DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
M liet Wfflii Ifóioptaffl.
No. 51
Honderd en achttiende Jaargang.
1916
Abonnementsprijs per 3 maanden f 1—, Ir. p. post f 1.25. Advertentieprijs 10 ct. p. regel, groote letters naar plaatsruimte. Brieven fr. NJ. Boek- en Handelsdrukkerij v.h. HERNls. COSTER tf ZOON, Voordam C 9. Telefnr. 3.
WOENSDAG 1 MAART
TER ZEE.
ALKMAAR, 1 Maart
Er is niets nieuws van Verdun.
Het laatste Fransche communiqué meldt,
dat het bombardement minder hevig dan de
voorafgaande dagen voortduurt en dat er
gisteren in den loop van den dag geen enke
le infanterieactie heeft plaats gehad. De
Duitschers trachten, het gewonnen terrein te
versterken, dat de Franschen hen daarbij
niet met rust laten, laat zich denken. Zoo
krijgt men artillerie-actie op groote schaal
en hier en daar kleinere infanterie-gevechten
van plaatselijke beteekenis.
Het Fransche middag-communiqué stelt
voorop, dat de met dichte troepemna$sa's
uitgevoerde aanval der Duitschers op Ver
dun «riet geslaagd is, dat de Duitschers sinds
drie dagen ten noord-oosten van de stad op
hetzelfde punt staan en niet meer vooruit
kunnen, dat verscheiden Duitsche aanvallen
in de buurt van Douaumont werden afgesla
gen, dat Duitsche aanvallén om af te leiden
werden gedaan ten oosten van Verdun en
in Woëvre, dat daarbij het dorp Manheulles
werd genomen.
Met Duitsche legerbericht van gisteren
gewaagt het allereerst van een krachtige ac
tiviteit der artillerie, welke op verscheidene
punten aanhield, zegt, dat een kleiüe pant
serversterking ten noord-westen van het
dorp Douaumont werd bestormd, dat Fran
sche aauvalspogmgen in deze streek werden
gesmoord in de ontplooiing, dat in Woëvre
voortgerukt werd, dat Manheulles genomen
werd en het 4 K.M zuidelijker gelegen
Champion, dal et 228 officieren en 16.575
man gevangen genomen werden, 78 kanon
nen en 86 machinegeweren buitgemaakt wer
den in het geheel we! te verstaan.
Het is zeer de vraag, of de aanvallen
ten oosten der stad wel, louter afleidmgspo-
'gmgen zijn. Immers ook door deze aan
vallen wordt de vesting genaderd en het is
niet te voorzien wat van deze nadering in
het Oosten de gevolgen zullen zijn nadiat
in September 1914 een aanval uit het zuiden
mislukte en in Februari 1916 een aanval uit
het noorden tot staan is gebracht, is het
geenszins onmogelijk, dat in Maart 1916 een
aanval uit het oosten wordt beproefd.
Over het gebeurde in de Champagne krij
gen we niets nieuws te hooren tusschen
Soissons cu Reims heeft thans de Fransche
artillerie Duitsche stellingen beschoten en
bij heuvel 19.) Duitsche verdedigingswerken
vernield.
Gold het hier een diversie-poging of een
klein onderdeel van een algemeen Duitsch
offensief?
Van Franschen kant verwacht men oplaai-
ïng van den strijd op verschillende punten.
