DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. DE OORLGO. „Bedreigde". No. 36 Honderd en achttiende Jaargang. 1616 Abonnementsprijs per 3 maanden f 1. fr ZATERDA et. p rogels froote letter* mi plaatsruimte. Brieven fr. N. V. B??k- en H"' Y.l H""' COSIER 4 ZOt?"Is 12 F E B R A RI DR nummer besteel uH S bteden. ALKMAAR, 12 Februari. Een officieel bericht uit Berlijn meldt, dal een Duitsche onderzeeër den Ssten Februari bij Beiroet (de oostkust van de Middelland- sche Zee) het hransche slagschip „Suffrem" heeft getorpilleerd, hetweïfc binnen de 2 mi nuten zonk. Omtrent het lot der bemanning wordt niets medegedeeld, maar vermoedelijk zijn er ongeveer zeshonderd man omgeko men. De „Suffrëu" werd gebouwd in 1899, mat 12750 ton, was bewapend met 4 kanonnen van 30,5 c.M., 10 van 16,4 c.M. en 8 van 10 c.M., het had een snelheid van 18 knoopen en heeft indertijd 14.400.000 gekost. Uit al deze gegevens blijkt, dat het verloren gegane schip een verouderd schip was, hetwelk on geveer een jaar geleden (den 19den Februari 1915) .inter oog genoemd werd in verband met het bombardement aan de Dardanelles Een ander officieel Duitsch beticht ge waagt vMi mi gevecht bij de Doggersbaak, op ongeveer 120 zeemijlen oostelijk van de Engelscüe kim, waar Duitsche torpedoboö- ten m den nacht van 10 op II Februari tn gevecht kwamen met Engelsche kruisers. Een nieuwe Engelsche kruiser, „Arabia" geileeten, werd in den grond geboord, de commandant, 2 officieren en 21 man werden gered. De Engelsche admiraliteit heeft evenwel verklaard, dat de door dèn Duitschen marine staf genoemde kruisers vier mijnenvegers waren, waarvan drie zijn teruggekeerd. Waarschijnlijk zijn het hulpkhiisers ge weest, d. w. z. particuliere stoomschepen, welke tot oorlogsschepen zijn ingericht en voor oorlogsdoeleinden worden gebruikt Voor deze veronderstelling pleit dat er een „Arabis" is van 3200 ton, die behoort aan de Flower Motor Styip Co. te Londen en in 1914 werd gebouwd, dus nieuw is. Het blijft intusschen merkwaardig, dat Duitsche torpedobooten zich in de Noordzee durven en kuipten vertoonen. Men verwacht te Washington, dat de Ame- rikaamsche regeering naar aanleiding van de Duitsche nota ten aanzieh van bewapende koopvaardijschepen een waarschuwing tot de Amerikaansche onderdanen zal richten om niet met zulke schepen te reizen, waardoor zij haar vroegere houding zou prijs geven. De aankondiging van de nieuwe Duitsche maatregelen tegen bewapende koopvaarders beschouwt men in Engeland niet als een feit, dat wijziging in den toestand brengt. De ma rine-deskundigen achten den eisch, dat Engel sche koopvaardijschepen zouden worden ont wapend, zonder eenige wederkeerige verbin tenis van Duitsche zijde, belachelijk en mee- nen dal de eiéch naar zulk een ontwapening niet ernstig kan worden opgeval, zoolang Durtscbland zich niet verbind1 geen voordeel te trekken uit die ontwapening. De Daily Chronicle zegt, dat maatregelen als de Du its chers nemen, hun beteeken is heb ben.... voor de latere vredesvoorwaarden! Er is verder weinig nieuws. Alleen dient melding gemaakt van een vermeerderde acti viteit der Russen op het Oostelijk oorlogstoo neel. Uit de officieele communiqué's blijkt nog niet, dat deze actie tot iets heeft geleid, maar van Russische zijde wordt gezegd, «lat het Russische offensief alle stellingen om Czemowitz „schijnt" te bedreigen. In verband met de gisteren vermelde ruchten over Duitsche vredesvoorstellen tenslotte medegedeeld, dat het Belgische zantschap te Londen heelt verklaard, Duitschland aan België geen vredesvoorstel len heeft gedaan. gfr. zij ge- dat KORTE BERICHTEN. In Albanië zijn de Oostenrijkers tot op 10 K. M. van Durazzo genaderd. De Russische regeering geeft binnenkort