ries van FEUILLETON. OPKOMST LICHTING UITOTSTELD. (Officieel). Door bet departement van Oor log wordt medegedeeld, dat in verband met bel voorkomen van gevallen van nekkramp in verschillende gemeenten van ons land, de op komst van de miliciens der lichting 1916 en landstormmannen, die in het tijdvak van 16 tot 20 April ek. was vastgesteld, tot een la ter te bepalen tijdvak wordt uitgesteld. MOEILIJKHEDEN BIJ DEN AANVOER VAN TARWE. (Officieel). De kwaliteit van den Ameri- kaanschen tarweoogst van 1915 maakt de tarwe over het algemeen slecht bewaarbaar. De Regeering heeft zich dan ook reeds gedu rende geruimen tijd genoodzaakt gezien om bij den aanvoer met dit feit rekening te hou den. In den aanvang van dit jaar is met de Holland-Amerika-lijn, den Kon. Holl. Lloyd en de Ned. Reeders-Vereeniging eene overeen komst gesloten, welke, als overigens geen moeilijkheden bij den aanvoer ontstonden, een voldoenden aanvoer van tarwe zal waar borgen. Ten gevolge van het vooral in den laatsten tijd steeds bezwaarlijker scheepvaartverkeer is dé aanvoer van tarwe kleiner geworden dan met 't oog op 't maken van een voorraad wenschelijk geoordeeld mag worden. Getracht is en wordt om met behulp van de schepenuitvoerwet verbetering in den toe stand te brengen. Er doen zich thans nieuwe moeilijkheden voor. Zes schepen van de Holland-Amerika- Lijn, bestemd om in April circa 45,000 ton regeeringstarwe van Amerika te verschepen, worden nier reeds geruimen tijd opgehouden ten gevolge van een geschil tusschen directie en personeel, en zullen dus ook bij spoedige oplossing van dit geschil, veel later dan ver wacht was, de tarwe kunnen aanvoeren, twee andere schepen, bestemd om na aankomst te Rotterdam tarwe te gaan halen, zijn met schade op zee aangetroffen, terwijl een derde schip wegens schade moet worden gedokt. Hoeveel schepen nog in een gelijke omstan digheid zullen komen, is uit den aard der zaak niet aan te geven. De „Lodewijk van Nassau" van den Kon. West. Indisch en Maildienst, geladen met chilisalpHer vo">r de Nederlandsche regeering, word reeds se dert 22 Maart in die Downs vastgehouden. Deze boot was voor haar volgende reis ook bestemd voor den aanvoer van graan. Ook de voortaan te volgen reisroute om het Noorden van Schotland zal; zooais van zelf spreekt, den duur van de reis aanmerkelijk verlengen. Uit één en ander mag veilig worden afge leid, dat de aanvoer van granen in de e. k. tijden groote bezwaren zal ondervinden, re den waarom de Minister van Landbouw, Nij verheid en Handel besloten heeft maatregelen te nemen om de zuinigheid bij 't tarwever- bruik te bevorderen. Van 14 dezer af zullen de meelfabrikanten voorloopig geen tarweoloem meer mogen ma len. Zoodra de in den lande bij de fabrikan ten en bakkers aanwezige voorraad bloem is verbruikt, doch in ieder geval uiterlijk van Maandag 24 April af, zal slechts brum tar webrood (brood van ongebuild tarwemeel) gebakken mogen worden. Het Rijksgraanbu- reau zal echter op verzoek van de burgemees ters bloem beschikbaar stellen ten behoeve van die personen, voor wie op medische gron den het gebruik van bruin tarwebrood on raadzaam geoordeeld wordt. De betrokken personen zullen een verzoek daartoe moeten doen bij den burgemeester hunner gemeente, onder overlegging van een geneeskundig at test. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handël meent te mogen verwachten dat zoo dra algemeen bruin tarwebrood zal moeten worden gebruikt, dit voor hen, die te voren gewoon waren wittebrood te gebruiken, geen reden zal zijn om zich bedienen van het bmin tarwebrood, dat op brood- ten wordt verkrijgbaar gesteld. STOOMSCHIP „COLOMBIA". Volgens nader bij de directie van den Kon. West-Indischen Maildienst ingekomen be richt betreffende het stoomschip „Colombia" bevond het stoomschip zich gistermiddag op 51 gr. 35 mid. N.B. 1 gr. 30 min. O.L. De kapitein stiat verder: „Worden goed geës corteerd; diepgang vóór 31 v. 6 a., achter 17 v. 6 d. Schip zakt niet dieper; 3o. slagzij de stuurboord; loopen met 48 slagen. Durven niet harder. Groot-ruim droog; voorruim vol, voortusschendek 5 v. water, voorpiek vol. Hebben goede hóóp op behoud. Zee be duidend kalmer". een „stril" vertelling van Johan C. W. Juuhl. Uit het Noorsch vertaald door M. A. Z. 5) ,,'t Is 'elder in de lucht, geen wolkje te zien," zei Andries, naar het hemelgewelf op ziend, dat effen blaüw zich uitstrekje tot aan den horizon, waar 't door de zonnewarmte wazig was. „Ik geloof bepaald' dat we dit wêer lang zullen 'ouden," teemde de groote mond van Lars. „Dat is 't, dat is wel," zong Ananes. Lars hield zijn hand boven z'n oogen. Grij ze rook steeg op achter het verre rotseiland, waarop het witte kunstlicht zich bevond. Een paar masten teekenden zich als dunne strepen af tegen het blauw. En een zwarte scheeps romp met sterk dampenden schoorsteen gleed langzaam naar land „Daar komt een log gevaarte, zeg," riep Lars. „Een kolenboot geloof ik," zei Andries. „Ou Varo verdienen ze daar een mooien dhtt aan," hernam Lars. Hij keek naar het witte zeil met de roode streep van de loodsboot, die tusschen de sche ren door naar buiten voer. „Dat komt hun var pas," kraaide Mors, „ik 'oordie dat ze laast klaagden dat er wei nig schepen kwamen." „Ze klagen daar altijd," schreeuwde Lars lang uithalend. De mannen begonnen wat meer aan te bee- DE RELLETJES DER MILITAIREN TE LEIDEN. De majoor Muller Massis, van het depar tement van Oorlog, heeft gisteren in op dracht van den Minister van Oorlog een on derzoek ingesteld naar de Dinsdagmorgen te Leiden plaats gehad hebbende relletjes onder de militairen. BINNENLAND. TWEEDE KAMER. De aigemeene beschouwingen over de ouderdomswet werden voortgezet. De heer D u y s (S. D. A. P., Zaandam) vervolgde zijn gisteren afgebroken rede, be streed eeuige sprekers van de rechterzijde en critiseerde de bestrijding, die het staatspen sioen iu sommige vrijzinnige bladen vindt. In het bijzonder verdedigde spreker het ont werp tegen de dwangverzekering. Ook ver klaarde hij zich tegen het amendement-Loh- man. Daarna behandelde spreker de verkiezing te Apeldoorn en vervolgens trad hij in een uitvoerige vergelijking van de premies in het ontwerp van de invaliditeitswet-Talma en die in het ontwerp-Treub. De heer Duymaer van Twist het wetsontwerp bestrijdend, richt zich daarbij tegen den heer Roodhuijzen, die in 1912 de rechterzijde aanviel, omdat zij de verdedi ging zooveel mogelijk aan minister Talma overliet, maar nu in De Vaderlander zelf ad viseert dat de linkerzijdé de verdediging zoo veel mogelijk zal overlaten aan minister Lely. Vervolgens het wetsontwerp nader bespre kend, betoogt hij dat het staatspensioen niets anders is dan armenzorg. Ook spr. gaat uitvoerig na, hoe de vrijzin nigen vroeger niets van staatspensioen heb ben willen weten en geeft daarbij al van ci taten ter illustratie van de houding uer ver schillende vrijzinnige partijen. Hij beioog voorts dat de kiezers in 1915 zich niet hebben uitgesproken voor staatspen sioen. Het ging toen hoofdzakelijk om hef ta rief en nu onlangs in Apeldoorn het tarief niet in den strijd gebracht kon worden, won de rechterzijde. In Apeldoorn ging de strijd wel degelijk om het staatspensioen; van libe rale en soc.