DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Uitkeering vergoedingen MILITIE. LANDWEER en LANDSTORM. No. 20 Dit nummer bestaat uit 2 bladen. Honderd en achttiende jaargang. 1916 DINSDAG 25 J A N U A RI Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 1,franco door het geheele Rijk f 1,25. Afzonderlijke nummers 3 Cents. Telefoonnummer 3. Prijs der gewone Advertentiën Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Oroote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. ALKMAAR, 25 Januari. Het Montenegrijnsche raadsel blijft onopgelost. Er worden wel allerlei oplossingen gegeven, doch zij maken de zaak in het geheel niet duidelijker en wij doen dan ook maar het best om er geen aandacht aan te schenken en kalm het oogenblik af te wachten waar op officieel bekend gemaakt wordt, wat er nu precies gebeurd is aangenomen, dat dit oogenblik ooit zal aanbreken, wat nog zoo zeker niet is. Intusschen hebben de Oostenrijkers op de Monte- negrijnen en Serviërs een niet onaanzienlijke overwin ning behaald. Zij hebben de Albaneesche stad Skoetari genomen Men herinnert zich misschien, dat de Mon- ienegrijuen, die wilden doorvechten, allereerst de Serviërs wenschten te helpen bij het behoud van die stad. Als Cettinje door den Lowtsjen, werd Skoetari beschermd door de Tarabosch, een gebergte, waarvan de verdedigende waarde in den eersten Balkan-oorlog zoo duidelijk is gebleken. Waarschijnlijk zijn de Mon- tenegrijnen er niet in geslaagd dit gebergte tijdelijk te bezetten. Het Oostenrijksche legerbericht spreekt over hen niet, wel over eenige duizenden Serviërs, die de bezetting vormden en zich zonder strijd hebben terug getrokken. Van het Balkan-gevechtsterrein vernemen we verder dat een eskader van 45 Eransche vliegtuigen meer dan 2000 bommen op Monastir hebben laten vallen en na tuurlijk in deze Servische, maar door de midden-mo- gendheden bezette stad groote schade hebben aange richt. Het is een zware tocht geweest, daar de vliegers met een zwaren storm over bergen van 6000 voet moesten vliegen. Onder moeielijke omstandigheden vechten ook de Russen voor Erzeroem, waar ze ook reeds bij het be gin van den oorlog stonden, maar waar ze nu den Turken een hevigen slag hebben toegebracht, die des te ernstiger treft, nu de verbindingswegen in dit jaar getijde slecht zijn. Men hoopt van de zijde der enten te, dat de Turken genoodzaakt zullen zijn versterkin gen te laten aanrukken uit Mesopotamië, waardoor de positie der Engelschen aldaar gunstiger zou worden. In Mesopotamië is een wapenstilstand van enkele uren gesloten om de gewonden weg te halen en de dooden te begraven. Overigens meldt een Engelsch bericht, dat het wassen van den Tigris alle troepenbewegin gen te land thans onmogelijk maakt. Het Fransche legerbericht meldt, dat er aan den mond van den IJser bij Nieuwpoorf een uiterst hevige beschieting heeft plaats gevonden, waarbij de Duit- schers 20 000 granaten verschoten. Daarna trachtte de Duitsche infanterie op te lukken, doch het Fransche /uur .Jndtrde haar uit de loopgraven te komen. I iet ar.illerie-due: was het hevigst in de streek van Boesinghe, het Sas en Steenstraete, bij het Sas tracht ten de Duitschers over het kanaal te komen, doch ze werden teruggedreven. De Duitschers hebben dus in België een offensieve poging gedaan, die mislukt is. In Engeland werd de wet op den dienstplicht in derde lezing aangenomen met 383 tegen 36 stemmen, een mooi succes voor de regeering, die de oppostie geleidelijk heeft zien verminderen. De Orieksche Kamer is heden bijeen gekomen, bij zonderheden hebben hierbij echter niet plaats gehad, de Koning bleef afwezig en de eerste minister nam den nieuwen leden den eed af, maar er waren er zoo weinig, dat de Kamer voor onbepaalden tijd werd ver daagd, totdat er meer afgevaardigden zullen zijn. Van meer dan één zijde bereikten ons opmerkingen over zekere ongewensehte gebeurtenissen, welke in ver band met de overstrooming in den Anna Paulowna- polder zouden hebben plaats gehad, schrijft het Hbld. Een onderzoek ter plaatse ingesteld, geeft ons aan leiding tot de volgende