DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Broodvoorziening.
No. 22
Honderd en achttiende jaargang.
1916
DONDERDAG 21 JANUARI
Abonnementsprijs per 3 maanden f 1.,fr. p. post f 1.25. Advertentieprijs 10 ct. p. regel, groots letters naar plaatsruimte. Brieven (r. N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v.h; HERWIs. COSTER 4 ZOON, Voordam C 9. Telefoonnr. 3.
Watersnood.
V ergadering:
Gemeenteraad van Alkmaar,
op Woensdag 26 Januari 1916, nam. 1 uur.
De BURGEMEESTER van ALKMAAR brengt ter
kennis van belanghebbenden
dat de eerstvolgende verwisseling van brood-
en meelkaarten, zal plaats hebben op Maandag
31 Januari a.s., in het kantoor Houttil No.
16 alhier, welk perceel daartoe dien dag geopend
zal zijn van 9—1 en van 2—5 uur;
dat houders van kaarten, die verzuimen hun
kaart op dien datum in te leveren, voorloopig
geschorst worden van het recht, goedkoop brood
te betrekken, en
dat op dien datum aan bakkers en meelhan
delaren geen meel zal kunnen worden verstrekt.
Alkmaar, 26 Januari 1916.
De Burgemeester voornoemd,
O. RIPPING.
De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR
noodigt bij déze de inwoners uit de door overstroo
ming geteisterde gemeenten, die tijdelijk in deze
gemeente een onderkomen hebben gevonden, uit,
zich tot het geven van Inlichtingen aan te
melden ter Secretarie <lezer gemeente
(9-2 nnr).
Alkmaar, 25 Januari 1916.
De Burgemeester voornoemd,
G. RIPPING.
de
van den
Voorzitter de Burgemeester de heer G. Ripping.
Secretaris de heer Donath.
Aanwezig 17 leden.
Afwezig de heer Sluis wegens ongesteldheid en
heer Luiting met kennisgeving.
Aan de vergadering wordt medegedeeld, dat
ingekomen:
a. een schrijven d.d. 29 December 1.1. van J. Roskam,
houdende dankbetuiging voor de verhooging zijner
jaarwedde als concierge van het Gymnasium.
b. een schrijven d.d. 28 December 1.1. van den heer
B. Hoek, houdende dankbetuiging voor de verhoo
ging zijner jaarwedde als opzichter over den Hout
en de plantsoenen, en voor zijne benoeming tot
opzichter over de volkstuintjes.
c. een schrijven, ongedateerd, den 5 Januari 1.1. ont
vangen, van den heer H. de Rover, president-
waagmeester, mede namens de waagmeesters en de
schrijvers aan de Waag, houdende dankbetuiging
voor de verhooging hunner jaarwedden.
d. een schrijven d.d. 5 Januari 1.1. van den heer H.
Makkink, houdende bericht der aanneming zijner
benoeming tot lid van het college van curatoren
van het Gymnasium.
e. een schrijven d.d. 7 Januari 1.1. van den heer W.
Bruin, houdende bericht der aanneming zijner be
noeming tot lid van het bestuur van het Burger
weeshuis.
f. een schrijven d.d. 11 Januari 1.1. van den heer M.
Preijer, houdende bericht der aanneming zijner
benoeming tot regent van het Stads-Ziekenhuis.
g. een schrijven d.d. 11 Januari 1.1. van Mevr. A. E.
Pronk—Haasbroek, houdende bericht der aanne
ming harer benoeming tot lid van het bestuur van
het Burgerweeshuis.
h. een schrijven d.d. 19 Januari 1.1. van den heer P.
de Lange PBz., houdende bericht der aanneming
zijner benoeming tot lid van het Burgerlijk Armbe
stuur.
a-h. Voor kennisgeving aangenomen.
i. twee brieven d.d. 3 en 27 Januari 1.1., van het lid
dezer vergadering, den heer A. G. den Boesterd,
houdende het verzoek te worden ontheven van zijn
lidmaatschap der commissie van bijstand voor de
gem. reiniging, en het voorstel om „aangaande den
gemeente-reinigingsdienst advies in te winnen van
iemand, die zijn opleidng heeft gehad aan de Rijks-
landbouwschool of dergelijke inrichting.