-dem. zijde is er krachtig voor ge streden, maar de kiezers hebben van die leuze niets willen weten. De stelling, dat dé volkswil armenbedecling zou willen is ook niet vol te houden en daar mede vervalt de voornaamste rechtsgrond voor dit ontwerp. De voorgedragen regeling klopt ook niet met hetgeen den kiezers van links toegezegd is,- m. n. door de socialisten. In dit verband' gaat spr. ook het optreden der soncentratie na, zich beroepend op het propa gandaboekje van 1913. Het ontwerp-Treub beantwoordde niet aan de gedane beloften, welke een hoogere premie dan 2 in het voor uitzicht stelden. Nu zal de regeering zeggen, dat zij met de conoentratie niets te maken heeft, maar de vrijzinnigen laten nu de poging om de bedra gen te verhoogen aan de soc.-democraten over. Spn acht het voorstel der regeering onaan nemelijk, omdat de arbeidersbelangen niet ge diend worden met verstrekken van een aal moes op 70-jarigen leeftijd, maar wel een ren te als de wet Talma geeft. Met volle gerustheid wacht spr. de verkie zingen af, als die wederom onder de leuze van het staatspensioen gevoerd zullen worden want spr. is er van overtuigd, dat het volk de wet-Talma zal weten te waardeeren. Bij aanneming van het ontwerp zal de in validiteitswet verdonkeremaand worden ach- er het staatspensioen. Bovendien wordt de ouderdomszorg verlaagd tot armenzorg. Daarvoor ruilt spr. de wet-Talma niet in. De heer Teenstra meent dat de armen zorg nimmer in staat was de noodén van de oude arme te bevredigen De behoeften ble xen veel grooter en het was onvermijdelijk vooral voor de vrouwen dat de Staat in greep. Spr. brengt daarom hulde aan de re geering voor de in diening van dit ontwerp. Itij gevoelt nu geen behoefte om zijn stand punt nader uiteen te zetten omdat hij dit in 1912 reeds deed. Spr. meent dat de rechterzijde met meer gaf dan citaten uii. vroege: tiid- Waarom wil zij toch zoog aarae bewijzen dat de lin kerzijde can mtening is veranderd>pr 2f heeft op dit puntje geen oude plunje. Maar hoe kan het nu een blaam zijn voor andere leden wanneer zij vroeger anders dachten? Spr. juicht het eer toe dat zij hebben erkend vroeger verkeerde gedachten gehad te hebben. De rectherzijde zegt bij voorbaat reeds dat zij dit ontwerp niet wil. Wat ze wel zegt ze niet. Zelfs zegt ze niet wat ze met de wet nen. De vrouwen waren hun op d enweg een heel eind vooruit gekomen. Bij het oude cholera-kerkhof, dat verlaten aan den weg lag met vermolmde, omgevallen houten kruisen, half bedolven onder onkruid en hard gras, ontmoeten ze den knecht van de pastorie. Hij kwam aanrijden in het karretje van den predikant. Andries vroeg of hij Prahl moest afhalen. De knecht antwoordde bevestigend. Of ze al wat van hem gemerkt hadden? „Neen, dat rebben we niet," zei, Andries trouwhartig. En toen dach de knecht, dat het geen haast had. Dus liet hij het paard op zijn ge mak den weg af loopen, terwijl hij zelf een pijp stopte en zich een paar trekjes gunde. Maar Andries lachte witjes; nu was hij veilig. Op den weg naar de kerk was het nu druk geworden. Als een geelbruine streep slinger de het pad door het eenzame rotsdal. Jenever besstruiken, hei en zwarte veengronden aan beide zijden. En grijze berghellingen vol af gebrokkeld steen belemmerden het gezicht, maar toppen en punten teekenden