Er heerscht nieuwe artilieristische bedrijvig
heid of het noorderfront, dorpen als Béthu-
ne, Souchez, St. Eloy, brokkelen geregeld af
en worden ruïnes, maar de militaire betee
kenis van deze plaatsen wordt ook steeds
geringer. Vliegers der verbondenen moeten
hebben waargenomen, dat de Duitschers
zich hier versterken, in het midden wordt
echter gelaten of dit geschiedt om zelf wel
dra te kunnen aanvallen, dan wel om zich
voor te bereiden op een verwacht offensief
dei—entente. Om Lens concentreert zich ca
valerie, doch de Engelsche kanonnen moeten
zeer ernstig de beweging der Duitschers be
lemmeren. Van Duitschen kant wordt ge
meld, dat men een legerorder van generaal
Joffre heeft gevonden, waarin de Fransche
opperbevelhebber d.d. 31 Januari 1916 er op
wijst, dat de tegenstander herhaaldelijk bij
kleine plaatselijke aanvallen succes te
behalen en te behouden wist. Dit drukt de
stemming van het leger en dat mag niet, het
tijdperk van afwachten mag er niet een wor
den van werkeloosheid, de Duitsche opera
ties moeten worden voorkomen en afgesla
gen en wel door, zonder de infanterie aan
te groote verliezen bloot te stellen, de
zware, veld- en loopgraven-artillerie telkens
zoo snel mogelijk in actie te brengen.
Uit de Fransche pets spreekt vertrouwen.
Men is overtuigd, dat men den toestand be-
heerscht en het Duitsche Qffensief thans
overal gerust kan afwachten. „De Duit
schers hebben het eerste voordeel verloren,
dat, aan hem behoort, die het juiste uur af
wacht", zegt de „Echo de Paris". „Ons
front is thans bevestigd, wij kunnen den
strijd voeren, zooals wij willen, en met
groot vertrouwen kunnen wij de toekomst
tegemoet zien."
En ook in Londen is men vol goeden
moed.. Zoo schrijft de „Manchester Guar
dian": „De overwinning, die de Fransche
troepen bij Verdun hebben behaald
is van bet allerhoogste belang
en zal, wordt ze doorgezet, op één lijn wor-'
den gesteld met den slag aan de Marne en
den slag voor Calais, als een van de beslis
sende slagen in den oorlog. Weliswaar heb
ben de Franschen uog niet al het door de
Duitschers vermeesterde terrein heroverd,
doch de poging om Verdun zelf te vermees
teren is mislukt en zal een noodlottige mis
lukking kunnen blijken."
Ter zee is de Fransche hulpkruiser „Pro
vence II", die voor troepentransporten naar
Saioniki werd gebruikt, in de Middellaud-
sche Zee tot zinkeu gebracht. Van de 1800
opvarenden zijn vermoedelijk 870 gered.
Hoe deze hulpkruiser tot zinken -werd ge
bracht (binnen 14 minuten geschiedde dit) ts
tot dusverre nog niet bekend geworden.
In de Theemsmond werden door onder
zeeërs twee Fransdie hulpkruisers met elk 4
kanonnen aan boord, zegt het Duitsche be
richt, bestemd voor Havre, en een Engelsch
wachtschip tot zinken gebracht men
weet, dat de nieuwe faze in den onderzeeërs
oorlog begonnen is.
Eerst heden erkent men van Duitsche zijde
de dwaze vergissing, dat men den 8sten Fe
bruari in de Middel landsehe zee niet het
slagschip Suffren, maar den kleinen pantser
kruiser Admiral Charuer heeft getorpilleerd.
a M
DE STRIJD BIJ VERDUN.
Een correspondent van de Petit Parisleu,
die zich blijkbaar op een gevaarlijken waar
nemingspost bevond, geelt een beschrijving
over het inleidende bombardement bij Ver
dun, waaraan het volgende is ontleend:
„Daarginds in het dal trekken donkere
massa's op over het met sneeuw bedekte ter
rein. Het is de Duitsche infanterie, die in
gesloten formatie door het dal komt, om aan
te vallen. Wij telefoneeren aan de batterijen
en het bal begint. Het is een iielsch gezicht.
In de verte in het dal en op de hellingen
spreiden regimenten zich uit en, terwijl zij
zich ontplooien, stroomen vtrsche troepen
toe. Er fluit iets over onze hoofden heen.
