DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
No. 100
Honderd en aohttiende jaargang.
191«
Abonnementsprlis per 3 maanden f 1—, fr. p. post f 1.25.
YRIJDAG
ct p. regel, groote letters naar plaatsruimte. Brieven fr. N. V. Boek- en Handelsdrukkerij Y.h. HERffls. COSTER 4 ZOON, Voordam C 9. Telefnr. 3.
28 APRIL
NEDERLAND.
ALKMAAR, 28 April.
De lange legerbericaten melden van geen
der oorlogsterreinen iets belangrijks. Havas
verklaart, dat er alle reden is om aan te ne
men, dat de Duitsche operatie, waaraan bij
gebreke van een anderen naam, die van 6lag
bij Verdun zal worden gegeven, geëindigd is
„Het echec van 'svijands plan kan als vol
komen en definitief worden beschouwd. De
eenige zorg van onzen tegenstander is nog
om het gewicht er van te verbergen voor de
oogen van het Duitsche volk en voor de we
reld, door nog eenige hekatomben op te rich
ten."
Wij laten deze opvatting geheel voor reke
ning van het Fransche nieuwsbureau. Het is
mogelijk, dat de strijd tot staan is gekomen,
maar waarschijnlijk is dit niet en zoolang
niet met stelligheid het einde valt te consta-
teeren, zijn zulke Havas-beschouwingen min
stens Voorbarig.
Naar van Duitsche zijde verluidt, moet het
gelukt zijn inzake het Duitsch-Amerikaan-
sche geschil de formule te vinden, welke in
de belangen van beide landen tegemoet komt,
zonder aan de nationale waardigheid te kort
te doen.
Dit wil natuurlijk zeggen, dat het onder
zeeërswapen niet geheel buiten werking,
maar dat aan het roekeloos, onmenschelijk
optreden van de onderzeeërs-commandanten
paal en perk wordt gesteld.
Trouwens naar de ervaring van onze
scheepvaart te oordeelen, doen de mijnen in
de laatste dagen meer kwaad dan de onder
zeeërs!
In de lucht gevlogen is het Deensche schip
„Johan". Een officieel Duitsch bericht
meldt, dat 3 vliegmachines 31 bommen heb
ben geworpen op het Russische linieschip
„Sslawa" in de golf van Riga. Op het schip
werden branden veroorzaakt en de machines
keerden ongedeerd terug.
Zoo onschuldig als de Engelsche regee
ring de gebeurtenissen in Ierland heeft voor
gesteld, zijn ze blijkbaar toch niet. Men
kreeg uit de in het Lagerhuis afgelegde ver
klaringen den indruk, dat de Iersche opstand,
nu ja iets onaangenaams was, maar geen be-
teekenis had en alreeds een smadelijke mis
lukking mocht heeten. De Engelsche pers
was echter niet zoo zeker van den toestand.
Zoo werd de opmerking gemaakt, dat het be
langwekkend was te vernemen, dat de regee
ring „onze vrienden in het buitenland" had
ingelicht, maar dat men toch liever in Enge
land zelf nadere inlichtingen had gehad.
Ieder moet gevoelen schreef de Times
dat de regeering niet de geheele waarheid
zegt'. Het blad verweet de regeering, dat zij
het zoover had laten komen en verzekerde,
dat de Sinn Feiners met de voorbereiding
van den opstand heelemaal nietgeheimzinnig
waren geweest: zij wapenden zich, werden
gedrild, hielden parades en oefenden zich
zelfs in straatgevechten in de hoofdstad 1
Uit de sindsdien bekend geworden bijzon
derheden over het debat in het Lagerhuis
bleek, dat van gezaghebbende zijde de mee
ning was verkondigd, dat de toestand in Ier
land hoogst ernstig was, wanneer er niet
krachtig werd ingegrepen.