De voorzitter zegt, dat er dus een verzoek is
van den heer den Boesterd' om ontheven te worden van
zijn lidmaatschap der commissie voor de reiniging en
een voorstel om bij den reinigingsdienst het advies in
te winnen van een landbouwkundige.
Nu spreekt uit dit schrijven een grief tegen de mee
ning, die volgens den heer den Boesterd zou bestaan,
alsof hij geen genoegzame kennis had, om lid te zijn
van de strafverordeningen.
De bedoeling om den heer den Boesterd te grieven
bestond volstrekt niet. Doch wel heeft spreker destijds
gzegd, dat het hem voorkomt, dat iemand
die juridische praktijk had, meer in die com
missie op zijn plaats was. Dat de heer den
Boesterd ingeboren rechtskundigheid bezat, was spr.
niet bekend, verder meent de voorzitter, dat wat de
heer den Boesterd thans aanvoert als reden om zijn be
noeming niet aan te nemen, niet als eene verschooning
kan gelden, bedoeld in de gemeentewet daar het z.l.
niet noodig is dat een lid van een commissie bepaald
een deskundige is, dat kan ook niet altijd.
Wat het voorstel van den heer den Boesterd betreft,
dat acht de voorzitter ook niet noodig doch daar kan
in de tweede plaats over gesproken worden.
De heer den Boesterd verklaart, dat hij zich
niet gegriefd voelt. Alleen merkt hij op, dat hij niet
geschreven heeft, dat hij ingeboren rechtkunde bezat,
maar misschien kon hebben.
De Voorzitter zal dan den heer den Boes
terd verzoeken zijn vraag in te trekken als hij ten
minste meegaat, dat het niet noodzakelijk is, dat een
lid van een commissie een deskundige is.
De heer den BoesterdGs daartoe niet genegen.
Het voorstel om den heeri den Boesterd in de com
missie te houden wordt aangenomen met op een na
algemeene stemmen. Tegen de heer Den Boesterd.
Omtrent het voorstel van den heer den Boesterd in
zake het advies inwinnen van een landbouwkundige
omtrent den reinigingsdienst; speciaal wat betreft het
scheikundig onderzoek de afvalstoffen, meent de
voorzitter dat het misschien gewenscht was als
den heer den Boesterd er mee wachtte tot de keurings
dienst op de levensmiddlen is ingesteld, dan kon die
scheikundige daar misschien mee belast worden.
Na eenge discussie trekt de heer den Boesterd zijn
voorstel in, hij zou het op aanraden van den voorzitter
eerst behandelen in de commissie van de reiniging,
j. een schrijven did. 21 Januari 1.1., van het lid dezer
vergadering, den heer O. J. Verkerk, daarbij ver
zoekende aan B. en W, een vraag te mogen stellen,
betreffende de te geven cursussen in de Fransche
taal aan de 4e en 6e Gemeenteschool.
De heer O. J. Verkerk heeft den Raad verzocht in de
eerstvolgende openbare vergadering aan Burgemeester
en Wethouders de volgende vraag te mogen stellen
„Zijn Burgemeester en Wethouders van oordeel,
dat door de volgende aanvulling van art. 2 der veror
dening tot regeling van het openbaar lager onderwijs,
„aan de 4de en 6de Gemeenteschool in het vak
genoemd sub letter I, buiten de gewone schooluren,
aan leerlingen der 6de en 7de klasse die zich daartoe
bij het hoofd der school aanmelden", uitvoering is
gegeven aan de in den Raad meermalen uitgesproken
wenschelijkheid om voor leerlingen van alle Gemeen
tescholen den cursus in de Fransche taal toegankelijk
te doen zijn?"
De Voorzilter zegt bereid te zijn den heer
Verkerk in de eerstvolgende zitting te antwoorden.
De heer Verkerk dankt voor de toezegging,
al had hij liever geziendat B. en W. thans het
antwoord hadden gegeven.
De Voorzitter zegtdat de vraag niet vol
doende in de vergadering van B. en W. kon worden
besproken. Spreker kan wel zeggen dat het ant
woord van B. en W. geheel bevredigend kan zijn
De cursus begint pas met Mei.