Het is onze eerste granaatkartets, die onder
weg is. Zij valt recht midden in de vijandè-
lijke infanterie. Wij telefoneeren, om onze
batterijen den treffer te melden en het wordt
een zondvloed van zware projectielen ovei
den vijand uitgestort. Zijn toestand wordt
hachelijk. Door een kijker kan ik zien, dat
de soldaten als verdwaasd en met aarde en
bloed bedekt op eikaar vallen. Wanneer de
eerste golf van den aanval gedecimeerd is,
is de grond met hoopen lijken bedekt. Maar
de tweede golf komt al aanzetten en tracht
vergeefs door ons vuur heen te komen. Zij
wordt teruggedreven en opnieuw door ons
vuur ontdekt. Opnieuw ploegen onze pro
jectielen verschrikkelijke gapingen in hun
gelederen. Niettemin blijven de Bodies als
een leger van ratten, ondanks onze „inanni-
tes" (zware projectielen), oprukken. Dan
barst onze zware artillerie in verwoedheid
los. Het geheele dal verandert in een vul
kaan en de uitgang ervan is verstopt door
een dam van lijken. Na een reeks van derge
lijke aanvallen werd hoogte 345 in het front
van Douaumont ten slotte vermeesterd en
bruiste het bloedige getij van den slag aan
den voet van de hoogte van Douaumcnt.
Hier worstelde de infanterie, in den eenen
aanval na den anderen, tegen de hellingen
op, om weer weg te smelten onder het mee-
doogenlooze vuur van de Fransche artille
rie, tot ten slotte de zevende golf van aan
vallers, het 24ste Brandenburgsche regiment
op den top en in het fort, dat hem bestreek,
bracht."
Het „Journal" deelt de volgende nadere
bijzonderheden mede omtrent het, gevecht in
het Bois des Caures, dat, zooals het blad
zegt, eindigde met de totale vernietiging
van een Duitsche divisie. Ten noorden van
Verdun, even boven Beaumont, ligt het Bois
des Caures. Dit is een punt, dat de Duit
schers buitengewoon gaarne in hun bezit
zouden hebben. Er waren daarom alle noo-
dige maatregelen genomen, om hen daar
eene warme ontvangst te bereiden. Terwijl
de Fransche troepen in groote getalsterkte
aan den zoom van het bosch den vijand op
hielden. legde een luitenant der genie met
zijne manschappen in het bosch een groot
aantal mijnen. De Duitschers deden voort
durend krachtiger pogingen om deze positie
te nemen en drongen, meer dan eene divisie
sierk, op. Onze poilii's trokken zich in het
bosch terug en de Duitschers, overtuigd dat
zij vluchtten, drongen triomfkreten slakend
het bosch in om ze te achtervolgen.
Toen de laatste Fransche soldaten het
bosch verlaten hadden, drukte iemand, die
ergens post had gevat, op een knop, die met
de electrische geleidingen ui verbinding
stond. Plotseling werd uit de richting van
het Bois des Caures eene geweldige knal ge
hoord en boomen, waartusschen vreemde ge
daanten, sprongen in de lucht. Er werden
vreeselijke kreten gehoord, waarna de stilte
des doods heerschte. Bijna het geheele
bosch was door eene reeks mijnontpioffingen
vernield en de geheele Duitsche divisie was
vernietigd."
De bijzondere correspondent van de Köln.
Ztg., die op het gevechtsterrein van Verdun
heeft vertoefd, seinde over de jongste gevech
ten: Onder dekking van een dichte sneeuw
jacht vuurde de Duitsche artillerie onophou
delijk op de hoogtenreeks. Van Douaumont
tot Cote de Froide woedde de voornaamste
strijd, waartegen een zwaar Duitsch vuur
samengetrokken was. Een voqrtd'urende ont
wikkeling van rook verried branden. Ten
W. van Douaumont woedde, naar uit het
flitsen van vijandelijke granaatkartetsen op
te maken viel, een mfanterie-gevecht. De vij
andelijke artillerie hield zich blijkbaar alleen
bezig met de voorste gevechtsljnie en scheen
tegen de achter het front vurende Duitsche
artillerie machteloos. De correspondent kon
door een kijker de branden, 'die te Verdun
ontstonden, waarnemen. Ook haar het
zuidwesten toe en verder weg tot aan de
overzijde van de Maas in de richting van de
bij Vacherauville gelegen verdedigingswer
ken woedde de strijd.