mededeeling daaromtrent: De verhalen omtrent het stelen van vee en het „jut ten" in den polder berusten op losse geruchten; off- cieel is daarvan bij den Burgemeester niets bekend. Wel is een stoomfiets in een woonwagen van Zigeuners in beslag genomen, doch het is niet vastgesteld, dat de ze uit den Polder afkómstig is. Door den Burgemeester werd twee d'agen na de doorbraak de hulp ingeroepen van zes marechaus- eéss, die niets achterhaald hebben; zij zijn Zaterdag weder vertrokken. Gewapende sloepen surveilleerden echter nog voortdurend in den Oostpolder. Voor het redden van vee werden hier en daar, zeer hooge prij zen gevraagd de bedragen zijn niet te noemen, doch deze gevallen staan op zich zelf. Wel is het bekend, dat voor het redden van graan 1 per zak is ge vraagd, en dat voor 300 zaïk 300 is betaald. Doch ook deze mededeelingen berusten niet op officieele ge gevens en zijn uit de tweede of derde hand. Van inbraken in boerderijen is niets bekend. Wat aangaat het eischen van 1 per uur door werkvolk uit den Heldter het volgen dé: Door den heer P. Kaan, heemraad van den Polder, werd Vrijdagmorgen, toen nog niet bekend was, dat de militairen zouden komen, telegrafisch aan den aan nemer te Alkmaar van los volk (georganiseerd), om werkvolk gevraagd. Er kwamen pl.m. 70 man, die een loon vroegen van 0.40 per uur bij dag en 0.80 per uur bij nacht. Daarvan werden slechts 30 geschikte personen aangenomen en tegen lager loon. Voor den polder Zijpe dreigt het gevaar voor overstrooming het meest uit het zuiden. Valt het Zui- derzeewater in Schennerboezem, dat stroomt het N.-H. kanaal, dat Zijpe in de lengte doorsnijdt, vol. De boor den van dit kanaal kunnen het water tot 134 M. boven A. P. bevatten. Om te voorkomen, dat het water door de talrijke egalementslooten naar binnen zal stroo- men, zijn alle verbindingen daarvan met het kanaal door schutbalken afgesloten, die, als de nood aan den man komt, met zakken zand kunnen versterkt worden. De Jacob Klaassensluis, die de Groote Sloot met het kanaal verbindt, wordt voor de scheepvaart nog open gehouden, doch zal ook gesloten worden, zoodra het water aanzienlijk begint te rijzen. De sluis staat dag en nacht onder bewaking. In het noorden wordt Zijpe van den overstroomden Anna Paulownapolder gescheiden door den ouden Zij perzeedijk, die sterk genoeg wordt geacht, om den vloed te keeren. De schutsluis in dezen dijk is ge heel met zand gestopt, terwijl bij den spoorwegdoor gang van de lijn AlkmaarHelder een voldoende hoe veelheid mateiaal aanwezig is om het gat te dichten, zoodra de versterkte spoordijk bezwijkt, die op het oogenblik in den Anna Paulownapolder nog slechts enkele centimeters boven het water uitsteekt. De Koning der Belgen heeft door zijn gezant te 's-Gravenhage aan den minister van buitenlandsche zaken een persoonlijke gift van vijfduizend franken doen overhandigen, met bestemming voor het waters noodcomité. De Britsche tijdelijke zaakgelastigde heeft uit naam van zijn regeering als een bewijs van haar sympathie en achtig jegens het Nederlandsche volk eene gave van tweeduizend pond sterling aan dien minister doen toe komen. Op het bericht van de overstrooming heeft de Ja- pansche regeering haren tijdelijken zaakgelastigde op gedragen, haar oprechte sympathie aan jhr. Loudon te doen aanbieden.' Ook de Roemeensche regeering heeft door haren ge zant te s-Gravenhage verzekering van haar zeer har telijke medegevoelen doen overbrengen. UIT WIERINGERWAARD. Alhoewel wij in onze gemeente een angstigen week hebben doorleefd kunnen wij nu vrij gerust de toe komst tegemoet zien. Het werk aan de dijken is vol- toid en voor zoover wij daar over kunnen oordeelen is 't uitstekend in orde. Kalm weer moeten we hebben, wordt 100 keer per dag gezegd. Dit is. ook vooral noodig voor de menschen die nog vooveel mogelijk uit hunne huizen te Anna Paulowna weghalen, hetgeen allemaal me; booten en schuiten moet gebeuren, het is een bedroevend gezicht wanneer een boot met zooge naamd huisraad aan de wal komt. Kasten zijn van elkaar los geweekt, beddengoed doornat, enz, enz. Toch zijn de