DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Honderd en achttiende jaargang.
1916
Abonnementsprijs per 3 maanden f 1.—,fr. p, post fIJS. Adïerientiepriis 10 et, p. regel groote letters naar plaatsruimte. BrieYen fr. R. Boek- en Handelsdrukkerij v.h. HERMs. COSTER4ZOON, Voordam CO. Telefoonnr, 3.
Z 4. T E R D A d
22 J1NE ARI
r^adering:
Ger ateraad an Alkmaar,
op sdag 26 Jano? 1916, nam. 1 our.
AT KM AAR, 22 Januari.
Uit en over den Balkan zijn de voornaamste oor
logsberichten ook heden.
Twijfel aan de hervatting van den strijd door Mon
tenegro schijnt üians nauwelijks meer geoorloofd, al
tast men nog steeds over oorzaak en aanleiding van
dezen ommekeer in het duister. Volgens een Havas-
bericht uit Parijs zetten de Montenegrijnen de hevige
gevechten tegen de Oostenrijkers voort en genoegelijk
wordt in dit bericht opgemerkt, dat Oostenrijk zich
de Montenegrijnsche capitulatie niet op deze wijze
heeft voorgesteld. Een bericht uit Rome meldt, dat
de Oostenrijkers bij Berana alweer teruggeslagen zijn
en dat koning Nikita een proclamatie heeft gericht tot
zijn volk met de verklaring, dat het beter is te sterven
dan de Oostenrijksche voorwaarden te aanvaarden.
Van Duitsche. en Oostenrijksche officieele zijde
zwijgt men hardnekkig over deze plotselinge wending
in den stand van zaken. Een enkel blad meldt dat de
entente-berichten sterk overdreven zijn, dat er zich
belemmeringen bij de onderhandelingen hebben voor
gedaan es. dat een dee! van het Montenegrijnsche le
ger geweigerd heeft dt wapens neer te leggen. Hier
van is geen sprake in het telegram der Köln. Ztg.,
waarin het wordt voorgesteld alsof alles naar wensch
gaat.
Wij moeten onwillekeurig denken aan de Septem
berdagen van 1914, toen het Duitsche leger aan de
Mame drie dagmarschen teruggeslagen werd zonder
dat het Duitsche volk er iets van vernam. Het heeft er
allen schijn van, dat men thans zoo min als toen de
illusie wil verstoren, nog de hoop heeft op een nieu
we, gunstige wijziging in den toestand door het doen
van vriendelijker voorstellen en daarom alsnog niets
over het gebeurde loslaat. Niet vergeten moet worden,
dat de capitulatie van Montenegro, in militair opzicht
van niet veel belang, groote moreele beteekenis heeft,
gelijk men uit de Duitsche dagbladen heeft kunnen le
zen en gelijk ook bleek uit het feestvertoon, waarmede
het bericht werd ontvangen. En nu, terwijl men zich
vlak voor een beslissing waande, dreigt het weer mis
te loopen zooals ook op de oorlogstooneelen in
Oost en West het geval was. Dit moet wel een slech
ten invloed op de stemming in' de midden-landen uit
oefenen, terwijl het in de landen der entente nieuwen
moed wekt. En dan komt daar nog bij de indruk dien
deze hernieuwde tegenslag op Roemenië en ook op
Griekenland zal maken, benevens een scheurtje, dat in
de entente dichtgevoegd wordt: de Koningin van
Montenegro is via Rome naar Lyon vertrokken, waar
heen zich ook de diplomaten van het Montenegrijn
sche hof zullen begeven en koning Nikita heeft de ver
wachting uitgesproken, dat de geallieerden hem zullen
helpen voor den' terugtocht, 'gelijk zij het ook het Ser
vische leger hebben gedaan.
Idien dus Montenegro zich weer van de middenmo-
gendheden heeft afgekeerd en zooals gezegd, schijnt
twijfel thans nauwelijks geoorloofd, hoewel absolute
zekerheid nog ontbreekt dan is dat een mooie di
plomatieke overwinning voor de entente.
ïn Griekenland de tweede Balkanstaat, die het
onderwerp van de oorlogsberichten van heden uit
maakt - - hebber de Fransche en Engelsche gezanten
een onderhoud gehad met den minister-president Skoe-
loedis, waaraan veel gewicht gehecht wordt.
