand had 'een eek
horentje aan boord gesmokkeld, met het opschrift:
Voed het met noten. De eekhoren werd als een ge-
iukaanbrenger aanvaard! Duiven en de kleuren der
stemrechtvrouwen overheerschten de versiering van
het schip
DE STR1 J.D TÉGEN SERVlë.
De Duitsche staf meldde gisterenIn gunstig voor
ons verioopen gevechten bij l.Tevlje en in het gebergte
ten noordoosten van Ipek werden verscheiden honder-
uen gevangenen gemaakt. Bulgaarsche troepen heb
ben ten zuidwesten van Prizrend den achteruittrekken-
den vijand tegengehouden en hem verslagen en daar
bij meer dan 100 stuks geschut, een groote menigte
oorlogsmaterieel, o.a. 200 automobielen, buitgemaakt,
in het Jama-gebergte en halverwege Krcova—Ochrida
werden Servische achterhoeden teruggeslagen.
Duitsche en Bulgaarsche afdeelingen zijn Monastir
binnengerukt en door de autoriteiten en de bevolking
vriendelijk ontvangen.
Uit Weenen werd gisteren officieel gemeld:
Bij Celebisj (Bosnië) heeft opnieuw een vrij ernstig
gevecht met Montenegrijnen plaats gehad; zij werden
echter door een van Foca uit oprukkende groep terug
geslagen naar de grens. Ten zuiden van Plevlje sloe
gen onze troepen een hevigen tegenaanval der Monte
negrijnen af. Tot den bij Plevlje gemaakten buit be-
hooren o.a. een millioen infanterie-patronen en artille
rie-munitie. Ten nooren van Nowi Bazar werden gis
teren wederom 600 man krijgsgevangen gemaakt.
Het bericht van den Bulgaarschen staf van 3 Dec.
luidde:
Na de vernietiging der Serviërs op 29 Nov. bij
Prizrend, trok het overblijfsel van het Servische leger
terug in de richting van Djakowa en langs de Beli
Drini en in de richting van Dibra en Skoetari. Onze
troepen zetten de vervolging der Serviërs in beide ge
noemde richtingen voort. Op 3 Dec. haalde onze co
lonne, die den vijand langs de Beli Drini vervolgde,
de Serviërs in bij een stelling aan den linkeroever van
Ljum, viel hen krachtig aan, dreef hen uiteen en nood
zaakte hen tot een terugtocht, die ontaardde in een
verschrikte vlucht. Hier lieten de Serviërs 100 veld
stukken en houwwitsers, 200 automobielen, een groote
hoeveelheid oorlogsmaterieel, 150 treinwagens', en een
zoo groote menigte uniformen en uitrustingsstukken
achter, dat de weg langs de Beli Drini tot aan de Ku-
la Ljuma erdoor versperd is.
In de richting van Djakowa trokken de Servisch-
Montenegrijnsche troepen terug, toen onze troepen
kwamen opdagen. Zij ontruimden Djakowa en lieten
zes houwitsers in den steek. Onze cavalerie vervolgde
hen.
Volgens mededeelingen van gevangenen moest ko
ning Peter op een draagbaar vervoerd worden, wijl
de tocht langs de Drini ten westen van Kula Ljuma
zelfs voor paarden onmogelijk is.
Het Fransche legerbericht meldde Zaterdag:
Een groot aantal vijandelijke verkenningsdetache
menten aan het Tsjema-front achter het leger zijn Vrij
dag tot staan gebracht door onze artillerie. Er heeft
een kanonnade plaats gehad ten oosten van Stroem-
nitza en op het Engelsche front.
AAN HET ITALIAANSCH-OOSTENRIJKSCHE
FRONT.
Uit Weenen werd gisteren officieel gemeld:
Gisteren bepaalden de Italianen zich aan het Ison-
zo-front tot geschutvuur van afwisselende sterkte; al
leen bij Oslavija deden zij in den loop van den dag
en den nacht eenige aanvallen, die echter alle afgesla
gen werden.
Aan het Tiroolsche front trad de vijandelijke artille
rie krachtiger op tegen het versterkte gebied van Lar-
daro.
DE RATTENPLAAG AAN HET FRONT.