De heer Verkerk neemt met dit antwoord thans
genoegen.
k. een adres d.d. 18 Januari 1.1. van de plantsoenar
beiders, houdende het verzoek om hun, in plaats
van duurte-toeslag, loonsverhooging toe te kennen.
Te behandelen bij het desbetreffende punt.
1. een adres d.d. 14 Januari 1.1. van den heer H. van
der-Heij, houdende verzoek om ontslag als direc
teur der Burgeravondschool en Avondschool voor
Handwerkslieden, ingaande 1 April a.s.
Eervol verleend onder dankbetuiging der bewezen
diensten (instemming). De voorzitter zegt, dankbaar
te zijn voor deze instemming,
m. een adres d.d. 29 December 1.1. van Mej. A. C. Ab-
couwer, houdende het verzoek om ontslag als on
derwijzeres aan de 3e Gemeenteschool, tegen 1
Maart a.s.
Ewvol verleend,
n. een schrijven d.d. 20 December 1.1. van het Comité
tot Steun tijdens de mobilisatie, houdende mede-
deeling eener verandering in het tarief van uitkee-
ringen aan werkloozen.
o. een schrijven d.d. 29 December 1.1., No. 85, van de
Ged. Staten, ten geleide van het goedgekeurde
raadsbesluit van 8 December 1.1., No. 6, tot aan
koop der voormalige touwbaan enz. van de erven
van wijlen den heer L. M. J. Paleari.
p. een schrijven d.d. 5 Januari 1.1., No. 43, van het
zelfde college, ten geleide van het goedgekeurde
raadsbesluit van 9 December 1.1., Nó. 8, tot het
aangaan, zoo noodig, van tijdelijke geldleeningen
q. alsvoren d.d. 5 Januari 1.1., No. 69, houdende be
richt der vaststelling van de gemeente-rekening,
dienst 1914.
r. alsvoren d.d. 12 Januari 1.1., No. 98, ten geleide
van de goedgekeurde gemeente-begrooting, dienst
1916.
s. alsvoren d.d. 19 Januari 1.1., no. 31, ten geleide van
het goedgekeurde raadsbesluit van 29 December 1.1.
no. 7, inzake ingebruikgeving van de Tuinbouwwin-
terschool met bijbehoorend terrein,
t. alsvoren d.d. 19 Januari 1.1., no.31, ten geleide vaa
het goedgekeurde raadsbesluit van 29 December
1.1., no. 3, tot aankoop van een stukje grond van C.
M. van Latum,
u. twee brieven d.d'. 19 Januari 1.1., nrs. 25 en 27, van
de Gedeputeerde Staten, houdende beschikking op
reclames in beroep tegen aanslagen in den hoofde-
lijken omslag, dienst 1915.
n-u. Voor kennisgeving aangenomen,
v. een adres d.d. 22 Januari 1.1., van de agenten van
politie, houdende het verzoek hunne jaarwedden te
verhoogen.
De voorzitter stelt voor dit adres te stellen in
handen van B. en W. om bericht en raad.
De heer van den Bosch vraagt, of het niet be
ter is dit punt ook te behandelen bij het voorstel tot
het geven van een toeslag, evenals dat der plantsoen-
arbeiders.
Hij acht de twee zaken 't zelfde.
De Voorzitter acht dit niet juist; het verzoek
van de plantsoenarbeiders is een verzoek om den toe
slag te veranderen in loonsverhooging.
De heer Verkerk is het met den voorzitter niet
eens. Het zijn beide verzoeken om loonsverhooging.
De heer U d o meent, dat het voorstel van den voor
zitter correct is. Als de toeslag behandeld is dan kan
er eventueel over loonsverhooging worden gesproken.
De heer C 1 o e c k is het in zeker opzicht eens, doch
meent dat het verzoek om loonsverhooging niet moet
worden uitgesteld omdat een toeslag gegeven wordt.
Speciaal wat de politie betreft dringt spreker er op
aan, dat met de loonregeling niet wordt gewacht daar
het al moeite kost om het politiecorps op sterkte te
krijgen.
De Voorziter zegt, dat dat niet komt door de
onvoldoende loonen, doch door de mobilisatie, waar
door men niet de geschiktste krachten krijgen kan.