zich scherp af tegen net blauwe hemelgewelf. De zon was nu al zoo hoog, dat ze recht in het dal scheen. En de voortsjokkende lang broeken kregen het benauwd onder de dik ke wollen kleeren brak het zweet hun uit Ze liepen met de handen op den rug, hun boven lichaam was gekromd tengevolge van zwoegen onder zware lasten of door t lang- dlurig zitten aan de roeispanen. Ze praatten nu en dan een woordje met el kaar, spuwden in lange bochten hun tabak- vocht in 't zand van den weg, knikten be dachtzaam en lieten een zingen a „ja ja ja" hooren. Hier en daar strompelde een heel oud man tusschen hen in, gebogen op een stok met ijzeren punt. Talma wil. Op »pr. maakt het den indPuk dat de rechterzijde niets wil, ook niet de wet Talma. Wat nu de plannen van deiv minister be treft. zegt spr dat hij hoopt (ter de regeering precies zal zeggen wat ze wil. Spr. is tot ie der compromis bereid als de rechterzijde be reid is toekomend te zijn. Vervolgens Weerlegt spr. verschillende be zwaren the tegen het staatspensioen zijn aan gevoerd. HOFBERICHT. Z. K. H. Prins Hijdrik, vergezeld van zijn adjudant, jhr. Backer en jhr. mr. Wittert van Hoogland, vertrok gistermorgen te 10 uur per auto van het Loo naar het Zuiden des lands ter bijwoning van de Roode Kruisoefe- ningen. Vrijdagavond wordt Z. K. H. op het Loo terug verwacht. PROV. STATEN VAN NOORD-HOLLAND. Rijkslandbouwproefvelden. Gedeputeerde Statep stellen voor, om over 1915, 1916 en 1917 250 subsidie toe te kennen. Er is over 1916 slechts 125 uitbe taald, in verband met de grootte van het Rijkssubsidie. Ged. Saten achten thans ech ter verhooging gewenscht, omdat het instituut der proefvelden van veel nut kan zijn voor het onderzoek welke gewassen zullen kunnen worden geteeld op den bodem van de droog te maken gebieden in de overstroomde dee- len der provincie en welke waarde de bodem dan voor den landbouw hebben zal en of deze reeds spoedig weer voor de vroegere cultures geschikt zullen zijn. Electrificatie van de Prov. Noord-Holland. Gedurende het tijdsverloop van 1 April 1916 werden door de K. E. M. aangesloten de navolgende gemeenten corporaties: Oter- leek, Ursem, Egmond-binnen en de Maat schappij Zaanland, omvattende de gemeenten Koog a. d. Zaan. Zaandijk, Wonnerveer, Krommenie en Worraer, alsmede de navol gende groot-industrieelen: Zeilmaker Co. te Edam, Koek en Banketfabriek „de Vlijt" te Koog aan de Zaan, firma Keijzer Sttolp te Wormerveer, Bloemendaal en Laan te Wormerveer, A. Schut te Krommenie, Ver. Blikfabrieken te Krommenie. Verder werden stroomleverings-cohtracten afgesloten met de gemeenten: liaariemmer- üede en Spaamwoude, üuder-Amstel, Nieu- wer-Amstei, Wervershoof, Hensbroek, Sijbe- karspel. Door de K. E. 'M. werden voorts plannen uitgewerkt voor de gemeenten Zijpe, Zuid en Noord-Schermer, Helder, Oude-Niedorp (voor Zijdewind en 't Veld), Harenkarspel (voor Waarland), St. Maarten, Petten, Cal- lantsoog, Schoorl, alsmede voor diverse uit breidingen. Het advies van de heeren adviseurs van de gemeente Haarlemmermeer is ingekomen, doch 'de gemeente Haarlemmermeer bleef tot dusverre eene afwachtende houding aanne men, hetgeen vooral te betreuren is met het oog op de st'eeds meer op den voorgrond tre dende stijging van materiaal-prijzen. De plannen voor de eventueele dorsch-net- ten van den Anna Paulowna- en den Haar lemmermeerpolder kwamen gereed, alsmede ook de plannen voor de electrische polderbe maling van de Zijpe en de Schermer. De verhoudingen in de gemeenten Wierin- gen, Graft, De