De Fransche soldaten aan het Westelijk front on
dervinden zeer veel last van de ratten. In de kanton-
nementen vooral wemelt het van die weerzinwekkende
dieren. Hun vraatzucht, ja hun grimmigheid, maken
ze als ze uitgehongerd zijn gevaarlijk. In een hulp
post, die uitgegraven was in de ruïnen van het dorp
Souain, zeide men tot den correspondent der Temps,
dat de ratten nog erger waren dan de Duitschers. Het
zijn reusachtige grijze of rosachtige ratten, vijf-en-
twintig centimeter lang en langer. Deze verschrikke
lijke Imagers pakken, alles wat ze bereiken kunnen
Tevergeefs hangt men broodzakken en ransels aan
touwen op, die men door de schuren of barakken
spantmaar de ratten eten Tie touwen op en verslinden
den inhoud van zakken en ransels: voedsel, riemen,
dingen van leer, wol, ze sparen niets. Er worden
klopjachten georganiseerd en de ratten graven zich in.
Men denkt, dat ze weg zijn, maar ze hebben zich
slechts verborgen en komen weldra weer te voorschijn,
's Nachts vooral zijn ze brutaal, ze loopen over de
manschappen heen, die niet rusten kunnen. In sommi
ge kantonnementen houdt men katten, maar die zijn
onmachtig tegen de enorme ratten. Men zou ratten-
honden moeten hebben en op sommige punten van het
front heeft men die laten komen. Er moet, zoo besluit
de schrijver in de Temps, er moet een middel tegen
dezen plaag gevonden worden om onze soldaten van
deze extra-kwelling te bevrijden.
KORTEBERICHTEN.
Het Zweedsche stoomschip Horwig is gisteren op
een mijn geloopen en vernield. 5 leden 'der bemanning
verdronken.
Te Marseille zijn gisteren door het. Fransche
stoomschip Tille d; Alger elf geredden van een En
gelsch stoomschip, dat getorpilleerd was, aan land ge-
gracht.
Het Italiaansche stoomschip Bologna is gisteren
te Marseille aangekomen met 16 zeelieden van' het ge-
tor pilleer de Engelsche stoomschip Trentino.
De vredesexpeditie van Ford is Zaterdag met het
stoomschip Oskar II van Nieuw-York vertrokken. Het
aantal passagiers bedraagt 140, waaronder 54 ver
slaggevers.
De Italiaansche kamer heeft Zaterdag met 405 te
gen 48 stemmen een motie van vertrouwen in de re
geering aangenomen.
Door het zachte weer smelten de groote sneeuw
massa's op de Duitsche gebergten, tengevolge waar
van in de Rijn- en Mainstreek groote overstroomingen
plaats hebben. De Boven-Rijn is reeds 1 Yt meter bo
ven zijn gewonen stand gestegen, en wast nog aldoor.
Te Berlijn zijn groote moeilijkheden ontstaan door
de oproeping van de helft van de beschikbare armen-
doktoren zoodat een niuwe regeling voor de genees
kundige hulp aan armen moet plaats hebben.
Het Engelsche stoomschip Middletone is Zater-
in den grond geboord. Negentien koppen van de be
manning zijn in Malta aan wal gebracht.
Lloyds meldtde Zaterdag, dat het Engelsche
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alk
maar brengen ter algemeene kennis, dat van heden
af, tot nadere aankondiging, de verstrekking van
brood- en meelkaarten
nltslnitend zal geschieden in het daarvoor be
stemde perceel Houttil 16, en dat daarvoor gelegen
heid bestaat op eiken werkdag ;an des voormid
dags 9 tot des namiddags 1 uur
Alkmaar, 6 December 1915
Burgemeester en Wet ;rs voornoemd,
G. R1PF Voorzitter.
DONATt ecretaris.
De BURGEMEESTER der gemeente Alkmaar brengt
ter kennis van winkeliers en handelaren in groenten,
aan wie goedkoope groenten worden verstrekt, dat
zij van heden af, tot nadere aankondiging, hunne
opgaven van de benoodigde hoeveelheid voor eene
volgende zending, moeten inzenden aan het kantoor
in perceel Houttil 16, uiterlijk op den Woensdag
van elke week, vóór des middags 5 uur; aanvragen
na genoemd tijdstip ingekomen, blijven buiten be
schouwing.
Alkmaar, 6
stoomschip Clan McLeod gezonken is.
De Engelsche stoomtrawler „Öphir", uit Rams-
gate wordt als vermist beschouwd.
DE HOOFDREDACTEUR VAN „DE TELEGRAAF"
GEVANGEN GENOMEN.