Uit het groote Duitsche hoofdkwartier
werd bericht d.d. 27 Febr..
Het dal.der Maas is op vele plaatsen over
een groóten afstand overstroomd. De op de
hoogten gelegen bosschen, die met ijzer-
draad waren overspannen, zijn door het ar
tillerievuur verwoest, terwijl de bodem dioor
de ontploffende projectielen is omgewoeld.
In' weerwil van een dichten sneeuwjacht,
woedde dc strijd aan weerszijden onafge
broken voort over het geheeie noorderfront
van Verdun De op den vijand veroverde
stellingen waren met aiie middelen versterkt
en werden door de rransdien voor onneem
baar gehouden. Zij hebben door ons artil
lerievuur vreftielijk geleden. Het dorp Hau-
mont is meer verwoest dan eemg ander nog
gedurende den gehcelen oorlog. De plaats
waar het gestaan heeft, wordt aangeduid
door eenige zich in de lucht verheffende uit
gegloeid stukken muur. Hot naburig aan
de Maas gelegen dorp Brabant is mot min
der verwoest
De Franschen hebben vijf wanhopige aan
vallen gedaan om het fori. Douaumont te
heroveren; thans beschieten zij het met hun
verdragend geschut In den aanvang traden
ook hunne veldbatterijen, terstond door on
ze kanontien bestreden, activer op, zoodat
het geheele heuvelland als onder eene aard-
geving dreunde, üok de Fransche forten
namen met alle macht aan den strijd deel.
Aan cfe overzijde der Maas, in de richting
van Baeherauville wordt de geschutstrijd
eveneens gevoerd. Het artillerievuur der
Franschen schijnt zich slechts bezig ie hou
den met de voorste gevecbtslinie, echter
machteloos te zijn tegen de achterwaarts op
gestelde Duitsche artillerie. Met een kijker
kon worden waargenomen, dat de stad Ver
dun tot nog toe wcitiig heeft geleden. De
branden der laatste dagen zijn gebluscht en
slechts in het westelijk deel der stad woedt'
nog een uitslaande brand vdn geringen om
vang. In de richting van Douaumont zendt
een blijkbaar in vlammen staand dorp aan
houdend rookwolken in de lucht.
Om 2 uur komt eindelijk de zon door en
neemt het vuur in hevigheid toe, doch na
eenigen tijd wordt het weder duister en valt
de sneeuw opnieuw, doch ditmaal slechts
voor konen tijd.
De geest onder de troepen is ondanks den
zwaren strijd uitmuntend; steeds gelukt het
hun verder te komen dan bevolen was.
De onderneming wordt met bijna even
groote zekerheid volvoerd, alsof het eene
manoeuvre gold.
EEN FRANSCHE HULPKRUISER
GEZONKEN.
De Fransche hulpkruiser Provence, die
dienst deed voor het overbrengen van troe
pen, naar Saioniki, is den 2öen dezer in de
Middeüandsche Zee gezonken.
Volgens verklaring van den heer Boka-
nowsky, afgevaardigde voor het Seine-depar-
temeut en attaché bij den generalen stat van
liet ooster-leger, is noch voor noch na het
zinken van het schip een periscoop van een
duikboot gezien, noch de bellebaan van een
torpedo. Ook is, op het oogenblik van de
ontploffing geen waterzuil gezien.
Er waren ongeveer 1800 menschen aan
boord, de bemanning inbegrepen, van wie er
870 gered moeten zijn.
Het was helder weer en er stond slechts
een lichte deining toen de ramp gebeurde.
Naar het schijnt is het schip op zijde gevallen
en in 14 minuten gezonken. Of de opvaren
den gebruik hebben kunnen maken van de
vlotten, die aan dek lagen, is niet bekend. Er
is een tiental schepen op de plaats van het
onheil en men blijft naar schipbreukelingen
zoeken.
KORTE BERICHTEN.
Duitschland schrijft een vierde oorlogs-
letning uit, in 4^ schatkistbiljetten en
5% obligatiëa. Ze is tot'1924 niet aflosbaar.