De Koning heeft zich opnieuw bitter beklaagd te
genover een Amerikaansch journalist. Hij somde op,
wat de geallieerden nu al van zijn gebied hebben be
zet en vroeg wat de belofte geeft, dat men schadeloos
stelling zal betalen als de oorlog gedaan is.
„Men kan, zeide hij, het lijden van de Grieken, die
van hun haardsteden verdreven zijn, niet vergoeden.
Men beroept zich op militaire noodzakelijkheid, het
zelfde argument dat de Duitschers gebruikten, om
België binnen te vallen en Luxemburg te bezetten. Men
voert wel aan, dat de onzijdigheid van Griekenland
niet door de mogendheden die haar schonden, gewaar
borgd was, zooals met België het geval was, maar dat
houdt geen steek, aangezien de onzijdigheid van Kor-
foe door Engeland, Frankrijk, Rusland, Oostenrijk en
Pruisen gewaarborgd is.
En wat moet men nu denken van het argument be
treffende de militaire noodzakelijkheid? Wat was de
militaire noodzakelijkheid om de brug van Demir His-
sor te vernielen, die anderhalf millioen drachmen heeft
gekost en die de eenige bruikbare weg is, waarlangs
wij de troepen in Oost-Macedonië van leeftocht kun
nen voorzien? De brug was gemineerd en kon bij de
nadering van den vijand elk oogenblik opgeblazen
worden. Men erkent dat er geen vijanden in de buurt
vaü de brug waren en dat er geen aanwijzing was, dat
zij kwamen. Welke militaire reden was er daarom om
die brug op te blazen, tenzij dat men de Grieksche
troepen van Seres en Drama wilde uithongeren? Wat
is de noodzaak voor de bezetting van Korfoe? Grie
kenland is de bondgenoot van Servië, zegt men, maar
■Italië is dat even goed en de overbrenging van de
Servische troepen uit Albanië naar Italië is eenvoudi
ger dan naar Korfoe. Bedanken de Italianen er soms
voor, omdat zij bang zijn, dat de Serviërs cholera zul
len meebrengen? Maar denken de geallieerden soms,
dat de Grieken daar meer op gesteld zijn dan de Ita
lianen
„De geallieerden hébben gespeeld met de sympathie
van het Grieksche volk. In het begin van den oorlog
waren 80 pet. van de Grieken op hun hand, nu zijn
het geen 40, geen 20 pet. meer, die een hand zouden
uitsteken, om de geallieerden te helpen.
Waarom demobiliseert Uwe Majesteit niet?
vroeg de correspondent.
Ik zal het misschien doen antwoordde de koning
maar ik kan daar niet goed toe overgaan, voor het
lot van Saloniki beslist is. De geallieerden hebben
Gallipoli na een jaar ontruimd. Op een goeden dag
kunnen zij aangaande Saloniki ook van plan verande
ren, en dan is die stad aan den eerste den beste, die
komt, overgeleverd. Saloniki is Grieksch. Ik wil, dat
het Grieksch blijft.
Gelooft Uwe Majesteit dat Duitschland het kan
winnen?
Dat hangt er van af, wat men onder „winnen" ver
staat. Als u daarmee bedoelt de verovering van Lon
den, Parijs en St. Petersburg vermoedelijk niet Maar
ik ge'oof, dat de Duitschers daar waar zij zijn, zich
heel lang kunnen verdedigen. Als economische uitput
ting Duitschland niet dwingt, om vrede te vragen, ge
loof ik, dat het heel moeielijk, zoo niet onmogelijk zal
zijn, het met militaire middelen eronder te krijgen.
Wat denkt Uwe Majesteit dan van den afloop
van den oorlog?
Remise; gelooft u niet?"
Ook heeft de Koning gesproken met een correspon
dent van een Duitsch blad, en tegen dezen gezegd:
„Duitschland en Oostenrijk-Hongarije hebben zich
tegenover Griekenland tot nu toe correct gedragen en
het vriendschap betoond. Er is dus niet de minste
reden, om tegen Duitschland en Oostenrijk-Hongarije
op te treden. Ik wil geen oorlog, ik wil mijn leger
versterken. Ik hoop, dat wij aan het eind van den oor-
og sterk en frisch zullen zijn. Dat is voor mijn land
van 't meeste gewicht, want dan kan het bij de vredes
onderhandelingen veel meer invloed hebben dan wan
neer het leger uitgeput zou zijn. Onze onzijdigheid is
niet het gevolg van een gevoel van zwakte, maar het
resultaat van den weloverwogen wensch onze krach-
en voor later te sparen."