En gisteren heeft de minister-president in
het Lagerhuis verklaard, dat de toestand in
Ierland inderdaad ernstig was, dat de op
standelingen nog tegenweer boden en eenige
belangrijke gebouwen te Dublin bezet hiel
den, dat er nog op straat gevochten werd,
dat de beweging zich wel naar het Westen
zou uitbreiden, dat er voorloopige maatrege
len waren genomen, dat er voldoende troe
pen waren gezonden, dat de staat van beleg
onverwijld over geheel Ierland zou worden
afgekondigd en dat generaal Sir John Max
well 't gezag id handen zou krijgen. De Ier
sche afgevaardigde Redmond verzekerde, dat
het overgroote deel van het Iersche volk af
schuw gevoelt voor dezen opstand en Sir Ed
ward Carson verklaarde, dat hij met den
heer Redmond alles zou doen om den op
stand te onderdrukken. De regeering zal een
onderzoek doen naar de oorzaken en de
schuldigen de Times wijt alles aan minis
ter Birrell en het blad raadt hem onomwon
den aan af te treden en plaats te maken voor
een krachtiger man.
Er valt ook al is de opstand ernstiger,
dan aanvankelijk werd toegegeven niet
aan te twijfelen of de regeering baas zal blij
ven. En ook staat het troepen-aantal, dat
daarvoor noodig ia, in geen verhouding tot
de massa's op de fronten. 'Maar met dat al is
het een bedroevend feit, dat er midden in den
oorlog een burgerkrijg uitbreekt, waarin
bloed vloeit, omdat burgers van hetzelfde
rijk op elkaar schieten. Engelsche bladen
beweerden eergisteren, dat het in Ierland een
zorgvuldig voorbereid Duitsch offensief gold
en dat het de werving weer zou vergemakke
lijken zouden ze er nu nog zoo over den
ken?
Wat het ingediende dienstplicht-ontwerp
betreft, volgens hetwelk de jongelingen als
zij den leeftijd van 18 jaar hebben bereikt,
dienstplichtig zouden worden en de tijd voor
sommige vrijstellingen zou worden ingekort,
dit werd van alle kanten zoozeer gecritiseerd,
dat de heer Asquith het heeft ingetrokken en
de volgende week de beslissing der regeering
in verband met de intrekking zal mededeelen.
Hij verklaarde daarbij de kracht te erkennen
van het argument, dat de regeeringspolitiek
een geheel moet zijn. Volgens Reuter wordt
algemeen aangenomen, dat de intrekking van
het ontwerp hoofdzakelijk geschiedde omdat
het Lagerhuis het geheele regeeringspro-
gram, den 25en dezer ontvouwd, tegelijk
wenscht te behandelen, de positie der regee
ring in die richting aanmerkelijk heeft ver
sterkt.
Inmiddels is een eerste poging tot het ver
krijgen van de noodige mannetjes gedaan: in
alle deelen des lands zijn biljetten aange
plakt, waarin de ingeschreven gehuwde man
nen van 28 tot 35 jaar, tegen 29 Mei worden
opgeroepen.
En terwijl men zich in Engeland het hoofd
breekt met het recruteeringsvraagstuk, is het
noodig geweest Fransche journalisten langs
het Britsche front te zenden, teneinde de* on
geruste gemoederen in Frankrijk, die vragen
wat de Engelschen eigenlijk doen (zooals
Reuter formuleert) in te lichten.
In Frankrijk kwam een nieuwe afdeeling
Russische troepen aan, terwijl president
Poincaré de leden dér internationale handels
conferentie hartstochtelijk heeft toegesproken
en heeft verzekerd, dat het zwaard niet zal
worden opgestoken voordat het kwaad tot
onmacht is gedoemd en het onrecht is ver
pletterd.
KORTE BERICHTEN.
Maandag heeft zich boven Boedapest
een wolkbreuk ontlast, die een gedeelte der
stad onder water zette en veel schade aan
richtte.