De heer C1 o e c k wijst er op dat ook voor de mobi
lisatie er veel mutatie in het corps was. Verder zegt hij
dat voor het verlies van vrije dagen, den agenten ƒ2.40
per dag wordt gegeven. Dat is een vrij goedkoope ma
nier om in den dienst te voorzien.
De Voorzitter zegt, dat den heer Cloeck niet
goed is ingelicht.
De heer Cloeck merkt op, dat hij zich niet door de
agenten heeft laten inlichten. Dat doet hij nooit. Hij
gaat om inlichtingen naar de chefs van dienst, hier
naar den burgemeester.
De heer V e r k e r k is het eens met den heer Cloeck
en stelt ten slotte voor B. en W. uit te noodigen zoo
spoedig mogelijk te komen met de herziening der loo
nen van de agenten van politie.
Dit voorstel wordt verworpen met 12 tegen 5 stem
men.
Voor stemden de heer Leesberg, Fortuin, Verkerk,
den Boesterd en Cloeck.
Het adres komt daarop in handen van B. en W. om
bericht en raad.
w. een schrijven d.d. 24 Januari 1.1., van het lid dezer
vergadering, den heer G. T. M. van den Bosch,
verzoekende aan B. en W. eenige vragen te mogen
stellen met betrekking tot de doorbraak Kaas
markt—Gedempte Nieuwesloot.
Aan den voorzitter van den Raad is door den heer
Van den Bosch, lid van den Raad, de volgende vraag
gesteld
U zult mij verplichten met aan den Raad te vragen,
mij toe te staan in de eerstvolgende Raadszitting de
navolgende vragen tot Burgemeester en Wethouders
te mogen richten:
lo. Zijn B. en W. niet van oordeel, dat de tijd ge
komen is, dat ten spoedigste de verbindingsweg tus-
schen het Waagplein en de Gedempte Nieuwesloot tot
stand komt?
2o. Indien dit het geval is, mag de Raad dan ver
wachten, dat in de eerste zitting, volgende op die van
den 27sten a.s., een voorstel in dien geest hen zal be
reiken?
3o. Zoo ja, is het dan niet gewenscht, dat het ter
dezer zake bestaande dossier al aanstonds ter visie
wordt gelegd voor de Raadsleden?
4o. Bestaat er bij B. en W. bezwaar om reeds in de
eerstvolgende Raadszitting (m. i. die van den 27sten)
den Raad uit te noodigen om te besluiten, dat reeds
aanstonds een aanvang zal worden gemaakt met het
amoveeren van die perceelen, welke voor den door
braak aangekocht zijnde, reeds nu daarvoor in aan
merking komen?
De Voorzitter stelt voor den heer van den
Bosch het gevraagde verlgf te verleenen.
De heer van den Bosch zijn vragen toelich
tende zegt, dat in de laatste vergadering van pu
blieke werke* deze zaak is besproken, en het rapport
aan B. en W. is ingediend.
Nü dat rapport in deze zitting nog niet ter be
handeling is aangeboden, zou spreker er prijs op
stellen, dat de Raad thans weet wat de plannen zijn,
daarom heeft hij deze vragen gedaan.
De heer Ringers heeft zich over het schrijven
van den heer van den Bosch verbaasd. De raad kon
reeds weten wat de plannen zijn.
De Voorzitter geeft de heer Ringers in over
weging thans daarop niet verder in te gaan.
De heer van den Bosch vraagt eigenlijk naar den
bekenden* weg.
Op de vragen geeft de Voorzitter daarop de
volgende antwoorden.
Op vraag 1. Ja.
Op vraag 2. Ja.
Op vraag 3. Geen bezwaar.
Op vraag 4. Dat staat in het rapport, antwoord
is dus overbodig.
De heer van den Bosch is niettemin blij dat
hij de zak ter sprake heeft gebracht en is met de
toezegging tevreden.|
x. een schrijven d.d. 24 Januari 1.1. van de bewoners
der Nieuwpoortslaan, houdende dankbetuiging
voor het genomen besluit tot verbetering van den
toestand ter plaatse.
Voor kennisgeving aangenomen.
GELDLEENING.