- Volgens de berichten strekken de ver-
sterkingen om Saioniki. zich uit over 60 K.M.
Er zijn ongeveer 1500 kanonnen.
In het Duitsche vorstendom Lippe wordt
een jonggezellen belasting ingevoerd. Al'e
ongetrouwden moeten van 10 tot 30 opcenten
op de inkomsten belasting betalen.
In Rusland liepen twee sneltreinen in
volle vaart tegen elkaar op. Onder de 16
dooden is de organisator van de munitie-aan-
aanmaak in Rusland.
Er zijn nu 182.000 man Servische en
Montenegrijnsche troepen in veiligheid ge
bracht waarvan 135000 man op Korfoe,
meldt Havas.
De Engelschen hebben de Deensche
mail naar IJsland onderzocht, uat in Dene
marken veel ontstemming wekt.
De beide Zwitsersche kolonels, beschul
digd militaire geheimen aan de centrale mo
gendheden te hebben verraden, zijn door den
Krijgsraad vrijgesproken.
Volgens de Petit Parisien zouden ernsti-
ge ongeregeldheden te Soffia zijn voorgeval
len. De slodaten weigerden de mensdien uit
een te Jagen. Men riep om afzetting van Ko
ning Ferdinand.
De maatschappij, belast met de stads
reiniging te Berlijn zal Rusische krijgsgevan
genen m dienst nemen, daar er gebrek aan
arbeidskrachten is.
De gezamenlijke kamers van koophandel,
die gisteren te Londen vergaderden stelden
verschillende maatregelen voor, w.o. het in
stellen van een handelsministerie en het
stichten van 3 tarieven, n.l. één voor het
Britsdie Keizerrijk; een voor de gealieerden
en een voor de neutralen en vijanden.
BINNENLAND.
EEN MINISTERIEELE VERKLARING.
In antwoord op een desbetreffende vraag
van den heer Van der Feltz in de Eerste Ka
men, legde de Minister van Buitenlandsche
Zaken de volgende verklaring af
„Ik kan met de meeste stelligheid verklaren
dat er geen geheim verbond bestaat, noch ooit
bestaan heeft tusschen Nedrland en Duitsch
land, evenmin een geheime overeenkomst of
afspraak, ja zelfs dat er nooit eert poging tot
het aankuoopen van onderhandelingen ge
daan is. Op den morgen van den 3<Kh Au
gustus 1914 deelde de Duitsche gezant mij
mondeling in opdracht van zijn rc-geering me
de, dat, indien Nederland zijn onzijdigheid
zou handhaven, Duitschland die onziidigneid
zou eerbiedigen. Ook aan den Nedeiiamlsche
gezant te Berlijn zijn zeer stellige wrkiarin-
gedaan. De mededeeiinj
zijde aan Engeland
ons woord aan N<
van Duitsche
„Wij hebben plechtig
fedei'land verpand", kan dus
ook niet slaan op een overeenkomst, maar
slechts op deze eenzijdige, plechtige en stelli
ge verklaring, die door den Duitshcen gezant
aan ons afgelegd. De Nederlandsche regee-
ring heeft in geen enkel opzicht haar vrijheid
van handelen prijs gegeven.
EERSTE KAMER.
Bij de behandeling van de begrooting van
financiën voor 1916 besprak de heer Bergs-
ma (u. 1., Friesl.), ua hulde gebrachi te heb
ben aan den afgetreden minis te: Tmtb, ach
tereenvolgens de smokkelarij, de drankuccijns-
verhooging ien voordeelt van de drankbestrij
ding en de gemeentelijke financiën.
De heer van Landsweerde (r. k., Geld.)
behandelde de moeilijkheid, dat vertegen
woordigers voor anderen aangifte voor de
belasting moeten doen.' Zij kennen zelf de
warheid niet.. Hoe moeten zij dan die aangif
te naar waarheid doen? vroeg spreker.
Het hoofdstuk Financiën werd zonder stem
ming angenomen, evenals onvoorziene uitga
ven en de verbodsbepalingen betreffende de
bereiding van alcoholische vloeistoffen.