Rijp en Jisp worden alsnu in studie genomen. Er zijn op 't oogenblik vele aanvragen voor kleinere en deels ook groo- tere electrische noldermalingen, zooals o. a. het gemaal van „de Heer-Hugowaard en van de Zeevang". De Laagspanningsnetten kwamen behalve in de gemeenten, waarvan de stroomlevering werd aangevangen, gereed te Grootebroek Zwaag, Kwadijk, Middelie, Avenhorn, Beets, Oosthuizen. Beemster, Warder en Oudendijk. Terwij! zich op 't oogenblik in aanbouw bevinden de netten te Hensbroek, Oudendijk, Wervershoof en uitbreidingen te Heiloo. Wat 't net bezuiden het kanaal betreft, zijn L. S. netten in aanbouw van de gemeenten: Ouder-Amstel. Haarlemmerliede en Spaam woude en Nieuwer-Amstel. VERKIEZING VAN TWEE LEDEN VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND. Men meldt ons uit Haarlem d.d. 13 April: Heden had in eene buitengewone zitting van de Provinciale Staten van Noord-Hol land de verkiezing plaats van twee leden van Gedeputeerde Staten en wel ter voorziening in de vacature, ontstaan door de benoeming van den heer Mr. J. Kappeyne van de Cop- pello tot lid van de Eerste Kamer der Staten- Generaal en in die, ontstaan door het bedan- De vrouw, die in haar witte hoofddoeken op nonnen geleken, waren voortdurend met elkaar in gesprek. Haar gezichten hadden een Zondagschplooi, en haar blikken werden in een boetvaardigen deemoed naar den grond geslagen, 't Gezangboek droegen ze ingerold in een mooi doekje, en in de hand hielden al len een voorraadskistje, beschilderd met rozen en jaartallen, haar familienaam en den naam van de hoeve. En het met kralen versierde borstlapje schitterde in alle kleuren van den regenboog, terwijl de wijde, stevige zwart blauwe rokken met breede plooien over de heupen statig neerhingen, zooals dat voegde voor haar stand. 't Eene of andere kleine meisje, een Martha of een Kari, sloeg haar vingertjes met vasten greep in dezen of genen rok. De kinderen lie pen zoet en heel gewichtig naast de groote menschen voort, blij dat ze mee mochten naar de kerk. Glanzig waren de witte hoofden der vrou wen en de witte beenen van de mannen, en in de zilveren knocpen weerkaatste het zonlicht. Maar anders was het een lange sombere stoet van ernstige gebogen gestalten, die langzaam het sombere rotsdal doortrok. Bij de „Bruidssteen" stonden de kerkmen- schen een poos stil. Dat punt was goed half weg tusschen de bootschuur en het bedehuis. Andries droogde zich het zweet af met z'n vuilen, rooden zakdoek. „Hier is menig lekker slokje gedronken," zei hij terwijl hij glunderde naar liet afgeplat te stuk rots, waar bruid en bruidegom ge woon waren te rusten op hun tocht naar de kerk. „Ja, God geve, dat ik de 'elft bezat van wat 'ier geschonken is," galmde Lars met den ra- ren mond. En een bruine streep liep over zijn wollen buis. Ze waren nu bij dé scheeve hut van Ola, ken van den heer Jhr. G. S, Boreel. Gekozen werden de heeren Mr. M. Slin* genberg te Haarlem en Jhr. Mr. D. E. van hennep te Heemstede; ctoor beiden werd de verkiezing aangenomen. DE TARWEVOORRAAD. Naar de N. Rott Ct. verneemt, is de gerin ge tarwevoorraad in ons land aan verschil lende omstandigheden te wijten. Tengevolge vqn den slechten oogst van 1915 kon de tar we niet worden opgeslagen, voorts waren er moeilijkheden mei de Holland-Amerika-lijn. Daarbij kwam de aanhouding van verschil lende met tarwe geladen schepen, de langere vaart om de Noord, waardoor de aanvoer werd vertraagd. Door de Schepenuitvoerwet heeft de regeering de