arbeiders nog blij, want anders hebben ze hee- lemaal niets. Door de ondersteuningscommissie wor den de alhier vertoevende vluchtelingen van hei hoog- noodige voorzien en kunnen zij die 't noodig hebben zich voor geldelijken steun vervoegen aan 't schoollo kaal iederen Zaterdagmiddag. Hoe lang deze toestand nog zal duren is moeilijk te zeggen zoolang 't groote gat in de Amstetdijk niet is gestopt. Zondagmorgen is de waterstand zeer hoog geweest. UIT PURMEREND. In aansluiting met de door de Provincie genomen maatregelen betreffende de watefkeering, besloot de gemeenteraad gisteimiddag onmiddellijk kistdammen te doen maken langs de Oostzijde van het Noord- Hollandsch Kanaal vanaf de schutsluis tot de spoor brug en van de schutsluis tot de Wormerringdijk. De kosten worden geraamd op 35000, waarvan 10.000 zal worden gedragen door de melkfabriek „Hollan- diia." DIJKDOORBRAAK EN DIJKHERSTELLINGEN. Het Handelsblad heeft een onderhoud gehad met een der heeren van de firma W. Blankevoort uit Haar lem, aan wie de herstellingen van de vernielde Zuider zeedijken is opgedragen, die naar aanleiding van eeni ge vragen o. a. het volgende mededeelde: „Allereerst", zei de heer Blankevoort, „moet ik u met nadruk erop wijzen, dat ik nog volstrekt geen cij fers kan noemen; met eenige juistheid geen enkelen datum kan bepalen. Op het oogenblik is er nog zoo veel onzekermoeten we nog zoo raden, omdat te veel gegevens ontbreken; omdat ook door het slechte weer geen gelegenheid nog bestond, de gaten nauwkeurig op te peilen. Hoe de doorbraak is geschied? Toen het water in de Zuiderzee op z'n allerhoogst stond is het over den dijk geloopen en overal heeft het toen plekjes gezocht, die waren aangeknaagd: gaten, door ongedierte inge vreten omgewoelde molshoopen en andere kleine aan gevreten stukjes aarde, die al meer en 'meer werden omgewroet, al grooter werden en grooter, totdat een breede geul ontstond, waardoor het water het land in- golfde; de geul werd langer en breeder; aan allen kant sloegen aardkluiten weg; aan den achterkant stortte de dijk neer, daar de ondergrond van veen niet stevig genoeg bleek om dien zwaren bovenlast té houden. Even ten noorden van Uitdam zijn in den Water landschen Zeedijk vijf belangrijke gaten geslagen; over een lengte van tweeduizend meter is de dijk daar zwaar beschadigd; bij Katwoude hebben de zware doorbraken een lengte van 160 M., de zware beschadi ging strekt zich over driehonderd meter uit. De derde dijkbeschadiging ligt ten noorden van Durgerdam in de Kuisel; van een doorbraak is hier geen sprake; de dijk is over de helft van de breedte weggezakt en zand zakken steunen nu dit beschadigde stuk dijk; tegen de andere doorbraken is deze averij een onbelangrijke. Wat den toestand van, den verwoesten dijk aangaat, deze was zoo goed, als hij redelijkerwijze kan wezen. O, als men geweten had, dat er eens in Januari 1916 een vloed zou komen van 3 M. A.P., dan hadt men zeker wel een dijk gaan aanleggen binnen dezen. Een tweede dijk dus, omdat, zooals ik reeds zeide, de on dergrond van dezen dijk zich niét ertoe zou hebben geleend, hem te versterken en dus te' bezwaren. In vroeger jaren toch zijn de menschen begonnen, een kade-tje aan te leggen naarmate van de behoeften in deze kade al grooter en grooter geworden, maar de ondergrond bleef te zwak, omdat men destijds er nooit op heeft gerekend, dat die dijken zooveel weer stand zouden moeten bieden en zoo sterk van onder grond behoorden te zijn. Nu zou de bouw van een dergelijken zwaren dijk wel heel anders geschieden. Wij zouden eerst een geul gaan graven om den slechten grond, den veengrond, er uit te halen en daarvoor in de plaats beteren grond te brengen; op die solide onderlaag zou dan de dijk worden gebouwd. Wat nu de herstellingswerken aangaat: eenige hon derden werklieden zijn aan den slag gegaan. Meer aan te nemen was een onmogelijkheid, daar men de men schen des nachts niet buiten kan laten vertoeven en Monnikendam toch reeds overvol zit. Was dit niet het geval, dan zouden veel meer grondwerkers kunnen worden aangenomen. Allereerst wordt nu een „hulpkade" aangelegd, dat wil zeggen, een dijkje van zooveel mogelijk zwaren grond' ringvormig buiten den dijk weggeslagen ge deelte. De bedoeling van het aanleggen van deze „hulpkade' is dat men geen last zal hebben van het dagelijksche hoogwater, dat natuurlijk het werk voort durend' zou belemmeren. Het gemakkelijkst wordt deze hulpkade aangelegd wanneer er buiten dten dijk nog droogstaande grond1 nog voorland is. Is dit niet het geval; dan moeten eenst „zinkers" van rijshout ge legd worden om daarop de hulpkade te bouwen. Deze hulpkadte worden aangelegd' ter hoogte van pl.m 1 60 M. -f A. P. Zijn de hulpkaden voltooid, d'an kan worden begon nen met de dijkherstelling. Ook hiervoor moeten aller eerst zinkstokken worden gelegd, dat zijn zware vlot ten van rijshout, welke men, door ze met steenen te be zwaren, laat zinken op de plaatsen, waar ze noodig zijn. Dan wordt er zand overheen gestort en komt er een niehwe zinker op en zoö verder, tot er een zware wal staat van in elkaar grijpende rijshout en zand. Dit nu is de kern van den dijk. waartegen aan den binnen kant de zware kieibekleediing wordt aangebracht en aan den buitenkant de basaltsteemen glooiingen. „Een dijk, gebouw met dergelijke zinkstokken", al- du.-.- de heer Van Blankevoort, „is ongetwijfeld bestand tegen de zwaarste zeeën; bet water zal er misschien overheen stroomen, maar de zinkstokken zullen op hun plaats blijven. De voornaamste herstellingswerken zullen omstreeks tien weken tijds in beslag nemen; dan zal men gaan kunnen malen; ongeveer twee maanden zullen er dan weer mee heen gaan, vóórd'at de polders droog liggen. Dat zal dus in het gunstigste geval Juni worden, maar zekerheid hieromtrent valt absoluut niet te ge ven. Eer de geheele dijk weer in orde is, zal 1917 wel licht reeds zijn aangebroken. Maar, ik zei het reeds, en nogmaals leg ik er de nadruk op vaste data zijn niet te noemen. Alles is véél te veel afhankelijk van weer en wind. Of die huizen in de ondërgeloopen streken het uit zullen houden? In de meren, zooals bijvoorbeeld in de Broekermeer, gaan de huizen er allemaal aan bij wat wind, en als er weer een stijf tij water komt, dan zul- len alle huizen het wel 'te kwaad krijgen. Voor het wegmaten zullen andere hulpmiddelen moeten worden aangewend d'an waarover men thans beschikt (drie stoomgemalen), anders zou de boel véél te lang moeten, duren. Laat ons hopen, besloot de heer Blankevoort, dat we wat goed weer houden, zooals 't gisteren was en vandaag, dan kunnen we aan onze herstellingswerken wat opschieten, andiers, als hoog water den boel weg spoelt, kunnen we weer van voren af beginnen." De Burgemeester van Alkmaar brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de uit keering der vergoedingen, loopende over het tijdvak van 17 tot en met 25 Jannarl, zal plaats hebben ten Stadhnlze op Woens» dag, 36 Jannarl t., voor zooveel do LANDWEER en den LANDSTORM aangaat van 1011 aiir en voor zooveel de MILITI1 betreft van 11—13 uur. Alkmaar, 24 Januari 1916. De Burgemeester voornoemd, RIPPING. BINNENLAND. Gemengd Nieuws. ARBEIDSTOESTANDEN AAN DE TELEGRAAF. Door het bestuur der „Amsterdamsche Pers" is een vergadering belegd ter bespreking van bovengenoemd onderwerp, die door ruim 40 journalisten van alle aan wezigen was bezocht. De voorzitter, de heer J. W. Helmer deelde in zijn openingswoord o.m. het volgende medé: De vergadering was belegd omdat door dte directie van het dagblad „de Telegraaf" een aantal oudere col lega's zonder aannemelijke redenen ontslagen waren. De heer H. M. C. Holdert, die de meeste aandeelen van het blad in handen heeft, grijpt telkens in, in za ken die uitsluitend de redactie betreffen. Om vaak nietige redenen werden journalisten van algemeen er- kende bekwaamheden ontslagen. Ter vergadering werd gesproken over den heer G. Simons, Berlijnsch correspondent van de Telegraaf. Dezen heer liet de heer Holdert, toen de correspondent in Amsterdam vertoefde door eenige particuliere de tectives nagaan, terwijl hij de redactie tegen hem waarschuwde. Begin October 1915 kwam evenwel de heer Simons plotseling in de