De hoofdredacteur van het dagblad „De Telegraaf,"
de heer J. C. Schroder, is Zaterdagmiddag in zijn wo
ning, te Amsterdam, op last der justitie door de po
litie gevangen genomen en naar het Huis van Bewa
ring overgebracht, waar hij ingesloten werd.
In het ochtendblad van „de Telegraaf" van gisteren
kwam een bekendmaking voor van den heer H- M. C.
Holdert, verantwoordelijk adviseur van „de Tele
graaf", waarin deze verklaarde dat de hoofdredacteur
de heer J. C. Schroder, was gevangen genomen, en
waarin hij verklaarde, dat de houding van „de Tele
graaf" hierdoor niet zouveranderen. Tevens verklaar
de hij pro-geallieerd te zijn en alles te zullen doen om
de zaak der geallieerden te verdedigen, terwijl hij den
heer Schroder het slachtoffer noemde van iets was
hem voorkwam willekeur te zijn.
„De Telegraaf" weet omtrent deze aanhouding nog
het volgende mede te deelen:
„Toen onze hoofdredacteur, dé heer J. C. Schroder,
gistermiddag aan zijn woning kwam, waren in de
portiek geposteerd de inspecteurs van het hoofdbu
reau, de heeren Broekhoff en IJzendijk, benevens de
rechercheurs Muller en Rausch. Zij toonden den heer
Schroder een bevel tot gevangenneming, door de
rechtbank in raadkamer gewezen, zulks in verband
met de tegen hem ingestelde strafvervolging op grond
van artikel 100 van het Wetboek van Strafrecht (ge
vaar -voor de neutraliteit van den Staat), uithoofde
van „gewichtige redenen van maatschappelijke veilig
heid, t. w. vrees voor vlucht van den verdachte en van
herhaling van misdrijf".
De overtreding van art. 100, waarom het hier gaat,
is gelegen in de publicatie, in ons ochtendblad van
27 November j.l., van het artikel „De Pers-Camarilla
te Amsterdam", geschreven naar aanleiding van een
artikel onder gelijken titel in de „Nieuwe Courant".
De politie-ambtenaren gaven onzen chef gelegen
heid afscheid te nemen van zijn vrouw en kinderen.
Na onze redactie telefonisch te hebben ingelicht,
ging*het gezelschap per tram naar het Leidscheplein
en van daar naar het gerechtsgebouw aan de Prinsen
gracht.
Daar deelde substituut-officier mr. Jorissen den
heer Schroder mede, wat de rechtbank aanleiding had
gegeven tot deze plotselinge arrestatie.
Aan den heer Schroder, daarna naar het vertrek der
rijksveldwacht geleid, werd een afschrift gegeven der
door de rechtbank genomen beschikking.
Er werd nog even overwogen, of de beklaagde per
celwagen, dan wel te voet naar het Huis van Bewa
ring zou worden overgebracht.
„Stop me maar in den wagen!" zei onze chef, „laat
me toch in godsnaam niets bespaard blijven!"
Min of meer verlegen met den hun opgelegden on-
aangenamen plicht, leidden de politiemannen den heer
Schroder langs de achterzijde buiten het gebouw en
van daar, door het drukste deel der hoofdstad, naar
het Huis van Bewaring aan den Weteringschans.
Op den drempel hebben we onzen hoofdredacteur
nog eens krachtig de hand gedrukt.
Op zoo'n moment voelt men plotseling, welk een
hechte vriendschapsband door jarenlange samenwer
king wordt gesmeed
Toen ging de gevangenisdeur" dicht."
Het „Handelsblad" weet nog mede te deelen, dat
dén heer Schroder gelegenheid werd gegeven zich voor
eigen rekening van spijs en drank te voorzien (de aan
houding geschiedde voordat de heer Schroder gele
genheid had gehad het middagmaal te gebruiken), ter
wijl hem tevens vergunning werd gegeven, na verkre
gen toestemming van het college 'van regenten over de
gevangenissen, uit zijn eigen bibliotheek lectuur
(werken van Shaw) te betrekken. In afwachting daar
van kon hij zich met de bibliotheek van het Huis van
Bewaring vergenoegen.
Naar men weet, zijn bevelen tot gevangenneming
voor niet langer dan dertig dagen geldig.