een nieuwe binnen landsche 5 pCts. leening van 2 milliard roebel uit. De Orieksche Kamer nain met 260 van de 272 stemmen een motie van vertrouwen in het beleid van het ministerie Skoeloedis aan. De oud-mbret, prins Willem van Wied moet te Skoetari zijn aangekomen, verwelkomd door een vroegeren minister Bibdoda, weleer straatventer van noten De handelshoogeschool te Berlijn heeft een cursus van 10 dagen geopend, voor offi cieren, die in den oorlog zwaar gewond zijn. Door theoretici en practici wordt een nauw keurig en zakelijk overzicht gegeven van de beroepen, die in aanmerking komen, tenéinde de keuze van een nieuw beroep zoo weinig mo gelijk aan het toeval over te laten. ALKMAAR, 12 februari. Heemschut's trouwe bewaker van Alk- rnaar's schoon heeft deze week in dè courant alarm geblazen, na in de laatste raadsverga dering een schot te hebben gelost, ten teeken dat ei' onraad was. Men heeft zich eenigszins verbaasd, dat de heer van den Bosch in den Raad heeft ge vraagd naar oen voor hem als lid der com missie van publieke werken al zeer bekenden weg, maar deze interpellatie is, naar ons voorkomt, het middel geweest, waardoor dit raadslid de aandacht van het publiek heeft willen vestigen op een spoedig te verwachten beslissing in het doorbraakvraagstuk. Het daarna geplaatste artikel moest het publiek, •hans bekend met het voornemen van B. en W. om spoedig een beslissing van den Raad inzake den nieuwen verkeersweg tusschen Waag en Nieuwesloot uit te lokken, inlich ten, dat de voorgenomen oplossing van het probleem zou leiden tot ontsiering en dus een verkeerde' oplossing zou zijn, waartegen te waarschuwen plicht was. Dank zij deze publicatie van den heer van uai Bosch is het bekend geworden, dat de oplossing van een aardig probleem, om n.l. het marktwezen te behartigen en tegelijkertijd' het aanzien van het Waagplein te verfraaien, thans dreigt vast te loopen op een blinden muur van 78 meter. Tot goed begrip van deze zaak zij een kor te terugblik op de voorgeschiedenis'van deze doorbraak geworpen. Den llden September 1912 besloot de Raad, in geheime zitting tot den aankoop van het „Diligentia"-terrein, teneinde een begin te maken met de noodzakelijk geachte verbin ding tusschen Waagplein en Ged. Nieuwe sloot. Met grooten ijver werd een begin ge maakt met de onderhandelingen over de ove rige perceelen, welker bezit voor de door braak noodzakelijk was. Reeds in November 1913 bood het raadslid, de heer P. Leguit. den Raad een plan van bebouwing aan, ten einde te voorkomen, dat men een straat van 78, meter lengte en 16 meter breedte zou krijgen, welke een doodsch aanzien zou heb ben. Het deskundige raadslid wenschte dit plan niet als bindend te zien beschouwd, hij zou zich bijv. vereenigen met het advies, dat het bestuur van de Maatschappij tot Bevor dering van Bouwkunst zou geven maar hij wilde in beginsel zien uitgemaakt of dé Raad in ho'öfdzaak met zijn plan zou 'kunnen mee gaan en of een spoedige uitvoering daarvan te verwachten viel. Toen het plan-Leguit in de raadsvergade ring van 26 November 1913 bij den Raad werd ingediend, verdedigde de heer den Boesterd het denkbeeld om dit plan niet in behandeling te nemen en intusschen een prijs vraag uit te schrijven. Volkomen terecht merkte de heer Boelmans ter Spill destijds op, dat wanneer een lid van den Raad een voorstel doet, het initiatief neemt, zijn tijd, zijn talenten en zijn. werkkracht daaraan be steedt, het niet opgaat en tenminste van zeei weinig waardeering getuigt, te zeggen: ik stel voor, dat voorstel met in behandeling ia nemen. Nader bleek de bedoeling van den heer den Boesterd te zijn, dat het plan-Leguit niet in diezelfde zitting in behandeling zou worden genomen. Beide stukken, aai