Aan de orde kwam het hoofdstuk Buitenl.
ziel k un
De heer Van Kol, (S. D. A. P., Friesland)
betreurde dat in het Oranjebóek meer de
rechtskundige dan de politie zaken zijn be
handeld. De Mnister heeft getoond dat hij
op stipte wijze de neutraliteit wist te betrach
ten daarvoor komt hem een woord van hulde
toe.
Spr. sprak vervolgens, op grond van een
door hem aan de tentoonstelling te San Fran
cisco gebracht bezoek ten stelligste tegen dat
Nederland daar het slechtste vertegenwoor
digd was. Het afgezaagde tableau van Mar
ken had echter wel door iets beters kunnen
zijn vervangen. Ook miste men er een goede
inlichtingsdienst. Het gebouw heeft inder
daad een treurigen indruk gemaakt.
Van stijl was in dat wansmakelijk gedrocht
geen spoor te bekennen, gelijk spr. in een bro
chure heeft nedergeschrevenen dit misbak
sel stond vlak naast het artistieke gebouw
van Argenfienië en tegenover het smaakvolle
gebouw van Califorraië.
Ook de inzendingen van Suriname lieten te
wenschen; maar zeer goed was de inzending
van Oost-Indië, zaakkundig voorbereid door
den diresteur van landbouw, den heer Lovink
De Minister van Buitenlandsche Zaken
zette uiteen, dat het Oranjebóek niet meer kon
geven dan het bevatte. Het kan onmogelijk
Bevatten een relaas van het gevoerde beleid.
Tot spreker's spijt moest hij den heer Van Kol
gelijk geven in diens critiek op architectuur
van het Nedrlandsche gebouw op de tentoon;
stelling te San Francisco, welk gebouw geen
indiruk gaf van hetgeen de Nederlandsche ar
chitectuur in dezen tijd kan presteeren.
Spr. herhaalde zijn belofte, dal hij zich bij
de keuze van ambtenaren in de diplomatie
niet zou bepalen tof enkele kringen der maat
schappij.
BELASTINGWETTEN.
Omstreeks het Kerstrecès van de Tweede
Kamer werd door den voorzitter medege
deeld, dat, in verband met het atdeelingson-
derzoek der belastingwetten, voor die wets
ontwerpen verschillende commissie zouden
worden benoemd in plaats van de commisr
sies van rapporteurs..
Men scheen toen te verwachten, dat die
commissies door den voorzitter zouden wor
den saamgesteld.
Dit zal echter niet het geval zijn. De com
missies zullen worden gekozen dóór de af-
deelingen der Kamer die, zooals men weet,
morgen den sectie-arbeid zuilen aanvangen
met het onderzoek van eenige kleinere ontwer
pen en het lcenings ontwerp, en daarna aan
de belastingontwerpen zulten beginnen, na de
bovenbedoelde commissies te hebben samen
gesteld
KON. NAT. STEUNCOMITé.
De 79ste lijst van ingekomen bijdragen
voor het Kon. Nat. Steuncomité 1914 van 18-
19 dezer wijst een totaal van ƒ1750,30, ma
kende met liet totaal der vorige lijsten een tO;
taai-generaal van 3.596,747,97K.
DUITSCHE PROPAGANDA.
De „Telegraaf" publiceert een aantal stuk
ken, door den correspondent vsn de Matin"
hier te lande aan zijn blad gezonden en aan
de „Tel", afgestaan.
Het zijn tac-similcs van brieven, door dr,
Krause, 'pers-gedelegeerde bij het Duitsche
militaire bestuur te Hasselt, gezonden aan de
„Limb. Koerier" en de Utrechtsche Courant".
Doel dezer publicatie is aan te toonen, dat
sommige bladen in directe en voortdurende
betrekking staan met de Duitsche overheid in
België, gaarne haar berichten opnemen en
blijkbaar gaarne zien, dat sommige van hun
artikelen in Duitsche bladen worden overge
nomen.
In bedoelde brieven deelt dr. Krause aan
de twee genoemden Nederlandsche bladen o.
a. mede, dat door zijn bemiddeling artikelen
van die bladen door een deel der Duitsche
pers zijn overgenomen.