B. en W. stellen den Raad voor te nemen het vol
gende besluit:
De Raad der gemeente Alkmaar,
Overwegende, dat er noodzakelijkheid bestaat om
over te gaan tot het sluiten van een geldleening;
Gelet op de artt. 44, sub. 136 en 194, sub a, der
Gemeentewet
Besluit:
onder verband, van de inkomsten der gemeente, eene
geldleening aan te gaan, die eene opbrengst zal geven
van rond 1.170.000 en daartoe vast te stellen eenige
voorwaarden.
Deze geldleening strekt ter bestrijding van de vol
gende buitengewone uitgaven.
lo. kosten van aanleg van volkstuintjes 640.68;
2o. idem van en voetbalveld 570.79)4.
3o. idem van verbouwing der voormalige burger
avondschool tot handelsdagschool 10620.42.
4o. idem van het maken van een verbindingsweg van
het Waagplein naar de Nieuwesloot, geraamd
op rond 100.000.
5o. idem van privaatverandering enz. in O.L. Scho
len ad 4642.05)4, verminderd met 25%
Rijksbijdrage ad 1121.91)4 3520.14.
6o. idem van den bouw eener nieuw O.L. School met
grondaankoop, waarvan de kosten worden ge
raamd op rond 70.000, te verminderen met 25%
Rijksbijdrage 17500, blijft 52500.
7o. meerdere kosten van den bouw eener walmuur,
waarvoor bereids geleend' 90.000, te schat
ten op 6000.
8o. kosten bouw tuinbouwwinterschool, geraamd op
rond 38000, te verminderen met de toege
zegde provinciale bijdrage van. 15000
23000.—.
9o. idem aanleg spoorlijn langs de Kanaalkade, bui
ten kosten nieuwe brug en verandering omge
ving, rond 27000.
lOo. Voorschot voor den bouw eener nieuwe gasfabriek,
900.000.—.
11 o. Kosten school voor buitengewoon lager onderwijs,
7500.—.
12o. idem werkverschaffing winter 1914/15 6281.15.
13o. bijdrage plaatselijk steuncomité, tot heden uitge
geven rond 10.000, te ramen op 15.000.-—.
14o. kosten verstrekking goedkoope cokes, te ramen op
6000.—.
15o. idem aankoop touwbaan van de erven L. M. J
Paleari koopsom 6500kosten van overdracht
200, 6700.—.
16o. idem verbetering vervoer van kaas ter kaasmarkt
3500.—.
17o. idem van aankoop perceel Laat No. 199, met on
kosten 2591.90. Te zamen 1171425.08%.
in mindering van welk bedrag kan strekken
de opbrengst van den verkoop van gemeentegrond
aan de Vereeniging voor volkshuisvesting „Alk
maar", bedragende 1862 en rond 1400
3262.—
b. hetgeen terug ontvangen is op het renteloos voor
schot, verleend voor den aanleg van de stoom
tram Egmond-Alkmaar-Bergen 732.33,
3994.33. Blijft 1167430.75%.
De heer G o v e r s merkte op, dat de 3500 voor
het aanschaffen der kaasbakken nog niet is gevoteerd.
De V o r z i 11 e r is dit eigenlijk met den heer
Govers eens. Er zou dus reden kunnen zijn om de
leening met dit bedrag te verminderen.
De heer Ringers meende, dat die 3500 dan ten
goede zouden kunnen komen aan punt 12 bijv. werk
verschaffing.
De heer U d o acht het gevaarlijk te leenen voor
een bedrag, dat niet gevoteerd is en vond het beter om
het voorstel van den Voorzitter aan te nemen.
Daarop wordt het totaal bedrag verminderd met
5000 en gebracht op 1.165.000 en het geheele lee-
ningsplan goedgekeurd.
AANKOOP SLOOT IN DEN
OVERDIEPOLDER.
In het laatst van 1905 werden een tweetal slooten,
n.l. de sloot langs het pad van Overdie tot het eerste
landhek en de sloot achter de huizen, staande aan de
zuidzijde van de Overdiestraat, door het bestuur van
den polder Overdie en Achtermeer, in het belang der
openbare gezondheid, kosteloos aan de gemeente in
eigendom overgedragen. De eerste werd gedempt, de
tweede wordt thans door de gemeente in een toestand
onderhouden, dat zij voor den openbaren gezond
heidstoestand geen gevaar meer oplevert.