beschikking gekregen over meer scheepsruimte voor den aanvoer van graan. Maar de thans uitgebroken sta king bij de Holland-Amerika-lijn vormt een kzeer ongunstige factor voor den tarwe-aan- voer. Intusschen wordt al het mogelijke ge daan om te zorgen, dat voldoende tarwe en veevoeder in ons land wordt geïmporteerd. Gemengd nieuwe. GESTRAFTE BOEREN. Naar het Handelsblad verneemt zijn er een aantal landbouwers die weigeren de hjin op gelegde verpiichting tot het leveren van con- sumptiemelk na te komen. De Rijkscommissie van Toezicht op de Kaasvereeniging heeft au verboden van deze landbouwers kaas te koopen. EEN LEK IN DEN DAM. Sedert zes dagen blijft de waterstand op ongeveer 55 c.M. beneden A.P., ondanks voortdurend spuien, malen, pompen, ver dampen, enz.. Een der correspondenten van het N. v. d. D. meent de vermoedelijke oor zaak bij Uitdam te hebben ontdekt. Enkele meters binnen den dam van zinkstukken ver toont zich een draaikolk in het water, zoodat onder den dijk door bet zeewater nog voort durend toestroomt. NA DEN WATERSNOOD. Van de zij dé van het provinciaal bestuur van Noord-Holland wordt als vervolg op de medédeelingen van de vorige week omtrent den voortgang der werkzaamheden, welke in verband met de watersnood zijn ondernomen, het volgende medegedeeld: De hulpdam in de doorbraak van den An na Paulownapolder is over de geheele lengte tot 3 M: -f N. A. P. opgewerkt en aan de buitenzijde met rijsbeslag en steenbezetting verdedigd. De aanvulling van het nieuwe dijkprofiel tegen den hulpdam vordert gere geld. De herstel linswerken aan den Wa/ter- landschen Zeedijk en den Zeedijk van den pol der Katwoude nemen goeden voortgang. De in hoofdzaak uit rijshout samengestelde nooddammen in de*dOorbraken zijn uit dien aard der zaak niet waterdicht, de hoeveelheid water welke door die dammen kwelt is echter niet groot en wordt naarmate het werk vor dert geleidelijk geringer. Invloed van betee ken is heeft die kwel op de droogmaking niet. De afspuiing van den Oostpolder van den Anna Paulownapolder kon tpt Vrijdag 7 April worden voortgezet, daarna is de bema ling van dien polder aangevangen. De bema ling geschiedt door de eigen motorgemalen, een drijvenden persmolen benevens een twee tal centrifugaalpompen van gering vermogen Het hulpgemaal met Dieselmotor nadert zij ne voltooiing; bij het proefdraaien bleek het nood'ig het verband in de fundeering te ver sterken. Deze versterking is in uitvoering, zoodat verwacht kan worden dat het krachti- hulpgemaal binnen enkele dagen in wer ing zal komen.' De waterstand in dien Oostpolder is door de bemaling thans met ongeveer 0.20 M. verlaagd. De afmaling van dien Zuidpolder bij Edam en den polder Katwoude gaat geregeld voort Voor de drooglegging van het Volendammer- meertje zijn maatregelen genomen. DE L. T. B. In de gisteren te Haarlem gehouden 2e ai gemeene vergadering van den R. K. Diocesa- nen Land- en Tuinbouwbond in het bisdom Haarlem, constateerde de voorzitter, de heer Dekker van Obdam, naar wij in de N. Haarl. Crt. lazen, den grooten groei en bloei van den bond. Spr. deelde mede, dat de Bond nu telt 61 afdeelingen met 3000 leden. Spr. hoopte, dat dit jaar met de sociale cursussen zou worden begonnen. Het salaris van den hoofdambtenaar van dien Bond, den heer Engels, werd vastgesteld op 2000 per jaar. Bij de rondvraag zegt de voorzitter in ant woord- op eene door Alkmaar gedane vraag, dat de zaak van de Vereeniging van Kaaspro- „in de Bocht". Het dak van graszoden was haast niet meer