van den heer Leguit en dat van den héér den Boesterd, werden gesteld in handen van B. eu W. on; bericht en raad. Bescheidenlijk had de-heer den Boesterd verklaard, dat hij „omtrent het productie! maken van deze aangelegenheid zeker lang vóór den heer Leguit bezig is geweest" zelf bezig was geweest. Deden deze woorden een plan-den Boesterd verwachten voor zoover wij weten is aan zulk een plan het aanzien niet geschonken, althans werd van de ge boorte nimmer kennis gegeven. Wel heeft een ander stadgenoot, de heer Groen, leeraar aan de Ambachtsschool, in Maart 1914 aan B. en W. een schetsplan aangeboden en dit den lsten April van dat jaar nog eens, maar gewijzigd, bij dat college ingediend. En de heer van den Bosch, die zich., deze zaak aan trok, kwam ook met een aanduiding,, waaruit met medewerking van den heer Looman, di recteur van gemeentewerken, een plan is ont staan, dat volgens een schrijven van den bond „Heemschut" van de drie plannen het best aan de behoefte voldoet, en dat de heer van den Bosch, blijkens een bericht in dit nummer, thans ook aan den Raad heeft aan geboden. Er waren dus plannen, maar er was nög geen beslissing. En dit. leidde tot een eigen aardige moeielijkheid. Immers toen bleek, dat de heer Zaadnoordijk, eigenaar van een der' benooaigüe perceelen, aan den verkoop voor waarden verbond, waaraan de Raad niet zonder meer wilde vo.doen, en de Raad be- sxoot onteigening te vragen, wilden Gedepu teerde Staten geen gunstig advies voor het voeren van het onttigemngsproces geven, zoolang niet door een vastgesteld plan bleek, aat aan het verlangen van den betrokken ei genaar niet kon worden voldaan. B. en 'W. schijnen ut Maart 1915 het voor nemen te hebben opgevat om met een eigen plan te komen, d. w. z. een groot gebouw te maken aan de zijde van het Waagplein. Sindsdien ia er ons niets meer bekend ge worden van de doorbraakgeschiedents. Alleen gaven B. en W, bij du behandeling van de gemeen te-begrootmg in November van het vorige jaar de toezegging, dat zij zich zou den beijveren de totstandkoming van den ver bindingsweg Waagpie n—Nieuwesloot, zoo spoedig mogelijk tot oplossing te doen bren gen; daarbij opmerkende, dat men in het oog moest houden, dat er nog altijd eenige be zwaren waren te overwinnen. En, in de raadsvergadering van 9 December verzekerde de Burgemeester, dat de plannen in het begin van 1916 konden woruen tegemoet gezien eu dat de weg er reeds in Mei zou kunnen zijn. Tot zooverre de geschiedenis, van Novem ber 1913, toen de heer Leguit schreef, dat de doorbraak binnen konen tijd tot stand zou komen, tot Februari 1916, nu de heer van den Bosch waarschuwt tegen een oplossing, die geen oplossing is. 2 jaren en 2 maandeu zijn er verloopen en het resultaat van dien langen tijd is het voor- sitel om te komen tot het maken van een lee- lijk open gat met boompjes. Wij geven on middellijk toe, dat bijzondere omstandighe den de behandeling vim deze zaak hebben doen vertragen. Maar dit uitdrukkelijk voor op stellende, blijft er veel onverklaarbaars over, dat atdoend opgehelderd moge wordep, alvorens de Raad in deze belangrijke aange tegenheid een beslissing neemt. Waar blijft net advies van B. en W. op het plan van den neer Leguit,'dat de Raad den 2östen Novem- oer 1913 heeft gevraagd?