De Amerikaansche regeering heeft ver
klaard dat koopvaardijschepen, tot aanvals
doeleinden bewapend, geen recht op gastvrij
heid in neutrale havens hebban
Naar de N. R. Ct. uit goede bron ver
neemt heeft de Duitsche regeering allen uit
voer van wollen, halfwollen, katoenen en ma
nufacturen en confectie naar het buitenland
verboden. Alleen de uitvoer van heelzijden
stoffen blijft geoorloofd
In verschillende deelen van Engeland
zijn proclamaties aangeplakt, waarbij de ge
huwde mannen, die zich voor den dienst aan
meldden, tussch de leeftijden van 28 en 35
jaren voor den dienst worden opgeroepen te
gen 29 Mei. Dit is de laatste poging van de
regeering.
Men verwacht in Noorwegen een alge
meens werkstaking van mijnwerkers en me
taalbewerkers, nu reeds staken 18000 arbei
ders.
De verzekeringspremies voor oorlogsri-
sico zijn in Engeland met 6 verhoogd voor
schepen komende van of gaande naar de
Westkust van Engeland.
In Engeland verschijnen geregeld lijs
ten van artikelen waar naar vraag is. Op de
laatste lijst komen o.a. voor armen en beenen
voor poppen, wielen voor speelgoed, lont-
vuurtuig, poppenkoppen enz. Al deze artike
len betrok Engeland vroeger uit Ehiitschland.
De Amerikaansche gezant te Berlijn, de
heer Gerard, is gisteravond op audiëntie bij
den Keizer in 't hoofdkwartier geweest.
DRIE SCHEPEN OP EEN MIJN.
De „Venus" is gisterochtend te Amsterdam
aangekomen. De gezagvoerder, kapitein K.
Fiuges, die dus getuige is geweest van niet
minder dan drie mijnontploifingen, vertelde
nog het volgende:
Gisteravond was de Venus" in de nabij
heid van de Galloper-boei. Voor hem uit
stomoed de „Bubhe"achter hem bevond zich
de „Maashaven", die gesleept werd door de
„Noordzee" en de „Oostzee". Ook was er nog
een Zweed in de nabijheid.
Om 10 uur werd de „Dubfae" door een mijn
offen. Een hevige waterzuil steeg bij den
boeg ophet voorschip zakte een eind naar
beneden. De sleepboot „Noordzee" gooide los
van de „Maashaven", om naar het getroffen
schip te stoomen.
Een half uur na de eerste mijnontploffing
liep nu ook de „Maashaven" op een mijn.
Daar de „Maashaven" op ongeveer 150 Me
ter van de „Venus" verweaderd was, werd op
de „Venus" een buitengewoon hevige trilling
waargenomen en harde knal gehoord.
De sleepboot „Noordzee" liep vervolgens
ook nog op een mijn en dit vaartuig zonk bin
nen drie minuten.
Op de „Venus werd een sloep gestreken en
ïrd geroeid naar de plaats, waar de
was.
wer
ger<x
Noordzee" gezonken was. De sleepboot
„Oostzee was echter reeds bezig met het red
den van de schipbreukelingen. Twee kwamen
om.
Ook de „Ehibhe" en „Maashaven" hadden
hun sloepen gestreken.
Toen echter bleek, dat de „Dubhe" en de
„Maashaven" bleven drijven keerde de equi
page weer in de sloepen naar haar schepen
terug.
De „Venus behoefde verder geen hulp te
verleenen, daar op de „Oostzee" de mannen
van de Noordzee" overgebracht werden.
Tot drie uur bleef de „Venus" echter in den
omtrek van dep laats, waar de rampen plaats
gevondën hadden.
Een viertal Engesche gouvemementsvaar-
tuigen waren bdji de „Maashaven" en „Dub
he", die naar Engeland gesleept werden.
Voor zoover de gezagvoerder van de „Ve
nus" vernemen' kon, zijn beide schepen drij
vende gebleven.
Met het Zweedsche schip „Bavaria" koerste
de „Venus" daar naar Nederland.
Men kan begrijpen, wel k een consternatie
deze drievoudige mijmen-ontploffing onder .de
bemanning van de „Venus" veroorzaakt.