te onderscheiden van het mos en het gesteente rondom. Men moest een scherp oog hebben om de hut te ontwaren. Ola zat op een rotsblok buiten de hut met een massa kinderen, van eiken leeftijd bijna, om hem heen. Hij zat in grijze hemdsmou wen en droeg op zijn hoofd een roode punt muts. Zijn spitsmuisachtig gezicht met rossen baar lachte nu tegen dezen dan tegen dien van de kerkgangers, terwijl hij trekjes deed aan zijn vuil klein stompje pijp. „Leege-buik"-01a of„Ëet zoo weinig" was de' lot- en lijdensgenoot van Andries „uit het Dal" en precies van dezelfde gezindheid. Hij gedijde het best in het slaapstroo en was o zoo dikwijls ,,'eelemaal ziek" en vervulde nauwgezet het woord van de schrift: „verme nigvuldigt u", waarom het dan ook wemelde van blonde engelen-krulkopjes in alle boeken van zijn hutje. Er was geen waar woord in zijn zondige hals, en hij was de gemeente tot ls lelde zijn oude, kreupele zuster voor twee. Zij jammerde en klaagde over haar broer die altijd ziek was en zoo weinig at. Maar het praatje ging, dat „Eet zoo weinig" met gemak twaalf schel lingsroggebroodjes, „slepertjes", zooals ze genoemd werden, kon verorberen bij het noen maal. Andries vertraagde zijn stap, toen hij zijn {;oeden vriend op het erf zag zitten, 't Was ang geleden, dat ze samen een praatje had den gehad. Naar boven kijkend!, knikte hij hem toe. Leegbuik-Ola knipoogde met zijn kleine boo ze kijkertjes tegen de zon en beschaduwde ze met zijn hand. Andries bleef staan. ..Ben jij dat, Ola-eian!" riep hij met een glimlach in den mondhoek bij zijn grooten veel last en ergernis. Als hij de buurt niet af liep met zijn bedelzak, dan bedeli ducenten ten opzichte vem reeds de aandacht van 't Hoofdbestuur heeft en dat plannen worden overwogen inzake de oprichting van zulk eene vereeniging. die nu nog niet kunnen worden gepubliceerd. De heer Van Neste, van Velsen-Driehuis, brengt de zaak van den prijs van het veevoe der ter sprake en die van de melkvoorziening. Hij wil dat men in dezen aan dén minister verzoeken zal eene medezeggngschap in de regeling van de consumptiemelk en van den prijs daarvan en dat dit niet alleen aan -de burgemeesters zal worden overgelaten. De heer Klaver, van Alkmaar, vindt hierin aanleiding om de zaak van de regeling van de melkvoorziening uiteen te zetten. Hij meent dat voor den nu volgenden zomer aan de zaak niets meer is te veranderen, maar dat men goed zal doen om met voor. den komende winter op zijn qui vivi te zijn. De heer Van Neste meent dat door de re geling van den minister de leveranciers van melk onrechtvaardig worden behandeld. Gaat het zoo voort en blijven de prijzen van 't veevoeder zoo hoog, dan kan er van den winter wel eens in 't geheel geen melk meer zijn. pan konden d'e leveranciers er wel eens den brui aan geven, om hun vee verder voor het geven van melk op te fokken en te voede ren en denken; laat dé snuister zelf maar 't zaakje opknappen 1 De heer Klaver betoogt dat men hier in geen geval met eene vooropgezette onrecht- vaardigheid heeft te doen, doch dat natuur lijk het Hoofdbestuur aan de zaak de aan dacht blijft schenken. De voorzitter bevestigd de laatste verkla ring en zegt, dait waar noodig is, 't Hoofdbe stuur niet zal nalaten voor de belangen van den landbouw en den u inbouw op de bres te springen. De beer Nic. van Ommen, vaa hier, hield daarna een inleiding over ongevallen en ziek teverzekering. PAAbCHTENTOONSTELLING TE SCHAGEN. De gisteren gehouden Paaschtentoonstel- ling werd geopend door den