^ Een deskundig raadslid, dat met een initiatiefvoorstel komt, heeft toch minstens aanspraak op een nauw- gezeitt overweging van dat voorstel eh mag met met een dooddoener worden afge scheept. Zijn er tegen dat plan inderdaad ernstige aesthetische en financieeie oezwaren in te brengen welke zijn dan deze? Niet vergeten toch moet worden, dat de voorstel ler zich eenerzijds bereid verklaard heeft wij zigingen te aanvaarden en aan den anderen kant heeft betoogd, dat het plan rendabel is Wij stellen dit plan voorop, omdat dit het uitgangspunt van de geheele aangelegenheid is. Wordt dit aan de orde gesteld, dan wor den vaa zélf de ingediende plannen der an dere beer en, die zich verdienstelijk hebben gemaakt ea recht hebben- op waardeering, en het boven aangeduide voorstel van B. en W. in de beschouwing betrokken en aldus krijgt men een beredeneerd rapport, welks argu menten aantoonen welk plan de voorkeur ver dient. En dan kunnen de tijdsomstandighe den maar ook eerst dan ter sprake ko men, Het is zonderling, dat de commissie van Publieke Werken, van wie de heeren Leguit en van den Bosch beiden elk een plan van be bouwing hebben ingediend, terwijl de burge meester en de heer Ringers de beide andere leden zijn, adviseert niet tot bebouwing over te gaan in velband met de tijdsomstandighe den. Het zou zonderlinger zijn, wanneer het college van B. en W. zonder meer dit motief ging overnemen. Waar B. en W. in Maart 1915 voor bebouwing zijn, in November 1915 slechts van eenige bezwaren, die overwonnen moesten worden, gewagen zou het al zeer eigenaardig zijn, wanneer zij een jaar later, terwijl de omstandigheden zich niet ten on- gum-te hebben gewijzigd, die omstandigheden als motief tot niet-bebouwing zouden bezi gen. Men zij voorzichtig met het beroep op de tijdsomstandigheden. Soms doet dit beroep denken aan de mouw, waar een gooche laar, naar gelieven alles uit kan halen wat hij wil. Nu eens zijn die omstandigheden reden tot het voteeren vart gelden, aan wel ker besteding men in normale omstandighe den nauwelijks zou hebben gedacht, dan weer dienen zp plotseling tot motief voor het ver werpen van uitgaven, waartoe anders stellig zou zijn besloten. Do Alkmaarsche raad heeft trouwens zijn al te groote angstvalligheid spoedig overwon nen en het vaste vertrouwen in de toekomst dezer gemeente snel herkregen. Een vergelij king van de behandeling der begrootingen dienst 1915 en dienst 1916 levert daarvan een doorslaand bewijs voor zoover de vergelijking mogelijk is, daar het snelgeschre- ven maar traag verspreide stenografisch ver- ,slag over de begrootingsdiscussiën nog altijd niet verschenen is! 's Raads meerderheid zal thans zeker niet, als in 1914 en in het begin van 1915, zoo licht terugdeinzen voor uitga ven, die misschien vermeden zouden kunnen worden, maar daardoor geenszins overbodig zijn te achten. Wij althans zouden een be bouwing van den toegangsweg Waagplein Ged. Nieuwesloot, ook al gaat dit met kosten gespaard, in geenen deele tot de overbodige uitgaven willen rekenen, omdat de Waagplein- omgeving het aesthetische en het economische centrum van onze stad' is, aan welks verfraai ing. bijzondere zorg mag worden gewijd. Zeker, de doorbraak kan dadelijk tot stand komen, met het maken van de straat kan reeds nu worden begonnen, de in elk geval noodzakelijke muren kunnen worden opge trokken. Maar we zouden het zeer betreuren, indien de Raad aan een desbetreffend voorstel om te beginnen niet dadelijk de - uitnoodi- ging van B. en W. verbond1, om een zéér spoe dig prae-advies inzake de bebouwing, ten einde niet den schijn op zich te laden, dat men tevreden is met hét aanbrengen van een leege straat en een blinden muur, die op een zoo in het ooglpopende plaats voor stadge noot en vreemdeling allicht blindheid, lee- lijkheid en halfheid symboliseeren zouden! DE WATERSNOOD. De penningmeester van de Algemeenc Commissie voor den Watersnood verant woordt een totaal van 1.817.561.57. Uit Purm erend. Daar de water stand in Waterland sedert de afdamming steeds hooger werd, tot groot nadeel der kistdammen en de overstroomde polders, heeft de Minister van Waterstaat naar aan lei ding van een telegraphi^ch