Het gistermiddag van Londen den Nieu
wen Waterweg binnengekomen stoomschip
Guardian rapporteert, het stoomschip Dubhe
te zijn voorbijgekomen, koersende naar Har
wich, gesleept wordende door twee sleepboo-
ten- en begeleid door twee Engelsche oorlogs
schepen,
Reuter seint uit Londen, dat volgens
een Lloydsbericht de Dubhe is beschadigd,
maar nog drijvende is.
Reuter seint verder, dat volgens een
Lloydsbericht de Maashaven op ongeveer
2400 meter van Beach End aan den is gezet,
en dat de vooruitzichten op berging goed zijn.
BINNENLAND.
EERSTE KAMER.
Er werd voortgegaan met de beraadsla
ging over het wetsontwerp tot nadere voor
ziening betreffende het eeasvraagstuk.
De minister van justitie zette
zijn gisteren afgebroken rede voort Hij
meenae, dat misbruik met behoeft te worden
gevreesd, en bestreed de meening van den
neer v. Biesen, dat dit ontwerp het graf
voor den eed zou zijn, en voorts de bewering
dat hier iacultatieisteiiing van eeü en belofte
zou zijn ingevoerd.
Wat den decisoiren eed betreft, de munster
stelde op den voorgrond, dat er geen vol
doende grond bestaat om voor deze verkla
ringen hoogere waarborgen te vragen dan
voor den eed in strafzaken. Voor 't overige
is hij overtuigd, dat de decisorre eed uit ons
procesrecht zal verdwijnen.
Er kan, meende de mininter, van deze wet
een groote zedelijke kracht uitgaan, indien
ze een werkelijk nationale wet zal zijn.
Daarom wekte hij de leden op, er hun stem
aan te geven.
De heer C o 1 ij n (a.-r., Gelderland) was
van plan, voor het wetsontwerp te stemmen,
maar was aan het twijfelen geraakt door de
verklaring van den minister, dat een getuige
zal kunnen beoordeelen, of een zaak ai dan
niet gewichtig genoeg is om er den eed voor
af te leggen. Daardoor zal het afleggen yan
den eed afnemen. Er zijn toch vele meuschen,
die den eed mogen afleggen* als de overheid
dien vordert.
De heer D r u c k e r (v.-d., Noord-Hol
land), meende, dat bedoelde onderscheiding,
welke de minister zou willen toelaten, zou
leiden tot allerlei onaangenaamheden in de
rechtszaal.
De minister merkte op, dat er een be
zwaar moet zijn, ontleend aan de godsdien
stige gevoelens van den getuige, en meende,
dat zijn opvatting niet zoo ver staat van die
der heeren Colijn en Drucker.
De heer B a v i n c k (a.-r., Zuid-Holland)
achtte de interpretatie van den minister met
de wet in strijd. Hij zou voor het ontwerp
stemmen, maar met volkomen ecarteering van
wat de minister heeft verklaard.
Het wetsontwerp werd daarop in stem
ming gebracht en aangenomen met 33 tegen
10 stemmen.
De Kamer heeft verder zonder stemming
aangenomen het wetsontwerp betreffende
den zomertijd, nadat de heer D o j e s (lib.,
Groningen) daartegen bezwaren had geop
perd met het oog op den landbouw, en het
wetsontwerp houdende voorzieningen ten be
hoeve van de statistiek van in- en doorvoer,
nadat de minister van financiën verklaard
had, dat het niet praejudiceerde op de zaak
van het nieuwe gebouw voor de statistiek.
De Kamer is daarop tot nadere bijeenroe
ping uiteengegaan.
TWEEDE KAMER.
Er werd voortgegaan met de beraadslaging
over art. 1 van het wetsontwerp tot verleening
van ouderdomsrenten aan behoeftigen en over
de daarop voorgestelde amendementen.