gunst, kwam in Amster dam terug en trad zonder voorkennis van den heer Schroder, de hoofdredacteur, als chef-binnenland op. Hij ging ingrijpen in het werk van collega's d'ie tot nog toe een beduidende functie vervulden. Hiervan waren verschillende ontslagen het gevolg, o. a. van den chef-verslaggever, dat evenwel weerd werd inge trokken. De heer Simons bleef echter de lakens uitdee- len. Ook in andere afdeelingen ontstonden moeilijkheden. Zoo werd' o.a af deeling financiën „gereorganiseerd", d.wz. 3 collega's werden ontslagen. Torn de Telegraaf haar smokkelcampagne opende bleek het d'at de heer Holdfert op zijn eigen houtje een bureau had ingericht om de verschillende smokkela rijen op te sporen, waarbij hij onderscheiden redactie* leden van die Telegraaf wilde dwingen te werken, wat deze evenwel weigerden omdat ze dit geen journalis- tieken arbeid acibten. Bovendien werd ter vergadering met vooraange- toond, dat speurders van het anti-smokkelbureau het ook tot hun taak rekenden smokkelarij en andere on gerechtigheden te provoceeren. Zij ontzagen zich zelfs niet met vervalschte d'ocumenten te werken, om toch maar resultaten te kunnen leveren. Het materiaal van dit bureau werd opgezonden naar de Fransche en Engelsche legatie's te s-Hage. Te vens werd nog de positie van den heer Schroder be handeld, die door allerlei beloften gepaaid werd en de gevangenis inging ofschoon hij absoluut geen verant woordelijk hoofdredacteur meer was. Hij was n.l. 2 December als zoodanig ontslagen, maar zou zijn ge wone werk blijven d'oen. Op 21 December werd de heer Schroder op bevel der rechtbank uit de voorloopige hechtenis ontslagen. Naar ter vergadering werd medegedeeld, was dit ge schied, nadt de rechtbank o.a. kennis had genomen van den ontslagbrief van 2 December waaruit bleek, dat de^ heer Schroder dte verantwoordelijke hoofdredac- teui niet meer was Bovendien legde de heer Schroder de belofte af, om niet te vluchten, zoodat de beide re denen, waarom de rechtbank zijn arrestatie had ge last, vervallen waren. De heer Schrödér wenschte het artikel, dat 23 De cember in de N. R. Crt onder den titel „De Zitredac- teur" verscheen, te beantwoorden, hetgeen hem dbor dten heer H. M. C. Holdert belet werd. Ter vergadering werd medegedeeld dat de heer H. M. C. Holdert blijkbaar afgunstig was op de sympa thie en de populariteit, d'ie den heer Schroder waren ten deel gevallen. Kenmerkend' daarvoor is het feit, dat toen de betrokken redacteuren uit de Nieuwjaar- wenschen, die in de Amsterdamsche schouwburgen werdten uitgesproken, de gedeelten, waarin den heer Schroder hulde werd gebracht, ter zetterij gaven, deze buiten medeweten van de redacteuren werden ge schrapt. De heer Schroder voelde, dat de toestand onhoud baar werd en stelde in den aanvang van dit jaar den heer H. M. C. Holdert den eisch, dat hij dê volle be voegdheden van een hoofdredacteur, zooals men die in Nederland begrijpt, zou krijgen. De heer Holdert gaf de toezegging, dat aan zijn verlangen wel zou worden voldaan; waarna de heer Schroder het arti keltje schreef, waarin hij aankondigde, dat hij zijn werkzaamheden zou hervatten. De toezegging werd niet uitgevoerd. De heer Si mons had veel meer te zeggen van den lieer Schroder. Naar den watersnood werden ervaren krachten wer keloos gelaten, terwijl jongere protegé's, (w. o. fami lieleden van den heer Holdert) werden uitgezonden, mej. H. van Meekeren nam haar ontslag, de heer L. Schotting werd op staanden voet ontslagen, de heeren Coucke en Pinkhoff kregen ook hun ontslag; resp. wa ren ze 3, 10, 10 en 7 jaar aan de Telegraaf werkzaam geweest en over hun werk werd door den hoofdredac teur steeds met lof gesproken. De heer Schroder stel de voor de zooveelste maal een ultimatum om de ont slagen ingetrokken te krijgen. Mej. v. Meekeren mocht alleen terugkomen, doch dat wilde ze niet en de heer Schroder is ondanks dit poover resultaat op zijn plaats gebleven. De vergadering heeft een beroep gedaan op alle Ne derlandsche journalisten om de plaatsen der ontsiage-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1916 | | pagina 1