De „Tel.' beschuldigt den Duitschen ge
zant in den Haag den heer von Külmannin
een ander de hand te hebben.
VROUWENKIESRECHT.
De Vereeniging tot verbetering van den
maatschappelijken en den rechtstoestand der
vróuw, in Nederland heeft zich naar aanlei
ding van het voorstel tot toekenning van het
passief kiesrecht aan de vrouw, met een adres
gericht tot dte Tweed'e Kamer.
Adressanten zien groot bezwaar in de om
standigheid, dat het vraagstuk van het kies
recht, wat den man betreft, inde addioneele
artikelen volledig tot oplossing zal komen,
terwij-1 de vraag, wanneer en m hoever door
vrouwen, het actief kleurecht zal kunnen wor
den uitgevoerd, onopgelost blijft. Daarom ge
ven zij an de Tweede Kamer in oveiweging,
indien zij uiet tot gelijkstelling zonder meer
van man en vrouw ien aanzien van het kies
recht zonder overgangsbepalingen kan beslui
ten, de additioneele artikelen aan te vullen
met een bepaling, welke aanvankelijk een hoo-
gere leeftijdsgrens (stel van 5 a 10 jaren)
voor kiesgerechtigdheid van vrouwen vast
stelt, doch deze grens automatisch met gere
gelde tusschenpoozen (stel van één jaar) tot
den voor mannen geëischte leeftijd terug
brengt. (N.R. Cru
HET VAKONDERWIJS.
De Bond van Vereenigingen tot het geven
van Vakonderwijs zegt in een adres aan de
Tweede Kamer, waarin de regeering hulde
wordt gebracht voor de wijze, waarop zij
door het wetsontwerp inzake het vakonderwijs
de vrije ontwikkeling van dat onderwijs mo
gelijk wensctit te maken, dat door de-voorge-
stelde financieele regeling tal van scholen fi
nancieel achteruit zullen gaan, terwijl vooral
op het platte land de oprichting van nieuwe
scholen bemoeilijkt zal worden. Komt nu
daarbij nog een salarisregeling, waaraan de
scholen zullen hebben te voldoen, dan zullen
veel scholen in groote moeilijkheden kooien.
Het adres bepleit in de wet voorschriften
omtrent bijdragen van de provinciën en de ge
meenten in de kosten der vakscholen op te ne
men, voorts dait de gemeenten, die om de ge
meente, waar een vakschool gevestigd is, heen
gelegen zijn, verplicht zijn naar gelang van
het aantal leerlingen in de kosten bij te dra
gen.
Van het hoogste belang voor de ontwikke
ling van het vakonderwijs is het, dat de 100
ot. in de bijdragen van de kosten gewaar-
■rgd zijn. Dit zou kunnen, indien het rijk 50
pet. der netto-kosten bijdroeg, de gemeente of
gemeenten 35 pet, en de provincie of provin
ciën 15 pet. met bepaling, dat ook de beide
laatste subsidiën bij voorschot werden uitge-
keeerd, maar met de verplichting, dat na af
loop van het dienstjaar het overschot pro-
eentsgewijze met provincies en gemeenten
werden verrekend. Tevens zou nog de bepa
ling kunnen worden gemaakt, dat de minder
draagkrachtige gemeenten, ten einde in de
kosten van het vakonderwijs te helpen voor
zien, evenals hij die vóór lager onderwijs in
het genot zouden kunnen worden gesteld van
een buitengewone bijdrage van het rijk.
Ook ten aanzien van het leerlingwezen
dient volgens adr. dezelfde subsidieregeling
getroffen te worden.
Het wondt noodizakelijk geacht, dat er cen
tralisatie in de voorlichtende leiding worde
gebracht door aan het ministerie een afzon
derlijk instituut of afdeeling te stichten onder
deskundig bekwame leidingwaardooronnoo-
dige administratie wordt voorkomen en waar
van de algemeene leiding kan uitgaan, welke
AARS
COURANT.