Op de vraag of de entente niet in staat zal zijn door
geweld Griekenland te dwingen zijn onzijdigheid prijs
te geven ten gunste van de entente, antwoordde de
Koning: „Mocht iemand daarop hopen, dan zal hij
wel merken, dat die hoop ijdel was".
Uit deze gesprekken blijkt, dat de entente van Grie
kenland niet veel te hopen heeft. Gelukkiger is zij ech
ter in Perzië geweest, waar naar officieel gemeld
wordt, de ministerraad in beginsel heeft toegestemd
in een verbond met Rusland en Engeland. Duitsch
land heeft getracht Perzië voor zich te winnen, maar
de pogingen zijner diplomaten en diplomatieke agen
ten hebben gefaald en de afkeer der Perzen tegen En-
gelschen en Russen, die hun land in invloedssfeeren
hadden verdeeld en slechts een neutrale middenzone
hadden vrijgelaten, welke 'velen beschouwen als het
toekomstig slagveld, dat definitief over het lot van
Perzië en tevens over dat. van Britsch lndië'zou be
slissen, is thans blijkbaar geheel overwonnen Dat de
Perzen echter" voor de Duitsch-Mohammedaansche
verlokkingen doof zijn gebleven, en. bereid zijn met
Engeland en Rusiand mee te gaan, zal ongetwijfeld
vooral te Londen met groote voldoening worden ver
nomen, omdat dit een voor Britsch-Indië zeer gerust
stellende factor is.
Donderdagavond vreesde men in den Anna Pau-
lowrtapolder, toen de wind1 weder uit het Noordwesten
kwam opzetten, zeer voor het behoud van den spoor
dijk, die door de genie met spoorbiels was bekleed.
Door dé stijging van het water- werden de biels drij
vende, d'och ae genie, die nacht en dag met koortsach-
tigen ijver werkzaam is. wist zen og met behulp van
staaldraden weder m den gewenschten toestand te
plaatsen. De wind, die heden zeer sterk is, waait
thans gelukkig uit het Zuidwesten en is dus minder
gevaarlijk. Desondanks steeg het water -heden ruim
een meter. Zelden gaat een zware wind, als er thans
heerschit, liggen, zondér naar het Noordwesten te kee-
ren. Gebeurt dit ook thans, dan moet eea nog hoogere
stijging van het water volgen.
Te Anna Paulowna is de weg van de kleine sluis
naar het station overstroomd. In den binnendijk zijn
eenige breuken geslagen. Van den Westpolder zijn
200 a 300 H. A. aan het overstroomde gebied toege
voegd. De Westpolder, die 3200 H. A. groot is, staat
thans voor de helft onder water. De Oosterpolder,
1600 H. A. groot, staat geheel blank.
Gister heeft H. M. de Koningin een bezoek ge
bracht aan Bunschoten en Spakenburg. Het was een
zware tocht, zeker wel dé moeilijkste, die de Koningin
tot dusver naar de geteisterde streken ondernomen
heeft.
H. M. werd vergezeld van Jhr. Hooft Graafland en
Freule Sloct
Z. K. H. de Prins heeft 1000 doen toekomen
aan de Algemeene Vereenigde Commissie ter leniging
van rampen door watersnood in Nederland.
Prinses Juliana heeft haar spaarpotje en haar
beursje bijna geheel geledigd en het bedrag, 20.13,
met eer. briefje, dat zij geheel alleen schreef, gezonden
aan den voorzitter der Watersnoodcommissie, den heer
S. P. van Eeghen.
In dé Synagogen der Nederl. Israël. Hoofdsyna
goge te Amsterdam zal op Zaterdag 22 Januari bij de
ochtendgodsdienstoefening een bidstond plaats vin
den met een expresselijk daartoe vervaardigd gebed.
De bisschop van Haarlem draagt de geestelijk
heid op, de door den watersnood getroffen streken, op
Zondag 23 Januari op heel bijzondere wijze in de ge
beden en de milddadigheid der geloovigen aan te be
velen.
Hare Majesteit dé Koningin, diep onder den in
druk van de ramp, welke enkele streken van ons vader
land' heeft getroffen, heeft tot alle kerkgenootschappen
in ons land Haar persoonlijk verzoek doen richten,
aanstaanden Zondag in hunne godsdienstoefeningen
dien nood der getroffenen in den gebede te gedenken.