De heer Tydeman (v. 1., Tiel) achtte de
door de regeering in art. 1 gebrachte wijzi
ging, betreffende het criterium van behoeftig
heid, geen verbetering. Wat de amendementen
aangaat, hij hoopte, diat de regeering de be
slissing van het amendement-Boa (het laten
vervallen van de uitsluiting van de bedeel
den) aan de Kamer zou overlaten. Ter wille
van de waarheid in de wetgeving zou spre
ker tegen het amendement-Lobman stemmen,
dat van staatsarmenzorgwet wil hebben ge
sproken. Er is groot verschil tusscben armen
zorg en regeling.
legen verlaging van de
amendemen t-Duijs) had spreker in de tegen'
woordige omstandigheden bezwaar. Als de
bedeelden worden opgenomen, zal dit kosten
3 tot 11 millioen gulden, en als de leeftijds
grens tot 65 jaar werd verlaagd, zou er nog
wel 12 millioen bijkomen.
De heer Limburg (v. d., Groningen).vroeg
namens de •commissie de commissie van rap
porteurs het woord wekelijiksehe in: wekelijk-
sche uitkeering, te schrappen.
De minister van waterstaat verdedigde de
in art. 1 aangebrachte wijziging en bestreed
voorts' de meening, dat hier van staatsarmen
zorg gesproken zou kunnen worden.
Spreker gaf toe, dat de uitdrukking: „voor
zien in het onderhoud'' vaag is, maar elke an
dere uitdrukking, welke hij zou kunnen kie-
zij* zou even vaag zijn. til vele deelen des
lands zal men de belastinggrens als maatstaf
vrijwel zonder bezwaar kunnen toepassen, en
voor 't overige kan men deze zaak met gerust
heid overlaten aan de colleges van Gedepu
teerde Staten, die de jurisprudentie in déze
zullen vestigen.
Over het amendement-Bos, louter een fi-
nancieele kwestie, zou de minister van finan
ciën spreken.
Wat de verlaging van de leeftijdsgrens be
treft, de heer Duys hennnere zich, wat aan
de totstandkoming van dit ministerie is
voorafgegaan. Werd het amendement-Duys
aangenomen, dan zou spreker schorsing van
de verdere behandeling vragen, om intrek
king van het wetsontwerp te overwegen.
De minister ontraadde aanneming van het
amendement-Kooien, om den naam ouder
domsrente te vervangen door ouderdomsuit-
keering en om niet te spréken van recht op
uitkeering, doch eenvoudig van toekenning
van uitkeering. Spreker liet aan de Kamer de
beslissing over om het amendement-Van Id-
singa om recht van beroep in zake rente-toe
kenning buiten kijf te stellen. Hij ontraadde
ten slotte zeer de aanneming van het amende
ment-Lohman, om den eisch van behoeftig
heid te doen voorafgaan aan den leeftijd, ten
einde het karakter van armenzorg beter te
doen uitkomen.
De minister van financiën ont
raadde met het oog op den toestand der fi
nanciën de aanneming van het amendement-
Bos c. s. tot opneming ook van bedeelden.
Hij verklaarde het echter niet onaannemelijk.
De Kamer zal evenwel voor d$. middelen
hebben te zorgen, daar de kosten ervan zul
len stijgen van 3% tot 11 millioen per jaar.
De heer Duymaer van Twist (a.-r.,
Steenwijk) meende, dat het op het volk een
vreemden indruk moet maken, dat van vrij
zinnige zijde geen woord ter verdediging
van de leeftijdsverlaging wordt vernomen,
daar wij voorheen daarvoor steeds ijverden.
De heer De Meester (u. 1., was het met den
heer Kooien eens en verdedigde het amende
ment Bos. Het standpunt van den Minister
van Financiën kon spreker zich zeer goed
verklaren. De crisis-uitgaven buiten beschou
wing latende vindt spr. den toestand van on
ze financiën niet verontrustend. Nederland,
dat buiten den oorlog bleef, heeft op verschil
lende andere landen zelfs een voorsprong.
Vervolgens repliceerde de heer Duys (s. d1.