Het is B. en W. om gelijke redenen als vroeger,
wenschelijk voorgekomen, dat de gemeente den eigen
dom verkrijgt van de sloot, kadastraal bekend in Sec
tie F, No. 1740, eveneens staande ten name van den
bovengenoemden polder. Reedt het vorig jaar werd
het oostwaarts ombuigende gedeelte van deze sloot,
die toen nagenoeg droog lag, van gemeentewege en
voor hare rekening uitgediept.
Het betrokken polderbestuur verklaarde zich, des
gevraagd, ook thans bereid de bedoelde sloot, ter op
pervlakte van pl. m. 2400 ML, aan de gemeente in ei-
dendom over te dragen, doch niet kosteloos, maar te
gen betaling eener koopsom van 0.25 per ML Naar
de meening van het polderbestuur levert dele sloot
geen gevaar op voor den openbaren gezondheidstoe
stand en is mitsdien de reden, welke voor kostelooze
overdracht van de andere slooten gold, hier niet aan
wezig.
Ofschoon het College van B. en W., evenals de
Commissie van bijstand voor de gemeente-werken, den
gevraagden koopprijs hoog acht, meent het ook dat
het plan, zooals het door den directeur der gemeente
werken in zijne voor den Raad ter lezing gelegde rap
porten wordt voorgesteld, behoort te worden uitge
voerd en de gemeente mitsdien tot den aankoop, on
der de gestelde voorwaarden, waarmede een bedrag
van 600, behalve de latere dempingskosten, ge
raamd op 1,per M2., zal gemoeid zijn, dient te
besluiten.
Goedgekeurd.
COMMISSIE VAN BIJSTAND VOOR
HET MARKTWEZEN.
B. en W. stellen den Raad voor vast te stellen een
Verordening, regelende den werkkring van de Com
missie van bijstand voor het marktwezen te Alkmaar.
Wij ontleenen hieraan het volgende:
Er is eene commissie, ten einde Burgemeester en
Wethouders bij te staan in het bestuur en beheer der
verschillende markten.'
Zij dient Burgemeester en Wethouders van advies
aangaande de inrichting of verbetering der markten
en is bevoegd daarover harerzijds voorstellen aan het
college te doen.
De Commissie bestaat, buiten den Burgemeester of
een der Wethouders als voorzitter, uit vier leden.
Zij draagt den naam van Commissie voor het markt
wezen.
De leden worden jaarlijks door den Raad, in eene
in December te houden raadsvergadering, gekozen.
Goedgekeurd.
BIJDRAGE TENTOONSTELLING EN CONGRES
OP GEMEENTELIJK FINANCIEEL GEBIED.
B. en W. stellen den Raad voor te besluiten:
aan de Commissie door de Vereeniging van Amb
tenaren der gemeente-financiën gevormd tot het voor
bereiden eener tentoonstelling en congres op het ge
bied der gemeente-financiën (Raadhuis kamer 127,
Amsterdam), te houden in de maand September 1916,
naar aanleiding van hare circulaire van 15 December
1.1. voor het aangegeven doel eene bijdrage uit de ge
meentekas te verleenen tot een bedrag van 25.
De heer Stoel vraagt welk belang de gemeente er
bij heeft.
De Voorzitter meent, dat de heer Stoel uit het
adres daarvan op de hoogte kan komen.
De heer Cloeck gelooft, dat als men die tentoon
stelling bezocht men er veel kan leeren, doch hij
meent, dat men wel een pover figuur maakt met die
25.
De Voorzitter is dat niet eens.
De heer Stoel acht thans voorlezing van het adres
niet noodig.
De heer Leesberg dringt er op aan, dat een amb
tenaar naar die tentoonstelling gaat.
De Voorzitter zegt, dat dit altijd gebeurd is,
als er zoo iets te zien is.
Het voorstel wordt goedgekeurd.
TOESLAG EN KINDERTOESLAG OP HET
LOON VAN GEMEENTE-WERKLIEDEN
EN BEAMBTEN.
B. en W. meenen, dat het wenschelijk is, het besluit
ALKMAARSCH
is