In den Haag had gisteren een liefdadigheidsex
peditie plaats, met het doel kleeren, voedingsmiddelen
en geld ten bate van de overstroomden te krijgen. Met
een menigte auto's, bestelwagens, Jan Pleziers enz.,
reed men -de stad rond'. De'tochten hebben succes ge
had.
De burgemeester van 's-Gravenhage heeft voor
den watersnood een aanzienlijke persoonlijke bijdrage,
met begeleidend schrijven, ontvangen van den Russi-
schen gezant.
De heer von Knhlmann, Duitsch gezant, heeft in
opdracht zijner regeering, aan den minister van Bui-
tenlandsche Zaken een bedrag van 5000 Mark ten be
hoeve van de slachtoffers van de overstrooming heeft
overhandigd.
De Russische Regeering heeft naar aanleiding
van den watersnood, bij monde van haren Gezant al
hier, hare levendige en vriendschappelijke gevoelens
van sympathie aan onze Regeering betuigd.
De Keizér van Oostenrijk heeft tot de Koningin
een telegram gericht, uitdrukking gevende aan zijne
oprechte gevoelens van sympathie.
Oostenrijksch gezant, Baron Giskra, heeft in op
dracht van zijne regeering aan den Minister van Bui-
tenlandsche Zaken een bedrag van duizend kronen ten
behoeve van de slacht' ers van de overstrooming over
handigd.
Te Beerta (Gr.) vergaderde Donderdagavond de
afdeeling Beerta der Groninger Maatschappij van
Landbouw en Nijverheid. Zij besloot het reserve
fonds, door de Coöperatieve aankoopcommissies ge
stort, in de kas der afdeeling en groot 1225, ge
heel te bestemmen voor de watersnood-commissie. Bo
vendien werd door achttien landbouwers staande de
vergadering op een lijst voor dit doel nog geteekend
1625. Een goed voorbeeld!
Naar men ons mededeelt werd door het Dage-
lijksch Bestuur der Nederlandsche Heidemaatschappij
aan de Commissarissen der Koningin in de geteister
de provinciën een schrijven gezonden.
Het bestuur zegt, dat het onder den indruk van de
ramp, zich gedrongen gevoelt, den bijstand van deze
maatschappij aan te bieden bij het herstellen van scha
den veroorzaakt op landbouwgebied. Deze bijstand
zal verleend kunnen worden zoowel door het geven
van advies, als door het beschikbaar stellen van per
soneel bij de uitvoering der werken.
Het ligt iri het voornemen déze hulp zooveel moge
lijk gratis te verleenen in gevallen waarin de finan
ciën van onze maatschappij zulks niet toelaten, zal
slechts de kostende prijs in rekening worden gebracht.
AMSTERDAM BLIJFT KALM.
Zoo schrijft men ons uit de hoofdstad.
In de hoofdlstad is men zich het gevaar niet bewust,
en blijft men kalm. Toch is het geenszins uitgeslo
ten dat Amsterdam ook nog gedeeltelijk onder zal loo
pen, al is het maar gedurende enkele dagen, immers,
het water in de nieuwe Noord-Hdlandsche binnenzee
staat beduidend booger dan het Y, en het is te ver
wachten, dat, als straks opnieuw de wind uit Noord
west zal gaan opsteken, 'die binnenzee nog wel een
haive meter stijgt. Het staat dan te bezien, of de slui
zen en dijken, die de nieuwe zee van het afgesloten Y
scheiden, het zullen houden. De z.g. monddeuren der
Willemssluizcn aan het Tolhuis toch verkeeren, dat is
nu duidelijk gebleken, in een vergevorderd stadium van
ontbind ing, en de sluisjes bij Nieuwen dam en Oost-
zaan, die tijdelijk „gestopt" zijn, vormen evenmin een
goede waterkeering.
Het meest bevreesd is men echter voor het lage dijk
je bij het stoomgemaal te'Cadoelen. Stijgt het water
nog 60 c. M., dan loopt het er over heen, en de ope
ning in de oude zeedijk zal dan spoedig >een groot gat
wordén, dat moeilijk weer is te dichten.