verzoek van hel gemeentebestuur, gistermiddag onmiddellijk order gegeven de kleine sluis weder te ope nen, ook voor doorvaart der schepen. Met razende snelheid, een waterval gelijk stroomt Waterland nu weer in Schermerboe zem. Naar aanleiding van de gestelde vraag, hoe het gras- en bouwland in de polders er, als deze weer drooggemalen zullen zijn, zal uitzien, deelt de heer C. Nobel, Rijksland- bouwleeraar voor Noord-Holland aan het Handelsblad een en ander mede. De toestand van het grasland en de groei der landbouwgewassen zal in den eersten tijd beheerscht worden door het zoutgehalte van het overstroomde water. In den - Anna-Paulowna-polder zijn mon sters genomen, en gebleken is, dat hel zout gehalte tiaar varieert van 1.9% in den West polder en 2.1 in den Oostpolder, terwijl hel op verschillende diépten gelijk was. (In de Wester-Schelde is het'zoutgehalte van 1,4 2 1 en in de Oostci fan 2.7—2.9). De west- polder is zandige grond, deels bouwland, deels grasland, de Oost-polder klei en zavel grond; de laatste is'bouwland1. In de volgende jaren is de structuur-ver- slee; tering van de klei- en zavelgronden een zaak van zeei groot belang. Wanneer het zout ei uitgespoeld is, is de grond zeer vatbaar voor dichtalibbing, waardoor hij bij nat weei nat en drassig wordt, en bij droog weer hard wordt eu openscheurt en hij zal zeer daaron der lijden. Waar een beetje veenachtige grond er door heen loopt, zal dit verschijnsel vermoedelijk in .mindere mate optreden. Intusschen is het zoutgehalte tot dusver nog niet bekend. Een hoog zoutgehalte kan ongunstig wer ken qp de planten. Hoe zal het gras er uit zien, nadat het zulk een langen tijd afgeslo ten is van de lucht? Vermoedelijk krijgen wij den eersten tijd een inager gewas en zal het onkruid tusschen het gras misschien juist welig opgroeien. Wij bezitten geen voldoende ervaring, om op de vragen, die zich hier voordoen, een ze ker antwoord te kunnen geven. Met zekerheid is er dus nog niet veel te zeggen over den toestand van het land. Met teerü werd. Gevolg daarvan is, üait in huizen, welke nog geen last van het water hadden, de vloeren mans blank siaan. Te Buiksloot staat het water thans 11 c.M. boven A.P., de hoogste stand, 'die tot nu toe is voorgekomen. De wegen naar het overstroomde gebied zijn daarom met hek ken afgesloten. Op den Buiksioter straatweg staat net water op verscheidene plaatsen tot midden op den straatweg. In het Oostzijderveid té Zaandam staat het water thans hooger dan ooit te voren en op verschillende plaatsen tegen de kistdam men aan. Tot nog toe was de hoogste stand 8 c.M., nu is de stand 10 c.M. boven A.P. Eenige huizen, die steeds nog droog hadden gestaan, hebben nu ook het water binnen ge kregen. BINNENLAND. angstelling zal men dus de verschillende onderzoekingen afwachten, welke vanwege de landbouw-directie gedaan zullen worden, wanneer het land droog komt. Dan zullen on getwijfeld verschillende wenken aan landbou wers en boeren gegeven worden, op walke wij ze zij dan hun land zullen moeten bewerken. De westelijke winden van de afgeloopen dagen hebben het water in de overstroomde gedeelten van Noord-Holland weder opge stuwd, zoodat in verschillende plaatsen de hoogste stand der vorige maand nog is over troffen. Het water in den O ostza ner pol der staat thans 10 c.M. boven A.P., dat is 2 c.M. hooger cjan de hoogste stand, die geno- TWEEDE KAMER. De beraadslaging over het wetsontwerp tot tijdelijke, nadere voorziening betreffende net eedsvraagstuk werd gisteren voortgezet. De heer Rutgers (a.