heer Zijp, die de droevige omstandigheden memoreerde, welke ongetwijfeld van invloed zouden zijn op de tentoonstelling. De watersnood- zou vooral schade doen. Maar een gelukkig gevoel van saamhoo righeid en hulpvaardigheid onder de land bouwers, dat aan den dag gekomen is, zal er ook veel toe bijdragen om dien Polder weer op te heffen uit den ongelukkigen toestand, ter wijl de gevoelens van vriendschap die ten opzichte vande bewoners van den Polder zijn gebleken, onze hqoge dankbaarheid ver dient. Maar dezelfde moed en volharding, die de bewoners tijdens de ramp aan dén dag gelegd hebben, zal ook de Polder weer in denzelfden toestand terugbrengen als vóór den ramp, toen bijstand aan de spits van den landbouw in onze provincie De Burgemeester van Schagen hield daar na een korte rede. We laten hier den uitslag der bekroningen uit den omtrek volgen: Voor den besten, fijnsten en zwaarst ge- mesten os, met hoogstens zes breede tanden: Prijs 40 Gebrs. Geel, Wieringerwaard. Voor idem koe, met hoogstens zes breede tanden Prijs 5 C. Kooij, Harenkarspel. Voor idem koe, met hoogstens vier breede tanden: Prijs 5 H. Hemstra, Oude Niedorp. Voor idem vaars, met hoogstens twee bree de tanden: Prijs 25 P. Kooij, Wieringerwaard; pr. 15 K. Breebaart Jz., Winkel; pr. 10 P. Kooij, Wieringerwaard; pr. 5 W. Biesheu vel, Nieuwe Niedorp. Voor de beste vette koe, nog melk gevend, onverschillig van welken leeftijd: 5 T. Brouwer, Nieuwe Niedorp. Keurmeesters: C. Oostermann Oudesluis, C. Keijzer, -Haarlem, Jb. Stammes, Anna Pau lowna, P. Stammes, Schagen, A. Strijbis Jz., Zuid-Scharwoude, C. Brommer, Alkmaar, P. Orin, Amsterdam, N. Kaan, Wieringerwaard, C. Waiboer Az., Wieringerwaard. Voor de beste overhouders, het meest ge schikt voor de weiderij: Prijs 5 R. Zwaan. St. Maarten, pr. 2.50 C. v. Stuij, Winkelerweere. Voor idem overhouder, ooien, van gekruist Tessels ras, 't meest geschikt voor de fok kerij: Prijs 5 A. J. Peeck, Schoorl. Voor den bóten ram, inlandsch gekruist ras: Prijs 2.50 G. Stuij, Winkelerweere. tand. „Wie zie ik? Is dat niet vriend Andries?" De spitsmuissnoet glansde in één grijns. „Zit je je 'ier te koesteren?" „Ja 'oor!" Buik-Ola smakte aan zijn stompje. „Een 'eele tijd is 't, dat ik je niet gezien 'eb. „Een 'eele tijd, ja/' „Nu 'oe gaat 't Ola-man?" Dat klonk zoetelijk lief. „O, ik slijt den tijd, en de tijd slijt mij." „Ja juist." ,,'oe 'eb jij 't?" „O, ik 'eb leven en gezondheid, en dus moet ik den. 'eer danken." „Dat is zoo, ja." „Ik 'oorde dat je ziek was een tijd geleden". „Ach ja, ik bea meestal ziek, maar toch moet ik 'ard' sjouwen." „Precies zoo gaat het/nij, vriend. Maar we moeten ons buigen voor God, dén 'eer." „O ja, de groote Vader daarboven 'eeft wel een bedoeling met alles wat gebeurt." „Zeg dat wel kind. Zeg dat wel," bekrach tigde Ola. Maar nu trok Guri Andries aan zijn broek. „We moeten ons 'aasten", Andries 't wordt laat, ik denk dat „Vader" dadelijk op stoel komt" fluisterde ze. „Ja, we moeten voortmaken," zei Andries met een knikje tegen Ola. Deze bleef zitten. Hij gaf zich nooit de moeite de paar stappen te doen van zijn huis naar de kerk. Hij lag overhoop met den predikant en met den kos ter en met den commissaris van politie, over 'oop met den 'eelen troep. Andries [ries keek den geelbruinen weg af, die door het dal kronkelde. De buren waren ver vooruit, hij zag ze bij de laatste kromming van den weg vóór de pastorie. Wordt vervolgd. te*, -

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1916 | | pagina 2