Nu willen wij geen ongeluksprofeet zijn. Wij bewe
ren geenszins, dat een vereeniging van het Y met de
nieuwe binnen zee onmogelijk is. Alleen willen wij er
op wijzen, dat het niet absoluut onmogelijk is. Maar...
als het gebeurt, als het lage dijkje bij Cadoelen be
zwijkt, of als de gammele nooddeuren der Willemsslui
zcn door het water ineen worden geduwd, en het IJl
bijna een meter boven pijl komt, dan kan Amsterdam
er van lusten. De voornaamste kaden zullen wel
droog blijven, die liggen 'tamelijk hoog, maar het Ro
bin, om maar iets te nemen, zal overstroomen, en men
kan er van verzekerd zijn, dat een groot aantal keldfers
zal onderloopen. Dat de keersluizen aan het IJ het
zullen houden, gelooft n.l. geen deskundige.
Het groote publiek in de hoofdstad mag er op het
oogenblik nog niet aa nwillen denken, een feit is het,
dat mannen van zaken op alle eventualiteiten bedacht
zijn. Menige kelder is reeds leeggehaald, en de
ouderwetsche pakzolders van de heerenhuizen aan dé
grachten worden in eere hersteld.
STADNIEUWS.
Tierde verantwoording der Alkm. Courant.
Telegrammen van heden.
4e VERANTWOORDING.
T. M. 1A. B.; 10; Mevr. G. D. G. 50; M.
M. 1Wed. S. G 10; B. ƒ2.60; wed. G. N. 10;
J. T. 2,50; A. K. 2,50; M. D. 1N. N. 2.50;
H. S. 2.50; C. B. 2.50; S. B. 1X. X. 1H.
H. 10; Waterman 5; Motto: „Agaath" 2.50;
van en
Punten van behand ngs
1. Vaststelling der notulen van de vorige vergade
ring. Mededeelingen. Ingekomen stukken.
2. Idem, om over te gaan tot het sluiten van een
geldleening, groot f 1.170.000. (Bijlage no 1.)
3. Idem tot aankoop van een sloot in den polder
Overdie (Bijlage no. 2),
4. Idem tot vaststelling eener Verordening, regelende
den werkkring van de commissie vrn bijstand voor
het marktwezen (Bijlage no. 3).
5. Idem tot het verleenen eener bijdrage uit de ge
meentekas voor een te houden tentoonstelling op
gemeentelijk finantieel gebied. (Bijlage no. 4).
6. Idem in zake het verleenen van toeslag en kin
dertoeslag op het loon der gemeente-werklieden
(Bijlogen nos. 60 en 150 van 1915, en no. 5).
7. Idem, iuzake beschikbaarstelling van cokes (Bij
lage no. 6).
8. Idem naar aanleiding van een verzoek on> ver
goeding van stormschade.
J. G. B. 1J. B. 10; Fam. S. 2: J. D.
10; Fr 'v en Jo 5; B. G. 2; L. T. F. M. 5;
N. K. .O; J. A. N. 10; A. K. j 10; S. L. 1
N. N, 1.50; Zuster M. 2.50; familie O. 100;
Mevr. K. 2.50; J. L. Az. 2.50; Mej. wed. A. L.
2.50; C. W. 5; C. en J. W. 5: J. R. 10; W.
v. d. L. 10; S. Stompetoren 3; C. A. M. 2.50;
Speelpotje te Bergen, 6.50; Fam. T. 3.50; W. ƒ1
Jl. H. A. K. 25; C. B. te Bergen, 2.50; A. H. 3;
v. d. W. 5; d. M. 2; G. te Koedijk, 25; N. N.
2.50; de vader en de kaasdragers 40; Dames B.
en N. te Heiloo, 15; E. M. W. 5; L. 5; J. B. te
Scheemeer 13.50; C. K. en G. K. Akersloot 5; P.
H. 5; Kaartrondje Zuideind H.-H. Waard, 18.95;
de B. te Z. en N. Schermer 25; N. N. 10; N. N.
10; N. v. d. P. 5; firma H. S. C. 25; R. T. te
Bergen, 5; P. V. 20; Pers. Gebrs. K. uitg. Mij.
8.15; J. B. Heer-Hugowaard ƒ10; Spaarpot, kinde
ren J. B. te H.-H. Waard 4; J. B. B. 1H. J. K.
B. 2.50; Q. V. 10; G. L. 10; D. F. 100; J. v.
M. 10; H. 2.50; A. B. Stompetoren, 10; M B..
te Stompetoren 5; d. G. 10; Spaarpot Liesje en
Jan 2.50; v. Gr. 5: J. S. en M. H. E. te O. 10;
J. d. W. 50; K. B. Dz. 10; N. N. 2.50; N. N.
ƒ2.50; N. N. 0.50; D. V. 1C. Z. 10; M. de G.