Zaandam) en verklaarde onder groot rumoer
in de gegeven omstandigheden zijn amende
ment in te trekken, handhaafde iuj toch toch
zijn amendement dan werd het met de hulp
van rechts aangenomen, doch dan verdwijnt
de heele wet. Het volk zal men evenwel mobiel
maken om de wet uit te breiden.
Daarna repliceerden de heeren Van Idsin-
ga, (c. h., Bodegraven) en Lokman (c. h.,
Goes.)
Sprekers verklaarden o. a. te zullen stem
men tegen het opnemen van de bedeelden in
het ontwerp.
Ten slotte repliceerden nog de heeren De
Visser (cii., Katwijk en Rutgers (a. r., Hil
versum.
De laatste zette van morgen zijn rede voort
STATEN VAN NOORD-HOLLAND.
Gisterochtend zijn de Staten bijeengeko
men ter behandeling van de nota van Gede
puteerde Staten inzake de voorloopige plan
nen van droogmaking van het overstroomde
gebied.
s De voorzitter deelde mede, dat, waar de
commissie uit de Staten voor deze nota zich
had voorbehouden nader de wijze te bespre
ken, waarop de waterschapsbesturen ditmaal
hun taak hadden vervuld en het toezicht
daarop door Gedeputeerde Staten gehouden,
een lid den wensch had uitgesproken, bij het
verstrekken van de inlichtingen daaromtrent
in het bijzonder antwoord te ontvangen op
verschillende vragn inezake het toezicht op
waterkeerende werken van Ged. -Staten en de
uitvoering door de verantwoordelijke bestu
ren.
De commissie deelde mede, dat Gedepu
teerde Staten van plan zijn deze vragen, met
nog andere, in een derde nota aan de Staten
te beantwoorden.
Daarop werd er aan de orde gesteld het
punt, waarvoor de Staten bijeen waren geko
men.
De heer Duys verzocht eenige inlichtingen
omtrent het blijven bestaan van een noodkee-
rmg aan oe zaan, voorai van Oie aan ae oos-
tenjxe zijde, en stelt bovendien de vraag of
Gedeputeerde Staten genegen waren de aan-
wonenaen aan die wateiKeering voor een
aeei schadeloos te stellen in de nosien. Vei-
oet vroeg nij, of in de derde nota van Gede
puteerde Staten antwoord zou kunnen wor
den gegeven op de vraag, of het nu geen tijd
werd net plan-Visser ter hand te nemen.
De heer Thojnassen klaagde over de wijze
van werken, die gemaakt waren door de ver-
eenigde waterschapsbesturen, en vroeg Gede
puteerde Staten of, daar het opbouwen van
de huizen ter hand genomen zou worden,
geen korting van het eerste jaar huur kon
worden toegestaan en of Gedeputeerde Sta
ten de meeste arme menschen tegemoet zou
den kunnen komen in de kosten.
De heer Verkouteren stelde ten slotte de
vraag of het geen tijd werd, dat Gedeputeer
de Staten het onderzoek der zeewerende dij
ken en waterkeerende dijken in eigen beheer
namen.
Ten slotte werd het voorstel van Gedepu
teerde Staten zonder hoofdelijke stemming
goedgekeurd en de vergadering gesloten.
Gemengd nieuws.
EEN ENGELSCHE TWEEDEKKER.
Gister voormiddag is door den Scheve-
ningsche logger Sch. 187 van de reederij
Zuurmond te Scheveningen in de haven een
vliegtuig aangebracht, dat de Fransche kleu
ren droeg, maar waarin een Engelsch offi
cier zat. Het vliegtuig een tweedekker
werd in volle zee, 40 mijlen uit de kust, dus
buiten de territoriale wateren, opgepikt.
De Engelsche officier had, vóórdat hij met
zijn vliegtuig door de Sch. 187 werd opgeno
men, ongeveer 30 uren op zee rondgezwalkt
Hij had wegens benzinegebrek moeten dalen.