-r., Hilversum) kant te er pch tegen, dat de eed geheel en al fa cultatief zou worden gesteld. Juist zij, voor wie de eed een waarborg zou zijn, zullen zich onttrekken. De rechter moet het recht houden de gewetensbezwaren te toetsen. Spr. zou ook bepaalde vormen voor die bezwaren willen eischen, zoo een authentieke acte met nadere bevestiging. Wat door hem in te dienen amendementen betreft, zou spr. een afwachtende' houding aannemen. De heer Van Hamel (u.-l., Amsterdam IV) beriep zich voor het laten vervallen van het toetsingsrecht op prof. Struycken. Het gronddenkbeeld van de beide ontwerpen trouwens is overgenomen van de rechterzijde. Na de pauze werd besloten de belasting- ontwerpen-Treub, die van de lijst van werk zaamheden in de afdeelingen waren afge voerd, daar weer op te brengen. Den 15den zal men dan het Schepen-ontwerp in de afdee lingen onderzoeken. De heer Van Hamel zette daarna zijn rede voort. Spr bestreed het instituut van eedshelpers. Hij betoogde, dat niet de eed de voornaamste waarborg voor de waarheid is; maar het be sef, dat het er/op aankomt waarheid te zeg gen en de straf, die op meineed staat. De heer V isser van IJ zen doorn (v.-., Gorinchem), betoogde, dat de beteeke- nis der eedsformule voor de meesten is ver loren gegaan. Ook deze spr. was tegen het instituut van eedshelpers. De heer I d s i n g a, (c.-h., Bodegraven), zag in den eed een onmisbaren waarborg voor de rechtspraak, De vrijstellingen van art. 3 openen echter de deur voor misbrui ken, Spr. verklaarde het wetsontwerp on aannemelijk om art. 3, maar vooral ook om art. 2 en drong aan op betere definieering van de gemoedsbezwaren. De vergadering werd verdaagd tot Dins dagmorgen. HET ONGELUK TE VLISSINGEN. Uit Vlissingen wordt gemeld, dat de mate- rieele schade zeer groot is. Militairen zijn be zig om a^n de ponton de aangerichte schade te herstellen. De onderzeeboot, van waaruit de torpedo gelost werd, is met schade aan boeg en lanceerbuis ter reparatie in xhet droogdok der maatschappij „De Schelde"'op genomen. Vernomen wordt, dat de zwaarge wonde Sergeant zijn voet zal moeten missen. JHR MR A F. DE SAVORNIN LOHMAN De Haagsche redacteur van „De Tijd" schrijft Er is in de rede van den heer jhr. mr. De Savomin Lohman een zinsnede, d'ie de bijzon dere opmerkzaamheid trekt. De grijze afgevaardigde van Goes deelt er op, dat hij aan de totstandkoming van een latere definitieve regeling van het eedsvraag stuk niet meer zal meewerken. i >eze zoo absohiut uitgesproken woorden schijnen een openbare bevestiging te bevatten van wat reeds bij geruchte bekend werd; n.l. dat de nu bijna tachtigjarige afgevaardigde zich in 1917 niet meer voor een Kamerzetel zal beschikbaar stellen, vooral niet als de on- derwijspacificatie mocht zijn tot stand geko men en daardoor een zijner levensidealen zou vervuld zijn. Gemengd nieuws. SPOORWEGONGELUK. De sneltrein 156, van Enkhuizen, die om 3 uur 35 te Hoorn moest binnenkomen, is gis teren bij den overweg aan den Koepoortsweg te Hoorn op een rangeerenden goederentrein geloopen, waardoor zeer belangrijke materi- eele schade werd aangericht. De locomotief en de bagagewagen werden uit de rails gewor pen, terwijl het postrijtuig geheel is vernield. De bovenbouw is, behalve een zijwand, ge heel van het bodemvlak afgesneden. Ook de locomotief van den rangeertrein werd bescha digd. Het mag een groot wonder genoemd worden, dat geen persoonlijke-ongelukken te betreuren zijn. De twee postconducteurs, als mede de hoofdconducteur en de conducteur kregen lichte verwondingen. Het verkeer voor het passagiersvervoer wordt over een vrij ge bleven lijn geleid. DE GEÏNTERNEERDE DESERTEURS. Voor den Haagschen Krijgsraad werd gis teren de behandeling voortgezet van de ge schorste zaak tegen de Duitsche militairen A. Ch., M. K. en J. M., geïnterneerd te Ber- v f-M-„Mn -A

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1916 | | pagina 1