0.50; C. v. d. B. 1C. v. R. 1.50; V. de V. 5;
J. Z. te H. 10; H. W. 3; Fam. H. 25; Fam. B.
v. d. V. 10; J. K. te Ursem, 5; D. v. H. 200;
J. H. 5; C. M. J. d. M. 5; J. H. P. 5; P. v. d.
E. 5; C. E. v. d. E. 0.50; P. K. 5; L. 25; Uit
de Spaarpot van B. en M. 5; M. en G. B. te Óter-
leek 5; H. C. S. 2; M. 3; tezamen 1213.10.
Met het verantwoordt: bedrag ad 3397.62 in totaal
f 4010,72.
Met het oog op de buitengewone Zaterdagdrukte is
de lijst heden wat vroeger gesloten dan de vorige da
gen, zoodat verschillende in den namiddag ingeko
men giften Maandag verantwoord '.uilen worden.
Het blijft gelukkig goed gaan met de inzendingen
en wij twijfelen er niet aan of mevrouw IJ., mijnheer
X. eu landman Z., wier giften wij tot dusverre nog
niet ontvingen, zullen in de komende week wel gele
genheid hebben een „klinkend" of „ritselend" bewijs
te geven, dat zij van goeden wflle zijn en dat straat A,
wijk B, dorp C, al komen ze wat later, volstrekt niet
achterblijven.
In tweeerlei opzicht stemt de dag van heden tot
blijdschap. In de eerste plaats, omdat de hoogste gift
van een parti u lier heden dubbel zoo groot is als die
van de voriip dagen. En in de tweede plaats, on hit
de inhoud de I us die eerst na de afsluiting
verantwcrH g werd geledigd, zoodat men het
drag, in t van Maandag vermeld zal vinden
10,47 1 eg Voor den eersten dag mogen
het resul aa de bus een aangename verrassi.
noemen oedelijk zal zó ook wel verdere verrs
singen b gen. Van den D er W. van Os ontvinge,
we een aardigste teeken tg, die deze voor het
goede f<- /ervaardigde, c ie op voortreffelijke wij
ze de aandacht op de bus igde.
WATERSNOOD.
De Burgemeester dezer gemeente ontving heden
morgen een schrijven van den Commissaris der Ko
ningin in deze provincie, waarin het volgende wordt
medegedeeld
„Het is klaarblijkelijk de bedoeling van Zijne Ex
cellentie (den Minister van Binnenlandsche Zaken),
„dat de Burgemeesters zich niet aan het hoofd stellen
„van plaatselijke comité's, die niet voornemens zijn de
„verzamelde giften af te dragen aan de Algemeene
„Vereenigde Commissie ter leniging van rampen door
„watersnood, te Amsterdam."
VOETBAL.
Bij Alcmaria was het plan opgekomen ook een
steentje bij te dragen voor het Watersnoodfonds. En
zij heeft de voetbalvereeniging E. D. O. uit Haarlem
bereid gevonden haar hierin te steunen. De Haarlem
mers zouden hier Zondag komen voor de competitie.
Met toestel'uning van E. D. O. zal 't echter een vriend
schappelijk Wedstrijd zijn, waarvan de netto op
brengst worden afgedragen aan bovengenoemd
fonds. V twijfelen niet of de voetballiefhebbers zul
len hun st< un verleenen.
Morgen krijgen we dus een vriendschappelijke ont
moeting AlcmariaE. D. O., terwijl de Haarlemmers
zich bereid hebben verklaard later voor den competi
tiewedstrijd terug te komen.
COLLECTE VOOR DE ISR. ARMEN.
Veel wordt er reeds gegeven ter leniging van de
groote ellende die thans over ons land gevaren is en
bij dit groote gebeuren zinkt de ellende in eigen stad
in het niet. Maar toch blijft ze bestaan. A.s. Woensdag
zal het Israëlitisch Armbestuur haar jaarlijksche col
lecte aan de huizen der ingezetenen houden Wij ver
wachten, dat Alkmaar's burgers hun eigen stadgenoo-
ten niet zullen vergeten en hun giften zullen schen
ken evenals andere jaren.
DM nummer bestaai uit 3 bladen.