Daarna kan de rechtbank, op vordering van den Of
ficier van Justitie, het bevel voor ten hoogste dertig
dagen verlengen. Hetzelfde kan nog daarna telkens
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen ter algemeene kennis, dat zij bij
hunne besluiten van heden vergunning hebben ver
leend
le. aan de Directie der Eerste Hygiënische Alkmaarscl
Broodfabriek aldaar, tot het uitbreiden van d
bestaande Broodfabriek, door het bijplaatsen va.,
drie electro-motoren, resp. van 3, 5 en 3 P.K.,
voor het drijven van een kneed-, een maal- en
een meleermachine, tot het mengen en kneden
van deeg, ten dienste der fabricage van brood,
in het perceel Baangracht, wijk A, No. 2;
2e. onder eene voorwaarde, aan J. B. L. SIMON,
steenhouwer aldaar, tot het oprichten van een
werkplaats, voor het bewerken van natuursteen,
op het perceel Kanaalkade, sectie A, No. 3641.
Alkmaar' 4 December 1915.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING," Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
Dec. 1915.
De Burgemeester voornoemd,
G. RIPPING.
Burgemeester en Wethouders van ALKMAAR bren
gen ter algemeene kennis, dat heden op de gemeente
secretarie ter visie is gelegd het aan hen ingediende
verzoek met bijlagen van de Directie der N. V. Fabriek
van melkproducten „Uithoorn", te Rotterdam, om ver
gunning tot het uitbreiden van de bestaande melkfa
briek, door het bijbouwen van eene BUSSENMAKE-
R1J, waarin geplaatst zyllen worden een ELECTRO
MOTOR van 10 P.K., voor het 'drijven van diverse
machineriën, en een tapmachine, in het perceel Hel-
dersche weg, Sectie C, No. 2869.
Bezwaren tegen deze uitbreiding kunnen worden
ingediend ten raadhuize dezer gemeente, mondeling
op MAANDAG 20 DECEMBER e.k., 's voormid-
dags te ELF uur en schriftelijk vóór of op dien tijd.
Gedurende DRIE DAGEN vóór gemelden dag kan
de verzoeker en hij, die bezwaren heeft ingebracht, op
dé secretarie dezer gemeente van de ter zake ingeko
men schrifturen kennis nemen.
Alkmaar, 6 December 1915.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
van- dertig dagen tot dertig dagen geschieden, indien
de rechtbank na den laatst vérleenden termijn zulks
noodig oordeelt.
Rechter-commissaris in deze zaak is mr. A. J. van
Royen.
Het is de eerste maal dat te Amsterdam een journa
list wegens een politiek imsdrijf in hechtenis wordt
gezet.
BINNENLANF
Gemengd Nien s.
STILLE KR HT.
Het Soer. Nbl. verhaalt:
Onze lezers zullen zich onj ld nog herinneren,
hoe, nu ruim een jaar geled'i zoo iustige spoor-
wijk te Goebeng in rep en roei d getracht, doordat
zich in een zich daar bevindemic woning een geval
van geheimzinnige steertwerperij had voorgedaan.
Drie dagen achtereen werd toen de politie beziggehou
den met dit alleszins geheimzinnige geval, en of
schoon na den dórden dag het steenenwerpen achter
wege bleef, heeft de politie de „daders" nooit kunnen
vinden.
Thans heeft zich wederom een dergelijk geval voor
gedaan, en wel in het perceel, van dr. H. te Tegalsari.
Deze gebeurtenis is echter in een veel dichter geheim
zinnig waas gehuld dan dat van verleden jaar; het
is wel in staat, om zelf de meest ongelodvige Thomas
sen aan het twijfelen en nadenken te brengen.
Het geval doet zich n.L aldus voor: Als dr. H. in
zijn bed ligt met alle slaapkamerdeuren gesloten, valt
zoodra hij begint in te dutten zoo nu en dan een kei,
met sirih speeksel besmet,boven op de tent van zijn
bed Zit hrj aan tafel, dan verbrijzelt een groote
steen zijn vruchtenschaalis hij in de badkamer, dan
zit zijn gajong ineens vol steenen, inplaats van met wa
ter. Het is waarlijk om dol te worden!
Toch hooren wij, dat deze aesculaap de zaak zee?
kalm opvat. „Ik heb nu eenmaal", zoo moet dr. H. aa<
de politie verklaard hebben, „ruzie gekregen met mij
buurvrouw, een dame, naar men 'mij verteld heeft, d
zwaar met stille kracht werkt. Nu, en dan gebeurt
zulke dingen altijd. Het verwondert mij alleen nog,
dat ik door die prettige invloeden zelf nog niet geheel
ALRMAARSCHE COURANT.
HreagsasB
HINDERWET.
HINDERWET.