Als gered schipbreukeling aangebracht
door een neutraal visschersvaartuig, is de of
ficier-vlieger vrijgelaten, terwijl het vliegtuig
wordt opgelegd tot na het einde van dien
oorlog.
BISSCHOPSJUBILEUM.
Vandaag herdenkt Haarlems Bisdom den
dag, waarop' vóór twaalf en een half jaar
zijn tegenwoordige Bisschop, Monseigneur
Augustinus Josephus Callier, in de Kathe
draal der Bisschopstad de heilige wijding
ontving.
LUGUBERE VONDST.
Hr. Ms. torpedoboot G 5 heeft op den 20-
sten dezer in de Roompot drijvende gevon
den het lijk van een vrouw, voorzien van een
reddingboei, dat in verregaanden staat van
ontbinding verkeerde. Op de kleedingstukken
bestaande uit witte wollen kousen, grijs
baaien onderbroek, witte onderrok, blauwe
cheviot bovenrok met dito blouse, wit schort
met kruisband en ceintuur met zilveren gesp,
bevonden zich geen initialen of kenteekenen.
Het iijk is tot zinken gebracht. Een gouden
ring met drie blauwe steentjes en twee bril-
lanten en een zilveren gesp zijn te Hellevoet-
sluis aan den burgemeester-strandvonder ter
hand gesteld.
DE PRINS HENDRIK-STICHTING.
Omtrent de gehouden vergadering te Am
sterdam kunnen we nog melden, dat aan gif
ten het af gel oo pen jaar is ontvangen een be
drag van 4845.05. Een groot deel daarvan
is ingezameld aan boord der mailbooten.
De gezondheidstoestand der verpleegden
was niet slecht; er kwamen 22 sterfgevallen
voor. Het aantal verpleegden is gedaald tot
165.
De aftredende regenten, de heeren Joh. G.
Wertheim, mr. G. Uttewaal en W. Ruys wer
den bij acclamatie herbenoemd.
Van 1 Mei af, zal dë heer J. Teensma als
directeur der stichting optreden.
Aan het slot van de vergadering richtte dé
voorzitter, de heer W. G. Wendelaar, een
hoogst waardeer end afscheidswoord tot den
aftredenden directeur, de heer G. E. A. van
Hall, waarna deze tot eere-regent benoemd
werd.
EEN EIGENAARDIGE VERORDENING.
Uit Gent wordt aan de Telegraaf geschre
ven:
Op een eigenaardige verordening moet ik
hier nog wijzen. Als ge in uw hok jonge ko
nijnen verwacht, moet ge de blijde gebeurte
nis aangeven. De Duitschers komen de jon
gen opschrijven. Sterven er, dan moet ge hun
overlijden melden. Zijn de overlevenden
groot, dan koopt de bezetter ze op. Zoover is
't gekomen, daar, waar eens de soldaten van
't groote leger in kwistigen overmoed fles-
schen wijn en stukken bloederig vleesch aan
't gepeupel toereikten.
EEN BETREURENSWAARDIGE
VERGISSING.
Dinsdagmorgen kwam iemand van het
stadhuis te Groningen aan de woning van de
vrouw van den milicien H. Zuidema aan den
Ganzevoortsingel. Hij vond haar niet thuis,
ging toen naar haar moeder, die echter ook
afwezig was, en liet daar de boodschap ach
ter, dat mej. Z. op het bureau van militaire
zaken moest komen, vertelt het N. v. h. N.
De boodschap gehoord hebbend, gingen
mej. Z. en haar moeder daarheen; voorzich
tig. werd haar meegedeeld, dat de milicien,
haar man, dood was.
Men overhandigde haar het volgende tele
gram:
„t ilburg 25 April 1916, Milicien Zuidema
van de 2e batterij, 1ste regiment veld-artille-
rie uit uw gemeente gisteravond plotseling
overleden. Wil familie laten weten". Brief
volgt. Kapitein Bessem.
ALRMAARSCHE COURANT.